2 Tenlastelegging
Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging op de zitting, ten laste gelegd dat:
1. primair.
zij op of omstreeks 1 augustus 2022 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde partij 1] opzettelijk van het leven te beroven, met dat opzet met een (personen)auto op het fietspad van de Oosterdokskade is gaan rijden en/of blijven rijden en/of vervolgens gas heeft gegeven en/of met een hoge, althans aanzienlijke snelheid, dan wel zonder te remmen of vaart te minderen voornoemde [benadeelde partij 1] (die zich op het fietspad bevond), heeft aangereden en/of over die [benadeelde partij 1] heen is gereden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
1. subsidiair.
zij op of omstreeks 1 augustus 2022 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, aan een persoon genaamd [benadeelde partij 1] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (te weten een traumatische lieswond) heeft toegebracht, door op het fietspad van de Oosterdokskade te gaan rijden en/of blijven rijden en/of vervolgens gas te geven en/of met een hoge, althans aanzienlijke snelheid, dan wel zonder te remmen of vaart te minderen voornoemde [benadeelde partij 1] (die zich op het fietspad bevond), aan te rijden en/of over die [benadeelde partij 1] heen te rijden.
1.
meer subsidiair.
zij op of omstreeks 1 augustus 2022 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde partij 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet met een (personen)auto op het fietspad van de Oosterdokskade is gaan rijden en/of blijven rijden en/of vervolgens gas heeft gegeven en/of met een hoge, althans aanzienlijke snelheid, dan wel zonder te remmen of vaart te minderen voornoemde [benadeelde partij 1] (die zich op het fietspad bevond), heeft aangereden en/of over die [benadeelde partij 1] heen is gereden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
1. meest subsidiair.
zij op of omstreeks 1 augustus 2022 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), daarmee rijdende op de Oosterdokskade, zich zodanig, te weten zeer, althans aanmerkelijk onvoorzichtig en/of onoplettend en/of onachtzaam heeft gedragen dat een aan haar schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waardoor aan een ander, genaamd [benadeelde partij 1] , zwaar lichamelijk letsel, in elk geval zodanig lichamelijk letsel, dat daaruit tijdelijke ziekte en/of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan, werd toegebracht (te weten een traumatische lieswond), bestaande dat gedrag hieruit:
- verdachte is met haar auto het fietspad op gereden van de Oosterdokskade en/of
- verdachte is gedurende langere tijd op het fietspad blijven rijden en/of
- verdachte heeft vervolgens gas gegeven en/of is met hoge, althans aanzienlijke snelheid, dan wel zonder te remmen of vaart te minderen, tegen de zich op het fietspad bevindende [benadeelde partij 1] aangereden en/of is (vervolgens) over die [benadeelde partij 1] heen gereden,
ten gevolge waarvan vorenomschreven zwaar lichamelijk letsel, in elk geval zodanig lichamelijk letsel dat daaruit tijdelijke ziekte en/of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan, werd toegebracht.
2 primair.
zij op of omstreeks 1 augustus 2022 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde partij 2] en/of [naam 1] en/of [naam 2] en/of een of meerdere onbekend gebleven personen, te weten een of meerdere voorbijganger(s) in de buurt van de Oosterdokskade opzettelijk van het leven te beroven, althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet met een (personen)auto op het fietspad is gaan rijden en/of blijven rijden en/of vervolgens gas heeft gegeven en/of met een hoge, althans aanzienlijke snelheid, dan wel zonder te remmen of vaart te minderen op, althans in de richting van genoemde slachtoffers (die zich op of in de directe nabijheid van het fietspad bevonden), is (in)gereden en/of blijven rijden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2 subsidiair.
zij op of omstreeks 1 augustus 2022 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), daarmee rijdende op de Oosterdokskade, zich zodanig heeft gedragen dat daardoor gevaar op die weg werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd, bestaande dat gedrag hieruit:
- verdachte is met haar auto het fietspad op gereden van de Oosterdokskade en/of
- verdachte is gedurende langere tijd op het fietspad blijven rijden en/of
- verdachte heeft vervolgens gas gegeven en/of is met hoge, althans aanzienlijke snelheid, dan wel zonder te remmen of vaart te minderen, in de richting van de zich op het fietspad bevindende [benadeelde partij 2] en/of [naam 1] en/of [naam 2] gereden en/of tegen een of meer van de fietsen van voornoemde perso(o)n(en) aangereden en/of aangebotst.
3.
zij, als degene die al dan niet als bestuurder van een motorrijtuig betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in Amsterdam op/aan de Odebrug en/of Prins Hendrikskade en/of Oosterdokskade, op of omstreeks 1 augustus 2022 de (voornoemde) plaats van vorenbedoeld ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan een ander (te weten [benadeelde partij 1] en/of [benadeelde partij 2] en/of [naam 1] en/of [naam 2] ) letsel en/of schade was toegebracht.
