2 De tenlastelegging
De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1: alleen of met anderen opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven aan het door [bedrijf 1]
B.V. opzettelijk indienen van onjuiste of onvolledige aangiften omzetbelasting over het 1e kwartaal 2017, april 2017, mei 2017, juni 2017 en juli 2017 dan wel dat hij als (mede)pleger verantwoordelijk is voor dit strafbare feit;
feit 2: alleen of met anderen opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven aan het door [bedrijf 2]
B.V. opzettelijk indienen van onjuiste of onvolledige aangiften omzetbelasting over het 2e en 3e kwartaal 2017 dan wel dat hij als (mede)pleger verantwoordelijk is voor dit strafbare feit;
feit 3: alleen of met anderen opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven aan het door [bedrijf 3] B.V. opzettelijk indienen van onjuiste of onvolledige aangiften omzetbelasting over het 1e kwartaal 2017, april 2017, mei 2017, juni 2017 en juli 2017 dan wel dat hij als (mede)pleger verantwoordelijk is voor dit strafbare feit;
feit 4: alleen of met anderen opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven aan het door [bedrijf 4] B.V. opzettelijk indienen van onjuiste of onvolledige aangiften omzetbelasting over het 2e en 3e kwartaal 2017 dan wel dat hij als (mede)pleger verantwoordelijk is voor dit strafbare feit.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
[bedrijf 1] B.V. op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 maart 2017 tot en met 30 juli 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 1] B.V. (AMB-014)
- de aangifte omzetbelasting over het 1e kwartaal van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van april 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van mei 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van juni 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van juli 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld
zulks terwijl hij, verdachte, al dan niet in vereniging met een of meer anderen, tot bovenomschreven strafba(a)r(e) feit(en opdracht heeft gegeven, dan wel feitelijk leiding heeft gegeven aan bovenomschreven verboden gedraging(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 maart 2017 tot en met 30 juli 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 1] B.V. (AMB-014)
- de aangifte omzetbelasting over het 1e kwartaal van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van april 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van mei 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van juni 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting van juli 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld;
[bedrijf 2] B.V. op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 28 juli 2017 tot en met 3 oktober 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 2] B.V. (AMB-011)
- de aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting over het 3e kwartaal van het jaar 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld
zulks terwijl hij, verdachte, al dan niet in vereniging met een of meer anderen, tot bovenomschreven strafba(a)r(e) feit(en opdracht heeft gegeven, dan wel feitelijk leiding heeft gegeven aan bovenomschreven verboden gedraging(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 28 juli 2017 tot en met 3 oktober 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 2] B.V. (AMB-011)
- de aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting over het 3e kwartaal van het jaar 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld;
[bedrijf 3] B.V. op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 maart 2017 tot en met 29 juli 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 3] B.V. (AMB-008)
- de aangifte omzetbelasting voor de maand juli van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting voor de maand juni van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting voor de maand mei van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting voor de maand april van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting over het 1e kwartaal van het jaar 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld
zulks terwijl hij, verdachte, al dan niet in vereniging met een of meer anderen, tot bovenomschreven strafba(a)r(e) feit(en opdracht heeft gegeven, dan wel feitelijk leiding heeft gegeven aan bovenomschreven verboden gedraging(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
(subsidiair)
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 maart 2017 tot en met 29 juli 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 3] B.V. (AMB-008)
- de aangifte omzetbelasting voor de maand juli van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting voor de maand juni van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting voor de maand mei van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting voor de maand april van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting over het 1e kwartaal van het jaar 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld;
[bedrijf 4] B.V. op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 28 juli 2017 tot en met 3 oktober 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 4] B.V. (AMB-012)
- de aangifte omzetbelasting over het 3e kwartaal van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal van het jaar 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld
zulks terwijl hij, verdachte, al dan niet in vereniging met een of meer anderen, tot bovenomschreven strafba(a)r(e) feit(en opdracht heeft gegeven, dan wel feitelijk leiding heeft gegeven aan bovenomschreven verboden gedraging(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 28 juli 2017 tot en met 3 oktober 2017 te Enschede en/of Hengelo en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk als ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 een bij de belastingwet voorziene aangifte, als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een of meer aangifte(n) omzetbelasting, waaronder:
ten name van [bedrijf 4] B.V. (AMB-012)
- de aangifte omzetbelasting over het 3e kwartaal van het jaar 2017, en/of
- de aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal van het jaar 2017, en/of
onjuist of onvolledig heeft gedaan en/of door een ander heeft laten doen bij de inspecteur der belastingen/belastingdienst,
terwijl dat feit er (telkens) toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, hebbende die onjuistheid of onvolledigheid hierin bestaan dat in genoemd(e) (elektronische) aangiftebiljet(ten):
- een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, en/of
- een onjuist bedrag aan te betalen/terug te ontvangen omzetbelasting, vermeld.
9 De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 tot en met 4 primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feiten 1 en 3 primair, telkens:
het misdrijf: opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, gepleegd door een rechtspersoon, terwijl verdachte daaraan feitelijk leiding heeft gegeven, meermalen gepleegd;
feiten 2 en 4 primair, telkens:
het misdrijf: opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, gepleegd door een rechtspersoon, terwijl verdachte daaraan feitelijk leiding heeft gegeven;
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 tot en met 4 primair bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) maanden;
- bepaalt dat deze gevangenisstraf in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de proeftijd van 3 (drie) jaren de navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als algemene voorwaarde dat verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van 180 (honderdentachtig) uren;
- beveelt, voor het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 90 (negentig) dagen;
- beveelt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste 60 in verzekering of voorlopige hechtenis doorgebrachte dagen, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.C.M. Manders, voorzitter, mr. M. Melaard en
mr. D. ten Boer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.R. Mulder, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 23 maart 2020.