Volgens [eisers] heeft zijn plan, zoals nader uitgewerkt in de brochure van NFLS van 2011, het projectplan en het Masterplan, (onder meer) de volgende vormbepalende elementen die het een oorspronkelijk karakter geven:
• gebruikmaking van historisch erfgoed van het spoortracé Leeuwarden-Anjum.
• het tracé landschappelijk bewaren met de aanblik van rails van de lokaalspoorlijnen te midden van akkers, weiden en dorpen;
• gebruikmaking van de historische monumenten (Dekema State, Johanneskerk te Britsum, Martenastate, Donia State, Jabikspaad en oude stations);
• gebruikmaking van de aantrekkelijkheid van de natuur van de regio als geheel;
• gebruikmaking van draagvlak onder bewoners en bedrijven voor het Dokkumer Lokaaltje ("Iepen Mienskip") om het plan te realiseren;
• gebruikmaking van historische beelden van stations en spoor, alsmede van het verhaal van de oude spoorlijn;
• gebruikmaking van de oude naamgeving: NFLS en Dokkumer Lokaaltje;
• gebruikmaking van de mogelijkheid het oude spoortracé te kopen van ProRail;
• gebruikmaking van de unieke gelegenheid om dit project in te brengen in Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018;
• gebruikmaking van een bottom-up proces met inbreng van bewoners in de streek en historici;
• gebruikmaking van herstel van het spoortracé als marketingtool voor toerisme met economische spin-off;
• gebruikmaking van de mogelijkheid voor bewoners en toeristen om zich eenvoudig over het spoortracé te verplaatsen: wandel-fietspad en met spoorfietsen;
• vormgeving van het plan als gezamenlijk project van publieke en private partijen,
bewoners en bedrijven;
• een creatieve vorm van realisatie met private investeringen door [eisers] ;
• aankoop van eerste elementen vanaf 2011 voor het spoortracé Stiens-Jelsum
(Andreaskruisen/spoortracébruggen) in samenwerking met de gemeente als voorbeeld voor de andere trajecten op het spoortracé;
• een open en eigentijdse communicatie met de bevolking door middel van website,
nieuwsbrieven, bijeenkomsten met bewoners, bedrijven en lokale bestuurders.