Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBAMS:2024:5319

Rechtbank Amsterdam
27-08-2024
30-08-2024
11199241 KK EXPL 24-488
Civiel recht
Kort geding

De huurder van een woning in Amsterdam die medewerkers van de woningcorporatie ernstig bedreigde, raakt zijn huis kwijt. Zijn bewindvoerder moet de woning ontruimen.

Rechtspraak.nl

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht

zaaknummer: 11199241 KK EXPL 24-488

vonnis van: 27 augustus 2024

func.: 454

vonnis van de kantonrechterkort geding

I n z a k e

de stichting Woonstichting Lieven de Key

gevestigd te Amsterdam

eiseres

nader te noemen: De Key

gemachtigde: mr. L.F. Birnie

t e g e n

de besloten vennootschap Bract Financial Care B.V.

gevestigd te Haarlem

in haar hoedanigheid van de bewindvoerder over de goederen van:

nader te noemen: de bewindvoerder

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]

nader te noemen [gedaagde]

gedaagden

gemachtigde: mr. T.P. Schut

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Bij dagvaarding met producties (1 tot en met 35) van 12 juli 2024 heeft De Key een voorziening gevorderd.

Ter terechtzitting van 13 augustus 2024 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden.

Gedaagden hebben voorafgaand aan de zitting een conclusie van antwoord met producties (1 tot en met 13) ingediend. De Key heeft voorafgaand aan de zitting nog productie 28, 36 tot en met 38 ingediend.

Namens De Key is verschenen mr. [naam 1] (bedrijfsjurist), dhr. [naam 2] (medewerker woonfraude), dhr. [politie-inspecteur 1] , mevr. [politie-inspecteur 2] (beide politie-inspecteurs), bijgestaan door de gemachtigde. [gedaagde] is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Partijen hebben het woord gevoerd aan de hand van pleitaantekeningen.

Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING


Uitgangspunten

1. Als uitgangspunt geldt het volgende

1.1.

De Key heeft de woning staande en gelegen aan het adres [adres 1] sinds 19 november 2010 verhuurd aan [gedaagde] .

1.2.

De huurovereenkomst bepaalt onder meer het volgende:

4.1.

Het gehuurde is bestemd om te worden gebruikt als woonruimte door huurder en zijn huishouden. Het is huurder niet toegestaan om het gehuurde een andere bestemming te geven.

4.2.

Huurder dient het gehuurde daadwerkelijk, behoorlijk, overeenkomstig de bestemming en zelf als hoofdverblijf te gebruiken.(…)

4.11.

Huurder dient er voor te zorgen dat er voor omwonenden geen overlast, gevaar of hinder ontstaat ten gevolge van gedragingen door huurder, huisgenoten, huisdieren of derden die met zijn goedvinden het gehuurde gebruiken of zich met zijn goedvinden daarin bevinden. (…)

4.13.

Huurder zal zich onthouden van gedragingen die schade veroorzaken aan het gehuurde, de daarin aanwezige installaties en voorzieningen, de gemeenschappelijke ruimten en aan naburige woningen en wooneenheden. (…)

4.16.

Huurder onthoudt zich in het gehuurde van het kweken en/of verhandelen van hennepplanten en/of enig andere plant of narcoticum welke voorkomt in de Opiumwet en op de bij deze wet behorende lijsten.

1.3.

[gedaagde] heeft in de periode 2015 tot 2017 in detentie gezeten in Frankrijk.

1.4.

Op 7 juli 2020 is de voordeur van het gehuurde door politie geforceerd.

1.5.

In een proces-verbaal van 8 juli 2020 is door politieagenten het volgende beschreven:

Wij zagen in de woning een kamer ingericht als kwekerij. Wij zagen een aantal planten bakken staan en zogeheten stekkenbakken.
Wij zagen dat er 2 transformatoren hingen, een afzuiging en lampen. Echter zagen wij dat het geen hennepplanten betroffen maar groente planten.

Verder troffen wij, (…) in de woning spullen aan welke duiden in het opzetten van hennepkwekerijen. Wij zagen meerdere transformatoren, meerdere ventilatoren, meerdere koolstoffilters. Tevens zagen wij een flyer liggen alwaar benodigdheden op stonden voor het opzetten van een hennepkwekerij

Wij zagen in de badkamer diverse potgrond staan. Wij zagen diverse lege bakken staan alwaar planten in geteeld worden . Wij zagen flacons staan met groei en bloeimiddel.

Wij, (…), zagen in de slaapkamer vier (4) telefoons liggen. Wij zagen dat de deze telefoons uit stonden. (…)

Wij, (…) hebben een onderzoek in de box gedaan. Aldaar troffen wij benodigdheden aan welke gebruikt worden bij het opzetten van hennepkwekerijen. Wij zagen namelijk diverse lege dozen alwaar benodigdheden in hadden gezeten voor het opzetten van een hennepkwekerij . Tevens zagen wij een gebruikte slakkenhuis en huizen welke gebruikt worden voor het afvoeren van de lucht.

1.6.

