Uitspraken

Uit de door [eiser01] overgelegde originele dagvaarding en het uittreksel van het de Kamer van Koophandel blijkt dat Mondial Fish correct en tijdig is opgeroepen voor de zitting van 1 november 2022. Mondial Fish is echter niet verschenen. Omdat ook aan de overige bij de wet voorgeschreven formaliteiten in kort geding is voldaan, zal verstek worden verleend tegen Mondial Fish.

Een eis in kort geding kan worden toegewezen als de partij die de voorziening vraagt hierbij zoveel spoed heeft dat die partij de uitkomst van een gewone procedure niet hoeft af te wachten. Bij die beoordeling is van belang hoe aannemelijk het is dat de eis in een gewone procedure wordt toegewezen. Verder moet het belang dat [eiser01] heeft bij toewijzing van de eis worden meegewogen, en de gevolgen hiervan voor Mondial Fish als deze uitspraak later wordt teruggedraaid.

Gelet op de aard van de vorderingen van [eiser01] is voldoende gebleken dat hij een spoedeisend belang heeft bij de door hem gevorderde voorzieningen.

[eiser01] stelt dat hij op 21 augustus 2022 op staande voet is ontslagen en Mondial Fish geen (dringende) reden voor het ontslag heeft gegeven. Zelf denkt [eiser01] dat het te maken heeft met zijn mishandeling door een collega op 30 juli 2022. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [eiser01] hieraan toegevoegd dat ook een reden kan zijn dat Mondial Fish geen geld meer heeft, of dat het iets te maken kan hebben met de verschillende stromingen binnen de Islam. Beoordeeld moet worden of in een bodemprocedure het ontslag op staande voet waarschijnlijk stand zal houden. Op basis van de stellingen van [eiser01] , waartegen geen verweer is gevoerd door Mondial Fish, is de kantonrechter van oordeel dat het niet aannemelijk is dat in een bodemprocedure geoordeeld zal worden dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven. Een werknemer kan pas op staande voet worden ontslagen als daarvoor een dringende reden is, die ook onverwijld is medegedeeld. Die reden is er niet, want volgens [eiser01] heeft Mondial Fish geen reden aan het ontslag ten grondslag gelegd. Ook de vermoedelijke redenen die [eiser01] nog heeft genoemd zijn onvoldoende voor een ontslag op staande voet. Zonder nadere toelichting van Mondial Fish, die ontbreekt, valt niet in te zien waarom de mishandeling van [eiser01] door een andere collega een reden kan zijn om [eiser01] op staande voet te ontslaan. Ook het niet hebben van geld is geen reden om [eiser01] op staande voet te ontslaan. Daarnaast is niet duidelijk waarom de verschillende stromingen binnen de Islam een reden zouden zijn om [eiser01] op staande voet te ontslaan.

[eiser01] eist dat hij weer tot zijn werkplek wordt toegelaten zodat hij zijn gebruikelijke werkzaamheden op de gebruikelijke tijdstippen kan verrichten. Deze vordering zal worden toegewezen. Het is immers aannemelijk dat in een bodemprocedure de gevorderde toelating van [eiser01] tot zijn werkplek zal worden toegewezen, omdat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is gegeven en er dus van moet worden uitgegaan dat de arbeidsovereenkomst voortduurt. De door [eiser01] hieraan verbonden dwangsom zal worden toegewezen in gematigde en gemaximeerde vorm.

[eiser01] stelt dat hij vanaf 1 augustus 2022 geen loon heeft ontvangen. Gelet op wat hiervoor is overwogen is er voldoende grond om Mondial Fish te veroordelen om het salaris vanaf 1 augustus 2022 aan [eiser01] te betalen, te vermeerderen met 8% vakantietoeslag. De over het salaris gevorderde maximale wettelijke verhoging zal over de maanden augustus tot en met oktober 2022 worden toegewezen zoals hierna bepaald, omdat Mondial Fish over die maanden te laat is met de betaling van het salaris. Er is geen reden om de wettelijke verhoging te matigen. Daarnaast is er geen plaats om op voorhand de wettelijke verhoging toe te wijzen over de toekomstige loontermijnen vanaf november 2022, zodat dit zal worden afgewezen. Over die maanden is immers nog geen achterstand ontstaan.

De eis van [eiser01] om Mondial Fish te veroordelen de salarisspecificatie van de maand augustus 2022 te overhandigen zal worden toegewezen. De kantonrechter zal hieraan een dwangsom verbinden, maar ziet wel reden om deze te matigen en te maximeren. De kantonrechter merkt, wellicht ten overvloede, op dat [eiser01] op grond van de wet ook recht heeft op de salarisspecificaties over de maanden na augustus 2022 tot het einde van zijn dienstverband, hoewel hij deze in deze procedure niet gevorderd heeft.

De door [eiser01] gevorderde wettelijke rente is alleen toewijsbaar over achterstallig loon en de wettelijke verhoging.

Mondial Fish krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. Omdat [eiser01] op basis van een toevoeging procedeert, hoeft Mondial Fish niet de kosten van de dagvaarding aan [eiser01] te vergoeden. De kantonrechter stelt de proceskosten aan de kant van [eiser01] tot vandaag vast op € 86,- aan griffierecht en € 498,- aan salaris voor de gemachtigde. Dit is totaal € 584,-. Voor kosten die [eiser01] maakt na deze uitspraak moet Mondial Fish ook een bedrag betalen van € 124,-. Hier kan nog een bedrag bijkomen voor de betekening van de uitspraak. In dit vonnis hoeft hierover geen aparte beslissing te worden genomen (ECLI:NL:HR:2022:853).

Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit betekent dat [eiser01] het vonnis kan laten tenuitvoerleggen, ook al wordt eventueel hoger beroep ingesteld.