vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer: 13.257474.22
Afdeling Publiekrecht
Parketnummer: 13/175184-23
Datum uitspraak: 31 oktober 2023
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer voor de behandeling van strafzaken, in de strafzaak tegen:
[verdachte]
,
geboren te [geboortegegevens] 2000,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres] ,
thans gedetineerd te: [detentieadres] .
2 Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
feit 1
hij op of omstreeks 15 juli 2023 te Amsterdam, althans in Nederland, bij een appartemenencomplex aan de [adres] , de bewoners van bovenstaand appartementencomplex (te weten nr [huisnummers] ), heeft bedreigd met
- enig misdrijf waardoor gevaar voor de algemene veiligheid van personen en/of goederen ontstaat, en/of
- enig misdrijf tegen het leven gericht, en/of
- zware mishandeling, en/of
- brandstichting,
door een explosief, bestaande uit een (zwart)pakket (met daarin kruit) met een
elecktriciteitsdraad in een (zout)bak te plaatsen;
feit 2
hij op of omstreeks 15 juli 2023 te Amsterdam, althans in Nederland, bij een appartemencomplex aan de [adres] , een wapen van categorie II, onder 7 van de Wet wapens en munitie, te weten een explosief, bestaande uit een (zwart)pakket (met daarin kruit) met een elecktriciteitsdraad, zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen of zaken door vuur of door middel van ontploffing voorhanden heeft gehad;
feit 3
hij op of omstreeks 15 juli 2023 te Amsterdam, althans in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad 16 flessen, althans één of meer hoeveelhededn, distikstofmonoxide (lachgas), een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II.
5 De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage vervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte:
feit 2
op 15 juli 2023 te Amsterdam een wapen van categorie II, onder 7 van de Wet wapens en munitie, te weten een explosief, bestaande uit een (zwart)pakket (met daarin kruit) met een elektriciteitsdraad, zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen of zaken door vuur of door middel van ontploffing voorhanden heeft gehad;
feit 3
op 15 juli 2023 te Amsterdam opzettelijk aanwezig heeft gehad 16 flessen distikstofmonoxide (lachgas), een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het onder 1 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 2
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie;
Ten aanzien van feit 3
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte] , daarvoor strafbaar
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 (tien) maanden. Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering (en in voorlopige hechtenis) is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Bepaalt dat een gedeelte, groot 6 (zes) maanden, van deze gevangenisstraf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaar vast.
De tenuitvoerlegging kan worden bevolen als de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.
De tenuitvoerlegging kan ook worden bevolen als de veroordeelde gedurende de proeftijd niet aan de hierna vermelde bijzondere voorwaarden voldoet.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
Meldplicht bij reclassering
Veroordeelde meldt zich binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd bij Reclassering Nederland op het adres Wibautstraat 12 in Amsterdam (088-8041200). Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt.
Drugsverbod
Veroordeelde gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd.
Geeft aan de reclassering de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd
- -
ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- -
medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht.
Veroordeelt de verdachte tot het verrichten van 240 (tweehonderdveertig) uren taakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 120 dagen hechtenis.
- tas (plastic Albert Heijn tas waarin het explosief is aangetroffen)
- kabel (witte elektriciteitskabel die aan het exposief vast zat)
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
- verdovende middelen (16 flessen lachgas)
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte met ingang van het tijdstip waarop de duur van de voorlopige hechtenis gelijk wordt aan die van het onvoorwaardelijk gedeelte van de opgelegde vrijheidsstraf.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M. Snijders Blok - Nijensteen, voorzitter,
mrs. B. van Galen, M.A. van Rijswijk, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. S.L. Onwuteaka, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 31 oktober 2023.
De jongste rechter, mr. M.A. van Rijswijk, is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.