[gedaagde] heeft zich op het standpunt gesteld dat de door de politie in juli 2020 aangetroffen zaken bestemd waren voor het kweken van groenten, te weten broccoli.

1.7.

Bij brief van 11 november 2021 heeft de Directeur Wonen van De Key onder meer het volgende aan [gedaagde] geschreven:

Uw verhaal

Uw verhaal gaat over allerlei zaken die De Key in uw ogen fout heeft gedaan. U begon vanaf 2017 waarin u vertelde dat er in 2015 een deurincident was waarvan u niet kan vertellen wat er is gebeurd.

Reden hiervoor is dat u tussen 2015 en 2017 niet in de woning verbleef. U wilde niet aangeven waarom u niet zelf in de woning verbleef. De woning stond niet leeg, uw vriendin woonde in de woning. U wist niet dat u zelf in de woning moest wonen.

In 2017 heeft mevrouw [naam 3] u onaangekondigd een bezoek gebracht, maar u heeft haar geen toegang tot de woning gegeven. In 2020 is er opnieuw een deurincident waarbij de politie uw deur heeft geforceerd omdat u niet snel genoeg opendeed. De politie bezocht u vanwege een vermoeden tot hennepteelt. (…)

Onze ervaring

Ik heb u geconfronteerd met uw houding die door mijn collega’s als dreigend wordt ervaren en die ik in onze mailwisseling ook heb gevoeld. Zeker met de laatste mail waarin u ‘op de persoon’ speelt. Ik heb u daarom gevraagd waarom u dit doet en wat u ermee beoogt. U bevestigde dat u dit bewust heeft gedaan om te ‘pesten’. U voelt zich gepest en pest op deze wijze terug. (…)

Oplossingen afspraken (…)

6. Ik accepteer niet dat u dreigend of pestend gedrag vertoont naar medewerkers van De Key: wij hebben nadrukkelijk afgesproken dat u van ons respectvol gedrag mag verwachten maar dat we dat ook van u verwachten.

1.8.

In mei 2023 is er in de keuken van de het gehuurde brand ontstaan.

1.9.

Op 23 augustus 2023 heeft De Key een proces-verbaal van de politie d.d. 22 augustus 2023 ontvangen waarin onder meer het volgende is opgenomen.:

Op 15 augustus 2023 omstreeks 23.35 uur bevonden wij (…) ons (…) op de [adres 2] . (…) Op bovengenoemd adres ondersteunen wij de Districts Recherche Amsterdam-West met het onderzoek naar het aangetroffen drugslag. Wij besloten ter aanhouding te zoeken naar de verdachte genaamd: [gedaagde] (…). Wij verbalisanten zagen (…) dat de verdachte was ingeschreven op de [adres 1] (…)

Ter plaatse op de [adres 1] begaven wij ons eerst naar de woning van de verdachte. Wij zagen dat er geen licht in de woning brandde en dat de ramen en deuren gesloten waren. Wij hoorden de buurvrouw zeggen dat zij hem 14 augustus 2023 rond 23.00 uur voor het laatst had gezien op haar deurbelcamera (…)

Wij besloten ook de kelderbox te controleren behorende bij deze woning op aanwezigheid van de verdachte (…). Wij (…) keken door het rooster aan de bovenzijde van de deur. Wij zagen een soort druktank en meerdere ventilatie of verwarmingsunits in de kelderbox staan (…)

Via het Operationeel Centrum Amsterdam vroegen wij Uniglas ter plaatsen voor het betreden van de boxruimte ter inbeslagname. Wij zagen direct diverse onderdelen die ons ambtshalve bekend zijn als artikelen van een drugslab. Wij zagen onder andere de volgende goederen:

- Een weegschaal

- Industriële mengmachine

- Industriële magnetron

- (Gas) Druk Cilinder

Hiervan is een foto gemaakt die wij toevoegen aan de bijlage van dit proces-verbaal (…).

1.10.

Op 31 oktober 2023 heeft De Key een proces-verbaal van de politie van diezelfde datum ontvangen waarin onder meer het volgende is geschreven:

De aanleiding voor ons (…) onderzoek was het feit dat er op 15 augustus 2023 een crystal methlab werd ontdekt op [adres 2] . Hierbij was degene met een sleutel van deze woning de voornoemde [gedaagde] . (…) Sindsdien is [gedaagde] voortvluchtig en word hij gezocht door de politie. (…) Wij (…) hebben op maandag 30 oktober 2023 omstreeks 15.49 uur vervolgens gebeld en geklopt op de voordeur van het voornoemd adres [ [adres 1] ; aanvulling kantonrechter] (…)

(…) Wij zagen dat de woonkamer voorzien was van een open keuken. Wij zagen dat deze keuken zwartgeblakerd was. (…) Wij zagen dat er zeer veel roetdeeltjes in de afzuigkap zat. Wij roken een zeer penetrante schimmelgeur van bedorven waren en wij roken een rotte licht die duidde op stilstaand water. Wij zagen dat het aanrecht volstond met vieze vaat maar ook houdbare goederen waarvan de uiterste houdbaarheidsdatum dateerde van augustus 2023. (…) De woning maakte op ons de algehele indruk dat de woning in allerijl was verlaten.

