Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBROT:2022:9773

Rechtbank Rotterdam
28-10-2022
21-11-2022
9576987 / CV EXPL 21-40253
Civiel recht
Eerste aanleg - enkelvoudig

Tussenvonnis. Arbeidszaak. Bevel ex artikel 22 Rv om aan de hand van onderliggende bescheiden nader te onderbouwen dat eiser in 2019 en/of 2020 geen recht had op een variabele beloning.

Rechtspraak.nl
AR-Updates.nl 2022-1278
VAAN-AR-Updates.nl 2022-1278

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam

zaaknummer: 9576987 / CV EXPL 21-40253

datum uitspraak: 28 oktober 2022

Vonnis van de kantonrechter

in de zaak van

[eiser01] ,

wonende in [woonplaats01] ,

eiser,

gemachtigde: mr. I.E. Wilcke, advocaat te Amsterdam,

tegen

Dutch Design (Netherlands) B.V. ,

statutair gevestigd in Veenendaal,

gedaagde,

gemachtigde: mr. drs. C.J. Tijman, advocaat te Ede.

Partijen worden hierna ‘ [eiser01] ’ en ‘Dutch Design’ genoemd.

1. De procedure

1.1.

Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:

  • -

    de dagvaarding van 1 december 2021, met bijlagen 1 tot en met 13;

  • -

    het antwoord, met bijlagen 1 tot en met 16;

  • -

    de repliek, met bijlage 14;

  • -

    de dupliek, met bijlagen 17 en 18;

  • -

    het tussenvonnis van 6 mei 2021, waarin een mondelinge behandeling is gelast.

1.2.

Op 16 augustus 2022 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Tijdens de mondelinge behandeling was [eiser01] aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde mr. I.E. Wilcke en [naam01] . Namens Dutch Design was aanwezig [naam02] , bijgestaan door de gemachtigde mr. drs. C.J. Tijman. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken.

1.3.

De uitspraak van het vonnis is na aanhouding nader bepaald op vandaag.

2. De feiten

2.1.

Dutch Design houdt zich, blijkens haar registratie bij de Kamer van Koophandel, bezig met de afwerking van vloeren en wanden. Dutch Design handelt - onder meer - onder de namen [bedrijf01] en [bedrijf02] .

2.2.

[eiser01] is op 1 december 2017 bij Dutch Design in dienst getreden in de functie van Sales Adviseur. De arbeidsovereenkomst van [eiser01] vermeldt - voor zover van belang - het volgende:

(…) Artikel 4 Salaris & bedrijfsmiddelen & leaseauto

4.1

Het bruto salaris van werknemer bedraagt bij aanvang van deze arbeidsovereenkomst € 3.700,00 bruto per maand exclusief 8% vakantiegeld en eventuele overige emolumenten. (…)

4.2

In juni 2018 zal er tevens bekeken worden of en zo ja, wanneer er ter aanvulling op het bruto salaris een variabele beloning van toepassing op basis van het netto resultaat van de Nederlandse organisatie zal zijn. Werkgever zal uitleggen hoe dit berekent en uitbetaald wordt. (…)

4.4

Werknemer heeft recht op een leaseauto en brandstofpas. De auto moet in zowel in- als uitwendige goede, verzorgde staat worden gehouden en zonodig worden hersteld. (…)

2.3.

[eiser01] is tussen 20 februari 2020 en 3 maart 2020 op vakantie gegaan. [eiser01] heeft hier vrije dagen voor opgenomen. Tijdens zijn vakantie, op 21 februari 2020, heeft [eiser01] zijn arbeidsovereenkomst opgezegd. Partijen hebben vervolgens afgesproken dat de laatste werkdag van [eiser01] 14 maart 2020 zal zijn.

2.4.

