Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:GHAMS:2024:904

Gerechtshof Amsterdam
11-04-2024
11-04-2024
23-000594/24
Strafrecht
Mondelinge uitspraak

Marengo, beslissing op verzoek schorsing voorlopige hechtenis

Rechtspraak.nl

Uitspraak

Beslissing schorsingsverzoek [M.M.]

De verdachte is bij vonnis van 27 februari 2024 veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren en zes maanden wegens – voor zover hier van belang – medeplichtigheid aan het medeplegen van de moord op [slachtoffer 1] op 17 april 2016 en deelneming aan een criminele organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven, waaronder moord, in de periode van 1 januari 2016 tot en met 14 januari 2017 (zaak A). De voorlopige hechtenis van de verdachte ziet op deze feiten.

De gronden waarop het eerder gegeven bevel tot voorlopige hechtenis rust – kortweg: de zogenoemde twaalfjaarsgrond en de recidivegrond – zijn naar het oordeel van het hof onverkort aanwezig. Het vonnis levert bovendien een eigenstandige grond op voor het bevel tot voorlopige hechtenis.

Twaalfjaarsgrond

Er is sprake van de twaalfjaarsgrond nu te verwachten valt dat de rechtsorde ernstig zal worden geschokt en er maatschappelijke onrust zal ontstaan als de verdachte – die in eerste aanleg wegens betrokkenheid bij een moord in de vorm van een liquidatie tot een langdurige gevangenisstraf is veroordeeld – zijn proces in hoger beroep in vrijheid mag afwachten. Daarbij acht het hof in het bijzonder van belang de aard en ernst van de feiten en de publicitaire aandacht die het cluster van strafzaken bekend onder de naam Marengo – waartoe deze strafzaak behoort – heeft gegenereerd en nog steeds genereert. Tot slot acht het hof van belang dat het Openbaar Ministerie in hoger beroep is gegaan en de officieren van justitie in eerste aanleg de oplegging van een gevangenisstraf hebben gevorderd van zestien jaren.

Recidivegrond

Gelet op de lange periode van de deelneming van de verdachte aan de criminele organisatie die de rechtbank heeft bewezenverklaard, acht het hof ook thans nog ernstig gevaar voor herhaling aanwezig, zij het dat het hof, evenals de rechtbank, de recidivegrond van ondergeschikte betekenis acht. Het hof onderkent dat het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte tijdens de procedure in eerste aanleg is geschorst geweest vanaf 19 april 2019 tot de einduitspraak op 27 februari 2024, en dat niet is gebleken dat de verdachte zich in die periode schuldig heeft gemaakt aan enig strafbaar feit. Maar anders dan de raadsman heeft bepleit, betekent dat een en ander niet dat de recidivegrond niet langer aanwezig is. De verdachte heeft tijdens zijn schorsing voortdurend zich moeten houden aan voorwaarden, die tot doel hadden het herhalingsgevaar te beperken.

Nu sprake is van de twaalfjaarsgrond en sprake is van zeer ernstige misdrijven die tegen het leven gericht zijn, kan slechts van een schorsing van de voorlopige hechtenis sprake zijn als zich zeer bijzondere (persoonlijke) omstandigheden voordoen.

Het is op zichzelf beschouwd invoelbaar dat het aangrijpend is voor de verdachte om na een lange tijd (voorwaardelijk) op vrije voeten te zijn geweest, weer voorlopig gehecht te zijn, maar dat maakt niet dat hernieuwde schorsing van de voorlopige hechtenis zonder meer aan de orde is. Het hof zal een afweging moeten maken tussen het maatschappelijke belang bij voortduring van de voorlopige hechtenis van de verdachte en zijn persoonlijke belang van bij de schorsing daarvan. De even bedoelde zeer bijzondere (persoonlijke) omstandigheden zijn naar het oordeel van het hof thans niet aan de orde. Dat de verdachte een full-time baan heeft, de zorg voor zijn partner heeft en het huishouden met zijn werk van een inkomen voorziet, is daartoe onvoldoende.

De door de raadsman geschatte duur van de gedingfase van het hoger beroep werpt geen ander licht op de afweging van belangen die heden door het hof is gedaan.

Het hof laat het maatschappelijk belang bij voortduring van de voorlopige hechtenis van de verdachte prevaleren boven zijn persoonlijk belang bij de schorsing daarvan en wijst daarom het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis af.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.