3.1.
De rechtbank heeft vastgesteld van welke feiten in dit geschil wordt uitgegaan. Deze door de rechtbank vastgestelde feiten vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt. Voorts staan nog enkele andere feiten, als enerzijds gesteld en anderzijds niet betwist, tussen partijen vast. Het hof zal hierna een overzicht geven van de relevante feiten.
( a) De grootvader van de man, de heer [grootvader van de man] , heeft in 1956 de (panden aan de) [straat] van de gemeente [gemeente] gekocht. De juridische eigendom daarvan is vervolgens in 1957 overgedragen aan de Coöperatieve Bouwvereniging [coöperatie] U.A. (hierna ook te noemen: “ [coöperatie] ”). Daartegenover is hem het lidmaatschap in de coöperatie “ [coöperatie] ” toegekend.
( b) Op [datum] 2011 is de vader van de man (hierna te noemen: de erflater) overleden.
Bij testament heeft de erflater zijn drie kinderen tot zijn erfgenamen (voor gelijke delen) benoemd. De kinderen zijn:
- de man
- zus [zus van de man 1] van de man ( [zus van de man 1] )
- zus [zus van de man 2] van de man ( [zus van de man 2] ).
Het testament van de erflater bevat de volgende uitsluitingsclausule:
“Ik bepaal dat al wat uit mijn nalatenschap wordt verkregen, (...) niet zal vallen in enige huwelijksvermogensrechtelijke gemeenschap die ontstaat of is ontstaan als gevolg van een huwelijk (..)”.
( c) Op 14 augustus 2013 is ten overstaan van notaris mr. [notaris 1] door de drie erfgenamen een akte van verdeling opgemaakt en verleden. Deze akte bevat, voor zover van belang, de volgende bepalingen:
“(…)
HOOFDSTUK 1. NALATENSCHAP
(…)
2. Samenstelling onverdeeldheid nalatenschap
De nalatenschap van de erflater omvat naast (…), de rechten betreffende de hierna vermelde registergoederen, vorderingen, banksaldi en overige financiële waarden (…).
(…)
3. Hetgeen ten deze wordt verdeeld
A. Partijen zijn voor heden overeengekomen bij deze akte de onverdeeldheid voor wat betreft de rechten in het kader van na te melden registergoederen te verdelen en te leveren en zulks in samenhang met enerzijds de dienaangaande taxaties van die registergoederen en anderzijds het financiële overzicht van de posities der afzonderlijke erfgenamen met betrekking tot de omvang van die onverdeeldheid en derzelver mutaties vanaf het overlijden van de overledene (...).
Als dag van verdeling van deze sub A bedoelde verdeling geldt de datum (…) vijftien juni 2013
(…)
4. De registergoederen betreffende de nalatenschap
Behoudens de in het sub 3.A bedoelde overzicht bedoelde financiële posities der erfgenamen zijn onderwerp van de in deze akte geëffectueerde verdeling alle rechten (hierna verder te noemen: “de lidmaatschapsrechten”) welke de overledene kon ontlenen aan zijn lidmaatschap met de Coöperatieve Bouwvereniging “ [coöperatie] ” B.A. (...) en wel met betrekking tot het recht van (volle) eigendom van:
A. het woonhuis (...) staande en gelegen te [postcode] [plaats 1] , [adres 1] (...);
B. het woonhuis (...) staande en gelegen te [postcode] [plaats 1] , [adres 2] (…);
C. woonhuis met (...) staande en gelegen te [postcode] [plaats 2] , [adres 3]
(met garage) en [adres 4] (...) en;
D. het woonhuis (...) staande en gelegen te [postcode] [plaats 2] , [adres 5] (...);
(...) de hiervoor onder A tot en met D vermelde registergoederen (...) bindend voor de erfgenamen, blijkens de gemelde taxatierapporten getaxeerd door (...) op respectievelijk:
a. voor wat betreft het sub A vermelde registergoed (...) op (...) € 140.000,00;
b. voor wat betreft het sub B vermelde registergoed (...) op (...) € 235.000,00;
c. voor wat betreft de sub C vermelde registergoederen op (...) € 350.000,00 terzake van [adres 3] (met garage) en (...) € 160.000,00 terzake van [adres 4]
(...);
d. voor wat betreft het sub D vermelde registergoed (...) op (...) € 110.000,00.