(…)

AANGETROFFEN GOEDEREN: (…)

- GPS Opspoor Detector. Dit product is speciaal en uitsluitend ontwikkeld voor het opsporen van volgsystemen (GPS trackers) die zijn voorzien van een simkaart

- Stekbakjes welke worden gebruikt voor hennepplantages

- 2 Koolstoffilter

- Zak potgrond

- Buizen voor afzuiging

- 6 telefoons en meerdere simkaarten

- 4 peilbakens te gebruiken met simkaarten

- Stroom verdeelstations doorgaan in gebruik bij hennepplantages

- Meerdere cilinders voor deuren met daarbij sleutels.

Van bovengenoemde goederen is ons ambtshalve bekend dat deze doorgaans worden gebruikt om hennepplantages in te richten (…)

Wij zagen dat er in de woning sprake was van een:

- drugshandel

1.11.

Een rapport van bevindingen d.d. 31 oktober 2023 van de Gemeente Amsterdam vermeldt:

Ik zie dat de staat van de woning zeer verwaarloosd is. Ik zie dat in alle ruimtes in de woning dozen, tassen, losse kleding en andere goederen los en rommelig op de grond en op meubels liggen. De woning lijkt lange tijd niet schoongemaakt te zijn. Overal in de woning zie ik een laagt stof en/of vettigheid op het interieur. Nadat de politie de woning heeft bekeken worden wij erop gewezen dat de volgende goederen zijn waargenomen in de woning:

- 10 tot 20 mobiele telefoons

- Goederen die op een hennepkwekerij te exploiteren (filters, waterpompen, potgrond, voeding, zaden, stroomverdelers, plantpotten, verpakkingsmateriaal)

- GPS tracker/jammer

- GPS bakens

De politie medewerkers verklaren ons dat dit allemaal goederen zijn waarvan ambtshalve bekend is dat deze worden gebruikt in de zware criminaliteit. Gezien de algehele staat van de woning lijkt het als of er al maanden niemand in de woning is geweest. (…)

Hierop nemen wij telefonisch contact op met een medewerker van Lieven de Key. Wij spreken met de medewerker af dat wij de woning afsluiten van stroom door de meterkast uit te schakelen.

1.12.

Bij brief van 1 november 2023 heeft De Key [gedaagde] gesommeerd om de huurovereenkomst uiterlijk op 22 november 2023 op te zeggen. [gedaagde] heeft aan deze sommatie geen gehoor gegeven.

1.13.

Bij brief van 27 december 2023 heeft de Burgemeester van Amsterdam onder meer het volgende aan De Key geschreven:

De politie heeft mij geïnformeerd over het aantreffen van goederen ten behoeve van hennepteelt op het adres [adres 1] . Uit het Kadaster blijkt dat u de eigenaar bent van de woning. Daarom krijgt u een bestuurlijke waarschuwing (…)

In uw woning is de Opiumwet overtreden. In uw woning zijn goederen aangetroffen die bestemd zijn voor hennepteelt. Het is niet duidelijk of de woning op dit moment feitelijk wordt bewoond en er zijn verzwarende omstandigheden zoals de aanwezigheid van o.a. een GPS opspoordetector en dat u in een andere Opiumzaak gesignaleerd staat.

Ondanks de verzwarende omstandigheden vind ik een sluiting van de woning niet evenredig omdat een sluiting mogelijke grote consequenties voor de bewoner heeft terwijl er geen drugs is aangetroffen in de woning. Voor nu volsta ik met een bestuurlijke waarschuwing.

1.14.

Op 8 februari 2024 is [gedaagde] door de politie gehoord. In het proces-verbaal is het volgende beschreven: (…) op woensdag 31 januari 2024 (…) onderzoek ingesteld op voormeld adres [ [adres 1] , aanvulling kantonrechter]. (…) Ik bemerkte dat de cilinder was vervangen en dat de sleutel die in bezit was bij politie niet meer pasten op het slot. Ik zag tevens dat de twee politie zegels die eerst nog aanwezig waren niet meer aanwezig waren. (…) Ik verbalisant (…) heb vervolgens met de aanwezige buurtbewoner gesproken die verklaarde dat ze sinds één of twee weken weer iemand had gezien. (…)

en het volgende als verklaring van [gedaagde] opgenomen:

Nee ik verblijf of zit daar niet wat de woning is niet bewoonbaar. Waar ik verblijf dat is privé. Ik vertoef her en der en ik hoef dat niet te zeggen. Waarom wil je dat weten? Ik ga een klacht indienen, weet je waarom. Omdat ik bij de politie een sleutel heb opgehaald en die past niet, dus ik heb onkosten gemaakt.

1.15.

De Key is bij dagvaarding van 9 januari 2024 een kort geding procedure gestart. De kantonrechter heeft bij vonnis van 1 maart 2024 (KK EXPL 24-3) de vordering tot ontruiming van het gehuurde afgewezen.

1.16.

Op 21 mei 2024 heeft [gedaagde] bij de Key gemeld dat er drie ramen, één in de slaapkamer en twee in de woonkamer zijn gebarsten.

