RECHTBANK TE ALKMAAR
Sector civiel recht
FV/EJM
KG nummer: 99479/KG ZA 07-418
datum: 24 januari 2008
Vonnis van de voorzieningenrechter, rechtdoende in kort geding
in de zaak van:
STICHTING BAAS IN EIGEN HUIS,
gevestigd en kantoor houdende te Naarden,
EISERES IN KORT GEDING bij dagvaarding van 21 december 2007,
procureur mr. H.R.M. Jenné,
advocaat mrs. M.J. Odink en A.I.M. van Essen, beiden te Amsterdam,
tegen:
de besloten vennootschap PLAZACASA B.V.,
gevestigd en kantoor houdende te Limmen,
GEDAAGDE IN KORT GEDING,
procureur mr. A.J. van der Veen,
advocaat mr. R.D. Chavannes te Amsterdam.
Partijen zullen verder worden genoemd "de stichting" respectievelijk "Plazacasa".
1. HET VERLOOP VAN HET GEDING
1.1Bij exploot van 21 december 2007 heeft de stichting Plazacasa gedagvaard om op
15 januari 2008 te verschijnen ter zitting van de voorzieningenrechter te Alkmaar.
Op verzoek van Plazacasa is de zitting verplaatst naar 11 januari 2008.
1.2 Ter terechtzitting van 11 januari 2008 heeft de stichting gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding.
1.3 Plazacasa is vrijwillig verschenen. Plazacasa heeft allereerst bezwaar gemaakt tegen producties 4 en 6 van de stichting, vanwege het late tijdstip waarop die producties aan Plazacasa zijn overhandigd. Daarna heeft Plazacasa de vordering bestreden.
1.4 Na verder debat hebben partijen de stukken, waaronder van de zijde van de stichting een kopie van de originele dagvaarding, van de zijde van Plazacasa een conclusie van antwoord en van beide zijden producties en pleitnotities, overgelegd en vonnis gevraagd.
1.5 De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast beschouwd.
2. DE UITGANGSPUNTEN
2.1 Plazacasa exploiteert onder meer de website www.jaap.nl (hierna: Jaap). Op deze website publiceert Plazacasa de volledige beschrijvingen en foto's van in Nederland te koop staande woningen. Deze gegevens kopieert Plazacasa onder meer van websites van makelaars. Jaap is actief geworden in 2002, maar is op
5 maart 2007 in zijn huidige vorm op de markt gezet.
2.2 Op vordering van de stichting is Plazacasa bij vonnis van 7 augustus 2007 van de voorzieningenrechter van deze rechtbank, op straffe van verbeurte van een dwangsom, verboden om
"binnen 48 uur na het tijdstip van betekening van dit vonnis een website te exploiteren waarop zij objectgegevens - foto's en beschrijvingen - van websites van in Nederland gevestigde makelaars en makelaarskantoren overneemt en publiceert, tenzij:
a. zij daarvoor van de betreffende makelaar of het betreffende makelaarskantoor
toestemming heeft verkregen
of
b. de overgenomen en gepubliceerde gegevens niet meer omvatten dan (i) een tekst
met maximaal 155 tekens, (ii) daarnaast de adresgegevens en (iii) de vraagprijs
van het object, alsmede een bij een en ander te plaatsen foto met een formaat van ten hoogste 194x145 pixels".
2.3 Plazacasa heeft tegen voormeld vonnis, dat uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam. De stichting heeft tegen het vonnis voorwaardelijk incidenteel hoger beroep ingesteld.
2.4 Bij arrest van 13 december 2007 heeft het Gerechtshof geoordeeld dat de stichting niet kan worden ontvangen in haar vordering. Het Gerechtshof heeft op grond daarvan het vonnis vernietigd. Het Gerechtshof duidt de stichting in het arrest aan als 'Baas in Eigen Huis'. Het Gerechtshof overweegt met betrekking tot de ontvankelijkheid van de stichting, nadat in overweging 4.4 de statutaire doelstelling van de stichting is besproken, het volgende:
"4.5 Ter terechtzitting in hoger beroep hebben partijen verklaard dat ongeveer 2/3 van alle makelaars in onroerend goed lid zijn van de Nederlandse Vereniging van Makelaars (de NVM). Plazacasa heeft bij die gelegenheid voorts verklaard dat ongeveer 5% van de makelaars die lid zijn van de NVM en 90% van de makelaars die geen lid zijn, in totaal derhalve één derde van alle makelaars in onroerend goed, geen enkele bezwaar hebben tegen publicatie van hun beschrijvingen en foto's van te koop aangeboden onroerende zaken op Jaap.nl en dat zij op dit punt 'vóór vrijheid' zijn. Baas in Eigen Huis heeft meegedeeld dat 'dit wel kan kloppen', althans deze stelling niet (voldoende gemotiveerd) betwist. Het hof acht daarom voldoende aannemelijk dat juist is de stelling van Plazacasa dat de hier bedoelde makelaars met het oog op een zo grote mogelijke verspreiding van hun aanbod juist voorstander van publicatie op Jaap.nl zijn of - zoals Plazacasa het onder meer in de appeldagvaarding onder 42 formuleert - haar 'steunen'.
Onder deze omstandigheden kan niet worden volgehouden dat Baas in Eigen Huis, die zegt 'in de bres te springen' voor de auteursrechten van alle makelaars, dus zonder onderscheid naar voor- en tegenstanders van de handelwijze van Plazacasa, opkomt voor gelijksoortige belangen in de zin van artikel 3:305a BW. Dat betekent dat Baas in Eigen Huis niet in haar vordering kan worden ontvangen. (...)
4.6 In dit verband merkt het hof nog het volgende op. Anders dan Baas in Eigen Huis meent, geeft het vijfde lid van artikel 3:305a BW geen, althans onvoldoende soulaas voor de hier aan de orde zijnde tegenstrijdige belangen. (...)
Het verbod verhindert mede door de gevorderde en opgelegde dwangsom feitelijk de publicatie van objectdata van zowel de tegenstanders als de voorstanders van openbaarmaking op Jaap.nl. Weliswaar kunnen de voorstanders afzonderlijk toestemming geven, maar omgekeerd had Baas in Eigen Huis zich bij het opkomen voor de belangen van makelaars ook kunnen beperken tot de belangen van die makelaars die bezwaar hebben tegen de openbaarmaking op Jaap.nl, hetzij door met naam en toenaam op te geven voor wie zij 'in de bres springt' hetzij door het gevorderde verbod te beperken tot de objectdata van die makelaars die hun desbetreffende bezwaar aan Plazacasa hebben bekend gemaakt. (...)."
2.5 De stichting heeft aangekondigd om tegen voormeld arrest in cassatie te gaan.
2.6 Op 14 december 2007 heeft de stichting aan alle makelaars in Nederland een brief verzonden. In die brief wijst de stichting eerst op het vonnis van 7 augustus 2007 en het arrest van het Gerechtshof. De inhoud van die brief luidt vervolgens, voor zover in dit kort geding van belang, als volgt:
"(...)
Graag brengen wij nogmaals bij u onder de aandacht dat het van groot belang is dat u als makelaar zelf de regie in handen heeft over de presentatie van uw panden.
(...)
Wat gaan wij doen?
(...) De Stichting heeft zich als doel gesteld om op de korte, maar zeker ook voor de lange termijn de bescherming van onze auteursrechten gewaarborgd te krijgen.
Wat kunt ú doen?
Ruim 1.000 collega-makelaars hebben een paar maanden geleden hun steun betuigd aan het werk van de Stichting in de strijd om de bescherming van hun auteursrecht. Wilt u alsnog ook uw steun betuigen en de Stichting daarmee sterken in deze strijd, dan kan dat via bijgevoegde fax. (...)"
2.7 Bij voormelde brief behoort een bijlage die door de stichting wordt omschreven als steunbetuiging. Die brief bevat onder meer de volgende zin: "Ja, ik steun de activiteiten van Stichting baas in Eigen Huis inzake de bescherming van onze auteursrechten".
2.8 Voorafgaand aan het eerste kort geding tegen Plazacasa had de stichting ook alle makelaarskantoren van Nederland aangeschreven en wel op 9 juli 2007. Bij die brief hoort een bijlage, die de stichting ook aanmerkt als steunbetuiging. De tekst van die steunbetuiging luidt als volgt: "Ja, ik steun het kort geding van Stichting Baas in Eigen Huis tegen Jaap.nl".