Op 23 maart 2020 heeft [eiser01] zijn laatste salarisbetaling ten bedrage van € 344,66 ontvangen. Naar aanleiding van deze betaling heeft [eiser01] bij e-mail van 23 maart 2020 - voor zover van belang - het volgende aan [naam03] van Dutch Design bericht:

(…) Mag ik je een paar vragen stellen:

- Ik heb vandaag bedrag bijgestort gekregen betreffende salaris over maart. Dit is de helft van normaal (netto €2.476,40) = €1.238,20. Nu zie ik tot mijn schrik een bijschrijving van € 346,66 netto. Waar komt dit verschil van € 891,54 vandaan? Ik zie in de omschrijving: Kosten huur en schoonmaken auto?

- wordt het vakantie geld niet meteen mee verrekend en afgerekend bij deze afrekening? Wordt dit mei? (…) ”.

2.5.

In reactie hierop heeft [naam03] bij e-mail van 23 maart 2020 - voor zover van belang - het volgende aan [eiser01] bericht:

(…) het vakantiegeld is uitgekeerd. Er zijn 10 te veel opgenomen vakantiedagen ingehouden en de factuur voor het huren van je auto. (1.189,59)

Tevens heb ik van [naam04] begrepen dat je auto erg smerig is achtergelaten. We moeten deze laten schoonmaken. De kosten hiervoor moeten door jou betaald worden.

Zodra ik de factuur hiervoor ontvang zal ik dit met je bespreken. Voorlopig heb ik 150,- hiervoor ingehouden. (…) ”.

2.6.

Bij e-mail van 24 maart 2020 heeft [eiser01] - voor zover van belang - als volgt op de voormelde e-mail gereageerd:

(…) Vakantiedagen

Welke vakantiedagen zijn ingehouden en wat wordt er dag netto door jullie voor gerekend?

Schoonmaak auto

Ik heb de auto door [bedrijf04] van binnen en buiten laten schoonmaken. De auto is vervolgens op 15 maart zaterdag door [naam04] in ontvangst genomen en daarbij door [naam04] toen of daarvoor niets vermeld over eventuele in te houden schoonmaak kosten.

Er is nooit gesproken over het schoonmaken van de lease auto. De schoonmaak die ik heb gedaan is door mijzelf als respect naar [bedrijf01] uitgevoerd.

Huurauto vakantie

Ook de kosten voor de huur auto tijdens / voor de vakantie is op verzoek van [naam04] (voor haar sabbatical) eind vorig jaar bij [bedrijf03] een auto gereserveerd die ik heb gebruikt voor de vakantie. Ik heb als werknemer van [bedrijf01] dit gedaan. Hoe kan dit worden ingehouden op mijn loon? (…) ”.

2.7.

Bij e-mail van 24 maart 2020 heeft [naam02] (‘ [naam02] ’) namens Dutch Design - voor zover van belang - als volgt op de e-mail van [eiser01] gereageerd:

(…) Schoonmaak auto

Ik heb de sleutels van je leaseauto aan het einde van de zaterdag 14 maart in ontvangst genomen. In vertrouwen en er vanuit gaande dat zowel de buitenkant als binnenkant netjes achtergelaten zouden zijn. Dat is voor de buitenkant wel het geval, maar de schrik was groot toen ik de binnenkant zag. De bekleding is dermate vervuild dat dit niet onder normaal onderhoud valt, maar professioneel gereinigd dient te worden. Een dergelijke auto kunnen we niet op deze wijze teruggeven aan de leasemaatschappij of overdragen aan een nieuwe collega. (…)

Huurauto vakantie

Bijgaande mail is mijns inziens helder.

Je hebt maanden gewacht met het opgeven van een prijsindicatie. Deze indicatie is nodig om een beslissing te nemen of we deze kosten wel of niet zouden vergoeden.

Op het allerlaatste moment ontvangen wij een prijsopgave en geef ik per mail aan dat dit intern overlegd moet worden.

Op het voorstel om mijn auto mee te nemen komt geen reactie.

Zonder onze reactie af te wachten en zonder onze toestemming haal je toch de auto op.

Nadat je ook van de verhuurmaatschappij te horen krijgt dat niet je werkgever maar je zelf voor de kosten op moet dragen, laat je de factuur niet op je prive-adres zetten maar gebruikt je het adres van onze Concept Gallery in Rotterdam. Het verhuurbedrijf constateerde dit zelf omdat het door jou opgegeven factuuradres afweek van het postadres waar de autosleutels naar toe zijn gestuurd. (…) ”.

2.8.

De gemachtigden van partijen hebben vervolgens met elkaar gecorrespondeerd, maar dat heeft niet tot een minnelijke oplossing geleid.

3. De vordering

3.1.

[eiser01] vordert samengevat:

  1. Dutch Design te veroordelen om binnen zeven dagen na het wijzen van dit vonnis aan hem te betalen € 1.753,60 bruto en € 1.339,59 netto aan achterstallig salaris, te vermeerderen met wettelijke verhoging en wettelijke rente;

  2. Dutch Design te veroordelen om binnen zeven dagen na het wijzen van dit vonnis van de onder a. genoemde betaling een deugdelijk bewijs van betaling en een deugdelijke specificatie aan [eiser01] te verschaffen, op straffe van een dwangsom;

  3. Dutch Design te veroordelen om binnen zeven dagen na het wijzen van dit vonnis de specificaties van de variabele beloning over 2019 en 2020 aan [eiser01] te overhandigen, op straffe van een dwangsom, en - bij een positief resultaat - Dutch Design te veroordelen om binnen zeven dagen na het wijzen van dit vonnis de variabele beloning aan [eiser01] te betalen, te vermeerderen met wettelijke verhoging en wettelijke rente;

  4. Dutch Design te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten conform de staffel buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met wettelijke rente;

  5. Dutch Design te veroordelen in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente;

  6. het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.

3.2.

[eiser01] baseert de vordering op het volgende.

3.2.1.

Dutch Design mocht de tegenwaarde van het door Dutch Design gestelde negatieve verlofsaldo (à € 1.753,60 bruto) niet terugvorderen, nu Dutch Design als werkgever nooit bezwaar heeft gemaakt tegen verlofaanvragen van [eiser01] en Dutch Design hem er evenmin op heeft gewezen dat tegenover de verlofaanvragen onvoldoende tegoed stond. [eiser01] was zich er aldus niet van bewust dat sprake was van een negatief saldo en dat Dutch Design zich het recht voorbehield dit bij het einde van het dienstverband te verrekenen. Onder deze omstandigheden gaat het in redelijkheid niet aan het negatief saldo verlofdagen te verrekenen. [eiser01] vordert zodoende de veroordeling van Dutch Design om het bruto bedrag van € 1.753,60 aan hem te betalen.

3.2.2.

Ook de kosten voor de vervangende leaseauto mochten in redelijkheid niet worden verrekend met het loon van [eiser01] . Gedurende zijn dienstverband heeft [eiser01] tweemaal gebruik gemaakt van een vervangende leaseauto voor een vakantie aangezien zijn eigen leaseauto hiervoor ongeschikt was. Zowel voor de vakantie van 20 juli tot en met 13 augustus 2018 (bewijsstuk [eiser01] 11) als voor de vakantie van 20 februari tot

en met 3 maart 2020 is de vervangende leaseauto gehuurd dan wel ter beschikking gesteld in overleg met Dutch Design. In beide gevallen is de factuur betaald en zijn de kosten voor rekening van Dutch Design gekomen. [eiser01] mocht er derhalve vanuit gaan dat de