1.17.

Op 30 mei 2024 heeft een door De Key ingeschakelde monteur geweigerd nog langer werkzaamheden in het gehuurde uit te voeren.

De monteur heeft het navolgende verklaard:

Deze man is heel erg vervelend en intimiderend. Hij loopt te dreigen en ons op te nemen en belt privé etc. Ik voel mij niet veilig daar, dus ik ga daar niet meer heen. Mijn excuses.

1.18.

Op 22 juni 2024 wordt volgens [gedaagde] een inbraakpoging gedaan, waarbij schade is toegebracht aan de voordeur.

1.19.

De politie heeft op 24 juni 2024 een proces-verbaal met foto’s opgemaakt. Daarin is onder meer het volgende vermeld:

ONDERZOEK BERGING [adres 1]

Verbalisanten hebben vervolgens naar aanleiding van het genoemde drugslab [op het adres [adres 2] ; aanvulling kantonrechter] en de mogelijke betrokkenheid van [gedaagde] hierbij, nader onderzoek ingesteld op het woonadres van [gedaagde] op [adres 1] .

Hierbij is allereerst onderzoek gedaan in de berging van deze woning.

In deze berging troffen verbalisanten diverse goederen/attributen aan die gerelateerd kunnen worden aan een drugslab en gebruikt kunnen worden voor diverse toepassingen bij het creëren van Methafetamine, dan wel Crystal Meth/synthetische drugs.

Ook werden er een industriële magnetron, gasdruk cilinder, een industriële weegschaal, spoelen/verwarmingselementen en een industriële pers aangetroffen. (…)

Bij het betreden van de woning zagen verbalisanten dat de woning al een aantal maanden niet gebruikt was. Hiervan is door de Gemeente Amsterdam een rapport van bevindingen opgemaakt.

Onderstaande foto’s tonen de goederen die een relatie leggen tussen de [adres 1] (zowel de berging als de woning) en de [adres 2] . (…)

De verbalisanten vonden in de woning [adres 1] nog diverse andere attributen. Dit deed vermoeden dat bewoner [gedaagde] mogelijk ook betrokken was bij het opbouwen van hennepplantages. (…)

Gezien het bovenstaande is het aannemelijk geworden dat de attributen die werden aangetroffen in zowel de woning als de berging op de [adres 1] , geschikt zijn dan wel gebruikt kunnen worden voor een synthetisch drugslab en specifiek voor het genoemde drugslab op de [adres 2] .

Navraag bij collega’s van het Landelijk Faciliteit Ondersteuning Ontmanteling (LFO) leert dat met name bovenstaande ketel (zie foto vaak wordt aangetroffen bij drugslabs; Dit betreft een industriële meng- en verwarmings ketel die veel voorkomt in, onder andere, de levensmiddelen industrie. In relatie tot drugs zien wij regelmatig dat dergelijke ketels tweedehands worden opgekocht en vervolgens worden gemodificeerd tot ketels die gebruikt worden voor de vervaardiging en/of bewerking van (synthetische) drugs. (…)

De betrokkenheid van [gedaagde] bij het vervaardigen van synthetische drugs wordt ook nog eens bevestigd door het aantreffen van DNA van [gedaagde] op attributen die zijn aangetroffen in de woning.

Verder heeft [gedaagde] verklaard dat hij meerdere malen binnen is geweest in de woning op de [adres 2] en dat hij de enige bewoner van [adres 1] is.

1.20.

Op 24 juni 2024 heeft een zitting bij de geschillencommissie van De Key plaatsgevonden. [gedaagde] heeft na afloop van de zitting plaatsgenomen in de hal van De Key en heeft ondanks herhaaldelijke verzoeken van medewerkers van De Key niet het gebouw willen verlaten. De Key heeft de politie gebeld en onder begeleiding van politieagenten heeft [gedaagde] het gebouw alsnog verlaten.

1.21.

In het telefoongesprek d.d. 24 juni 2024 tussen [naam 2] en [gedaagde] is het volgende gezegd:

[gedaagde] : U bent mijn vijand, zo zie ik dat en niet anders. En dan vraag ik u om niet de emoties naar boven te brengen dat ik daar moet komen en iets moet doen, omdat mijn gevoelens zeggen van hè, die mensen hebben slecht intenties met jou.(…)

[gedaagde] : Want ik ken mijzelf

[naam 2] : Ja, en wat houdt dat dan in?

[gedaagde] : Dat houdt in dat ik mijzelf niet kan controleren en dat ik iets doe waar ik later zelf en iedereen spijt van gaat krijgen, dat bedoel ik (…)

[gedaagde] : En u mag achter de schermen doen wat u wilt maar geef mij iemand anders om contact mee te houden. Dan is er ook die confrontatie niet, dan ontstaat er de agressie niet, want ik zie u als vijand, als probleem, als iemand die ik moet uitschakelen. Snap je wat ik bedoel? (…)

[gedaagde] : Ik ken mijzelf, ik ken u inmiddels ook een beetje. U ben in staat mij de juiste prikkels te geven, dat ik explodeer. (…)

[naam 2] : Maar ik hoor u zeggen dat u uzelf niet onder controle hebt en dat er dan dingen gebeuren waar u later spijt van hebt, waar moet ik aan denken meneer?

