Summa College verwijt [verweerder] echter ook dat hij bewust foutief heeft gedeclareerd, ten behoeve van eigen gewin, doch de kantonrechter is van oordeel dat dit niet is komen vast te staan. Vast staat dat [verweerder] tijdens zijn dienstverband in ieder geval tot aan 2021 altijd een vaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer heeft ontvangen. In 2021 heeft Summa College een nieuw declaratiebeleid ingevoerd voor reiskosten woon-werkverkeer, waarbij alleen de daadwerkelijk gemaakte aantal reisdagen voor vergoeding in aanmerking komen, die maandelijks achteraf ingevuld kunnen worden in het nieuwe online declaratiesysteem AFAS. Vast staat ook dat [verweerder] gebruik heeft gemaakt van de fiscale uitruilregeling woon-werkverkeer. Door Summa College wordt niet betwist dat [verweerder] in 2020 voor de eerste keer, specifiek ten behoeve van de uitwisselingregeling, aan het einde van het jaar een formulier had ontvangen waarop hij zijn reisdagen moest opgeven en dat hij in dat jaar nog steeds zijn vaste vergoeding voor woon-werkverkeer ontving.
[verweerder] heeft verklaard dat hij om die reden het invullen van de reisdagen heeft beschouwd als een fiscale formaliteit ten behoeve van de uitwisselingsregeling en ten behoeve van 128/214-dagenregeling. [verweerder] ging er namelijk van uit dat het opgegeven aantal reisdagen niet werd gebruikt om de werkelijk gemaakte reiskosten te berekenen, omdat hij een vaste reiskostenvergoeding kreeg en hij deze vergoeding, ook na invoering van het gewijzigde declaratiebeleid in 2021, op die wijze zou blijven ontvangen.
Summa College heeft aangevoerd dat de stelling van [verweerder] ongeloofwaardig is, omdat [verweerder] talloze keren is geïnformeerd over de nieuwe regeling. Summa College heeft naar diverse mailberichten en publicaties verwezen.
[verweerder] heeft ter mondelinge behandeling toegelicht dat hij de nieuwe regeling niet nauwkeurig genoeg heeft gelezen en via google had begrepen dat hij nog steeds recht had op een vaste vergoeding voor woon-werkverkeer, als je meer dan 60% van je werktijd naar kantoor zou komen. Dan voldeed hij aan de 128/214-dagenregeling en ging hij ervan uit dat er voor hem niets veranderd was. [verweerder] heeft verder toegelicht dat hij zo maar wat dagen had ingevuld en dus een schatting had gemaakt, omdat hij dacht dat dit niks uit zou maken, omdat hij toch boven de drempel van 60% kwam. Dit standpunt van [verweerder] strookt ook met het feit dat de administratie van Summa College had geconstateerd dat [verweerder] bijzonder veel reisdagen per maand had gedeclareerd in 2021 en in 2022 en zelfs meer reisdagen dan feitelijk mogelijk was.
[verweerder] heeft ook gesteld dat hij de declaraties in 2021 en 2022 een aantal keren per jaar heeft opgegeven, terwijl volgens Summa College het de bedoeling is om na afloop van iedere maand de reisdagen en thuiswerkdagen in AFAS te registreren.
Volgens [verweerder] is het foutief declareren absoluut geen opzet is geweest en ook niet met de bedoeling om zichzelf te bevoordelen. Hij is een docent in hart en nieren en stelt het belang van de studenten van Summa College voorop.