kosten voor de vakantie van 20 februari tot en met 3 maart 2020 ook voor rekening van Dutch Design zouden komen. De correspondentie met Dutch Design wees er ook op dat Dutch Design de kosten opnieuw wilde dragen, maar wel vroeg om een berekening nadat [eiser01] de mondelinge goedkeuring al had gekregen. Dutch Design heeft [eiser01] nimmer voorgehouden dat de betreffende kosten wel voor zijn eigen rekening zouden komen bij de vakantie van 20 februari tot 3 maart 2020. Het is onder deze omstandigheden dan ook onredelijk dat Dutch Design zonder overleg - en in afwijking van de eerdere factuur voor een vervangende leaseauto - de volledige factuur voor de vervangende leaseauto van [eiser01] (à € 1.189,59) heeft verrekend met zijn netto laatste loon. Deze ‘verrekening’ is ook op geen enkele manier terug te vinden op de loonstrook. [eiser01] vordert zodoende de veroordeling van Dutch Design om het netto bedrag van € 1.189,59 aan hem te betalen.

3.2.3.

[eiser01] betwist dat hij de vervangende leaseauto ‘smerig’ zou hebben achtergelaten, temeer nu [eiser01] de auto zowel van binnen als vanbuiten heeft laten reinigen door [bedrijf04] alvorens hij de auto inleverde en Dutch Design de factuur van deze reiniging nota bene heeft vergoed. Ook deze ‘verrekening’ is niet terug te vinden op de loonstrook. [eiser01] vordert zodoende de veroordeling van Dutch Design om het netto bedrag van € 150,00 aan hem te voldoen.

3.2.4.

Mocht er wel een rechtmatige reden zijn geweest om bovengenoemde posten terug te vorderen en te verrekenen met het loon van [eiser01] , dan had Dutch Design er als werkgever op moeten toezien dat [eiser01] op zijn minst een bepaald minimuminkomen zou ontvangen. Een werknemer moet immers op grond van artikel 7:632 lid 2 BW ook in gevallen van verrekening het minimumloon en minimum vakantiegeld blijven ontvangen. Met een uitbetaling van € 344,66 netto is hier geenszins aan voldaan.

3.2.5.

Sinds 2019 heeft Dutch Design mogelijk onterecht geen variabele beloning uitgekeerd. Uit de arbeidsovereenkomst van [eiser01] met Dutch Design volgt dat er een

variabele beloning van toepassing is op basis van het nettoresultaat van Dutch Design. Aan [eiser01] is persoonlijk medegedeeld dat de variabele bonus 0,5% van de omzet van de verkoopafdeling zou omvatten. Er is zowel door [eiser01] als door zijn gemachtigde aan Dutch Design meermaals verzocht de berekeningen die tot het niet uitbetalen van de variabele beloning zouden hebben geleid over te leggen, maar deze zijn niet ontvangen. Deze specificaties zouden aanwezig moeten zijn nu Dutch Design op het einde van 2019 de berekening over 2019 heeft moeten maken en bij het einde van het dienstverband over 2020, aangezien het besluit om geen variabele beloning uit te keren op deze berekening gebaseerd zou moeten zijn. [eiser01] vordert zodoende Dutch Design te veroordelen tot het

overleggen van de specificaties van de variabele beloning over 2019 en 2020, en - bij een positief resultaat - Dutch Design te veroordelen tot betaling van deze variabele beloning aan hem.

3.2.6.

Tot slot vordert [eiser01] (a) de veroordeling van Dutch Design tot betaling van de wettelijke verhoging zoals bedoeld in artikel 7:625 BW over de aan [eiser01] na te betalen

bedragen, te berekenen vanaf 15 maart 2020, althans in ieder geval per 9 september 2020, tot aan de dag van algehele betaling, (b) de veroordeling van Dutch Design tot betaling van de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW, te berekenen vanaf 15 maart 2020, althans in ieder geval vanaf 9 september 2020 tot aan de dag van algehele betaling en (c) de vergoeding van de door hem gemaakte buitengerechtelijke incassokosten begroot op € 434,00.

4. Het verweer

4.1.

Dutch Design is het niet eens met de verschillende vorderingen van [eiser01] en voert - kort samengevat - het volgende aan.

4.1.1.

Dutch Design heeft met recht het negatief verlofsaldo van [eiser01] met de eindafrekening verrekend. Eind december 2019 heeft Dutch Design [eiser01] per e-mail geïnformeerd over zijn toenmalige saldo van verlofuren. [eiser01] was er dus van op de hoogte dat bij opname van verlofuren voor zijn wintersportvakantie een - extra - tekort aan verlofuren zou ontstaan. Door direct na vertrek op wintersportvakantie de arbeidsovereenkomst op te zeggen, was [eiser01] ook niet meer in de gelegenheid om het

negatief saldo aan verlofuren in te lopen. Tegen deze achtergrond is het niet meer dan redelijk en billijk dat [eiser01] deze uren vergoedt.

4.1.2.

Dutch Design heeft [eiser01] er nadrukkelijk op gewezen dat hij voorafgaande toestemming nodig had voor het huren van een auto, die hij tijdens de vakantie kon gebruiken. Deze toestemming heeft hij niet gekregen, ook niet mondeling. [eiser01] moet daarom de kosten van de gehuurde auto zelf betalen. [eiser01] heeft dat echter geweigerd en het verhuurbedrijf gevraagd de factuur naar Dutch Design te sturen. Dutch Design heeft de factuur betaald om discussie met het verhuurbedrijf te voorkomen, maar dat neemt niet weg dat Dutch Design gerechtigd was deze kosten te verrekenen met datgene dat zij aan [eiser01] was verschuldigd. Ten overvloede merkt Dutch Design op dat het enkele gegeven dat in voorgaande jaren zonder nadere vragen kosten zijn voldaan (hetgeen Dutch Design overigens betwist), geen verworven recht oplevert. Sterker nog, het was [eiser01] volstrekt helder dat voorafgaande toestemming door Dutch Design was vereist, gezien de e-mailwisseling daarover.

4.1.3.

[eiser01] was gehouden zijn leaseauto in- en uitwendig in goede staat te houden en zo nodig te herstellen. [eiser01] heeft dat nagelaten, aangezien hij de auto met een vies interieur heeft ingeleverd. Dit heeft ertoe geleid dat Dutch Design zelf voor de schoonmaak van het interieur heeft moeten zorgdragen. De kosten daarvoor zijn aan Dutch Design gefactureerd en Dutch Design heeft die kosten betaald. Dutch Design was gerechtigd om deze kosten bij de eindafrekening van [eiser01] te verrekenen.

4.1.4.

Het standpunt van [eiser01] dat verrekening van bedragen niet is toegestaan voor zover [eiser01] daardoor niet het hem toekomende minimumloon en/of minimum vakantiegeld heeft ontvangen, ziet eraan voorbij dat de regeling van artikel 7:632 BW slechts opgaat gedurende de arbeidsovereenkomst. De verrekening heeft plaatsgevonden bij het einde van de arbeidsovereenkomst en is dus toegestaan.

4.1.5.

Partijen zijn overeengekomen dat in juni 2018 zou worden bekeken of [eiser01] al dan niet recht heeft op een variabele beloning. De uitkomst was dat [eiser01] geen recht had op een variabele beloning. Er is dan ook over de betreffende jaren geen variabele beloning uitbetaald. [eiser01] wist dat en heeft daar ook nooit enige opmerking over gemaakt. Dit gedeelte van de vordering moet dan ook worden afgewezen. Ook voor toewijzing van de gevorderde dwangsom bestaat geen reden.

4.1.6.

De gevorderde wettelijke verhoging moet primair worden afgewezen, omdat de vordering van [eiser01] niet toewijsbaar is. Subsidiair moet de wettelijke verhoging worden gematigd, omdat Dutch Design - gelet op de feiten en omstandigheden van dit geval - geen verwijt te maken valt dat zij haar vordering op [eiser01] bij de eindafrekening heeft verrekend.

4.1.7.

