Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:HR:2024:1643

Hoge Raad
12-11-2024
13-11-2024
23/02364
In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2023:2029
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2024:1007
Strafrecht
Cassatie

Jeugdzaak. Zwaar lichamelijk letsel door schuld in het verkeer door met bromfiets met hoge snelheid aan verkeerde kant van weg te rijden waardoor aanrijding met auto is ontstaan en 12-jarige passagier van bromfiets zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen (art. 6 WVW 1994). 1. Discrepantie tussen dictum hof en overwegingen t.a.v. duur gijzeling bij schadevergoedingsmaatregel. Is sprake van innerlijke tegenstrijdigheid t.a.v. duur gijzeling bij opgelegde schadevergoedingsmaatregel, nu hof m.b.t. opgelegde schadevergoedingsmaatregel in dictum duur van gijzeling heeft bepaald op 90 dagen, terwijl hof heeft overwogen dat verdachte t.t.v. plegen van bewezenverklaarde minderjarig was en dat het daarom aantal dagen gijzeling op 0 zal stellen? 2. Middel benadeelde partij. Immateriële schade. Kon hof vordering b.p. tot vergoeding van immateriële schade gedeeltelijk afwijzen?.

Ad 1. HR: Om redenen vermeld in CAG slaagt middel. CAG: Arrest hof is innerlijk tegenstrijdig en kan daarom niet in stand blijven. Uit overweging hof over schadevergoedingsmaatregel blijkt dat hof bedoeling heeft gehad aantal dagen gijzeling op 0 te stellen en dat sprake is van kennelijke misslag.

Ad 2. HR: Om redenen vermeld in CAG slaagt middel. CAG: (Gedeeltelijke) afwijzing van vordering b.p. vereist dat ongegrondheid van (afgewezen deel van) vordering in voldoende mate vaststaat. Aan deze vaststelling dienen strikte motiveringseisen te worden verbonden. Hof heeft niet gemotiveerd waarom ongegrondheid van deel van vordering dat is afgewezen in voldoende mate is komen vast te staan. Dit terwijl hof heeft vastgesteld dat “tot op heden b.p. niet volledig [is] hersteld en ongewis is of hij in toekomst gespaard zal blijven van lichamelijke beperkingen of ongemakken van het door ongeval ontstane letsel” en aldus omvang van schade mede afhankelijk kan zijn van toekomstige ontwikkelingen.

HR doet zaak zelf af door duur gijzeling op 0 dagen te bepalen en b.p. t.a.v. afgewezen deel van vordering tot vergoeding van immateriële schade n-o te verklaren.

Rechtspraak.nl
SR-Updates.nl 2024-0274
RvdW 2024/1139

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

STRAFKAMER

Nummer 23/02364 J

Datum 12 november 2024

ARREST

op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 7 juni 2023, nummer 20-001700-22, in de strafzaak

tegen

[verdachte] ,

geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2003,

hierna: de verdachte.

1 Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben R.J. Baumgardt en M.J. van Berlo, beiden advocaat in Rotterdam, bij schriftuur cassatiemiddelen voorgesteld.

Namens de benadeelde partij [benadeelde] heeft M.A.W. Ketelaars, advocaat in Helmond, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld.

De advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar uitsluitend voor zover de duur van de gijzeling in het kader van de opgelegde schadevergoedingsmaatregel op ten hoogste 90 dagen is bepaald en voor zover de vordering van de benadeelde partij [benadeelde] partieel is afgewezen, te dien aanzien tot zodanige op artikel 440 lid 2 Sv gebaseerde beslissing als de Hoge Raad gepast zal voorkomen en tot verwerping van het beroep voor het overige.

2. Beoordeling van het eerste cassatiemiddel dat namens de verdachte is voorgesteld

2.1

Het cassatiemiddel klaagt dat het hof met betrekking tot de opgelegde schadevergoedingsmaatregel de duur van de gijzeling heeft bepaald op negentig dagen, terwijl het hof heeft overwogen dat de verdachte ten tijde van het plegen van het bewezenverklaarde minderjarig was en dat het daarom het aantal dagen gijzeling op nul stelt.

2.2

Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal onder 2.2 tot en met 2.4. De Hoge Raad zal de uitspraak van het hof in zoverre vernietigen en zelf de duur van de gijzeling bepalen op nul dagen.

3. Beoordeling van het tweede cassatiemiddel dat namens de verdachte is voorgesteld

De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

4. Beoordeling van het cassatiemiddel dat namens de benadeelde partij is voorgesteld

4.1

Het cassatiemiddel klaagt over de gedeeltelijke afwijzing door het hof van de vordering van de benadeelde partij [benadeelde] voor zover deze betrekking heeft op immateriële schade.

4.2

Ten laste van de verdachte is onder 1 primair bewezenverklaard dat:

“hij op 24 september 2020 te Helmond als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (bromfiets), daarmede rijdende over de weg, Hermelijnstraat, gekomen op of ter hoogte van de kruising van die weg en de weg, Dasstraat, zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door aanmerkelijk onvoorzichtig, met hoge snelheid die kruising te naderen en op te rijden en onvoldoende rechts te houden, waardoor op die kruising een botsing is ontstaan met een personenauto, waardoor een ander (genaamd [benadeelde] ) zwaar lichamelijk letsel, te weten een beenfractuur werd toegebracht.”

4.3

Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal onder 4. De Hoge Raad zal de uitspraak ook in zoverre vernietigen, de zaak zelf afdoen en de benadeelde partij ten aanzien van het afgewezen deel van de vordering tot vergoeding van de immateriële schade niet-ontvankelijk verklaren.

5 Ambtshalve beoordeling van de uitspraak van het hof

Op de verdachte is het strafrecht voor jeugdigen toegepast. De Hoge Raad doet uitspraak nadat meer dan zestien maanden zijn verstreken na het instellen van het cassatieberoep. Dat brengt mee dat de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 lid 1 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden is overschreden. In het licht van de beperkte mate van overschrijding van de redelijke termijn volstaat de Hoge Raad met het oordeel dat de redelijke termijn is overschreden, en is er geen aanleiding om aan dat oordeel enig ander rechtsgevolg te verbinden.

6 Beslissing

De Hoge Raad:

- vernietigt de uitspraak van het hof, maar uitsluitend wat betreft de beslissing tot vergoeding van immateriële schade van de benadeelde partij [benadeelde] voor zover die vordering is afgewezen en wat betreft de duur van de gijzeling die is verbonden aan de schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van dit slachtoffer;

- verklaart de vordering van de benadeelde partij in zoverre niet-ontvankelijk;

- bepaalt de duur van de gijzeling die is verbonden aan de schadevergoedingsmaatregel op nul dagen;

- verwerpt het beroep voor het overige.

Dit arrest is gewezen door de vice-president V. van den Brink als voorzitter, en de raadsheren T. Kooijmans en C.N. Dalebout, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 november 2024.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.