(…)
Hoofdstuk 2. VERDELINGSOVEREENKOMST
1. Overeenkomst
De erfgenamen zijn in het kader van het in hoofdstuk 1 sub 3.A. bepaalde overeengekomen de lidmaatschapsrechten met betrekking tot de registergoederen als volgt te verdelen.
I. aan [zus [zus van de man 1] ] zijn per 15 juni 2013 toebedeeld de lidmaatschapsrechten inzake de (...) onder A en B bedoelde registergoederen, onder de verplichting om vanaf (...) alle kosten en lasten die verbonden zijn aan die registergoederen casu quo derzelver lidmaatschapsrechten, voor haar rekening te nemen en als haar eigen schulden te voldoen onder vrijwaring van [de man] en [zus [zus van de man 2] ] voor alle aanspraken dienaangaand;
II. aan [de man] en [zus [zus van de man 2] ] zijn per 15 juni 2013 gezamenlijk – ieder hunner voor de onverdeelde helft – toebedeeld de lidmaatschapsrechten inzake de (...) onder C en D bedoelde registergoederen, onder de verplichting om vanaf (...) gezamenlijk – ieder hunner voor de helft – alle kosten en lasten die verbonden zijn aan die registergoederen casu quo derzelver lidmaatschapsrechten, voor hun rekening te nemen en als hun eigen schulden te voldoen onder vrijwaring van [zus [zus van de man 1] ] voor alle aanspraken dienaangaand.
2. Overbedeling
Als gevolg van de verdeling bij deze akte (zoals hiervoor in hoofdstuk 1 sub 3 onder A bedoeld) stellen partijen vast dat [zus [zus van de man 1] ] – conform het voormelde financiële overzicht – is overbedeeld. Bij wege van compromis teneinde de onderhavige verdeling te bewerkstelligen hebben [de man] en [zus [zus van de man 2] ] toegestemd in een tegemoetkoming in deze jegens [zus [zus van de man 1] ], zodat het bedrag van die overbedeling tussen partijen is overeengekomen op (…) (€ 27.663,00). De vaststelling casu quo bedoelde tegemoetkoming van die overbedeling is een vaststellingsovereenkomst (...) Bedoeld bedrag is door [zus [zus van de man 1] ] per heden gestort door [zus [zus van de man 1] ] op een bankrekening van mij, notaris.
(…)
HOOFDSTUK 3. LEVERING
(…)
2. Levering
In verband met de uitvoering van de verdelingsovereenkomst leveren partijen hierbij de als gemeld toebedeelde rechten terzake van de lidmaatschapsrechten betreffende de registergoederen aan de betrokken verkrijger(s). De verkrijger(s) aanvaard(t)(en) die levering.
[De man in zijn hoedanigheid van executeur en afwikkelingsbewindvoerder met betrekking tot de nalatenschap van zijn vader] zal deze leveringen der lidmaatschapsrechten kenbaar maken aan [de coöperatie “ [coöperatie] ”]
(…)
HOOFDSTUK 4. OVERIGE BEPALINGEN
Partijen verklaren over de verdeling en levering (...) het volgende.
(…)
12. Met deze verdeling hebben de erfgenamen de nalatenschap van de overledene wat betreft de registergoederen, casu quo dienaangaande lidmaatschapsrechten, alsmede de in het voorschreven desbetreffende overzicht vermelde ieders financiële positie in het kader van de nalatenschap van de overledenen naar ieders instemming verdeeld.
13. Deze partiële verdeling is de wijze waarop de erfgenamen uitvoering wensen te geven aan de hiervoor in hoofdstuk 2 sub 1 vermelde overeenkomst, en partijen hebben uit hoofde van deze partiële verdeling en de hiervoor vermelde overeenkomst niets meer van elkaar te vorderen. (...)
14. In vervolg op al het vorenstaande verlenen partijen elkaar kwijting en décharge betreffende (...) de in deze akte vervatte verdeling, doch zulks met dien verstande dat zulks niet van toepassing is op de dientengevolge bestaande voortdurende onverdeeldheid tussen [de man] en [zus [zus van de man 2] ].”
( d) Partijen zijn op 13 september 2013 gehuwd, na het maken van huwelijkse voorwaarden. De akte huwelijkse voorwaarden is gepasseerd op 26 augustus 2013, ten overstaan van een andere notaris. De verdelingsakte van 14 augustus 2013 is namelijk verleden door mr. [notaris 1] ; de akte huwelijkse voorwaarden van 13 september 2013 door mr. [notaris 2] .
De huwelijkse voorwaarden bepalen onder meer het volgende:
Wettelijke gemeenschap van goederen; privé-vermogen
Artikel 1
1. Tussen de echtgenoten bestaat de wettelijke gemeenschap van goederen.
2. Van deze gemeenschap zijn echter uitgezonderd:
a. het onverdeelde aandeel van [de man] in de eigendom van de navolgende registergoederen, te weten:
- het woonhuis met verdere opstallen en overig toebehoren, een en ander met ondergrond, erf en tuin, staande en gelegen te [postcode] [plaats 2] , [adres 3] ;
- het woonhuis met verdere opstallen en overig toebehoren, een en ander met ondergrond, erf en tuin, staande en gelegen te [postcode] [plaats 2] , [adres 4] ;
- het woonhuis met verdere opstallen en overig toebehoren, een en ander met ondergrond, erf en tuin, staande en gelegen te [postcode] [plaats 2] , [adres 5] ;
- het woonhuis met verdere opstallen en overig toebehoren, een en ander met ondergrond, erf en tuin, staande en gelegen te [postcode] [plaats 1] , [adres 1] ; en:
- het woonhuis met verdere opstallen en overig toebehoren, een en ander met ondergrond, erf en tuin, staande en gelegen te [postcode] [plaats 1] , [adres 2] ,
alsmede de eventueel daarop rustende hypothecaire inschrijving(en), althans de geldleningen welke aan gemelde hypothecaire inschrijving(en) is/zijn verbonden;
b. het volledig aan [de vrouw] in eigendom toebehorend registergoed, te weten:
het woonhuis met verdere opstallen en overig toebehoren, een en ander met ondergrond, erf en tuin, staande en gelegen te [postcode] [plaats 3] , gemeente [gemeente] , [adres 6] ;
(…)
c. het aandeel van [de vrouw] in de maatschap:
[maatschap] , kantoorhoudende te [postcode] [plaats 3] , gemeente [gemeente] , [adres 6] , ingeschreven in het handelsregister van de Kamers van Koophandel in Nederland onder nummer [nummer 1] ;
d. de goederen die als aanbreng van een echtgenoot zijn vermeld op de staat van aanbrengsten als bedoeld in artikel 9 van deze huwelijkse voorwaarden;
en
e. de rechten en verplichtingen die verband houden met een levensverzekering als bedoeld in artikel 4 van deze huwelijkse voorwaarden.
(…)
Inkomsten, rente en kosten
Artikel 2
1. De inkomsten uit goederen die behoren tot het privévermogen vallen in de gemeenschap.
2. De rente van schulden die behoren tot het privévermogen en de gebruikelijke kosten van de daartoe behorende goederen komen, voor zover artikel 3 niet anders bepaalt, ten laste van de gemeenschap.”
( e) Op 25 september 2014 is een tweede akte van verdeling gepasseerd, door mr. [notaris 2] . Partijen bij die akte zijn de man en zus [zus van de man 2] . Deze akte luidt als volgt:
(…)
HOOFDSTUK 1. CONSIDERANS / NALATENSCHAP
(…)
(Eerdere) partiele verdeling
De nalatenschap van de [erflater] is reeds partieel verdeeld tussen de [man en zus [zus van de man 2] ] en genoemde [zus [zus van de man 1] ], blijkens een akte van verdeling en levering, houdende kwijting en décharge, verleden op veertien augustus tweeduizend dertien voor mr. [notaris 1] , notaris te [plaats 2] .
In deze akte staat onder meer woordelijk vermeld:
’14. In vervolg op al het vorenstaande verlenen partijen elkaar kwijting en décharge betreffende (…) de in deze akte vervatte verdeling, doch zulks met dien verstande dat zulks niet van toepassing is op de dientengevolge bestaande voortdurende onverdeeldheid tussen [de man en zus [zus van de man 2] ].”