De gevorderde buitengerechtelijke kosten en rente moeten primair worden afgewezen, omdat de vordering van [eiser01] niet toewijsbaar is. [eiser01] wordt bovendien vermoedelijk bijgestaan door een rechtsbijstandsverzekeraar. In dat geval worden deze kosten gedragen door de rechtsbijstandsverzekering van [eiser01] en lijdt [eiser01] op dit punt dus geen (vermogens)schade. Er bestaat daarom geen grond voor toewijzing van buitengerechtelijke kosten. Er zijn tot slot ook geen buitengerechtelijke werkzaamheden door de gemachtigde van [eiser01] verricht die voor vergoeding in aanmerking komen.

5. De beoordeling

Terugbetaling verrekende vakantiedagen?

5.1.

Aanvankelijk bestond tussen partijen discussie over de juistheid van de verlofkaart die Dutch Design bij e-mail van 13 december 2019 aan [eiser01] had toegestuurd. Tijdens de mondelinge behandeling heeft Dutch Design zich op het standpunt gesteld dat [eiser01] over 2019 een tekort van vier vakantiedagen had en dat [eiser01] over 2020 een tekort van zes vakantiedagen had. Het door Dutch Design gestelde tekort over 2019 is door [eiser01] erkend. Het door Dutch Design gestelde tekort over 2020 is door [eiser01] niet voldoende gemotiveerd weersproken, zodat de kantonrechter van de juistheid van het door Dutch Design gestelde tekort over 2020 uitgaat. Dit betekent dat in deze procedure als vaststaand wordt aangenomen dat [eiser01] bij uitdiensttreding een tekort van tien vakantiedagen had.

5.2.

De vraag die vervolgens moet worden beantwoord, is of Dutch Design gerechtigd was het tekort aan vakantiedagen te verrekenen met de eindafrekening van [eiser01] . De kantonrechter beantwoordt deze vraag bevestigend. [eiser01] wist dat hij over 2019 een tekort van vier vakantiedagen had. Door vervolgens tussen 20 februari 2020 en 3 maart 2020 op vakantie te gaan, hier vrije dagen voor op te nemen en gedurende zijn vakantie zijn ontslag in te dienen, had [eiser01] zich moeten realiseren dat aan het einde van zijn dienstverband een negatief saldo aan vakantiedagen zou resteren. [eiser01] kan onder deze omstandigheden niet aan Dutch Design tegenwerpen dat zij hem vóór goedkeuring van zijn vakantie niet heeft gewezen op het feit dat een eventueel resterend negatief saldo aan vakantiedagen met zijn eindafrekening verrekend zou worden. Dutch Design behoefde er immers geen rekening mee te houden dat [eiser01] op 21 februari 2020 (één dag nadat hij op vakantie was gegaan) zijn ontslag zou indienen en dat hij daardoor zijn negatieve saldo aan vakantiedagen later in het jaar 2020 niet meer kon goedmaken.

5.3.

De stelling van [eiser01] , tot slot, dat Dutch Design op grond van artikel 7:632 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (‘BW’) niet tot verrekening van het negatieve saldo aan vakantiedagen met de eindafrekening mocht overgaan voor zover daarbij niet ten minste het toepasselijke minimumloon en/of het minimum vakantiegeld werd gerespecteerd, berust op een onjuiste lezing van artikel 7:632 BW. [eiser01] gaat er namelijk ten onrechte vanuit dat artikel 7:632 lid 2 BW een op zichzelf staande bepaling is. Artikel 7:632 lid 2 BW vormt echter slechts een beperking van de verrekeningsmogelijkheden die artikel 7:632 lid 1 BW biedt, zodat de werknemer er op de uitbetalingsdag van is verzekerd dat hij de vrije beschikking krijgt over een redelijk gedeelte van zijn loon. De regeling van artikel 7:632 BW geldt alleen voor de verrekening gedurende de arbeidsovereenkomst en niet bij het einde daarvan (zie ook T&C Arbeidsrecht bij artikel 7:632 BW, aantekening 1). De bijzondere regeling van artikel 7:632 BW gaat overigens voor op de algemene verrekenings-bepalingen van artikel 6:127 BW e.v., zodat het beroep van [eiser01] op die algemene bepalingen ook niet opgaat.

