[v. B.] ,
hierna te noemen: [v. B.] ,
wonende te [postcode] [woonplaats] , [adres] ,
eisende partij,
gemachtigde: mr. F.C. Verploegen
de besloten vennootschap Regionale Ambulancevoorziening UMCG B.V., tevens handelende onder de naam UMCG Ambulancezorg,
hierna te noemen: UMCG Ambulancezorg,
gevestigd te 9482 TB Tynaarlo, Vriezerweg 10,
gedaagde partij,
gemachtigde: mr. E.A.C. van de Wiel.
De vaststaande feiten
2.1.
De kantonrechter gaat uit van de volgende feiten, die vaststaan omdat ze niet of niet voldoende zijn betwist en/of blijken uit de in zoverre onweersproken gelaten inhoud van de overgelegde producties.
2.2.
[v. B.] is op 1 februari 2008 bij UMCG Ambulancezorg in dienst getreden. Hij werkt als ambulanceverpleegkundige. Het salaris van [v. B.] bedraagt € 3.593 bruto per maand exclusief emolumenten.
2.3.
UMCG Ambulancezorg past de Cao UMCG Ambulancezorg 1 januari 2015-31 december 2018 toe. Op 4 april 2016 is de Cao algemeen verbindend verklaard.
2.4.
In de Cao UMCG Ambulancezorg is ten aanzien van de vergoeding van overwerk in artikel 4.10 (pag. 29) bepaald dat overwerk wordt vergoed in de vorm van tijd. Naast tijd wordt voor overwerk een geldelijke beloning toegekend. In het geval overwerk in de vorm van een extra dienst plaatsvindt, dan wordt een beloning van 75% van het uurloon toegekend. Indien overwerk wordt veroorzaakt door uitloop van een dienst, dan bedraagt de geldelijke vergoeding 50% van het uurloon. De vergoeding voor 'tijd' wordt uitgekeerd in de vorm van een compensatie-uur. Het compensatie-uur wordt verleend op een zo vroeg mogelijk tijdstip en op het tijdstip dat de werknemer dat wenst, tenzij de belangen van de werkgever zich hiertegen verzetten. In dat laatste geval wordt het compensatie-uur onder opgaaf van redenen geweigerd en bestaat de vergoeding uitsluitend uit geld.
2.5.
Alhoewel de cao voorschrijft dat de vergoeding voor overwerk in principe voor één gedeelte uit tijd bestaat en één gedeelte uit geld, geeft UMCG Ambulancezorg er in de praktijk de voorkeur aan om werknemers enkel in geld te compenseren, omdat het overige personeel anders overuren moet maken dan wel extra personeel moet worden aangetrokken.
2.6.
Op verzoek van [v. B.] worden de door hem gemaakte overuren gedeeltelijk in tijd te gecompenseerd. Het merendeel van de werknemers wordt voor overwerk volledig in geld gecompenseerd.
2.7.
Op 24 februari 2016 is [v. B.] door UMCG Ambulancezorg benaderd met een voorstel voor een afkoop van het loon tijdens vakantie over de periode 1 juli 2012 tot en met 31 december 2014. Het overwerk was namelijk niet in de vaststelling van de vakantieaanspraken meegenomen. Voor het jaar 2015 wordt de vergoeding verstrekt in maart 2016. Over de maanden januari, februari en maart 2016 wordt in april 2016 een vergoeding betaald. De vergoeding over 2016, 2017 en 2018 wordt uitbetaald bij de salarisbetaling volgend op iedere opname van vakantieuren. UMCG Ambulancezorg heeft daarbij aangegeven dat de afspraak over de berekeningswijze over 2012 is bedoeld om een zo goed mogelijk jaargemiddelde te hanteren en heeft daarbij naar de Cao Huisartsen gewezen, waarop de Cao UMCG Ambulancezorg is geïnspireerd.
2.8.
In de Cao UMCG Ambulancezorg is in artikel 7.1 bepaald dat een werknemer met een voltijd dienstverband recht heeft op 172 vakantieuren per jaar, waarvan 144 wettelijke vakantieuren en 28 bovenwettelijke vakantieuren. Met ingang van 1 januari 2015 ontvangt de werknemer tevens een vergoeding onregelmatigheids-, overwerk- en aanwezigheidstoeslag tijdens het opnemen van wettelijke en bovenwettelijke vakantieuren. De vergoeding wordt gebaseerd op de gemiddelde ontvangen onregelmatigheidstoeslag, geldelijke beloning voor overwerk en ontvangen aanwezigheidstoeslag over het kalenderjaar voorafgaande aan die waarin de vakantieuren worden opgenomen.
2.9.
