[verweerder] heeft tegen het verzoek, zakelijk samengevat, het navolgende tot verweer aangevoerd.
Hij heeft altijd goed gefunctioneerd en BAM heeft zijn functioneren door de jaren heen ook steeds als voldoende en bovengemiddeld beoordeeld. Feitelijk heeft hij ook al sinds 2008 als directeur van Hoka gefunctioneerd. Dat hij in 2012 en 2013 de door hem opgegeven prognoses niet heeft gehaald is het gevolg van ontwikkelingen waarop hij geen invloed heeft gehad en die ook niet voorzienbaar waren. Zo is de wegenbouw in de loop van 2012 getroffen door de recessie en zijn beslissingen van hogerhand van invloed geweest op de prognoses.
[verweerder] betwist dat hij geen maatregelen getroffen om de resultaten te verbeteren. Zo heeft hij een terughoudend beleid ten aanzien van investeringen geïmplementeerd en heeft hij maatregelen getroffen om de kosten te beperken. Verder is hij bezig geweest met het organiseren van samenwerking met BAM en is hij aan de slag gegaan met het verkeersmanagement en beheer & onderhoud.
De reden voor het door een externe deskundige laten instellen van een onderzoek was tweeledig, ten eerste moest bezien worden of BAM geleiderail en Hoka samengevoegd moesten worden en ten tweede moest beoordeeld worden of Hoka in een vrije val terecht zou komen. Uit het rapport van de deskundige blijkt dat een en ander veel genuanceerder ligt dan door BAM wordt gesteld.
[verweerder] is door BAM nooit op zijn functioneren aangesproken en er is ook geen verbetertraject ingezet door BAM. Op dit moment is een einde van de arbeidsovereenkomst dan ook prematuur c.q. niet gerechtvaardigd. Met haar besluit om hem op non actief te stellen heeft BAM schadelijk jegens hem gehandeld.
[verweerder] streeft naar baanbehoud. Indien desondanks aan ontbinding van de arbeidsovereenkomst niet valt te ontkomen dan dient aan hem een vergoeding toegekend te worden van € 148.686,61 bruto, gebaseerd op een correctiefactor C = 2,5.