RECHTBANK OVERIJSSEL
Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Parketnummer: 08.088411.21 (P) en 21-003063-18 (tul) (P)
Datum vonnis: 20 september 2022
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1981 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] .
1 Het onderzoek op de terechtzitting
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van
6 september 2022.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. M. Hoekstra en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. J.H. Rump, advocaat in Zwolle, naar voren is gebracht.
2 De tenlastelegging
De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan vernieling van een groot aantal treinstellen van de Nederlandse Spoorwegen (NS) (feiten 1 tot en met 3) en van vier metrotreinstellen van het Gemeentelijk Vervoer Bedrijf Amsterdam (GVB) (feit 4), door daar graffiti uitingen op aan te brengen.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 augustus 2018 tot en met 26 augustus 2019 in Zwolle, althans (op enig trein-rangeerterrein en/of trein-emplacement en/of treinstation) in Nederland, (telkens) een groot aantal treinstellen, althans één of meerdere treinstel(len), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Nederlandse Spoorwegen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt, immers heeft verdachte ongeveer 92, althans een groot aantal graffiti-uitingen, bestaande uit teksten en/of tekens en/of figuren en/of afbeeldingen – als bedoeld en beschreven in de aangifte met bijlagen van Nederlandse Spoorwegen d.d. 27 augustus 2019 met proces-verbaalnummer PL0600-2019381580-1
(eindproces-verbaal, p. 131-204), in combinatie met het aanvullende proces-verbaal van bevindingen met bijlagen d.d. 2 april 2022 met proces-verbaalnummer PL0600-2019381580-84 – aangebracht op een groot aantal treinstellen, althans één of meerdere treinstel(len) van Nederlandse Spoorwegen;
2
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 27 augustus 2019 tot en met 1 juli 2020 in Zwolle, althans (op enig trein-rangeerterrein en/of trein-emplacement en/of treinstation) in Nederland, (telkens) een groot aantal treinstellen, althans één of meerdere treinstel(len), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Nederlandse Spoorwegen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt, immers heeft verdachte ongeveer 22, althans een groot aantal graffiti-uitingen, bestaande uit teksten en/of tekens en/of figuren en/of afbeeldingen – als bedoeld en beschreven in het proces-verbaal van verhoor van aangever Nederlandse Spoorwegen met bijlagen d.d. 2 juli 2020 met proces-verbaalnummer PL0600-2019381580-18 (eindproces-verbaal, p. 205-224) – aangebracht op een groot aantal treinstellen, althans één of meerdere treinstel(len) van Nederlandse Spoorwegen;
3.
hij op of omstreeks 2 juli 2020 in Zwolle, althans (op enig trein-rangeerterrein en/of trein-emplacement en/of treinstation) in Nederland, een treinstel, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Nederlandse Spoorwegen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt, immers heeft verdachte een graffiti-uiting, bestaande uit teksten en/of tekens en/of figuren en/of afbeeldingen – als bedoeld en beschreven in de aangifte van Nederlandse Spoorwegen met bijlagen d.d. 22 september 2020 met proces-verbaalnummer PL0600-2020305784-2 (eindproces-verbaal, p. 456-463) – aangebracht op een treinstel van Nederlandse Spoorwegen;
4.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 mei 2020 tot en met 3 juni 2020 in (de Gemeente) Amsterdam, althans in Nederland, (telkens) één of meerdere metrotreinstel(len) , in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het Gemeentelijk Vervoer Bedrijf (GVB), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt, immers heeft verdachte een of meer graffiti-uiting(en), bestaande uit teksten en/of tekens en/of zogenaamde ‘tags’ en/of figuren en/of afbeeldingen – als bedoeld en beschreven in het proces-verbaal van bevindingen van B. de Groot met proces-verbaalnummer PL0600-2019381580-54, met aangehecht vier (4) aangiftes van GVB Exploitatie B.V., met bijlagen met registratienummers PL1300-2020118163, PL1300-2020118166, PL1300-2020122124 en PL1300-2020128890 (eindproces-verbaal, p. 375-406)– aangebracht op één of meerdere
metrotreinstel(len) van GVB;
7 De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- bepaalt dat de benadeelde partijen NS Groep N.V. (feiten 1, 2 en 3) en GVB Exploitatie B.V. (feit 4) in het geheel niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen, en dat de benadeelde partijen hun vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 21-003063-18
- wijst de vordering af;
Dit vonnis is gewezen door mr. M.W. Eshuis, voorzitter, mr. A. van Holten en
mr. V.P.K van Rosmalen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 20 september 2022.