3.1.
[eiseres] vordert, na wijziging van eis, dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
- [gedaagde] veroordeelt tot afgifte aan [eiseres] van de in de dagvaarding genoemde documenten en bescheiden binnen twee dagen na betekening van het vonnis op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag dat gedaagde na betekening van het vonnis in gebreke blijft volledig aan het vonnis te voldoen, althans zodanige termijn na het vonnis en zodanige hoogte van dwangsommen als de voorzieningenrechter in goede justitie zal vermenen te behoren, zijnde de volgende documenten:
a. alle bankafschriften van alle bankrekeningen van erflaatster vanaf 2008, althans vanaf 2011, tot en met heden
waarbij onder bankrekeningen niet alleen is bedoeld betaalrekeningen maar ook
spaarrekening en effectenrekeningen en dergelijke;
b. volledige correspondentie met verzekeringsmaatschappijen vanaf 2008 tot en met heden;
c. kopieën van alle verzekeringspolissen zoals levensverzekering, uitvaartverzekering en elke soort van verzekering met waarde-opbouw;
d. kopieën van de aangifte erfbelasting en aanslag erfbelasting;
e. jaarrekeningen en bankafschriften van de vennootschap [Z] B.V. vanaf 2008 tot en met heden;
f. aangiften vennootschapsbelasting en aanslagen vennootschapsbelasting vanaf 2008 tot en
met heden;
g. aangiften inkomstenbelasting en aanslagen inkomstenbelasting ten name van erflaatster
vanaf 2008 tot en met 2018;
h. boedelbeschrijving die na het overlijden van vader is opgemaakt;
i. akte houdende vaststelling erfdelen/akte houdende vaststelling overbedelingsvordering die na het overlijden van vader is opgemaakt;
j. concept boedelbeschrijving inzake de nalatenschap van erflaatster;
k. taxatie van de waarde van de tot de nalatenschap behorende registergoederen;
1. taxatie van de tot de nalatenschap behorende roerende zaken;
m. kopie van de verklaring van erfrecht;
- [gedaagde] veroordeelt zich in te spannen om de door [eiseres] verlangde informatie, voor over [gedaagde] deze niet al tot haar beschikking heeft, te vergaren;
- [gedaagde] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 72.500,00, althans een in redelijkheid door de voorzieningenrechter vast te stellen bedrag, te storten op de derdenrekening van
een van de advocaten, mr. Moll dan wel mr. Kesler;