2 De tenlastelegging
Verdachte is tenlastegelegd dat:
1. hij op tijdstippen in of omstreeks de periode van 28 december 2015 tot en met 6 januari 2016 te Zwolle en/of te Kampen, althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
Rabobank IJsseldelta (vestiging Willemskade 1 te Zwolle en/of [bedrijf 1] BV
te bewegen tot de afgifte van E. 38.000,-, in elk geval van enig goed,
met voren omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( meermalen) telefonisch contact heeft gezocht met de Rabobank en zich daarbij (mede aan de hand van juist beantwoorde verificatievragen) heeft voorgedaan als de heer [eigenaar bedrijf 1] in zijn hoedanigheid van eigenaar van [bedrijf 1] BV en/of
- ( zonder toestemming van de rechthebbende van de rekeninghouder van [bedrijf 1] BV) een geldbestelling heeft gedaan van E. 38.000.- en/of
- in een van de telefoongesprekken heeft aangegeven dat hij, [eigenaar bedrijf 1] , in het buitenland zou zitten en dat het geld zou worden opgehaald door [medeverdachte 1] en/of
- zich heeft/hebben begeven naar de Rabobank om voornoemd geldbedrag op te halen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2. hij op tijdstippen in of omstreeks de periode van 30 december 2015 tot en met 6 januari 2016 te Drachten en/of Oudwoude, althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
Rabobank Drachten Friesland Oost en/of VOF [bedrijf 2]
te bewegen tot de afgifte van E. 48.000,-, in elk geval van enig goed,
met voren omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- verschillende administratieve bescheiden en/of personalia heeft verzameld die betrekking had(den) op VOF [bedrijf 2] en/of diens vennoten en/of medewerkers en/of
- ( meermalen) telefonisch contact heeft gezocht met de Rabobank en zich daarbij heeft voorgedaan, mede aan de hand van juist beantwoorde verificatievragen, als de heer [eigenaar bedrijf 2] en/of
- ( zonder toestemming van de rechthebbende van de rekeninghouder van VOF [bedrijf 2] ) een geldbestelling heeft gedaan van E. 48.000,-,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
11 De beslissing
vrijspraak/bewezenverklaring
- -
verklaart niet bewezen dat verdachte het als feit 2 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- -
verklaart bewezen, dat verdachte het als feit 1 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- -
verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
feit1: medeplegen van poging tot oplichting;
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van vier maanden;
tenuitvoerlegging vonnis met parketnummer 06.920012-11
- gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van 24 december 2013 van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Gelderland, locatie Zutphen, in de zaak met parketnummer 06.920012-11, te weten van de gevangenisstraf van drie maanden;
tenuitvoerlegging vonnis met parketnummer 21.002773-13
- gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij arrest van 11 februari 2014 van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Arnhem, in de zaak met parketnummer 21.002773-13, te weten van de gevangenisstraf van twee maanden.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Taalman, voorzitter, mr. G. Edelenbos en mr. C.H. Beuker, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.W. de Boer als griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 3 mei 2016.
Buiten staat
Mr. Edelenbos is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de regiopolitie Oost-Nederland, district IJsselland, Team recherche, met nummer 2015641641 (onderzoek Cash). Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 1] , namens Rabobank IJsseldelta U.A., gevestigd te Zwolle, van 31 december 2015, met bijlagen, pagina 36-46, onder meer inhoudende:
(…) Op donderdag 30 december 2015, omstreeks 13:30 uur, is een medewerker, [medewerker 1] , van de Rabobank gebeld door iemand die zich voordeed als meneer [eigenaar bedrijf 1] , de eigenaar van [bedrijf 1] B.V.
Deze persoon gaf aan dat hij een bedrag van 38.000 euro op wilde nemen van rekening nummer [rekeningnummer 1] op naam van [bedrijf 1] B.V.
De procedure is dan dat er een aantal vragen ter controle worden gesteld, zodat we weten dat we de juiste persoon aan de telefoon hebben.
Medewerker [medewerker 1] vroeg aan de persoon die ze aan de telefoon had om een aantal verificatiepunten, waaronder twee mutaties op de rekening. De persoon aan de telefoon gaf als antwoord dat er op 14 december 2015 een bedrag van 300 euro van de rekening was afgeschreven ten gunste van rekeningnummer: [rekeningnummer 2] . Tevens noemde de persoon aan de telefoon een bedrag van 1562,92 euro. Dit bedrag was ook op 14 december 2015 afgeschreven van de rekening [rekeningnummer 3] op naam van [bedrijf 3] B.V. Tevens wordt de naam en geboortedatum van de aanvrager gevraagd.
Hierna zei medewerker [medewerker 1] dat het akkoord was en dat zij het geld zou bestellen voor hem. Het geld zal uiterlijk woensdag 6 januari 2016 voor de persoon welke zich voordeed als [eigenaar bedrijf 1] klaar liggen.
Vervolgens zei de persoon aan de telefoon dat hij zelf momenteel in het buitenland zit maar dat iemand anders het geld zou komen ophalen. Deze persoon zou zijn:
[medeverdachte 1]
geboortedatum [geboortedag] -1993
Verdere gegevens:
Adres: [adres] , [woonplaats]
(…)
De persoon die zich voordeed als [eigenaar bedrijf 1] heeft twee keer eerder gebeld om een poging te doen om geld op te nemen. De twee eerdere pogingen waren in dezelfde week als de laatste poging.
Bij de eerste poging probeerde de persoon een bedrag van 400.000 euro te bestellen.
Dit mislukte bij de verificatiegegevens. De tweede poging was om een bedrag van 85.000 euro op te nemen. Dit mislukte omdat er onvoldoende saldo op de rekening van [bedrijf 1] B.V. stond.
(…)
Het telefoonnummer waarmee gebeld is door de persoon, welke zich voordeed als de heer
[eigenaar bedrijf 1] , is [telefoonnummer 1] . Dit nummer is bij alle drie de keren gebruikt.
Op 31 december 2015, omstreeks 9:31 uur, kreeg ik een mail van een medewerker van mij, dat mevrouw [eigenaar bedrijf 1] had gebeld omdat zij 38.000 euro van haar rekening miste. Het is namelijk procedure dat wij het geld er al vast afhalen wanneer wij zo’n geldbestelling krijgen.
Een collega heeft aan mevrouw [eigenaar bedrijf 1] gevraagd of haar man misschien 38.000 euro had besteld. Ze gaf aan dat haar man geen 38.000 euro had besteld. (…)
2.
Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] , namens [bedrijf 1] , gevestigd te [plaats] , van 3 januari 2016, pagina 47-49, onder meer inhoudende:
(…) Op woensdag 30 december 2015, tussen 15.00 uur en 15.30 uur, zag ik dat er 38.000 euro aan bankbiljetten was besteld van onze betaalrekening, rekeningnummer [rekeningnummer 1] en dat dit bedrag als zijnde kasopname was gereserveerd. Ik zag dat daarbij de rentedatum 5 januari 2016 stond. Ik wist niet wie dit had gedaan en schrok hiervan. Dat bedrag zouden wij namelijk nooit zo bestellen. Ik heb hierop telefonisch contact opgenomen met de Rabobank. De medewerkster van de bank vertelde mij dat het geld was besteld, maar nog niet was uitgegeven. Dat was voor mij een geruststelling. Ik werd later die dag teruggebeld door een tweede mevrouw, medewerkster van de Rabobank. Dat was tegen 16.45 uur. Zij vertelde mij dat ene [medeverdachte 1] het geld zou komen ophalen. Ik en mijn man kennen beiden geen [medeverdachte 1] . Zij vertelde mij dat ze met de bestuurder van het bedrijf moest overleggen. Ik heb hierop mijn man de telefoon gegeven. De vrouw vertelde dat een en ander geverifieerd was aan de hand van twee mutaties van 14 december 2015. Deze wist hij te noemen. Dat ging om bedragen van ongeveer 1500 en 300 euro. Daarbij vertelde de bank dat er meerdere pogingen waren geweest. Een accountmanager van de bank vertelde dat er geprobeerd was om 400.000 euro over te maken, maar dat dit niet gelukt was omdat dit bedrag niet op de rekening stond. Wij hebben geen idee of dit geprobeerd was via onze betaalrekening of dat er in het algemeen verteld werd omdat er een fraudeur bezig was.
