Beklag ex art. 98.4 jo. art. 552a Sv door advocaat t.a.v. stuk dat hij in fiscale procedure heeft ingebracht, vervolgens is opgenomen in dossier van FIOD en OM en mede heeft geleid tot verdenking tegen cliënten t.z.v. overtreding Wet op de kansspelen en witwassen, waarbij beklag met beroep op verschoningsrecht strekt tot verwijdering van deze gegevens uit dossier van FIOD en OM.
1. Ontvankelijkheid beklag.
2. Heeft omstandigheid dat advocaat stuk waarover zijn verschoningsrecht zich uitstrekt, heeft ingebracht in fiscale procedure tot gevolg dat verschoningsrecht t.a.v. betreffende gegevens wordt prijsgegeven in relatie tot latere strafrechtelijke procedure?
Ad 1. Klager heeft als advocaat, bij verlenen van rechtsbijstand aan cliënten, ‘tiendagenstuk’ (met daarbij gevoegde getuigenverklaringen) ingebracht in fiscale procedure bij hof, waarna inspecteur van Belastingdienst o.g.v. art. 43c Uitvoeringsregeling AWR stuk heeft verstrekt aan FIOD en OM en stuk is opgenomen in dossier van FIOD en OM in opsporingsonderzoek tegen cliënten van klager. Daaruit volgt dat geen sprake is van inbeslagneming. Ook is geen sprake van vorderen van betreffende gegevens a.b.i. art. 126nd Sv of van situatie die daarmee gelijk moet worden gesteld. Art. 552a Sv voorziet verder niet in mogelijkheid van beklag dat strekt tot verwijdering van gegevens uit processtukken. Rb had beklag (ook m.b.t. tiendagenstuk) n-o moeten verklaren. HR verklaart beklag in zoverre alsnog n-o.
Ad 2. HR maakt ten overvloede opmerkingen over reikwijdte en bescherming van verschoningsrecht. Omstandigheid dat advocaat stuk met daarin gegevens waarover zijn verschoningsrecht zich uitstrekt, heeft ingebracht in fiscale procedure brengt niet met zich dat verschoningsrecht t.a.v. betreffende gegevens wordt prijsgegeven in relatie tot (mogelijk) latere strafrechtelijke procedure (vgl. HR:2021:751 m.b.t. fiscale zaak). Dit geldt ook voor bijlagen waarover verschoningsrecht zich uitstrekt. Wel kan inbrengen van gegevens in fiscale procedure ertoe leiden dat belastingrechter die gegevens vermeldt in zijn uitspraak en dat die uitspraak openbaar wordt. Dan komt vertrouwelijk karakter te vervallen en komt advocaat wat betreft openbaar geworden gegevens geen beroep meer toe op verschoningsrecht. Het is aan belastingrechter te beslissen welke gegevens hij al of niet in uitspraak vermeldt, waarbij omstandigheid dat op ingebracht stuk verschoningsrecht rust geen beperking meebrengt. In strafrechtelijke procedure kan verschoningsrecht dus worden ingeroepen t.a.v. betreffende gegevens, tenzij daaraan intussen vertrouwelijk karakter is komen te ontvallen. Daaraan doet niet af dat inspecteur van Belastingdienst in de onder art. 43c.1 Uitvoeringsregeling AWR omschreven gevallen bevoegd is, al dan niet op verzoek van FIOD of OM, in die bepaling bedoelde gegevens te verstrekken aan die met opsporing belaste autoriteiten. Belangen die met verschoningsrecht zijn gemoeid maken wel noodzakelijk dat Belastingdienst, in samenspraak met FIOD en OM, doet wat nodig is om inbreuken op verschoningsrecht zo veel mogelijk te voorkomen, zodra redelijk vermoeden bestaat dat gegevensuitwisseling (deels) geprivilegieerde gegevens betreft. Hoewel art. 181 Sv niet specifiek daarop is toegesneden, verzet stelsel van WvSv zich er niet tegen dat OvJ, in samenspraak met inspecteur van Belastingdienst, voorafgaand aan eventuele verstrekking van gegevens door inspecteur een vordering tot RC richt tot maken van selectie tussen gegevens die wel en niet onder verschoningsrecht kunnen vallen. OvJ is gehouden zo’n vordering te doen als redelijk vermoeden bestaat dat het (deels) geprivilegieerde gegevens betreft. HR gaat verder in op inwinnen van standpunt van verschoningsgerechtigde, achterwege blijven van verstrekking als RC oordeelt dat sprake is van verschoningsgerechtigde gegevens en mogelijkheid om in gevallen waarin aan FIOD en/of OM verschoningsgerechtigde gegevens zijn verstrekt, in strafzaak verweer ex art. 359a Sv te voeren tegen gebruik voor bewijs van betreffende gegevens.
Volgt (partiële) vernietiging t.a.v. beslissingen over tiendagenstuk en n-o verklaring beklag. CAG: anders t.a.v. ontvankelijkheid.