[gedaagde] : Dan moet u denken aan agressieve dingen

[naam 2] : Zoals?

[gedaagde] : Dan moet u denken aan iemand die je uit huis probeert te zetten, ja? Waarvan ik de mening hebt dat u daar niet het recht voor heb. Dan moet ik die persoon uitschakelen. Dan moet ik die persoon niet de kans geven mijn leven te verpesten. Snap je?(…)

[gedaagde] : Als ik bel voor een reparatieverzoek dan wil niet horen [naam 1] , [naam 2] , juridische afdeling of fraude-afdeling of één of andere bullshit.

[naam 2] : Maar dat blijft wel gebeuren, want dat heeft de directie besloten hier, meneer [gedaagde] .

[gedaagde] : Als de directie dat besloten heeft, dan is dat een fout van een directie. Dan brengt de directie jullie in gevaar. Want ik ga jullie wat aandoen. Ik zeg persoonlijk, ik ga je daar opwachten, ja? Bij De Key ga ik je opwachten en dat ga ik met jou persoonlijk praten, in jouw privé-tijd, snap je?

[naam 2] : Nee, wat wilt u daarmee bereiken?

[gedaagde] : Want je… Ja, je mag vragen, ik begrijp het niet en dit en dat. Je gaat het begrijpen, geloof me, je gaat het begrijpen. En die [naam 1] gaat het ook begrijpen, want ik weet dit spelletje ook te spelen. Maar dan op een andere manier. Maak geen grappen!

[naam 2] : Nee, dit is mijn werk, dus ik maak geen grappen.

[gedaagde] : Dit is ook mijn werk, dit wat ik nu moet gaan doen, is ook mijn werk.

[naam 2] : Maar wat…

[gedaagde] : Ja? Wat jij voor spelletjes kan spelen, ik speel ze op een andere manier. En daar gelden andere regels.

[naam 2] : Maar ik hoor u net zeggen…

[gedaagde] : Snap je?

[naam 2] : Nee…

[gedaagde] : Misschien ga ik verliezen, maar jij hebt meer te verliezen. En die meneer [naam 1] heeft ook meer te verliezen. En nu praat ik een beetje emotioneel, want ik ben nu heel erg emotioneel, maar ik denk dat dit eigenlijk – dit gesprek – voldoende moet zijn, dat de directie ook gaat begrijpen dat dit niet gaat werken.

[naam 2] : Maar wat zou er dan in uw ogen wel werken meneer [gedaagde] ?

[gedaagde] : Wat zou werken, is dat je gewoon normaal communiceert en misschien halen we de advocaat erbij en dan gaan we kijken hoe alle punten rustig te bespreken, feiten op tafel, ja? Want de weg naar de rechter is niet de enige weg. Dat we gaan zitten en kijken: wie is waar fout geweest en dat we de zaak afsluiten. Dat is de juiste weg, maar de weg die willen jullie niet bewandelen. Jullie zoeken de confrontatie op, jullie zoeken de negatieve methode. Dan ga ik daarin mee. Ik ga mee in die negatieve methode, op mijn manier. En dit is een waarschuwing hè? Het is eigenlijk heel lief van mij dat ik daar een waarschuwing voor geef.

1.22.

Bij brief van 26 juni 2024 heeft De Key aangegeven dat onder meer vanwege herhaaldelijk agressief, intimiderend en bedreigend gedrag van [gedaagde] naar medewerkers van de De Key zij alle communicatie met hem stopt hem een lokaalverbod opgelegd.

1.23.

Op 27 juni 2024 heeft dhr. [naam 2] (medewerker van de Key) aangifte gedaan:

Ik voel mij door huurder [gedaagde] daadwerkelijk bedreigd en aangetast in mijn persoonlijke levenssfeer.

Met name dat huurder [gedaagde] de volgende bedreiging uitte:

“Jij bent mijn vijand, jij bent het kwaad, dit is een cultuurding en omdat jij mij kwaad wil doen omdat je mij uit mijn huis wil zetten moet ik jou uitschakelen voordat jij mijn leven verpest. Ik kom jou opzoeken op je werk of in je privé tijd, ik ga jou wat aandoen, ik ga agressieve dingen doen waar ik later en jullie spijt van krijgen” Of woorden van gelijke strekking.

De toon in de stem en de manier van praten van huurder [gedaagde] tijdens het telefoongesprek en in het bijzonder tijdens de door hem aan mij persoonlijke gerichte dreigementen omschrijf ik als volgt:

dreigend, vastberaden, serieus van klank zonder stotteren en als iemand die in staat is zijn dreigementen ook daadwerkelijk uit te voeren.

1.24.

Op 27 juni 2024 is de keuken in het gehuurde vervangen. [gedaagde] heeft daarna aan De Key filmpjes gestuurd waarop te zien is dat hij de nieuwe kraan in de keuken hardhandig heen en weer wrikt en dat hij een deur van een keukenkastje meerdere malen hard tegen de afzuigkap slaat.