4 Bewezenverklaring
De rechtbank acht ten aanzien van het onder 1 primair, 2 primair en 3 ten laste gelegde, op grond van de in rubriek 3 vervatte redengevende feiten en omstandigheden, bewezen dat:
1. primair.
zij op 1 augustus 2022 te Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde partij 1] opzettelijk van het leven te beroven, met dat opzet met een personenauto op het fietspad (in de richting) van de Oosterdokskade is gaan rijden en blijven rijden en vervolgens gas heeft gegeven en zonder te remmen of vaart te minderen voornoemde [benadeelde partij 1] die zich op het fietspad bevond, heeft aangereden en over die [benadeelde partij 1] heen is gereden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2 primair.
zij op 1 augustus 2022 te Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde partij 2] en [naam 1] en [naam 2] in de buurt van de Oosterdokskade opzettelijk van het leven te beroven, met dat opzet met een personenauto op het fietspad is gaan rijden en blijven rijden en vervolgens gas heeft gegeven en zonder te remmen of vaart te minderen op genoemde slachtoffers die zich op het fietspad bevonden, is ingereden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
3.
zij, als degene die als bestuurder van een motorrijtuig betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in Amsterdam op de Odebrug, op 1 augustus 2022 de voornoemde plaats van vorenbedoeld ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan een ander, te weten [benadeelde partij 1] en [benadeelde partij 2] en [naam 1] en [naam 2] letsel en/of schade was toegebracht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
11 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 primair, 2 primair en 3 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Feit 1 primair
Poging tot doodslag
en
Feit 2 primair
Poging tot doodslag, meermalen gepleegd.
Feit 3
Overtreding van artikel 7, eerste lid, onderdeel a en c van de Wegenverkeerswet 1994
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte voor het onder 1 primair, 2 primair en 3 bewezene niet strafbaar en ontslaat haar van alle rechtsvervolging ter zake daarvan.
Feit 1 primair en feit 2 primair
Gelast dat verdachte ter beschikking zal worden gesteld en stelt daarbij de volgende voorwaarden:
Geen strafbaar feit plegen
Betrokkene maakt zich niet schuldig aan een strafbaar feit.
Meewerken aan reclasseringstoezicht
Betrokkene werkt mee aan het reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
- -
Betrokkene meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
- -
Betrokkene laat een of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van betrokkene vast te stellen;
- -
Betrokkene houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om betrokkene te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
- -
Betrokkene helpt de reclassering aan een actuele foto waarop haar gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid;
- -
Betrokkene werkt mee aan huisbezoeken;
- -
Betrokkene geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
- -
Betrokkene vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
- -
Betrokkene werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met betrokkene, als dat van belang is voor het toezicht.
Niet naar het buitenland
Betrokkene gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden, zonder toestemming van de reclassering.
Ambulante behandeling
Betrokkene laat zich behandelen door een forensische instelling voor ambulante (verslavings)zorg, zoals Inforsa, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt.
Meewerken aan time-out
Als de reclassering dat nodig vindt en de betrokkene daarmee instemt, kan zij voor een time-out worden opgenomen in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) of andere instelling. Deze time-out duurt totdat de reclassering of betrokkene deze beëindigt, maar maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal 7 weken, tot maximaal 14 weken per jaar. Indien de veroordeelde niet instemt met een crisisopname, biedt artikel 6:6:10a van het Wetboek van Strafvordering een wettelijke grondslag voor het indien nodig aanvullend opleggen van de voorwaarde van een crisisopname in een FPC of andere instelling door de rechter.
Alcoholverbod
Betrokkene dient zich op het gebied van alcoholgebruik te houden aan de aanwijzingen en richtlijnen van de reclassering, ook ingeval dit inhoudt volledige abstinentie. De controle op naleving van deze voorwaarde zal ondersteund worden door middel van urineonderzoek en/of blaastesten of anderszins. Betrokkene dient daaraan haar volledige medewerking te verlenen.
Een terugval in middelengebruik zal niet gelijk leiden tot sanctionering maar eerst tot interventie(s).
Dagbesteding
Als voorwaarde wordt gesteld dat betrokkene streeft naar het verkrijgen en behouden van een structurele en controleerbare dagbesteding. Betrokkene zal niet zonder overleg en toestemming van de reclassering van dagbesteding veranderen.
Financiën
Betrokkene geeft inzicht in haar financiën en indien noodzakelijk werkt zij mee aan een financieel begeleidingstraject.
Wonen
Indien noodzakelijk werkt betrokkene mee aan ambulante woonbegeleiding of wonen in een (F)RIBW, zolang dit door de reclassering nodig wordt geacht.
Netwerk
Als voorwaarde wordt gesteld dat betrokkene openheid geeft over haar sociale netwerk aan de reclassering. Betrokkene geeft indien de reclassering dit nodig acht toestemming om contact met hen op te nemen.
Geeft opdracht aan Reclassering Inforsa locatie Hilversum de terbeschikkinggestelde bij de naleving van die aanwijzingen hulp en steun te verlenen.
Bepaalt dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden dadelijk uitvoerbaar is.
De gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel
Legt aan verdachte op de maatregel tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking als bedoeld in artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht.
Beslag:
Gelast de teruggave aan verdachte van: een zwarte personenauto, merk Renault, [kenteken].
Benadeelde partij [benadeelde partij 1] (feit 1 primair)
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] toe tot een bedrag van € 1.032,85 aan vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (1 augustus 2022) tot aan de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [benadeelde partij 1] .
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [benadeelde partij 1] , aan de Staat € 1.032,85 te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (1 augustus 2022) tot aan de dag van de algehele voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van 20 dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Benadeelde partij M.K.M [benadeelde partij 2] (feit 2 primair)
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] toe tot een bedrag van
€ 153,41 aan vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (1 augustus 2022) tot aan de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [benadeelde partij 2] .
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [benadeelde partij 2] , aan de Staat
€ 153,41 te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (1 augustus 2022) tot aan de dag van de algehele voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van 3 dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E. Akkermans, voorzitter,
mrs. D. van den Brink en G.M. Beunk, rechters,
in tegenwoordigheid van E.J.M. Veerman, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 22 maart 2023.