5.4.

Concluderend mocht Dutch Design tot verrekening van het negatieve saldo aan vakantiedagen met de eindafrekening overgaan, zodat het door [eiser01] gevorderde bedrag van € 1.753,60 bruto aan vakantiedagen niet toewijsbaar is.

Terugbetaling kosten voor vervangende leaseauto?
5.5. De kantonrechter constateert dat nergens uit blijkt dat Dutch Design (definitief) toestemming aan [eiser01] heeft gegeven om voor zijn vakantie tussen 20 februari 2020 en 3 maart 2020 voor rekening van Dutch Design een vervangende auto te huren. [eiser01] heeft weliswaar gesteld dat [naam02] hem mondeling toestemming heeft gegeven om voor rekening van Dutch Design een vervangende leaseauto te huren, maar dit is door Dutch Design betwist en niet nader door [eiser01] onderbouwd. Aan bewijslevering op dit punt komt de kantonrechter niet toe, nu een concreet en specifiek bewijsaanbod ontbreekt. Verder blijkt nergens uit dat [eiser01] zonder toestemming gerechtigd was om op kosten van Dutch Design een vervangende auto te huren. De enkele omstandigheid dat [eiser01] twee keer eerder voor rekening van Dutch Design een vervangende leaseauto voor zijn vakantie mocht huren, kan niet tot de conclusie leiden dat [eiser01] er gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat Dutch Design de volledige kosten van een vervangende auto wederom voor haar rekening zou nemen, zeker niet gezien de e-mailwisseling met [naam02] .

5.6.

Uit de door partijen overgelegde e-mailcorrespondentie blijkt evenwel dat Dutch Design wel bereid was om (enige) kosten voor een vervangende auto ten behoeve van de vakantie van [eiser01] voor haar rekening te nemen. Dit heeft [naam02] tijdens de mondelinge behandeling ook erkend. Op grond daarvan mocht [eiser01] er vanuit gaan dat Dutch Design (tot op zekere hoogte) in de kosten van de vervangende auto zou delen. De kantonrechter acht het dan ook redelijk dat Dutch Design de helft van de kosten die [eiser01] voor de vervangende auto heeft betaald voor haar rekening neemt. Dat komt neer op een bedrag van (afgerond) € 594,80 netto. Dutch Design zal in het te zijner tijd te wijzen eindvonnis worden veroordeeld om dit bedrag aan [eiser01] te betalen.

Terugbetaling kosten voor schoonmaak vervangende leaseauto?

5.7.

Dutch Design stelt dat de binnenzijde van de vervangende leaseauto die [eiser01] heeft gehuurde bij inlevering zo vies was, dat de leasemaatschappij kosten bij Dutch Design in rekening heeft gebracht voor schoonmaak van de leaseauto. Dutch Design onderbouwt haar stelling met foto’s, waarvan zij zegt dat die direct bij inlevering van de leaseauto bij de leasemaatschappij zijn gemaakt. [eiser01] heeft gemotiveerd betwist dat hij de leaseauto met een vies interieur heeft ingeleverd. Hij stelt daartoe dat hij de leaseauto voor het inleveren daarvan door [bedrijf04] van binnen en buiten heeft laten reinigen en dat de kosten daarvan door Dutch Design zijn vergoed.

5.8.

