In november 2012 heeft de Forensische Technische Ondersteuning van de regiopolitie Brabant Zuid-Oost (verder: FTO) nader onderzoek verricht naar het ongeval. Dit aan de hand van de gelogde data van de op de plaats van het ongeval aanwezige verkeersregelinstallatie. Het FTO heeft haar conclusies neergelegd in een proces-verbaal van bevindingen van 15 november 2012 (dv prod. 4). Daarin is onder meer vermeld:
“Analyse verkeersregelinstallatie
====================
De kruising was voorzien van een automatisch werkende verkeersregelinstallatie, kortweg VRI. Op het moment van het ongeval was de regelinstallatie in werking. Uit onderzoek bleek dat er geen storingen geregistreerd waren van deze installatie welke van invloed zouden kunnen zijn geweest bij voornoemd ongeval.
[…]
De rijrichtingen van een kruising worden in een VRI aangegeven als fases. In deze situatie reed de personenauto over fase 8 en was de rijrichting voor de fiets fase 26.
[…]
Voor fase 8 bestond de detectie van voertuigen uit 7 detectielussen voor de stopstreep (lussen 087 t/m 081) en 1 lus na de stopstreep (lus 089).
[…]
Op 11 november 2011, werd op de plaats van het ongeval de systeemtijd van de VRI gecontroleerd middels een mobiele(dienst) telefoon. De tijd welke door de telefoon werd weergegeven was nagenoeg gelijk aan de tijd welke door de politiemeldkamer werd gehanteerd.
Op het moment van controleren was de systeemtijd van de VRI 21:20 uur. De tijd op de mobiele telefoon bedroeg 20:58:27 uur. Een verschil van ongeveer 22 minuten.
[…]
Het verkeer werd door de radar RK05 gedetecteerd tot 18:33:41,4. Hierna was er geen detectie meer door deze radar van verkeer rijdend over fase 8 en 2. Uit onderzoek bleek dat het detectieveld van de radar door de aanrijding was veranderd en het na dat moment niet meer mogelijk was om het verkeer op fase 8 en 2 te detecteren. Tijdstip van aanrijding personenauto tegen voornoemde verkeerslantaarn was derhalve 18:33:41,4. De aanrijding tussen de personenauto en de fiets vond dus kort voor dit tijdstip plaats.
[…]
Analyse snelheid personenauto
==================
[…]
De afstand tussen deze twee voornoemde detectielussen bedroeg 123,20 mtr. Detectie van de personenauto op lussen 087 en 089 vond plaats op respectievelijk 18:33:33,2 en 18:33:38,7, een tijdvak van 5,5 seconden. Rekening houdende met het meetraster was de gereden snelheid van de personenauto:
Maximaal 123,20 mtr : 5,4 sec = 22,8 m/s (82 km/u).
Minimaal 123,20 mtr : 5,6 sec = 22 m/s (79,2 km/u).
Analyse verkeerslichten met betrekking tot de personenauto
===================================
De verkeerslichten ten opzichte van fase 8 straalde groen licht uit van 18:33:14,7 tot 18:33:34,2. Een tijd van 19,5 seconden.
De personenauto werd gedetecteerd op lus 087 om 18:33:33,2 op een afstand van 121,20 mtr voor de stopstreep.
De verkeerslichten straalden vervolgens geel licht uit van 18:33:34,2 tot 18:33:38,2.
Een tijd van 4 seconden.
Bij aanvang geel werd de personenauto gedetecteerd op detectielus 086, op een afstand van 102,60 mtr voor de stopstreep.
De verkeerslichten straalden vervolgens rood licht uit van 18:33:38,2 tot 18:34:03,6.
Een tijd van 25,4 seconden.
Bij aanvang rood werd de personenauto gedetecteerd op detectielus 082 op een afstand van 7,6 mtr voor de stopstreep.
Hieruit concludeer ik dat de personenauto de stopstreep passeerde terwijl het voor hem geldende verkeerslicht rood licht uitstraalde.
[…]
Analyse verkeerslichten met betrekking tot van de fiets
================================
Fietsers op fase 26 worden gedetecteerd middels een radar, een detectielus en een drukknop welke in de faselog weergegeven worden als respectievelijk 262, 261 en DK26. De detectie middels de detectielus wordt hierin verder buiten beschouwing gelaten vanwege de onbetrouwbaarheid van de detectie.
De verkeerslichten ten opzichte van fase 26 straalde rood licht uit van 18:32:39,5 tot 18:33:39,2. Een tijd van 57 seconden.
Tijdens deze roodfase werd een radar een detectie weergegeven van 18:32:56,8 tot 18:33:04,2. Een tijd van 7,40 seconden. Voornoemde radardetectie werd gevolgd door activering van de drukknop DK26 van 18:33:04,2 tot 18:33:04,7. Een tijd van 0,50 seconden.
De verkeerslichten ten opzichte van fase 26 straalde groen licht uit van 18:33:39,2 tot 18:33:43,6. Een tijd van 4,40 seconden.
Tussen het op rood gaan voor fase 8 en groen voor fase 26 zit een tijd van 1 seconde. Gezien de snelheid van de personenauto van 22,4 m/s zou de personenauto het conflictvlak dan al gepasseerd zijn. De personenauto en de fiets kwamen echter met elkaar in botsing. Hieruit concludeer ik dat de fiets de stopstreep passeerde terwijl het voor haar geldende verkeerslicht rood licht uitstraalde.
[…]
Vermijdbaarheid
==========
Zoals uit bovenstaand onderzoek blijkt bevond de personenauto zich op een afstand van ongeveer 100 meter voor de stopstreep op het moment dat de voor haar geldende verkeerslichten van groen naar geel licht overgingen.
Deze afstand mag als voldoende gezien worden om op een rustige manier voor de stopstreep tot stilstand te kunnen komen. Hetgeen inhoudt, remmen met een remvertraging van ongeveer 3 m/s2 waarbij met een snelheid van 80 km/u een remweg benodigd is van ongeveer 80 meter.
Gezien deze bevinding concludeer ik dat de bestuurster van de personenauto de aanrijding had kunnen voorkomen door te reageren op het voor haar geldende geel licht uitstralende verkeerslicht.
Het gegeven dat ook de fietsster het voor haar geldende rode verkeerslicht negeerde mag echter niet buiten beschouwing blijven.”