Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBNHO:2022:10306

Rechtbank Noord-Holland
11-10-2022
02-12-2022
10025152
Arbeidsrecht
Bodemzaak

mondelinge uitspraak. Kantonrechter bevoegd van geschil kennis te nemen. Bestuurder is geen statutair bestuurder maar titulair 'director'

Rechtspraak.nl
AR-Updates.nl 2023-0073
VAAN-AR-Updates.nl 2023-0073

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie

locatie Haarlem

Zaaknr./rolnr.: 10025152 \ AO VERZ 22-74 (NK)

Uitspraakdatum: 11 oktober 2022

Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de kantonrechter in het incident in de zaak van:

[verzoeker]
wonende te [plaats 1]

verzoeker

verder te noemen: [verzoeker]
gemachtigde: mr. R.E. Gerritsen
(procesadvocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer)

tegen

1 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Solulever B.V.

gevestigd te Schiphol-Rijk
verder te noemen: Solulever

2 [verweerders]
wonende te [plaats 2]

verder te noemen: [verweerders]

verweerders

gemachtigde: mr. T.B.M. Kersten

de zaak in het kort

De kantonrechter heeft bij mondelinge uitspraak geoordeeld dat [verzoeker] geen statutair directeur van Solulever is, omdat onvoldoende vast is komen te staan dat [verzoeker] deze positie heeft aanvaard.

1 Het procesverloop

1.1.

[verzoeker] en zijn persoonlijke holding ARC Holdings B.V. (hierna: ARC) hebben op 28 juli 2022 een verzoekschrift ingediend, onder meer om voor recht te verklaren dat [verzoeker] niet is benoemd tot statutair bestuurder van Solulever en dat het door Solulever gegeven ontslag op staande voet nietig/vernietigbaar is. Er zijn ook nevenverzoeken gedaan en er is verzocht een voorlopige voorziening te treffen. Tot slot is verzocht het verzoek gelijktijdig te behandelen (en te voegen) met de procedure (met zaaknummer 330724 HA ZA 22-484) die [verzoeker] bij de civiele kamer van de rechtbank (hierna: de Handelszaak) aanhangig had gemaakt voor het geval niet de kantonrechter maar de civiele kamer bevoegd zou zijn.

1.2.

Bij brief van de griffie van 25 augustus 2022 is het verzoek tot gelijktijdige behandeling van deze zaak met de Handelszaak afgewezen. Ook is aan partijen medegedeeld dat op de mondelinge behandeling bij de kantonrechter eerst een beslissing wordt genomen over de vraag of de kantonrechter bevoegd is, waarna het verzoek verder zal worden behandeld door de civiele kamer van de rechtbank of door de kantonrechter.

1.3.

Verweerders hebben op 30 september 2022 een verweerschrift met (deels voorwaardelijk) zelfstandige tegenverzoeken ingediend, waarin ook een bevoegdheidsincident wordt opgeworpen. Verweerders stellen zich op het standpunt dat de kantonrechter onbevoegd is van de zaak kennis te nemen, omdat het gaat om het ontslag van [verzoeker] als statutair bestuurder van Solulever, zodat de rechtbank sector civiel over de zaak moet oordelen.

1.4.

Bij e-mails van 5 en 10 oktober 2022 heeft [verzoeker] nog nadere stukken ingediend. Bij e-mails/brieven van 5 en 6 oktober hebben verweerders nog stukken toegezonden.

1.5.

In voornoemde e-mail van 10 oktober 2022 heeft mr. Gerritsen zijn verzoek gewijzigd, in die zin dat het verzoek tot nakoming van de optie-overeenkomst tussen ARC en Taurus Groep B.V. (waarvan [verweerders] enig aandeelhouder en bestuurder is) is ingetrokken. Ter zitting heeft mr. Gerritsen verklaard dat met intrekking van voornoemde vordering ook ARC als procespartij wegvalt. De procedure wordt daarom uitsluitend op naam van [verzoeker] voortgezet.

1.6.

Op 11 oktober 2022 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Beide partijen hebben gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd.

2 Feiten

2.1.

Solulever is een onderneming die zich onder meer bezig houdt met het ontwikkelen, produceren en uitgeven van software. Enig aandeelhouder van Solulever is Taurus Groep B.V., waarvan [verweerders] enig aandeelhouder en statutair bestuurder is.

2.2.

[verzoeker] is op 2 november 2019 voor onbepaalde tijd in dienst getreden bij Solulever in de functie van CTO & Director tegen een salaris van, laatstelijk, € 11.516,43 bruto per maand exclusief emolumenten. [verzoeker] fungeerde daarnaast als statutair bestuurder van de in India gevestigde dochtervennootschap van Solulever.

2.3.

In een algemene vergadering van aandeelhouders (hierna: AvA) op 30 mei 2022 is besloten [verzoeker] per direct te ontslaan als statutair bestuurder. Bij brief van 31 mei 2022 is dit ontslagbesluit aan [verzoeker] medegedeeld en is bevestigd dat zijn arbeidsovereenkomst (met in achtneming van de toepasselijke opzegtermijn) op 31 juli 2022 zal eindigen.

2.4.

Bij brief van 23 juni 2022 is [verzoeker] voorwaardelijk ontslag op staande voet verleend. Bij brief van 29 juni 2022 is aan [verzoeker] medegedeeld dat het voorwaardelijk ontslag op staande voet is omgezet in een onvoorwaardelijk ontslag op staande voet.

3 De gronden van de beslissing

3.1.

De kantonrechter verwerpt het standpunt van verweerders dat op grond van artikel 2:241 BW niet de kantonrechter maar de civiele kamer van de rechtbank bevoegd is van het geschil kennis te nemen omdat [verzoeker] statutair bestuurder van Solulever zou zijn geweest. Daartoe is het volgende redengevend.