2.9 Naar aanleiding van voormeld arrest heeft de stichting op 24 december 2007 haar statuten gewijzigd. De stichting heeft, zoals blijkt uit de thans geldende statuten, ten doel "het zonder winstoogmerk behartigen van de materiële en immateriële belangen van makelaars en makelaarskantoren terzake van de uitoefening en handhaving van hun intellectuele eigendomsrechten.". De stichting tracht dit doel onder meer te verwezenlijken via het voeren van gerechtelijke procedures. De statuten verstaan onder "intellectuele eigendomsrechten" onder meer auteursrechten, databankrechten, geschriftrechten, merkenrechten en het recht inzake de onrechtmatige daad.
2.10 Na het arrest is Plazacasa ertoe overgegaan om op Jaap wederom de hiervoor onder 2.1. genoemde informatie volledig te publiceren.
3. DE VORDERING EN DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
3.1 De stichting vordert, samengevat,
1. Plazacasa te verbieden werken van websites van Stichting Makelaars over te
nemen en te publiceren ten behoeve van een door haar geëxploiteerde website, tenzij
a) zij daarvoor van de desbetreffende makelaar alsnog toestemming heeft
verkregen en zij daarvan schriftelijk bewijs heeft overhandigd aan de stichting
of
b) de overgenomen en gepubliceerde gegevens niet meer omvatten dan (i)
een tekst met maximaal 155 tekens, (ii) daarnaast de adresgegevens en
(iii) de vraagprijs van het object, alsmede een bij een en ander te plaatsen
foto met een formaat van ten hoogste 194x145 pixels;
2. Plazacasa te gelasten een dwangsom van [euro] 10.000,-- te betalen voor iedere
dag dat of voor ieder werk ten aanzien waarvan zij in strijd handelt met
voormeld verbod;
3. Plazacasa te veroordelen om aan de stichting te vergoeden de door haar
gemaakte gerechtskosten en andere kosten, waaronder begrepen de
volledige kosten van juridische bijstand als bedoeld in artikel 1019h Rv.
Onder 'Stichting Makelaars' verstaat de stichting de in Nederland gevestigde (makelaars) kantoren in onroerend goed die haar schriftelijk hebben laten weten of zullen laten weten dat zij haar steunen of die Plazacasa reeds hebben laten weten of zullen laten weten dat zij bezwaar hebben tegen het ongevraagd en integraal publiceren van hun werken door Plazacasa.
3.2 De stichting stelt, wat haar ontvankelijkheid betreft, verkort weergegeven, het volgende. Omdat Plazacasa het arrest van het Gerechtshof als een vrijbrief beschouwt om haar handelwijze - die inbreuk maakt op het auteursrecht van de makelaarskantoren - te hervatten, ziet de stichting zich genoodzaakt Plazacasa nogmaals in kort geding te dagvaarden. Hoewel de stichting zich niet kan verenigen met het arrest, voldoet zij aan de door het Gerechtshof gestelde voorwaarden voor ontvankelijkheid. De stichting stelt de vordering dit keer uitsluitend in ten behoeve van de hiervoor onder 3.1. omschreven 'Stichting Makelaars'. Daarnaast heeft de stichting als productie 4 een actuele lijst in het geding gebracht van makelaars die haar hebben laten weten haar te steunen. De makelaars die hun steun hebben betuigd, hebben een gelijksoortig belang, te weten het belang om eerst om toestemming te worden gevraagd alvorens Plazacasa (en andere zoekmachines) hun woningomschrijvingen en fotoreportages kopieert. De stichting behartigt die belangen bovendien ingevolge haar statuten, hetgeen meebrengt dat zij in haar vordering kan worden ontvangen, alles aldus de stichting.
3.3 Inhoudelijk legt de stichting aan haar vordering, samengevat, ten grondslag dat de tekstuele omschrijvingen van de woningen en de bijbehorende foto's (hierna: de objectgegevens) auteursrechtelijk beschermde werken zijn. De makelaarskantoren zijn auteursrechthebbenden. Door deze werken ongevraagd te kopiëren en te publiceren op Jaap, maakt Plazacasa inbreuk op die auteursrechten. Voor zover de objectgegevens niet zijn aan te merken als auteursrechtelijk beschermde werken, dan geldt dat die gegevens tenminste als geschriften beschermd worden, alles aldus de stichting.
3.4 Plazacasa heeft verweer gevoerd op gronden die, voor zover voor de beslissing van belang, hierna aan de orde zullen komen.
4. DE GRONDEN VAN DE BESLISSING
toelaatbaarheid producties 4 en 6 van de stichting?
