1. Op de bij dagvaarding met producties vermelde gronden heeft BCB gevorderd te verklaren voor recht dat BCB niet verplicht is tot aansluiting bij PF Vervoer en SOOB, met aanverwante vorderingen, alsmede om PF Vervoer en SOOB te veroordelen tot betaling van schadevergoeding op te maken bij staat, met kosten.
PF Vervoer en SOOB hebben bij antwoord, onder overlegging van producties, de vordering betwist. In reconventie hebben PF Vervoer en SOOB gevorderd:
1. te verklaren voor recht dat BCB vanaf 29 december 2006 verplicht is tot
deelname in en premiebetaling aan Pensioenfonds Vervoer en verplicht is om de
statuten, reglementen en besluiten van het bestuur van Pensioenfonds Vervoer, zoals
die vanaf 29 december 2006 hebben gegolden, na te leven;
2. BCB te veroordelen om aan Pensioenfonds Vervoer te betalen het bedrag van € 322.281,35 bij wijze van voorschot op de totaal op grond van veroordeling 1 vanaf 29 december 2006 verschuldigde premie;
3. BCB te veroordelen om aan Pensioenfonds Vervoer binnen 21 dagen na
betekening van het vonnis alle huidige en voormalige werknemers die aan de
verplicht gestelde pensioenregelingen van Pensioenfonds Vervoer deel moeten
(hebben) nemen bij Pensioenfonds Vervoer aan te melden conform artikel 4.1 van
het uitvoeringsreglement en de desbetreffende gegevens digitaal aan te leveren via
het werkgeversportaal van Pensioenfonds Vervoer op https://www.pfvervoer.nl/informatiepagina op straffe van een dwangsom van
€ 5.000 per dag dat BCB deze verplichting niet of niet volledig naleeft met een
maximum van € 250.000;
4. BCB te veroordelen om aan Pensioenfonds Vervoer binnen 21 dagen na
betekening van het vonnis een verklaring van een registeraccountant te verstrekken
dat alle gegevens, die op grond van veroordeling 3 zijn aangeleverd bij
Pensioenfonds Vervoer, correct en volledig zijn op straffe van een dwangsom van
€ 5.000 per dag dat BCB deze verplichting niet of niet volledig naleeft met een
maximum van € 250.000;
5. te verklaren voor recht dat BCB vanaf 29 december 2006 verplicht is tot
deelname in en premiebetaling aan SOOB en verplicht is algemeen verbindend
verklaarde cao’s SOOB, zoals die vanaf 29 december 2006 hebben gegolden, na te
leven;
6. BCB te veroordelen om aan SOOB te betalen het bedrag van € 25.200 bij wijze van voorschot op de totaal op grond van veroordeling 5 vanaf 29 december 2006 verschuldigde premie;
alles met rente en kosten.
Na repliek in conventie, tevens antwoord in reconventie (met producties), dupliek in conventie, tevens repliek in reconventie en dupliek in reconventie is vonnis bepaald op de stukken, van welke de inhoud als hier ingelast geldt.