1.25.

De Key is bij dagvaarding van 12 juli 2024 een bodemprocedure gestart met vorderingen tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde.

Het geschil

2. De Key vordert - samengevat – ontruiming van het gehuurde met nevenvorderingen en met veroordeling van de bewindvoerder in de proceskosten.

3. De Key legt aan vordering ten grondslag dat [gedaagde] tekort is geschoten in de nakoming van zijn uit de wet en de huurovereenkomst voortvloeiende verplichtingen door langere perioden niet in het gehuurde te wonen en in en vanuit het gehuurde criminele activiteiten te ontplooien. Verder voert De Key aan dat dat [gedaagde] door zijn gedrag en houding een onhoudbare situatie is ontstaan. Het treitergedrag van [gedaagde] is ontaard in doodbedreigingen. Van De Key kan niet worden verwacht dat zij haar medewerkers (en de door haar ingeschakelde derden) aan dergelijk gedrag blijft blootstellen. Als de uitkomst van een bodemprocedure moet worden afgewacht, vreest De Key een verdere escalatie en incidenten waarbij niet alleen jegens het gehuurde, maar ook jegens medewerkers fysiek geweld wordt gebruikt.

4. De bewindvoerder voert verweer. Zij concludeert tot niet-ontvankelijkheid van De Key, dan wel tot afwijzing van de vorderingen van De Key, met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van De Key in de kosten van de procedure.

5. Op de stellingen van partijen voor zover van belang zal hierna verder worden ingegaan.

Beoordeling

6. De vordering in kort geding kan alleen worden toegewezen als verhuurder daarbij een spoedeisend belang heeft. Gelet op de in deze procedure vaststaande feiten en omstandigheden met betrekking tot gestelde intimidatie en bedreiging van haar medewerkers en de in het gehuurde aangetroffen zaken die door de politie in verband gebracht worden met het maken van verdovende middelen en in aanmerking genomen het door verhuurder gevoerde (en naar het oordeel van de kantonrechter in redelijkheid te voeren) zerotolerance beleid in dit soort gevallen, heeft verhuurder een spoedeisend belang om de vordering tot ontruiming van het gehuurde in kort geding voor te leggen.

7. In dit kort geding dient te worden beoordeeld of de in deze zaak aannemelijk te achten omstandigheden een ordemaatregel vereisen dan wel of de vordering van de verhuurder in een bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft dat het gerechtvaardigd is op de toewijzing daarvan vooruit te lopen door het treffen van een voorziening zoals gevorderd. Het navolgende behelst dan ook niet meer dan een voorlopig oordeel over het geschil tussen partijen.

Toelaatbaarheid geluidsfragment telefoongesprek

8. De gemachtigde van verhuurder heeft ter zitting aangegeven dat hij de usb-stick met het geluidsfragment van het telefoongesprek d.d. 25 juni 2024 tussen [naam 2] en [gedaagde] (productie 28) niet heeft ontvangen, en tegen productie 28 bezwaar gemaakt. Van de door De Key aangehaalde gedeelten van dat telefoongesprek is tevens een transcript overgelegd. De gemachtigde van [gedaagde] betwist de juistheid van dat transcript nu hij de opname niet heeft kunnen beluisteren. Uit de correspondentie volgt dat de producties (waaronder productie 28) per e-mail van 8 augustus 2024 door De Key gelijktijdig zijn verzonden naar zowel het e-mailadres van de rechtbank als het e-mailadres van de gemachtigde van [gedaagde] . Bij deze e-mail was als bijlage een digitaal bestand gevoegd met het telefoongesprek. De rechtbank heeft het telefoongesprek via deze bijlage kunnen beluisteren, zodat de kantonrechter er van uitgaat dat ook de gemachtigde het gesprek heeft kunnen beluisteren. Ter zitting heeft de gemachtigde nog wel gesteld dat dit hem niet gelukt is, maar dan had het op zijn weg gelegen om voor de zitting daarvan melding te maken. Het betreffende geluidsfragment zal daarom niet worden uitgesloten van het dossier en de kantonrechter gaat uit van de juistheid van het transcript. Overigens heeft de gemachtigde niet verzocht om de relevante fragmenten te beluisteren op de zitting.

Voorlopige voorziening

9. De kantonrechter stelt voorop dat bij de beantwoording van de vraag of op grond van een gestelde tekortkoming in de nakoming van de huurovereenkomst als voorlopige voorziening in kort geding een vordering tot een zeer ingrijpende maatregel als ontruiming kan worden toegewezen, grote terughoudendheid dient te worden betracht, gelet op de waarborgen waarmee de wet de rechten van huurders van woonruimte omkleedt. Daarbij komt dat in een kortgedingprocedure geen plaats is voor een diepgaand onderzoek naar bestreden feiten. Voor toewijzing van een dergelijke vordering zal dan ook slechts plaats zijn indien in hoge mate waarschijnlijk is dat de bodemrechter, zo het geschil aan hem wordt voorgelegd, tot toewijzing van die vordering zal komen.