4.1 Plazacasa heeft bezwaar gemaakt tegen het in het geding brengen van producties 4 en 6 van de stichting. Productie 4 omvat een lijst van makelaarskantoren waarvoor de stichting stelt op te komen en productie 6 bestaat uit 5 ordners met steunbetuigingen van makelaars(kantoren). Vast staat dat Plazacasa (en de voorzieningenrechter) de desbetreffende stukken eerst op donderdag 10 januari 2008, in de loop van de ochtend heeft ontvangen. Plazacasa stelt zich, kort gezegd op het standpunt dat het op zo korte termijn indienen van zulke omvangrijke stukken in strijd is met de goede procesorde en het beginsel van hoor en wederhoor. Plazacasa betoogt dat zij hierdoor ernstig in haar procesbelang geschaad wordt en concludeert dat of die producties buiten beschouwing moeten worden gelaten of dat de behandeling van de zaak moet worden aangehouden, om haar in de gelegenheid te stellen alsnog kennis te nemen van de stukken en haar verweer daarop af te stemmen. Plazacasa heeft haar standpunt toegelicht aan de hand van een afzonderlijke pleitnotitie. De stichting heeft vervolgens bepleit waarom volgens haar die producties wel toegelaten kunnen worden, zonder aanhouding van de zitting.
4.2 De voorzieningenrechter heeft ter zitting geoordeeld dat producties 4 en 6 van de stichting worden toegelaten en dat aanhouding van de zitting niet noodzakelijk is. In de uitgebrachte dagvaarding d.d. 21 december 2007 is onder punt 20 reeds aangekondigd dat de stichting als productie 6 de door haar ontvangen steunbetuigingen in het geding zal brengen. Ook wordt in punt 17 van de dagvaarding reeds de als productie 4 overgelegde lijst genoemd. Bovendien meldt de stichting onder meer in punt 62 van diezelfde dagvaarding dat zij in dit kort geding alleen de belangen behartigt van de makelaars die aan haar schriftelijk steun hebben betuigd of zullen betuigen. Verder is van belang dat van de 5 ordners er al 3 in het eerdere kort geding zijn overgelegd. Een aanzienlijk deel van productie 6 moet daarom bij Plazacasa al bekend worden geacht. Onder deze omstandigheden had Plazacasa er rekening mee kunnen en moeten houden dat de stichting de steunbetuigingen in het geding zou brengen, zoals zij heeft gedaan, alsmede dat zij daarop een beroep zou doen. Daarom kan thans niet volgehouden worden dat Plazacasa in haar verdediging is geschaad, door het tijdstip waarop de stichting de producties in het geding heeft gebracht. Bij het voorgaande is mede in aanmerking genomen dat de producties méér dan 24 uur van te voren in het geding zijn gebracht en dat daardoor voldaan is aan het bepaalde in artikel 6.2. van het procesreglement kort gedingen rechtbanken sector civiel/familie.
ontvankelijkheid stichting?
4.3 Het Gerechtshof heeft in het arrest van 13 december 2007 geoordeeld dat de stichting niet in haar vordering kan worden ontvangen, omdat - kort gezegd - de stichting onderscheid had moeten maken tussen makelaars die instemmen met de handelwijze van Plazacasa en makelaars die niet daarmee instemmen. Omdat de stichting dit onderscheid niet heeft gemaakt, is er geen sprake van behartiging van gelijksoortige belangen, aldus het Gerechtshof. De stichting stelt dat zij, hoewel zij het niet eens is met vorenbedoeld arrest, voldaan heeft aan de door het Gerechtshof gestelde voorwaarden aan de ontvankelijkheid en dat zij daarom nu wel kan worden ontvangen in haar vordering.
4.4 Plazacasa voert als meest verstrekkende verweer tegen de vordering aan dat de stichting opnieuw niet-ontvankelijk is in haar vordering. Plazacasa betoogt in dit kader dat de stichting niet alsnog in haar vordering kan worden ontvangen door, zonder haar statuten aan te passen, te stellen dat zij in dit kort geding alleen opkomt ter behartiging van de belangen van de makelaars die aan de stichting hun steun hebben betuigd of nog zullen betuigen of die aan Plazacasa te kennen hebben gegeven of zullen geven dat zij zich verzetten tegen het integraal kopiëren van hun werken.