3.2.

Om het statutair bestuurderschap te kunnen aannemen, moet aan twee voorwaarden zijn voldaan: (i) er moet een geldig benoemingsbesluit zijn en (ii) de bestuurder moet de benoeming tot statutair bestuurder (expliciet dan wel impliciet) hebben aanvaard. Het is aan de werkgever om te stellen en, bij betwisting door de werknemer, te bewijzen dat aan beide voorwaarden is voldaan.

3.3.

Bij het aangaan van een overeenkomst en het maken van afspraken moeten partijen zich ook laten leiden door de gerechtvaardigde belangen van de wederpartij. Uitgangspunt in deze zaak is dat het hier gaat om een persoon die niet de Nederlandse nationaliteit heeft en ook niet bekend is met het Nederlandse rechtstelsel. Niet gebleken is dat Solulever rekening heeft gehouden met deze omstandigheden. Gelet op de positie van [verzoeker] had het op de weg van Solulever gelegen [verzoeker] duidelijk te maken dat hij werd benoemd als statutair en niet als titulair directeur en ook wat de arbeidsrechtelijke verschillen tussen beide posities zijn.

3.4.

Solulever heeft terzake de eerste voorwaarde (i) een schriftelijk benoemingsbesluit (gedateerd 14 augustus 2019) van de AvA overgelegd. [verzoeker] heeft aangegeven dat hij niet bekend was en is met dit besluit. [verzoeker] heeft de echtheid van het document betwist en meent dat het achteraf is opgesteld. Wat de status van dit document is, kan in het midden blijven, omdat naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende feiten en omstandigheden bestaan op grond waarvan kan worden aangenomen dat ook aan de tweede voorwaarde (expliciete dan wel impliciete aanvaarding door [verzoeker]) is voldaan. Daarvoor heeft de kantonrechter de navolgende omstandigheden van belang geacht.

3.5.

Er is geen bewijs dat het benoemingsbesluit destijds aan [verzoeker] is toegezonden, terwijl vaststaat dat [verzoeker] bij de AvA waarin het besluit is genomen, niet aanwezig was.

3.6.

Ook is er geen bewijs dat het uittreksel uit de Kamer van Koophandel (hierna: KvK), na inschrijving van [verzoeker] als statutair bestuurder, aan [verzoeker] is toegezonden. Solulever heeft gesteld dat dit is gebeurd, maar heeft die stelling – na betwisting door [verzoeker] – niet onderbouwd.

3.7.

In de arbeidsovereenkomst van [verzoeker], die is aangegaan (ruim) na het benoemingsbesluit van 14 augustus 2019, is geen verwijzing naar het statutair bestuurderschap opgenomen.

3.8.

Er zijn geen andere stukken overgelegd, op basis waarvan kan worden aangenomen dat destijds aan [verzoeker] is duidelijk gemaakt dat het ging om zijn benoeming en inschrijving als statutair bestuurder. In de e-mails en whatsapp over de inschrijving bij de KvK waarnaar Solulever verwijst, wordt dit nergens benoemd. In de e-mail van 14 augustus 2019 wordt slechts gesproken over ‘name change and Directors addition’.

Ook in de whatsapp van 14 augustus 2019 (aanvullende productie 77) staat uitsluitend ‘Arun is sending all documents to Notary for company changes in NL…’. Uit deze berichten hoefde [verzoeker] (mede gelet op r.o. 3.3) niet af te leiden dat hij als statutair en niet als titulair directeur werd ingeschreven.

3.9.

Het beloningspakket (waaronder de optie-rechten) is ook onvoldoende om aanvaarding door [verzoeker] van het statutair bestuurderschap aan te nemen, aangezien dergelijke voorwaarden ook voor een titulair directeur niet ongebruikelijk zijn.

3.10.

Dat [verzoeker] zich op inhoudelijk vlak niet ondergeschikt gedroeg jegens mede-directeur (en statutair bestuurder) [betrokkene], is evenmin doorslaggevend. Deze houding kan immers worden verklaard door het feit dat [verzoeker] degene was binnen de organisatie met de technische (IT-)kennis en doordat [verzoeker] statutair bestuurder was van de Indiase dochteronderneming van Solulever.

3.11.

Verder is niet gebleken van een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering voor [verzoeker].

3.12.

Tot slot is niet gebleken dat [verzoeker] aanwezig was bij jaarlijks verplichte aandeelhoudersvergaderingen, bijvoorbeeld over het vaststellen van de jaarrekening. Solulever heeft ter zitting ook erkend dat [verzoeker] de definitieve jaarrekening niet namens de B.V. ondertekende.

3.13.

Alle genoemde omstandigheden afwegend, is de conclusie dat er onvoldoende bewijs is om aan te nemen dat [verzoeker] statutair bestuurder van Solulever is (geweest). De kantonrechter is daarom bevoegd van het geschil kennis te nemen.

Proceskosten in het incident

3.14.

De proceskosten in het incident komen voor rekening van Solulever, omdat zij ongelijk krijgt.

4 De beslissing

De kantonrechter:

in het incident:

4.1.

wijst het verzoek van verweerders om de zaak (wegens onbevoegdheid van de kantonrechter) ter verdere behandeling te verwijzen naar de civiele kamer van de rechtbank, af;

4.2.

veroordeelt Solulever tot betaling van de proceskosten in het incident, die de kantonrechter aan de kant van [verzoeker] vaststelt op € 249,00 aan salaris gemachtigde.

in de hoofdzaak

4.3.

bepaalt dat de behandeling van de hoofdzaak op de zitting van 11 oktober 2022 wordt voortgezet.

Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Aardenburg en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

De griffier De kantonrechter

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.