Uitspraak 1 maart 2024

10. De kantonrechter heeft in zijn kortgedingvonnis van 1 maart 2024 geoordeeld dat er onvoldoende zekerheid over de afloop van een bodemprocedure bestond om vooruitlopend daarop een ontruiming van het gehuurde bij wijze van voorlopige maatregel toe te wijzen.

11. Dit ligt op dit moment anders door wat er zich na het vonnis van 1 maart 2024 aan incidenten heeft voorgedaan en door wat volgt uit aanvullende stukken die zijn overgelegd en verklaringen die ter zitting zijn gedaan.

Intimidatie en bedreiging

12. Naar het oordeel van de kantonrechter is op grond van de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting voldoende aannemelijk geworden dat [gedaagde] zich bij tal van gelegenheden ontoelaatbaar heeft gedragen tegenover medewerkers van De Key. Uit het door De Key overgelegde transcript volgt dat [gedaagde] medewerkers telefonisch en in persoon heeft bedreigd. Bovendien is [gedaagde] hier meermalen door De Key op aangesproken en in 2021 zijn daarover afspraken gemaakt, maar [gedaagde] heeft zijn gedrag niet aangepast. De Key heeft in 2024 onder meer de politie moeten inschakelen omdat [gedaagde] weigerde haar kantoor te verlaten.

13. Vooralsnog is voldoende aannemelijk geworden dat [gedaagde] dingen heeft gezegd zoals omschreven in de door [naam 2] gedane aangifte. De geluidsopnamen bevestigen dit immers. Wat [gedaagde] heeft aangevoerd is onvoldoende om deze verklaring in twijfel te trekken, laat staan dat het volstaat voor het oordeel dat [gedaagde] met “uitschakelen” slechts bedoelde dat hij niet meer met [naam 2] wilde praten maar met een andere contactpersoon van De Key. [gedaagde] zegt immers met zoveel woorden: “ga ik je opwachten en dat ga ik met jou persoonlijk praten, in jouw privé-tijd, snap je”. In hetgeen [gedaagde] zegt valt, anders dan De Key stelt, geen directe doodbedreiging te horen, maar het is zonder meer op te vatten als een bedreiging met geweld. [gedaagde] zegt immers: “(…) dat ik explodeer. (…) Dan moet u denken aan agressieve dingen. (…) Dan brengt de directie jullie in gevaar. Want ik ga jullie wat aandoen.” Mede gelet op de criminele antecedenten van [gedaagde] en verdenkingen van de politie die aan de betrokken medewerker van De Key bekend zijn komt gewicht toe aan de uitingen van [gedaagde] . Zoals [gedaagde] dit zelf ook benadrukt door te zeggen: “Je gaat het begrijpen, geloof me, je gaat het begrijpen. En die [naam 1] gaat het ook begrijpen, want ik weet dit spelletje ook te spelen. Maar dan op een andere manier. Maak geen grappen! (…) Dit is ook mijn werk, dit wat ik nu moet gaan doen, is ook mijn werk. (...) Ja? Wat jij voor spelletjes kan spelen, ik speel ze op een andere manier. En daar gelden andere regels.”

14. De bedreigingen moeten als een ernstige tekortkoming van [gedaagde] van zijn verplichtingen uit de huurovereenkomst worden aangemerkt, die de ontbinding en ontruiming op zich rechtvaardigt. De Key moet er immers op kunnen vertrouwen dat zij haar medewerkers onder alle omstandigheden op een veilige manier in contact kan brengen met [gedaagde] . Door de handelwijze van [gedaagde] is dat vertrouwen ernstig beschaamd, waardoor [gedaagde] in zijn verplichtingen jegens De Key ernstig tekort is geschoten. Door [gedaagde] zijn geen feiten of omstandigheden naar voren gebracht, en ze zijn ook niet gebleken, die de conclusie rechtvaardigen dat de bodemrechter tot het oordeel zal komen dat de ontbinding van de huurovereenkomst disproportioneel is. Ook ten aanzien van de thans gevorderde ontruiming is dit niet gebleken.

Niet bewonen

15. Daarbij komt het navolgende. Op basis van de bevindingen die volgen uit onder meer het proces-verbalen van 31 oktober 2023 en van 8 februari 2024, is voorhands aannemelijk dat [gedaagde] in de periode van 15 augustus 2023 tot 11 januari 2024 voortvluchtig was en niet in de woning is verbleven. De woning was blijkens het rapport van de gemeente Amsterdam van 31 oktober 2023, voorzien van foto’s van de aangetroffen situatie en voorwerpen, op dat moment voorts al sterk verwaarloosd en de gemeente heeft de stroom afgesloten. Een en ander is in strijd met de verplichtingen van [gedaagde] uit de huurovereenkomst. Het is de vraag of aangenomen moet worden dat dit in de bodemprocedure zo goed als zeker een zelfstandige grond voor ontbinding van de huurovereenkomst zou leveren, maar in de belangenafweging op basis van alle omstandigheden van het geval kan dit wel worden meegewogen.