4.5 De voorzieningenrechter stelt voorop dat de vraag naar de ontvankelijkheid van de stichting dient te worden beoordeeld op basis van het bepaalde in artikel
3:305a lid 1 BW, nu de stichting een collectieve actie zoals bedoeld in dat artikel beoogt in te stellen. Voormeld artikel stelt aan een stichting die een collectieve actie instelt, de voorwaarden dat de stichting gelijksoortige belangen behartigt en dat zij die belangen ingevolge haar statuten behartigt. In het navolgende zal worden getoetst of de stichting aan die voorwaarden voldoet waarbij, hangende het cassatieberoep, de uitleg die het Gerechtshof aan dit artikel heeft gegeven en hetgeen overigens hieromtrent in het arrest van 13 december 2007 is overwogen uitgangspunt zal zijn.
4.6 De stichting stelt in punt 6 van de dagvaarding d.d. 21 december 2007 dat zij, in verband met het hiervoor onder 4.3 weergegeven oordeel van het Gerechtshof, dit keer de vordering alleen zal instellen namens degenen die bezwaar hebben tegen openbaarmaking van de objectgegevens op Jaap. Daarom heeft zij als productie 4 een lijst in het geding gebracht waarop de namen staan van de makelaars die bezwaar hebben. In punt 62 van de dagvaarding preciseert de stichting de groep makelaars wiens belangen zij behartigt, door te stellen dat zij in dit kort geding alleen de belangen behartigt van de makelaars(kantoren) die aan haar schriftelijk hun steun hebben betuigd of zullen betuigen dan wel aan Jaap te kennen hebben gegeven of zullen geven dat zij zich verzetten tegen het - zonder toestemming - integraal kopiëren van hun werken (de zogenaamde Stichting Makelaars). De stichting heeft als productie 6 de door haar ontvangen steunbetuigingen in het geding gebracht. De stichting meent dat daarmee is voldaan aan de voorwaarden die het Gerechtshof heeft gesteld.
4.7 De stichting stelt zich blijkens haar gewijzigde statuten ten doel "het zonder winstoogmerk behartigen van de materiële en immateriële belangen van makelaars en makelaarskantoren terzake van de uitoefening en handhaving van hun intellectuele eigendomsrechten". De stichting stelt in punt 1.11 van haar pleitnotitie dat zij ditmaal alleen de belangen van haar steunbetuigers behartigt. Vooropgesteld wordt dat uit de gewijzigde statuten niet blijkt dat zij uitsluitend de belangen behartigt van die makelaars(kantoren) die schriftelijk hun steun hebben betuigd of zullen betuigen aan de stichting. Evenmin staat in de statuten vermeld dat zij opkomt voor de belangen van de makelaars(kantoren) die te kennen hebben gegeven bezwaar te hebben tegen het ongevraagd integraal kopiëren van hun objectgegevens op websites van derden. Hiermee staat vast dat de stichting in haar gewijzigde statuten geen onderscheid maakt tussen voor- en tegenstanders. Hierbij is mede in aanmerking genomen dat de term 'Stichting Makelaars' als zodanig niet in de statuten voorkomt.
4.8 Met betrekking tot de overgelegde steunbetuigingen, waaruit volgens de stichting -in het licht van haar huidige vordering bezien - moet blijken dat zij aan de vereisten van het Gerechtshof voldoet, wordt het volgende overwogen. In het kader van dit kort geding heeft de stichting de makelaars van Nederland aangeschreven en heeft zij hen verzocht om een steunbetuiging te ondertekenen. De stichting heeft van te voren de tekst van de steunbetuiging opgesteld. De tekst van die steunbetuiging luidt als volgt: "Ja, ik steun de activiteiten van Stichting baas in Eigen Huis inzake de bescherming van onze auteursrechten". Uit deze tekst en de bijhorende brief d.d. 14 december 2007, waarvan de inhoud deels hiervoor onder 2.6 is weergegeven, kan niet voldoende concreet worden afgeleid dat ondertekening van de betuiging steun aan de stichting voor dit kort geding betekent. De steunbetuiging ziet namelijk niet specifiek op de zogenaamde strijd tegen Plazacasa, maar is eerder een algemene verklaring ter ondersteuning van de stichting. Wat deze steunbetuiging betreft, is daardoor niet voldaan aan het door het Gerechtshof vereiste onderscheid tussen voor- en tegenstanders van de handelwijze van Plazacasa. Bovendien heeft Plazacasa ter zitting verklaard dat van alle makelaars die op de lijst van productie 4 staan vermeld, er ten minste 60 zijn die weliswaar hun steun aan de stichting hebben verklaard maar die ook jegens Plazacasa te kennen hebben gegeven geen bezwaar te hebben tegen publicatie van de objectgegevens van de bij hen te koop staande woningen op Jaap. Dit is door de stichting onvoldoende gemotiveerd weersproken. Steun aan de een betekent kennelijk niet automatisch bezwaar tegen de handelwijze van de ander.
