Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1995,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres] , [woonplaats] .
1 Onderzoek ter terechtzitting
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 25 april 2023.
De verdachte is niet verschenen. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. S. Bont, en van wat de gemachtigd raadsman, mr. M.C. Jonge Vos, naar voren hebben gebracht.
2 Tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 18 juni 2021 te Amsterdam, in elk geval in Nederland openlijk, te weten, in de Amstelstroomlaan, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meerdere onbekend gebleven pers(o)on(en) te weten door die pers(o)on(en)
- meermalen, althans eenmaal te duwen
- meermalen, althans eenmaal op/tegen het hoofd en/of het gezicht, althans tegen
het lichaam te slaan en/of te stompen en/of
- meermalen, althans eenmaal tegen het lichaam te schoppen.
3 Voorvragen
De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.
4 Vrijspraak
4.1.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot vrijspraak. Op basis van het dossier staat vast dat een vechtpartij is ontstaan tussen verschillende personen. Daarbij is echter onduidelijk gebleven of en welke geweldshandelingen door verdachte zijn verricht.
4.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft eveneens bepleit dat verdachte dient te worden vrijgesproken, waarbij hij heeft verwezen naar het standpunt van de officier van justitie. Bovendien is niet voldaan aan het bestanddeel ‘in vereniging’, nu de vechtpartij heeft plaatsgevonden tussen verdachte en twee andere (verenigde) personen.
4.3
Oordeel van de rechtbank
Met de officier van justitie en de raadsman, acht de rechtbank het tenlastegelegde niet bewezen. De rechtbank redeneert daartoe als volgt.
Op 18 juni 2021 heeft een vechtpartij plaatsgevonden tussen verschillende personen.
Op de camerabeelden, die op zitting zijn bekeken, is te zien dat verdachte op twee onbekend gebleven personen afloopt (hierna: NN1 en NN2). Verdachte duwt NN1 met beide handen en met kracht naar achteren, waarna een vechtpartij ontstaat. Het is daarbij onduidelijk of en welke geweldhandelingen door verdachte worden verricht. Ook is er geen aanknopingspunt dat verdachte het feit in vereniging heeft gepleegd.
Verdachte zal daarom worden vrijgesproken.
5 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. M.M.L.A.T. Doll, voorzitter,
mrs. C.A. van Dijk en E. Biçer, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D. Gigengack, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 9 mei 2023.
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: