HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
Nummer 20/01019
Datum 24 december 2021
STICHTING 123INKT-HUISMERK KLANTEN,
gevestigd te Amsterdam,
EISERES tot cassatie, verweerster in het incidentele cassatieberoep,
hierna: de Stichting,
advocaat: H.J.W. Alt,
1. HP NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Amstelveen,
2. de rechtspersoon naar vreemd recht HP INC.,
gevestigd te Palo Alto, Californië, Verenigde Staten van Amerika,
VERWEERSTERS in cassatie, eiseressen in het incidentele cassatieberoep,
hierna gezamenlijk: HP c.s.,
advocaat: A.M. van Aerde.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
-
het vonnis in de zaak C/13/620175/ HA ZA 16-1241 van de rechtbank Amsterdam van 27 december 2017;
-
het arrest in de zaak 200.237.056/01 van het gerechtshof Amsterdam van 17 december 2019.
De Stichting heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.
HP c.s. hebben incidenteel cassatieberoep ingesteld.
Partijen hebben over en weer een verweerschrift tot verwerping van het beroep ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, voor de Stichting mede door Th.C.J.A. van Engelen en voor HP c.s. mede door N.M. Bilderbeek.
De conclusie van de Advocaat-Generaal in buitengewone dienst F.F. Langemeijer strekt tot verwerping van het principaal en incidenteel cassatieberoep.
2 Beoordeling van de middelen in het principale en in het incidentele beroep
De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3 Beslissing
De Hoge Raad:
in het principale beroep:
- -
verwerpt het beroep;
- -
veroordeelt de Stichting in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van HP c.s. begroot op € 902,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien de Stichting deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan;
in het incidentele beroep:
- -
verwerpt het beroep;
- -
veroordeelt HP c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Stichting begroot op € 68,07 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien HP c.s. deze niet binnen veertien dagen na heden hebben voldaan.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.E. du Perron, als voorzitter, H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer H.M. Wattendorff op 24 december 2021.