4.9 In het kader van het eerste kort geding heeft de stichting ook van een groot aantal makelaars een steunbetuiging ontvangen. De inhoud van die steunbetuiging luidt: "Ja, ik steun het kort geding van Stichting Baas in Eigen Huis tegen Jaap.nl". Deze tekst wijst erop dat degene die de tekst ondertekent, als tegenstander van Plazacasa moet worden aangemerkt. Deze indruk wordt versterkt door de brief d.d. 9 juli 2007 die bij die eerste steunbetuigingen hoort, waarin staat vermeld dat het doel van het kort geding is om aan de inbreuk op de auteursrechten door Jaap een einde te maken. Daargelaten de vraag of de makelaars die de stichting destijds steunden, dat nu in het kader van dit kort geding ook nog steeds doen, is ten aanzien van deze steunbetuigingen het volgende van belang.
De steunbetuigingen zijn in het eerdere kort geding ook overgelegd en door het Gerechtshof in de beoordeling betrokken. Zij hebben het Gerechtshof kennelijk niet tot het oordeel kunnen brengen dat de stichting genoegzaam het door het Gerechtshof beoogde onderscheid maakt. Niet valt in te zien, gelet ook op de op dit punt onveranderde statutaire doelomschrijving, waar in algemene termen over makelaars en makelaarskantoren wordt gesproken, dat met dezelfde steunbetuigingen bij de nu in geding zijnde vordering wel voldoende onderscheid tussen voor- en tegenstanders van openbaarmaking op Jaap wordt gemaakt.
4.10 Op grond van het voorgaande komt de voorzieningenrechter tot het oordeel dat de stichting niet voldaan heeft aan de door het Gerechtshof gestelde voorwaarden, nu zij nog altijd onvoldoende onderscheid maakt tussen voor- en tegenstanders van de handelwijze van Plazacasa. Dit brengt mee dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat de stichting gelijksoortige belangen behartigt en dat zij dientengevolge niet in haar vordering kan worden ontvangen.
proceskosten
4.11 De stichting wordt, als de in het ongelijk gestelde partij, veroordeeld in de kosten van het geding. Plazacasa heeft met een beroep op artikel 1019h Rv veroordeling van de stichting gevorderd tot vergoeding van de werkelijk gemaakte kosten, die blijkens de door Plazacasa overgelegde specificatie [euro] 19.652,85 (inclusief BTW) bedragen. Deze kosten komen de voorzieningenrechter, voor zover het de door mr. Chavannes verrichte werkzaamheden betreft, redelijk en evenredig voor. Omdat de billijkheid zich niet tegen toewijzing van de kosten van die werkzaamheden verzet, worden de werkelijk gemaakte proceskosten toegewezen, tot een bedrag van
[euro] 15.547,35 (zijnde 39,00 x [euro] 335,--, vermeerderd met BTW). Hierbij is mede gelet op de verhouding waarin dit bedrag staat tot het door de stichting terzake van proceskosten gevorderde bedrag.
4.12 De kosten voor de door mr. A. Franken van Bloemendaal verrichte werkzaamheden komen niet voor toewijzing in aanmerking. Plazacasa heeft niet gesteld dat en waarom die advocaat ook werkzaamheden ten behoeve van dit kort geding heeft verricht.
5. DE BESLISSING
De voorzieningenrechter:
- verklaart de stichting niet-ontvankelijk in haar vordering;
- veroordeelt de stichting in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van Plazacasa begroot op [euro] 251,-- aan verschotten en op [euro] 15.547,35 aan salaris advocaat;
- verklaart dit vonnis ten aanzien van de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Gewezen door mr. E.J. van der Molen, voorzieningenrechter van de Rechtbank te Alkmaar en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 januari 2008 in tegenwoordigheid van mr. F. Vermeij, griffier.