Vordering
2. Het ANP vordert dat Kop of Munt bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van € 462,16, met wettelijke rente en proceskosten. Dit bedrag bestaat uit € 181,50 aan licentiederving, € 45,38 aan afbreuk zelfbeschikkingsrecht, € 175,- aan kosten opsporing en vastlegging bewijs en € 60,28 aan buitengerechtelijke kosten.
3. Kop of Munt voert hiertegen verweer.
Beoordeling
4. Het ANP stelt dat de foto, waar het hier om gaat, auteursrechtelijk beschermd is omdat deze een oorspronkelijk karakter heeft en het persoonlijk stempel van de maker. De foto is het resultaat van de originele en creatieve keuzes van de maker. Het doel van de fotograaf was om een panoramische foto te maken van een deel van de stad Amsterdam en dit deel op haar fraaist te tonen. Er zijn bewuste creatieve keuzes gemaakt bij het maken van de foto die onder andere tot uitdrukking komen in de compositie, de uitsnede, de hoek waaronder de foto is genomen en de belichting. In Nederland hoeft er geen watermerk of copyrightteken gebruikt te worden om auteursrecht te kunnen claimen. Het ANP stelt dat zij het auteursrecht op de foto heeft en dat Kop of Munt inbreuk heeft gemaakt op dat recht, waardoor het ANP schade heeft geleden.
5. Kop of Munt betwist dat de foto auteursrechtelijk is beschermd. Er is op geen enkele wijze sprake van een creatieve invulling: geen bijzondere technieken, lichtinval of een bijzondere technische aanpak. Een kind van acht jaar zou de foto gemaakt kunnen hebben. Bovendien had de foto geen watermerk, terwijl dat bij foto’s waar rechten op zitten wel het geval is.
6. Dit verweer slaagt niet. Bij het maken van de foto zijn door de fotograaf persoonlijke en creatieve keuzes gemaakt die tot uitdrukking komen in de uitsnede, de hoek van waaruit de foto werd gemaakt, de belichting (zonder flits), de scherpte en de soort lens (panorama). Ook zonder een bijzondere technische aanpak is de foto een oorspronkelijk werk dat de geestelijke en creatieve schepping is van de fotograaf. Als zodanig is de foto dan ook auteursrechtelijk beschermd. Terecht stelt het ANP dat een copyrightteken of een watermerk daarvoor in Nederland niet nodig is. Verder is niet weersproken dat het ANP het auteursrecht heeft.
7. Het ANP kan dan ook wegens inbreuk op haar auteursrecht van Kop of Munt schadevergoeding vorderen.
8. De gevorderde licentiederving van € 181,50 en de vergoeding wegens afbreuk aan zelfbeschikkingsrecht van € 45,38 zijn door het ANP onderbouwd en door Kop of Munt op zichzelf niet betwist. Deze bedragen, totaal € 226,88, moet Kop of Munt dan ook als schadevergoeding aan het ANP betalen. Wel voert Kop of Munt aan dat zij een schikkingsbedrag van € 250,- heeft aangeboden en dat zij in deze procedure op kosten wordt gejaagd doordat het ANP de hoogte van haar totale claim nogal eens heeft gewijzigd.
9. Dit laatste klopt. Op 12 februari 2020 (en niet 12 februari 2021, zoals Kop of Munt aanvoert) heeft het ANP een bedrag van totaal € 450,- verzocht van Kop of Munt. Op 19 november 2020 is een sommatie gedaan voor € 700,-, op 1 december 2020 voor € 724,- en op 11 december 2020 voor € 748,-. In het eerste bedrag van € 450,- zijn al kosten voor opsporing opgenomen (van € 67,50). Dit soort kosten zijn redelijke kosten die zijn gemaakt om de aansprakelijkheid van Kop of Munt vast te stellen en deze kosten komen op grond van artikel 6:96 lid 2 aanhef en onder b van het Burgerlijk Wetboek voor vergoeding in aanmerking. Inmiddels vordert het ANP voor deze kosten een bedrag van € 175,- maar ook als wordt uitgegaan van het destijds vermelde bedrag van € 67,50 wordt duidelijk dat het schikkingsbedrag dat Kop of Munt toen heeft aangeboden te laag was. De verschuldigde schadevergoeding bedraagt immers € 226,88 en dit bedrag, vermeerderd met de kosten van destijds, is hoger dan het aangeboden bedrag van € 250,-. Daarom kan Kop of Munt het ANP geen verwijt over de kosten maken.
10. De opsporingskosten die in deze procedure worden gevorderd zijn door het ANP onderbouwd met een specificatie. Deze kosten van € 175,- worden redelijk geacht. Daarnaast vordert het ANP buitengerechtelijke kosten van € 60,28. Ook dit bedrag is redelijk. Kop of Munt moet deze bedragen aan het ANP vergoeden.
11. De conclusie is dat de vordering van het ANP tot betaling van € 462,16 toewijsbaar is, met de gevorderde wettelijke rente vanaf de dagvaarding. Kop of Munt wordt dus in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten en de nakosten dragen. De proceskosten worden aan de zijde van het ANP begroot op € 100,98 aan explootkosten, € 126,- aan griffierecht en € 150,- aan salaris gemachtigde, totaal € 376,98.
BESLISSING
veroordeelt Kop of Munt tot betaling aan het ANP van € 462,16, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 9 juli 2021 tot aan de voldoening;
veroordeelt Kop of Munt tot betaling aan het ANP van de proceskosten, tot heden begroot op € 376,98;
veroordeelt Kop of Munt in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 18,00 aan salaris gemachtigde, te verhogen met een bedrag van € 68,00 en de explootkosten van betekening van het vonnis, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw, onder de voorwaarde dat Kop of Munt niet binnen veertien dagen na aanschrijving volledig aan dit vonnis heeft voldaan en betekening van het vonnis pas na veertien dagen na aanschrijving heeft plaatsgevonden;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. van Walraven, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 2 november 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.