De rechtbank overweegt ten aanzien van het gestelde voor-voorgebruik door Xales als volgt. Als uitgangspunt geldt dat indien de deposant - hier: Xales - in verhouding tot de voorgebruiker - Gala - als de eerste gebruiker van het merk (de voor-voorgebruiker) kan worden aangemerkt, de deposant geen misbruik maakt door het merk alsnog te deponeren. In dat geval is er voor de voorgebruiker geen grond om zich te beroepen op aanwezigheid van kwade trouw bij de deposant/voor-voorgebruiker (vgl. BenGH 25 juni 2004, ecli:nl:xx:2004:ar4257 (Winner Taco/El Taco)). Deze regel behoeft naar het oordeel van de rechtbank een nuancering in die zin, dat niet alleen gekeken moet worden naar het aanvangstijdstip waarop de voor-voorgebruiker met het gebruik begon, maar ook naar de omvang en bekendheid van dat gebruik. Binnen deze kaders kan het verweer van Xales op dit punt dus enkel slagen, indien sprake is van voor-voorgebruik met - kort gezegd - een substantiële omvang. Xales heeft onvoldoende gesteld om te kunnen aannemen dat op het moment van het depot daarvan sprake was.
Uit de inkoopfacturen van de Chinese leveranciers kan hoogstens worden afgeleid dat die leveranciers de tekens Pro 40 en Pro 50 gebruikten. Nergens blijkt echter uit dat Xales de betreffende Chinese tenten vervolgens ook zelf met de tekens Pro 40 en Pro 50 aan haar klanten aanbood. Ter zitting heeft Xales op dat punt wel verklaard dat zij de tenten van de Chinese leveranciers in haar winkel aanbood met de aanduiding Pro 40 en Pro 50, maar een onderbouwing ontbreekt en die enkele verklaring acht de rechtbank niet overtuigend.
Bovendien betreft het slechts twee inkoopfacturen voor een beperkt aantal producten, zodat ook als ervan wordt uitgegaan dat Xales de betreffende Chinese tenten toen aan haar afnemers aanbood met de aanduidingen Pro 40 en Pro 50, het niet om een substantieel gebruik van die aanduidingen gaat. Ook de verklaring van Xales ter zitting duidt erop dat het om zeer beperkte aantallen gaat.
Datzelfde geldt voor de verkoopfacturen die Xales als haar productie 5 heeft overgelegd. Het gaat om slechts twee facturen, die zien op de verkoop van slechts twee tenten. Overigens heeft Gala de echtheid van deze verkoopfacturen betwist, maar de rechtbank kan het debat tussen partijen op dat punt onbesproken laten.
Uit de screenshots van de website van Xales van november 2011 en maart 2012 kan - uitgaande van de echtheid ervan - in beginsel worden afgeleid dat Xales toen tenten verkocht met de aanduiding Pro 40 en Pro 50. Op dat moment verkocht Xales echter niet alleen tenten die zij in China inkocht, maar ook al de tenten die zij bij Gala inkocht (vgl. de verklaring van Xales ter zitting en de verklaring van de heer [naam medeoprichter Xales] , de mede-oprichter van Xales, die Xales als haar prod. 21 in het geding heeft gebracht). Xales heeft niet, althans niet onderbouwd, gesteld dat zij toen ook de - buiten Gala om - in China ingekochte tenten verkocht met de aanduiding Pro 40 of Pro 50 en zo ja, om hoeveel tenten dat toen ging. Overigens dateren de screenshots van ná 2 maart 2011, zodat ze ook om die reden het standpunt van Xales dat zij de tekens Pro 40 en 50 al daarvóór gebruikte, niet kunnen onderbouwen. Ook uit de overgelegde screenshots kan daarom niet worden afgeleid dat sprake is van een substantieel gebruik door Xales van de tekens Pro 40 en Pro 50 in de periode voorafgaand aan 2 maart 2011. Dat wordt niet anders door de verklaring van [naam] , omdat hij spreekt van de koop van slechts één tent.
Nu een verdere onderbouwing ontbreekt, kan de rechtbank Xales niet volgen in haar stelling dat zij als voor-voorgebruiker in de hiervoor vermelde zin moet worden aangemerkt. Dit verweer van Xales faalt.