[v. B.] heeft aan UMCG Ambulancezorg vragen gesteld over de berekening van de overwerktoeslag. Van de collega's die het overwerk volledig in geld krijgen vergoed, wordt het volledige bedrag meegenomen in de berekening van de gemiddelde overwerktoeslag, terwijl ten aanzien van [v. B.] de compensatie in tijd niet wordt meegenomen in de berekening van de gemiddelde overwerktoeslag.
3.0.
UMCG Ambulancezorg maakt in de regio waar [v. B.] werkzaam is gebruik van een rooster, gebaseerd op zogenaamde 24-uurs diensten. In de UMCG Ambulancezorg wordt bij voorkeur gewerkt met een rooster met parate diensten (waarbij een etmaal is verdeeld in drie parate diensten van ieder 8 uur), maar in een plattelandsregio is een rooster gebaseerd op 24-uurs diensten praktischer. In een dergelijk rooster, gebaseerd op 24-uurs diensten, werkt het ambulancepersoneel 24 uur achter elkaar. Bij een 24-uurs rooster geldt een uitruk tussen 23:00 en 8:00 uur als overwerk. Daardoor is overwerk onvermijdelijk en in die zin structureel.
3.1.
De werknemer die zich de compensatietijd die hij verdient met overwerken laat uitbetalen, ontvangt krachtens het bepaalde in artikel 4.10 lid 5 CAO daarvoor slechts het normale uurloon.
De vordering en het verweer
3.1.
[v. B.] vordert bij dagvaarding
a. te verklaren voor recht dat UMCG Ambulancezorg de vergoeding voor overwerk in tijd-voor-tijd mee dient te nemen in de berekening van de gemiddelde overwerktoeslag voor het vaststellen van de hoogte van de vakantieaanspraken;
b. UMCG Ambulancezorg te veroordelen tot betaling van de achterstallige vakantieaanspraken met betrekking tot de gemiddelde overwerktoeslag vanaf 1 januari 2012;
c. UMCG Ambulancezorg te veroordelen tot betaling van de wettelijke verhoging en wettelijke rente over het onder b. gevorderde vanaf de datum van opeisbaarheid tot aan de dag der algehele voldoening;
d. UMCG Ambulancezorg te veroordelen tot afgifte van specificaties over het onder b. gevorderde op straffe van een dwangsom van € 500 per dag voor iedere dag dat UMCG Ambulancezorg nalatig is aan deze veroordeling uitvoering te geven;
e. UMCG Ambulancezorg te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten conform de staffel buitengerechtelijke incassokosten (BIK);
f. UMCG Ambulancezorg te veroordelen tot betaling van de kosten van de procedure, inclusief griffierecht, deurwaarderskosten, de kosten salaris van gemachtigde van [v. B.] en nakosten.
[v. B.] heeft deze vordering bij vermeerdering van eis nog uitgebreid met de vordering tot verklaring voor recht dat over de compensatie-uren het uurloon inclusief toeslagen wordt betaald en vordert betaling van (achterstallige) compensatie-uren vanaf 1 januari 2012 tot aan de dag dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is geëindigd.
3.2.
UMCG Ambulancezorg heeft verweer gevoerd.
3.3.
De kantonrechter zal hetgeen partijen ter onderbouwing van hun vorderingen onderscheidenlijk verweer hebben aangevoerd hierna bespreken, voor zover dat van belang is voor de beoordeling van de vorderingen.
De beoordeling
4.1.
Volgens [v. B.] ontvangt een werknemer die tijd voor tijd opneemt voor overwerk - in verhouding - een lagere vergoeding met betrekking tot overwerk dan een collega die volledig in geld wordt gecompenseerd, waardoor de werknemer die tijd voor tijd opneemt tijdens vakantie in verhouding een lagere compensatie ontvangt. Naar het oordeel van [v. B.] wordt hiermee niet voldaan aan hetgeen het Europees Hof van 15 september 2011 in de zaak Williams/British Airways heeft bepaald, namelijk dat elke last die intrinsiek samenhangt met de uitvoering van taken die werknemer zijn opgedragen in zijn arbeidsovereenkomst en waarvoor hij een financiële vergoeding ontvangt en voorts ook alle componenten die intrinsiek samenhangen met het personeels- en beroepsstatuut van de werknemer, worden gerekend tot de globale beloning van de werknemer, die noodzakelijkerwijs deel moeten uitmaken van het bedrag waarop de werknemer recht heeft gedurende zijn jaarlijkse vakantie. Volgens [v. B.] hangt de tijd-voor-tijdregeling samen met het personeels- en beroepsstatuut en moet worden gerekend tot de globale beloning van werknemer. Naar het oordeel van [v. B.] vertegenwoordigt tijd-voor-tijd een geldelijke beloning en maakt UMCG Ambulancezorg onderscheid tussen werknemers, die naleving van de cao wensen en werknemers die op verzoek van UMCG Ambulancezorg de volledige overwerktoeslag in geld krijgen uitgekeerd. Deze handelwijze betekent volgens [v. B.] dat UMCG Ambulancezorg willekeur toepast.
4.2.
UMCG Ambulancezorg past de Cao-bepalingen toe en voert daarbij aan dat op het uitbetalen van overuren het vakantieregime van artikel 7.1 van de CAO UMCG Ambulancezorg niet van toepassing is. Het uit te betalen uurloon is het kale uurloon en niet het uurloon vermeerderd met diverse toeslagen. Met een beroep op HR 6 februari 1998, JAR 1983/83 stelt UMCG Ambulancezorg dat het vakantiedagenregime uit het BW niet geldt voor compensatieuren via het tijd-voor-tijdprincipe en/of ATV-dagen.
4.3.
Waar [v. B.] niet alleen vakantieloon over de aan hem uitgekeerde overwerktoeslag wenst te ontvangen, maar vindt dat ook een vergoeding van overwerk in tijd in de berekening van het vakantieuurloon behoort te worden meegenomen, ziet [v. B.] er naar het oordeel van de kantonrechter aan voorbij dat de medewerkers die hun overwerkuren in geld doen uitbetalen ten opzichte van de medewerkers die hun overuren in tijd terugkrijgen, op jaarbasis per saldo meer gewerkte uren hebben en dus ook recht op vakantieloon over die meer gewerkte uren. De kantonrechter vermag niet in te zien waarom, zoals in het geval van [v. B.] , over niet-gewerkte uren wèl een vakantieloon zou moeten worden uitgekeerd. Naar het oordeel van de kantonrechter stuit het beroep van [v. B.] op de genoemde jurisprudentie van het Hof van Justitie reeds af op het feit dat hij juist geen financiële vergoeding ontvangt voor de overuren die hij in het kader van de tijd-voor-tijd regeling terug krijgt, zulks in tegenstelling tot de collega's die die overuren laten uitbetalen.
4.4.
Voor zover [v. B.] heeft aangevoerd dat UMCG Ambulancezorg willekeur toepast, kan de kantonrechter niet duiden waarop hij doelt. Vast staat immers dat UMCG Ambulancezorg bij voorkeur de overuren aan haar ambulancepersoneel uitbetaalt, maar dat [v. B.] er zelf voor kiest (een deel van) de overwerkuren in het kader van de tijd-voor-tijd regeling in vrije tijd te compenseren. Krachtens het bepaalde in de Cao UMCG Ambulancezorg staat hem dat vrij, net als een aantal collega's dat ook van die regeling gebruik maakt, maar niet kan worden ingezien op welke wijze van de keus van de betrokken werknemers aan UMCG Ambulancezorg het verwijt van willekeur kan worden gemaakt.
4.5.
De vermeerderde eis van [v. B.] ziet op toekenning van toeslagen over de compensatieuren. Nu zoals hiervoor is overwogen geen grond aanwezig is voor het toekennen van een vergoeding voor overwerk dat in tijd wordt gecompenseerd bij de berekening van het vakantie(uur)loon, brengt dat met zich mee dat toeslagen over een dergelijke vergoeding evenmin voor toewijzing in aanmerking komen. Overigens vindt de kantonrechter het standpunt van [v. B.] dat over de compensatieuren het uurloon inclusief toeslagen moet worden betaald onbegrijpelijk, nu de betreffende overuren immers al in tijd worden vergoed. Als het standpunt van [v. B.] zou worden gevolgd, zou dat met zich meebrengen dat de werknemer, die er voor kiest zijn overuren in de tijd-voor-tijdregeling door compensatieuren te vergoeden, tevens recht zou hebben op een vergoeding van die overuren in geld. Dat zou een enorme bevoordeling zijn ten opzichte van de werknemers die de overuren (slechts) in geld laten vergoeden en strijdig zijn met eisen van redelijkheid en billijkheid. Nog daargelaten dat in zo'n geval geen werknemer er meer voor zal kiezen om zijn overuren (alleen) in geld te laten uitbetalen.
4.6.
Op grond van voorgaande overwegingen zullen de vorderingen van [v. B.] als ongegrond worden afgewezen. [v. B.] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van deze procedure worden veroordeeld. Deze kosten zullen aan de zijde van UMCG Ambulancezorg tot op heden worden vastgesteld op € 600,00 wegens salaris gemachtigde (twee punten van het toepasselijke liquidatietarief kantonzaken).
De beslissing
De kantonrechter:
wijst de vordering van [v. B.] af;
veroordeelt [v. B.] tot betaling van de proceskosten, tot deze uitspraak aan de zijde van UMCG Ambulancezorg begroot op € 600,00 aan salaris gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. A. van der Meer en in het openbaar uitgesproken op 12 december 2017.
typ/conc: 482/AM
coll: