5 Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4. vervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte:
op tijdstippen in de periode van 23 juli 2015 tot en met 28 maart 2016 in Nederland,
opzettelijk,
bij de belastingwet voorziene aangiften, te weten:
- een aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal 2015, d.d. 30 juli 2015 (DOC-14), en
- een aangifte omzetbelasting over het 3e kwartaal 2015, d.d. 26 september 2015 (DOC-15), en
- een aangifte omzetbelasting over het 4e kwartaal 2015, d.d. 11 januari 2016 (DOC-16), en
- een aangifte omzetbelasting over het 1e kwartaal 2016, d.d. 28 maart 2016 (DOC-17),
immers heeft hij, verdachte, - zakelijk weergegeven - op de bij de bevoegde Inspecteur der belastingen of de Belastingdienst ingediende digitale aangiften omzetbelasting:
- over het 2e kwartaal 2015 een bedrag aan voorbelasting van EUR 1.000,- vermeld, en
- over het 3e kwartaal 2015 een bedrag aan voorbelasting van EUR 15.000,- vermeld, en
- over het 4e kwartaal 2015 een bedrag aan voorbelasting van EUR 500.000,- vermeld, en
- over het 1e kwartaal 2016 een bedrag aan voorbelasting van EUR 9.000,- vermeld,
althans in die digitale aangiften omzetbelasting voornoemd telkens een te laag, althans onjuist belastbaar bedrag en een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, vermeld,
terwijl die feiten telkens ertoe strekten dat te weinig belasting werd geheven.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, meermalen gepleegd.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [naam verdachte] , daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 2 maanden.
Beveelt dat deze straf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
Veroordeelt verdachte tot een taakstraf bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid van 120 (honderdtwintig) uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 60 (dagen).
Dit vonnis is gewezen door
mr. N.A.J. Purcell, voorzitter,
mrs. M. Vaandrager en E.J. Weller, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. F.F. van Lier, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 13 april 2018.
Tenlastelegging [naam verdachte]
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 juli 2015 tot en met 28 maart 2016 te Rotterdam en/of Den Haag en/of Apeldoorn, althans in Nederland,
opzettelijk,
(een) bij de belastingwet voorziene aangifte(n), te weten:
- een aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal 2015, d.d. 30 juli 2015 (DOC-14), en/of
- een aangifte omzetbelasting over het 3e kwartaal 2015, d.d. 26 september 2015 (DOC-15), en/of
- een aangifte omzetbelasting over het 4e kwartaal 2015, d.d. 11 januari 2016 (DOC-16), en/of
- een aangifte omzetbelasting over het 1e kwartaal 2016, d.d. 28 maart 2016 (DOC-17),
onjuist en/of onvolledig heeft gedaan,
immers heeft hij, verdachte, - zakelijk weergegeven - op de bij de bevoegde Inspecteur der belastingen of de Belastingdienst ingediende en/of ingeleverde (digitale) aangifte(n) omzetbelasting:
- over het 2e kwartaal 2015 een bedrag aan voorbelasting van EUR 1.000,- vermeld, en/of
- over het 3e kwartaal 2015 een bedrag aan voorbelasting van EUR 15.000,- vermeld, en/of
- over het 4e kwartaal 2015 een bedrag aan voorbelasting van EUR 500.000,- vermeld, en/of
- over het 1e kwartaal 2016 een bedrag aan voorbelasting van EUR 9.000,- vermeld,
althans in die (digitale) aangifte(n) omzetbelasting voornoemd (telkens) een te laag, althans onjuist belastbaar bedrag en/of een te hoog, althans onjuist bedrag aan voorbelasting, vermeld,
terwijl die/dat feit(en) (telkens) ertoe strekte(n) dat te weinig belasting werd geheven.