de besloten vennootschap BEMBOM BROTHERS BEHEER B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Slagharen,
verzoekende partij, hierna te noemen Bembom,
gemachtigde: mr. R.D. Beudeker,
tegen
[verweerster]
,
wonende te [woonplaats],
verwerende partij, hierna te noemen [verweerster],
gemachtigde: mr. U. Hoogland.
1 De procedure
1.1.
Bembom heeft een verzoek ingediend om de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden. [verweerster] heeft een verweerschrift ingediend.
1.2.
Op 19 juli 2016 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft Bembom bij brief van 13 juli 2016 en [verweerster] bij brief van 15 juli 2016 nog stukken toegezonden.
2 De beoordeling
2.1.
Bembom verzoekt de arbeidsovereenkomst met [verweerster] te ontbinden op grond van artikel 7:671b lid 1, onderdeel a, van het Burgerlijk Wetboek (BW). Aan dit verzoek legt Bembom ten grondslag dat sprake is van – kort gezegd – een verstoorde arbeidsverhouding en dat herplaatsing van [verweerster] niet meer mogelijk is.
2.2.
[verweerster] heeft erkend dat inmiddels sprake is van een zodanig verstoorde arbeidsverhouding dat van Bembom in redelijkheid niet meer kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Ook [verweerster] ziet geen mogelijkheden meer voor herplaatsing.
2.3.
Nu [verweerster] heeft erkend dat de arbeidsverhouding verstoord is, gesteld noch gebleken is dat een opzegverbod van toepassing is, en partijen het erover eens zijn dat die verstoring onherstelbaar is en herplaatsing van [verweerster] niet meer mogelijk moet worden geacht, zal de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbinden.
2.4.
Uitgaande van de voor [verweerster] geldende opzegtermijn, zal de arbeids-overeenkomst met toepassing van artikel 7:671b lid 8, onderdeel a, BW worden ontbonden met ingang van 1 oktober 2016.
2.5.
Partijen zijn het er ook over eens dat [verweerster] aanspraak heeft op een transitie-vergoeding van € 11.066,00 bruto. Bembom zal daarom worden veroordeeld tot betaling van die vergoeding.
2.6.
Gezien de uitkomst van de zaak is de kantonrechter van oordeel dat het redelijk is dat partijen ieder hun eigen proceskosten dragen.
3 De beslissing
De kantonrechter:
3.1.
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 oktober 2016;
3.2.
veroordeelt Bembom om aan [verweerster] een transitievergoeding te betalen van € 11.066,00;
3.3.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
3.4.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.A.O.M. van Aerde, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 21 juli 2016. (CT)
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: