2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is gewijzigd overeenkomstig artikel 313 van het Wetboek van Strafvordering. Verdachte staat, met inachtneming hiervan, terecht ter zake dat
1.
hij op of omstreeks 23 juli 2016 te Noordgouwe, gemeente Schouwen-Duiveland,
[slachtoffer 1]
opzettelijk
van het leven heeft beroofd, door (met dat opzet) die [slachtoffer 1] , bestuurster van een
motorfiets, met een motorvoertuig (van achteren) met aanzienlijk snelheidsverschil aan te rijden, terwijl hij,
verdachte, een ((zeer) grote) hoeveelheid alcoholhoudende drank had genuttigd
en/of hij, verdachte, niet in het bezit was van een rijbewijs (categorie B)
en/of de rijbevoegdheid was ontzegd om een dergelijk motorrijtuig te
kunnen/mogen besturen;
subsidiair, althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 23 juli 2016 te Noordgouwe, gemeente Schouwen-Duiveland,
als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig
(bestelbus), daarmede rijdende over de weg, de Kloosterweg, zich zodanig heeft
gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft
plaatsgevonden, door roekeloos, in elk geval in hoge, althans aanzienlijke
mate onvoorzichtig en/of onachtzaam en of onnadenkend en/of ondeskundig als
volgt te handelen,
verdachte heeft, terwijl hij niet in het bezit was van een rijbewijs
(categorie B) om een dergelijk motorrijtuig te kunnen/mogen besturen en/of hem
tevens de rijbevoegdheid was ontzegd:
- na het nuttigen van een ((zeer) grote) hoeveelheid alcoholhoudende drank,
dit motorrijtuig bestuurd, en/of
- niet de nodige voorzichtigheid in acht genomen, en/of onvoldoende aandacht
gehad voor het verkeer en/of de verkeerssituatie ter plaatse, en/of
- [slachtoffer 1] , bestuurster van een motorfiets, niet opgemerkt en
vervolgens (van achteren) met aanzienlijk snelheidsverschil aangereden met zijn, verdachtes, motorrijtuig,
waardoor een ander (genaamd [slachtoffer 1] ) werd gedood, terwijl hij
verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8, eerste of tweede lid van de
Wegenverkeerswet 1994, danwel na het feit niet heeft voldaan aan een bevel
gegeven krachtens artikel 163, tweede, zesde, achtste of negende lid van
genoemde wet;
2.
hij op of omstreeks 23 juli 2016 te Noordgouwe, gemeente Schouwen-Duiveland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
[slachtoffer 2]
opzettelijk
van het leven te beroven, door (met dat opzet) die [slachtoffer 2] , mede-opzittende van een
motorfiets, met een motorvoertuig (van achteren) met aanzienlijk snelheidsverschil aan te rijden, terwijl hij,
verdachte, een ((zeer) grote) hoeveelheid alcoholhoudende drank had genuttigd
en/of hij, verdachte, niet in het bezit was van een rijbewijs (categorie B)
en/of de rijbevoegdheid was ontzegd om een dergelijk motorrijtuig te
kunnen/mogen besturen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair, althans, indien het vorenstaande onder 2 niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 23 juli 2016 te Noordgouwe, gemeente Schouwen-Duiveland,
als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, daarmede
rijdende over de weg, (de Kloosterweg), zich zodanig heeft gedragen dat een
aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door roekeloos,
in elk geval in hoge, althans aanzienlijke mate onvoorzichtig en/of onachtzaam
en of onnadenkend en/of ondeskundig als volgt te handelen,
verdachte heeft, terwijl hij niet in het bezit was van een rijbewijs
(categorie B) om een dergelijk motorrijtuig te kunnen/mogen besturen en/of hem
tevens de rijbevoegdheid was ontzegd:
- na het nuttigen van een ((zeer) grote) hoeveelheid alcoholhoudende drank,
dit motorrijtuig bestuurd, en/of
- niet de nodige voorzichtigheid in acht genomen, en/of onvoldoende aandacht
gehad voor het verkeer en/of de verkeerssituatie ter plaatse, en/of
- [slachtoffer 2] , mede-opzittende van een motorfiets, niet opgemerkt en vervolgens
(van achteren) met aanzienlijk snelheidsverschil aangereden met zijn, verdachtes, motorrijtuig,
waardoor een ander (genaamd [slachtoffer 2] ) zwaar lichamelijk letsel, te weten
schedelbreuk en/of botbreuk aan een nekwervel en/of botbreuk aan een borstwervel en/of botbreuk aan de rechter enkel en/of gebroken rib, of zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit
tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden
is ontstaan, terwijl hij verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8,
eerste of tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994, danwel na het feit niet
heeft voldaan aan een bevel gegeven krachtens artikel 163, tweede, zesde,
achtste of negende lid van genoemde wet;
3.
hij op of omstreeks 23 juli 2016 te Noordgouwe, gemeente Schouwen-Duiveland,
als bestuurder van een motorrijtuig (een bedrijfsauto kenteken [kenteken] ) dit
motorrijtuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat
het alcoholgehalte van verdachtes bloed bij een onderzoek als bedoeld in
artikel 8, derde lid, aanhef en onder b van de Wegenverkeerswet 1994, 2,5
milligram, althans 1,84 milligram, in elk geval hoger dan 0,2 milligram
alcohol per milliliter bloed bleek te zijn, terwijl voor het besturen van dat
motorrijtuig een rijbewijs was vereist en verdachte dit motorrijtuig heeft
bestuurd zonder rijbewijs;
4.
hij op of omstreeks 23 juli 2016 te Noordgouwe, gemeente Schouwen-Duiveland,
terwijl hij wist of redelijkerwijs moest weten dat hem bij rechterlijke
uitspraak of strafbeschikking de bevoegdheid tot het besturen van
motorrijtuigen was ontzegd, gedurende de tijd dat hem die bevoegdheid was
ontzegd, op de weg, de Kloosterweg, een motorrijtuig, (bedrijfsauto kenteken
[kenteken] ), heeft bestuurd.
8 De beslissing
De rechtbank:
- spreekt verdachte vrij van het onder 4 tenlastegelegde feit;
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is tenlastegelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 primair: doodslag;
feit 2 primair: poging tot doodslag;
feit 3: overtreding van artikel 8, derde lid, aanhef en onderdeel b, en vierde lid, aanhef en onderdeel a, van de Wegenverkeerswet 1994;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 6 (zes) jaar;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf;
- veroordeelt verdachte tot een ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen van 10 (tien) jaar.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Nomes, voorzitter, mr. M.E.H. Janssen en
mr. I.M. Josten, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.E.A.M. van de Riet, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 29 december 2016.
Mr. Janssen en mr. Josten zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.