Het antwoord op de vraag of [eiser01] de auto al dan niet met een vervuild interieur heeft ingeleverd, kan naar het oordeel van de kantonrechter verder in het midden blijven. Ook al zou dat immers het geval zijn geweest, dan had Dutch Design [eiser01] daarop moeten aanspreken en hem de gelegenheid moeten bieden om het interieur alsnog te (laten) reinigen. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de gemachtigde van Dutch Design erkend dat Dutch Design [eiser01] deze gelegenheid niet heeft geboden. De kantonrechter volgt Dutch Design niet in haar standpunt dat deze gelegenheid op grond van artikel 7:611 BW niet had behoeven te worden geboden. Sterker nog, uit hoofde van goed werkgeverschap had Dutch Design [eiser01] nu juist de gelegenheid moeten bieden om de auto alsnog zelf te reinigen althans dat te laten doen op zijn eigen kosten, alvorens die kosten op [eiser01] te verhalen. Bovendien geldt dat Dutch Design bij een tekortkoming van [eiser01] alleen aanspraak kan maken op schadevergoeding, wanneer [eiser01] in verzuim is. Voor het intreden van verzuim is, behoudens de uitzonderingen als bedoeld in artikel 6:80 BW waarvan gesteld noch gebleken is dat deze zich in dit geval voordoen, een ingebrekestelling vereist. Vaststaat dat die ingebrekestelling in dit geval niet heeft plaatsgevonden.

5.9.

De conclusie luidt dan ook dat Dutch Design ten onrechte het bedrag van € 150,00 netto heeft ingehouden op de eindafrekening van [eiser01] , zodat dit deel van de vordering in beginsel toewijsbaar is.

5.10.

Om te voorkomen dat dit tussenvonnis geldt als een deelvonnis, wordt de veroordeling van Dutch Design tot betaling van de hiervoor genoemde nettobedragen van
€ 594,80 en € 150,00 aangehouden tot het te zijner tijd te wijzen eindvonnis.

Recht op een variabele beloning?

5.11.

Partijen verschillen van mening over het antwoord op de vraag of [eiser01] in 2019 en/of 2020 recht had op een variabele beloning, zoals genoemd in het hiervoor (zie 2.2.) geciteerde artikel 4.2. in de arbeidsovereenkomst en de e-mail van 4 oktober 2017 die als bijlage 13 bij de dagvaarding is overgelegd. In die e-mail is van de kant van Dutch Design aan [eiser01] - voor zover van belang - het volgende bericht:

“(…)
Met genoegen stuur ik je hierbij onze arbeidsovereenkomst en pensioenregeling. De variabele beloning leg ik je graag nog in detail uit, maar kan oplopen tot enkele maandsalarissen
(…)”.

5.12.

Naar het oordeel van de kantonrechter ligt het op de weg van Dutch Design om aan de hand van onderliggende bescheiden nader te onderbouwen dat [eiser01] in 2019 en/of 2020 geen recht had op een variabele beloning. De zaak zal daartoe worden verwezen naar de rolzitting van donderdag 1 december 2022 om 14:30 uur , zodat Dutch Design schriftelijk kan reageren. Vervolgens zal de kantonrechter [eiser01] op een nader te bepalen rolzitting de gelegenheid bieden om zich, eveneens schriftelijk, over de verdere stellingen van Dutch Design uit te laten.

5.13.

Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

6. De beslissing

De kantonrechter:

6.1.

beveelt Dutch Design op de voet van artikel 22 Rv om op de rolzitting van donderdag 1 december 2022 om 14:30 uur schriftelijk aan de hand van onderliggende bescheiden nader te onderbouwen dat [eiser01] in 2019 en/of 2020 geen recht had op een variabele beloning;

6.2.

bepaalt dat de akte uiterlijk de dag vóór de hiervoor genoemde rolzitting om 12:00 uur in tweevoud op de griffie moet zijn ontvangen;

6.3.

bepaalt dat [eiser01] vervolgens op een nader te bepalen rolzitting in de gelegenheid zal worden gesteld om zich over de nadere stellingen van Dutch Design, eveneens schriftelijk, uit te laten;

6.4.

houdt iedere verdere beslissing aan.

Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.

38671

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.