Dit is hetgeen ik weet. De geldbestelling van 38.000 euro is door de bank geannuleerd. (…)
Tegenwoordig doe ik nu dus het betalingsverkeer en hebben wij wel een nieuwe boekhouder die alleen de opdracht klaar zet. Niets wordt betaald zonder mijn handtekening. (…)
Ik en mijn man [eigenaar bedrijf 1] , hebben niemand het recht gegeven of toestemming verleend om vanuit onze naam contact op te nemen met de Rabobank, noch vanuit onze naam transacties te verrichten of geld klaar te zetten. (…)
3.
Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 1] , hoofdagent, en [verbalisant 2] , brigadier, op 6 januari 2016, pagina 50-51, onder meer inhoudende:
(…) Op woensdag 6 januari 2016 omstreeks 10:30 uur (…) zagen wij, verbalisanten, een persoon over de Willemskade lopen in de richting van de Harm Smeengekade komende uit de richting van de Emmastraat. Wij, verbalisanten, herkende deze persoon als de verdachte 1. Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 1 samen met twee andere personen liep. Deze personen zullen verder in dit proces-verbaal verdachte 2 en verdachte 3 worden genoemd.
Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 1 in het midden liep. Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 1 een angstige uitdrukking en een spierwit gezicht had. Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 2 en verdachte 3 tegen verdachte 1 aan het praten waren.
Terwijl alle drie de verdachten over de Willemskade in de richting van de Rabobank liepen zagen wij, verbalisanten, vanuit de richting van de Harm Smeengekade een zwarte Ford Mondeo voorzien van het kenteken 49-GV-LL rijden. Wij, verbalisanten, zagen dat dit voertuig op de Willemskade ter hoogte van het Chinees restaurant stopte. Wij, verbalisanten, zagen dat de drie verdachte zich omdraaiden en richting de Ford Mondeo liepen.
Wij, verbalisanten, zagen dat de bestuurder uit het voertuig stapte. De bestuurder zal verder in dit proces-verbaal verdachte 4 worden genoemd.
Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 4 richting de andere drie verdachte liep.
Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 4 met verdachte 1 in gesprek ging. Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 2 en verdachte 3 verder liepen in de richting van de Nieuwe Veerallee. Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 4 tegen verdachte 1 praatte. Wij, verbalisanten, kregen liet vermoedden dat verdachte bepaalde zaken aan verdachte 1 uitlegde. Dit vermoedden kregen wij door het feit dat verdachte 4 handgebaren maakte naar verdachte 1 en verdachte 1 met zijn hoofd knikkende en/ of bevestigende bewegingen maakten.
Vervolgens zagen wij, verbalisanten, dat verdachte 1 verder liep in de richting van de Rabobank. Wij, verbalisanten, zagen dat verdachte 4 terug ging naar zijn auto en weg reed. Wij, verbalisanten, zagen vervolgens dat verdachte 4 vanaf de Willemskade rechtsaf de Emmastraat in reed.
Kort hierna hoorden wij, verbalisanten, dat verdachte 1 door collega’s in de bank op heterdaad was aangehouden ter zake oplichting. (…)
Verdachte 3 werd niet meer door ons aangetroffen. Van verdachte 3 kunnen wij, verbalisanten, het volgende signalement geven:
Geslacht : Man
Leeftijd :45-50 jaar oud
Lengte : 170-175 cm lang
Postuur : Slank
Huidskleur : Licht getint
Haardracht : Achterover gekampt haar tot onder in de nek
Haarkleur : Grijs
Kleding : Blauwe spijkerbroek, zwarte lederen jas tot op de heup (…)
Na de aanhoudingen bleek dat:
- verdachte 1 betrof: [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] -1993.
(…)
- verdachte 4 betrof: [verdachte] geboren op [geboortedag] -1976. (…)
4.
Het proces-verbaal van verdenking, opgemaakt door [verbalisant 3] , inspecteur, op 6 januari 2016, pagina 77-78, onder meer inhoudende:
(…) Nadat bleek dat deze aanvraag frauduleus was heeft de Rabobank gekeken naar eerdere contactmomenten met dit telefoonnummer. Het bleek dat er tweemaal eerder contact is geweest met dit telefoonnummer. Ook deze keren werd er een aanvraag gedaan. Dit was op:
- 28 december 2015 rond 11.37 uur. Hierbij is een aanvraag gedaan voor 40.000 euro.
Deze aanvraag mislukte echter doordat de verificatie vragen niet correct werden beantwoord.
- 28 december 2015 rond 13.21 uur. Hierbij is een aanvraag gedaan voor 85.000 euro.
Deze aanvraag mislukte omdat er onvoldoende saldo stond op de betaalrekening van [bedrijf 1] B.V.
Tijdens één van de bovenstaande gesprekken werd op de achtergrond bij de persoon die zich uitgaf voor Dhr. [eigenaar bedrijf 1] een tweede persoon gehoord die zich bemoeide met het gesprek. (…)
5.
Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 4] , verbalisant, op 8 januari 2016, pagina 81-89, onder meer inhoudende:
(…) Gesprek 1:
28_12_11uur37 (…)
V: Goedemorgen Rabobank IJsseldelta u spreekt met [medewerker 2]
M: Goedemorgen met [eigenaar bedrijf 1] (…). Ik wil graag geld bestellen. (klinkt onzeker) (…)
V: Dat kunt u via internet doen, weet u dat?
M: Ja maar ik ben momenteel in het buitenland (…) en ik heb mijn pas niet bij me.
V: (…) waar wilt het op halen dat geld?
M: Uh in Zwolle? (…)
V: Oke en om welk rekening nummer gaat het waarvan u wilt gaan bestellen?
M: uuhm [rekeningnummer 4] . (…)
Gesprek 2:
28_12_13uur21 (…)
V: Goedenmiddag Rabobank IJsseldelta u spreek met [medewerker 2] .
M: Goedenmiddag met [eigenaar bedrijf 1] weer. Ik wilde geld bestellen? (…)
V: En uhm welk rekening nummer gaat het nu om?
M: uh, [deel rekeningnummer 1]
V: Ja
M: [deel rekeningnummer 1]
V: Ja
M: [deel rekeningnummer 1] (…)
M: Ja. Ja ik kom in principe zelf maar het zou fijn zijn als ik iemand anders kan machtigen zodat ik in ieder geval geen problemen heb die dag.
V: Nee precies maar dan moet ik nu die naam van die persoon weten en de geboorte datum.
M: Ja, ja [medeverdachte 1] .
V: [medeverdachte 1] en wat is zijn geboorte datum?
M: [geboortedag] -1993 (…)
Gesprek 3:
30_12 (…)
V: Goedenmiddag Rabobank IJsseldelta u spreekt met [medewerker 3] .
M: Uh Goedenmiddag met [eigenaar bedrijf 1] spreekt u. (…)
M: [eigenaar bedrijf 1] . Ik wou graag geld bestellen van mijn zakelijke rekening. (…)
V: (…) Wat is het rekening nummer waar het om gaat bij u meneer [eigenaar bedrijf 1] ?
M: [rekeningnummer 1] (…)
V: Bedankt voor het wachten. Ik ga u even wat controlevragen stellen wat betreft de organisatie. Wat is het vestigingsadres van de B.v.
M: Dat is de [adres] , [plaats] .
V: Oke ik heb inderdaad een e-mail adres dat wij gebruiken voor de B.V. Weet u dat zo?
M: Ja dat is [emailadres]
V: Oke. Ik heb twee personen van de B.V. die uiteindelijk beslissingsbevoegd van de B.V. zijn. Welke twee personen zijn dat.
M: [eigenaar bedrijf 1] dat ben ik en [aangever 2] .
V: oke. En dan als laatste de vierde vraag, weet u nog een transactie van deze zakelijke rekening de afgelopen dagen? eentje die erop is gegaan of een die u heeft betaald.
M: Ooh even nadenken even nadenken. uhm mischien van uhm even kijken vorige week als het goed is van [eigenaar bedrijf 1] beheer van [eigenaar bedrijf 1] . Ik dacht vijftienhonderd ofzo. Zo uit mijn hoofd.
V: Even kijken hoor.
M: Of een storting had ik ook van [bedrijf 4] B.V. (…) Ik dacht de dertiende of veertiende.
V: Van december?
M: Van december.
V: Ja ga ik even naar die datum toe. Ja correct hoor is een betaling geweest, uhm storting. (…)
M: Ja ik wil graag achtendertigduizend euro bestellen. (…) ik wil het in Zwolle ophalen. (…) Uhm Willemskade als het goed is nummer één. (…)
M: Ja, ik geef een voorbeeld. Mocht ik woensdag of donderdag niet kunnen komen. Ik kan dan dus een persoon aan u doorgeven die het geld kan komen ophalen.
V: Jaa
M: Kijk ik wil dan niet dat hij bevoegd wordt over mijn hele rekening maar dat hij een bedrag eenmalig kan ophalen. Dus alleen achtendertigduizend euro. (…)
V: (…) Het gaat nu om het bedrag dat nu over vier dagen opgehaald moet worden. Bent u dat of is dat iemand anders?
M: Dan kan ik [medeverdachte 1] doorgeven. (…) Uhm geboortedatum is [geboortedag] -1993. (…)
Gesprek 4:
di 5 januari 2016 (…)
V: Goedenmiddag afdeling bedrijven u spreekt met [medewerker 4] . Bedankt voor het wachten wat kan ik voor u doen.
M: Goedendag u spreekt met [eigenaar bedrijf 1] . (…)
V: We wilden graag voor morgen even een afspraak maken met u. (…)
M: Ja is Goed. uurtje of elk dan?
V: Ja dat is goed dat ga ik dan doorgeven. Dan kan deze persoon zich melden en dan wordt de bestelling uitgeleverd.
M: Ja precies
V: Ja oke [medeverdachte 1] had dus gemachtigd dus.
M: Ja [medeverdachte 1] , [medeverdachte 1] ja. (…)
6.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 7 januari 2016, met bijlagen, pagina 140-147, onder meer inhoudende:
(…) Ik ben gisterenmorgen omstreeks half tien (…) opgehaald door twee personen in een zilverkleurige auto, een Ford. (…) We zijn (…) gaan rijden richting Zwolle. (…) Ik heb niet gevraagd of ze mij weg wilden brengen. Ze reden zelf die kant op. Ze wisten duidelijk wat er ging gebeuren. (…)
V: Dan staat die auto aan de Willemskade, vertel dan eens wat er verder gaat gebeuren.
A: We stappen alle drie de auto uit en lopen richting de Rabobank. (…) Op het moment (…) zagen die 2 andere personen dat er een auto aankwam met 2 personen er in. De werd langs de kant van de weg neergezet. De bestuurder stapte uit. Hij kwam naar ons toelopen. Hij sprak mij aan. Hij zei tegen mij de naam van het bedrijf (…) Hij zei dat de Rabobank mij verwachtte en dat ik kon gaan. Ik heb mij omgedraaid en ben weggelopen richting Rabobank. Die man riep mij nog terug en vertelde mij de naam van de persoon van het bedrijf. (…) Ik herinner mij de achternaam “ [naam 2] ”of iets van “ [naam 2] ”. Hierna ben ik echt naar de Rabobank gaan lopen. (…) Ik heb mij gemeld en ik moest in een kamertje gaan zitten wachten en toen ben ik aangehouden. (…)
Mij is buiten verteld, door de bestuurder van de donkere auto, die netjes gekleed was (…), dat ik 38.000 euro bij de Rabobank zou gaan ophalen. (…)
Verbalisant [verbalisant 5] toont foto B aan verdachte en vroeg wat kun je over deze persoon verklaren.
A: Dit is de bestuurder van de donkerblauwe auto. Deze man gaf aan mij instructies voordat ik naar de Rabobank toeliep. Deze man riep mij ook nog een keer terug. (…)
7.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 14 januari 2016, met bijlagen, pagina 155-159, onder meer inhoudende:
(…) V: (…) Als eerste wil ik dat je eerlijk bent over de personen die jou naar Zwolle hebben gebracht. Wie waren dat?
A: Dat waren [medeverdachte 2] en [betrokkene] .
V: Ik laat je foto A en foto B zien. Kun je zeggen wie dit zijn?
A: Foto A is [medeverdachte 2] , die noemen we altijd [bijnaam medeverdachte 2] . Foto 3 is [betrokkene] (…).
V: Vertel mij eerlijk wat de rol van [medeverdachte 2] is?
A: [medeverdachte 2] is de persoon die mij benaderd heeft.
Het ging als volgt. Hij benaderde eerst een andere jongen bij [betrokkene] , dat was [naam 1] (…).
[medeverdachte 2] vroeg of [naam 1] wat bij wilde verdienen. [medeverdachte 2] nam [naam 1] apart om het te vertellen. [naam 1] wilde het niet.
Ik heb later [naam 1] gesproken en die legde mij uit wat hij moest doen. Hij moest hetzelfde doen wat ik heb gedaan. [naam 1] wilde het niet.
[medeverdachte 2] is naar mij gekomen en vroeg mij of ik 1000 euro wilde verdienen. Dat wilde ik wel want ik had net mijn auto in de prak en ik sliep bij [betrokkene] op de zaak. Daarnaast verdiende ik maar 5 euro per uur en dan is 1000 euro een boel geld.
[medeverdachte 2] zei mij dat ik gemachtigd zou worden om een geldbestelling op te halen.
[medeverdachte 2] vroeg mij naar mijn volledige naam en geboortedatum. Ik liet hem mijn rijbewijs zien en toen maakte hij een foto. (…)
Er gingen een paar weken over heen. We hebben elkaar wel een paar keer gesproken op de zaak en ik vroeg hem of het door ging. Hij zei van wel. Vorige weel maandag zei [medeverdachte 2] tegen mij dat het op woensdag ging gebeuren. We waren weer op de zaak. Hij gaf mij instructie dat ik naar de Rabobank moest gaan in Zwolle om de geldbestelling op te halen. Ik zou 1000,00 euro krijgen en dat zou het zijn geweest. (…)
V: Heb jij [verdachte] eerder gezien?
A: Ik heb hem wel eens op de zaak gezien met [medeverdachte 2] . (…)
8.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 25 januari 2016, pagina 310-319, onder meer inhoudende:
(…) O: In de mobiele telefoon, met het telefoonnumer [telefoonnummer 2] van [medeverdachte 2] staat, onder vermelding van [verdachte] , met foto, 2x een inkomende oproep van jou, met het nummer [telefoonnummer 3] , waarvan jij verklaard dat je die gebruikt. Dit was op woensdag 6 januari 2015, omstreeks 10:49 uur. Dit was vlak voor het moment dat [medeverdachte 1] de Rabobank in Zwolle binnen zou gaan.
V: Wat kan je hierover verklaren?
A: Dat ging over het moment waar hij zich op dat moment bevond.
V: Wat had je afgesproken daarvoor?
A: Dat we 11.00 uur in de buurt van de Rabobank zouden zijn.
V: Wie zijn dan we?
A: Ik, [medeverdachte 3] , [medeverdachte 2] en zijn groepje.
V: Wie bedoel je met [medeverdachte 2] en zijn groepje?
A: Dat is [medeverdachte 2] , [medeverdachte 1] en [naam 3] .
Met [medeverdachte 2] had ik bepaalde dingen afgesproken. [medeverdachte 2] had afgesproken met [medeverdachte 1] en deed zaken met mij. (…)
V: Wat had [medeverdachte 2] geregeld met betrekking tot de poging oplichting Zwolle?
A: [medeverdachte 1] regelen.
V: En wat kan je dan zeggen over de voorbereiding
A: 40 % van het bedrag zou het groepje [medeverdachte 2] krijgen, 20% voor mij en [medeverdachte 3] . 40% voor degenen die erachter zitten. Ik moest 10% weer terug geven aan [medeverdachte 2] omdat hij [medeverdachte 1] had geregeld. (…) Ik heb geen contact gehad met [medeverdachte 1] . Dat was [medeverdachte 2] . (…)
We hadden in Zwolle afgesproken. [medeverdachte 2] heeft [medeverdachte 1] afgezet en is gewoon naar huis
gereden nadien. (…)
9.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 2] van 14 januari 2016, pagina 438-441, onder meer inhoudende:
(…) A: [verdachte] heeft mij gebeld. Hij zei tegen mij dat hij iemand nodig had die geld mee wil verdienen. Ik heb tegen hem gezegd dat ik het niet zou weten wie dat zou zijn. (…) Ik zeg in de kantine dat [verdachte] gebeld heeft en dat die een plan heeft om geld mee te verdienen. Ik heb toen tegen [naam 1] gezegd. Kom even mee naar buiten. Ik heb hem daar uitgelegd wat de bedoeling was.
V: Wat heb je precies aan [naam 1] uitgelegd?
A: [verdachte] heeft het plan om geld te bestellen en hij heeft iemand nodig om dat te bestellen. Iemand moet dat geld ophalen. Dat geld is dan zwart en wordt wit gewassen. Als die persoon het geld ophaalt dan kan hij er wat geld mee verdienen. (…)
[medeverdachte 1] kwam bij me en zei dat hij het wel wilde doen. (…)