Tussen de [man en zus [zus van de man 2] ] bestaat mitsdien tot op heden een onverdeeldheid met betrekking tot de in hoofdstuk 3 genoemde gemeenschappelijke goederen en lasten.
HOOFDSTUK 2. DOEL VAN DEZE AKTE
De [man en zus [zus van de man 2] ] wensen thans uit de bestaande onverdeeldheid te geraken en over te gaan tot definitieve afwikkeling van de nalatenschap van de overledene.
HOOFDSTUK 3. DE GEMEENSCHAPPELIJKE GOEDEREN EN LASTEN
A. De lidmaatschapsrechten
Tot de tussen de [man en zus [zus van de man 2] ] bestaande onverdeeldheid behoren alle rechten (hierna verder te noemen: “de lidmaatschapsrechten”, welke zij kunnen ontlenen aan het lidmaatschap met [de coöperatie [coöperatie] ] (…) en wel met betrekking tot het zakelijk recht van eigendom van:
1. (…) [adres 3] en [adres 4] (…)
2. (…) [adres 5] (…)
(…)
C. Banktegoeden
Tot slot behoort tot de tussen de deelgenoten bestaande onverdeeldheid de saldi van het tegoeden op de bankrekeningen bij de naamloze vennootschap: ABN AMRO Bank N.V., statutair gevestigd te [vestigingsplaats] , en geadministreerd onder nummers [nummer 2] en [nummer 3] .
HOOFSTUK 4. VERDELINGSOVEREENKOMST EN LEVERING
A. Overeenkomst
De deelgenoten zijn in onderling overleg overeengekomen de in hoofdstuk 3. genoemde goederen en lasten als volgt te verdelen: aan [de man] worden toebedeeld:
- de lidmaatschapsrechten met betrekking tot de registergoederen, onder de verplichting voor hem om vanaf één maart tweeduizend veertien alle kosten en lasten die verbonden zijn aan de registergoederen casu quo de lidmaatschapsrechten volledig voor zijn rekening te nemen en als eigen schulden te voldoen onder vrijwaring van [zus [zus van de man 2] ] voor alle aanspraken dienaangaande; en
- de saldi van de tegoeden op de in hoofdstuk 3. gemelde bankrekeningen.
B. Levering
In verband met de uitvoering van de verdelingsovereenkomst levert [zus [zus van de man 2] ] hierbij de als gemelde toebedeelde lidmaatschapsrechten, de daaraan verbonden kosten en lasten en de saldi van de tegoeden op gemelde bankrekeningen, aan [de man], welke levering door [de man] bij deze wordt aanvaardt. De [man] zal de onderhavige levering kenbaar maken aan de coöperatie.
C. Overbedeling
De deelgenoten verklaarden dat in verband met bovenstaande verdeling en levering [de man] is overbedeeld als gevolg waarvan hij een schuld heeft aan {zus [zus van de man 2] ] van een totaalbedrag groot TWEE HONDER DRIE EN VIJFTIG DUIZEND EURO (€ 253.000,00), welk bedrag is voldaan door storting op een kwaliteitsrekening ten name van Notariskantoor [notaris 2] te [plaats 4] .
3.1.1.
De vrouw heeft op 21 december 2016 een verzoek tot echtscheiding ingediend bij de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht . Daarop is bij beschikking van 11 juni 2018 de echtscheiding uitgesproken. De echtscheidingsbeschikking is op 25 juni 2018 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.
3.1.2.
De lidmaatschapsrechten en juridische eigendom van de panden aan de [adres 5] /recreatiewoning zijn op 25 november 2019 verkocht en bij akte van 20 december 2019 geleverd aan een derde (bijlage 45 bij brief van de advocaat van de vrouw d.d. 17 januari 2020).
3.1.3.
Bij de bestreden (tussen)beschikking heeft de rechtbank (hierna nader genoemde) beslissingen genomen over de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden van partijen. Bij beschikking van 22 januari 2019 heeft de rechtbank tussentijds hoger beroep van die (tussen)beschikking opengesteld.