Gebruik voor criminele activiteiten

16. Voorts wordt in genoemd rapport van de gemeente bevestigd dat in de woning een reeks voorwerpen is aangetroffen waarvan de politie heeft verklaart “dat dit allemaal goederen zijn waarvan ambtshalve bekend is dat deze worden gebruikt in de zware criminaliteit”. Dit laatste is door [gedaagde] betwist. Ter zitting hebben de aanwezige verbalisanten verklaard dat het juist is dat, zoals door [gedaagde] aangevoerd, de aangetroffen cilinder (een warmtewisselaar) en ketel (een dubbelwandige koeltank voor melk) op zich niet geschikt zijn voor het maken van verdovende middelen, maar dat door daarin gespecialiseerde collega’s is aangegeven dat deze voorwerpen omgebouwd kunnen worden tot hulpmiddelen bij de productie van verdovende middelen en veelvuldig worden aangetroffen in drugslabs. In het proces-verbaal van 24 juni 2024 zijn foto’s van de in de woning aangetroffen – in de verschillende processen-verbaal opgesomde – voorwerpen opgenomen, met per foto een uitleg van het gebruik van het afgebeelde voorwerp bij de productie van verdovende middelen. De kantonrechter gaat voorshands van de juistheid daarvan uit. Juist is, zoals is aangevoerd door [gedaagde] , dat niet van alle opgesomde voorwerpen een foto (de weegschaal) of een duidelijke foto (de industriële magnetron en staafmixer) is opgenomen, maar de constatering in de processen-verbaal dat de voorwerpen zijn aangetroffen is op ambtseed opgemaakt. Voorshands oordelend is dat voldoende te achten. [gedaagde] heeft ook geen plausibele verklaring gegeven voor het bezit van deze voorwerpen. Dat de voorwerpen die met hennepteelt in verband gebracht worden bestemd zouden zijn voor de teelt van broccoli acht de kantonrechter ongeloofwaardig. Dat het niet ongebruikelijk om meerdere (oude) telefoons in huis te hebben kan zo zijn maar is in combinatie met de overige aangetroffen voorwerpen (zoals meerdere sim kaarten, peilbakens e.d.) wel degelijk een extra indicatie voor criminele activiteiten. Weliswaar is nog geen vervolging ingesteld, maar feit is dat [gedaagde] nog steeds verdachte is. Het verweer dat niet bewezen is dat sommige voorwerpen in de kelderbox stonden omdat de foto’s daarvan op de stoep voor de woning zijn genomen wordt gepasseerd, aangezien door verbalisanten op ambtseed is verklaard dat de voorwerpen in de kelderbox zijn aangetroffen. De kantonrechter oordeelt dan ook dat – in deze civielrechtelijke procedure – voorshands voldoende aannemelijk is dat de door [gedaagde] in de gehuurde woning opgeslagen voorwerpen heeft gebruikt voor criminele activiteiten in of vanuit de woning. De gemachtigde heeft ter zitting aangegeven hier in de bodemprocedure, waar ruimte is voor bewijslevering, nader op in te zullen gaan. Ook hier is het mede met het oog daarop de vraag of aangenomen moet worden dat dit in de bodemprocedure zo goed als zeker een zelfstandige grond voor ontbinding van de huurovereenkomst zou leveren, maar geldt eveneens dat in de belangenafweging op basis van alle omstandigheden van het geval dit kan worden meegewogen.

Conclusie

17. De hierboven genoemde tekortkoming is voldoende ernstig te achten. Het is voorts onvoldoende aannemelijk geworden dat het verlies van de woning ontoelaatbare gevolgen heeft voor huurder. Weliswaar zijn gevolgen van het verlies van de woning voor huurder groot, maar – gelet op de aard van de tekortkoming en de gevaarzettende situatie die dat met zich heeft meegebracht – dient daaraan naar voorlopig oordeel van de kantonrechter minder gewicht te worden gehecht dan aan het belang van verhuurder bij een juist gebruik van haar woningen en handhaving van actief en strikt beleid tegen criminele activiteiten in of vanuit haar huurwoningen. Bij deze stand van zaken is de kantonrechter van oordeel dat de kans groot is dat de ontbinding van de huurovereenkomst in een bodemprocedure zal worden toegewezen. Daarop vooruitlopend zal de vordering tot ontruiming worden toegewezen. Een ontruimingstermijn van 14 dagen na betekening van het vonnis acht de kantonrechter redelijk.

18. De gevorderde maandelijkse huurbetaling tot aan de ontruiming wordt als niet weersproken toegewezen.

19. De bewindvoerder zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.

20. De veroordelingen worden uitgesproken tegen de bewindvoerder, maar kunnen ook tegen [gedaagde] worden tenuitvoergelegd.

BESLISSING

De kantonrechter:

veroordeelt de bewindvoerder om het gehuurde binnen veertien dagen na betekening van het vonnis te ontruimen en ter beschikking van De Key te stellen, welke ontruiming zo nodig door de deurwaarder bewerkstelligd kan worden met behulp van de sterke arm conform het in artikel 555 e.v. jo. 444 Rv bepaalde;

veroordeelt de bewindvoerder om aan [gedaagde] te betalen een bedrag van
€ 585,88 per maand tot en met de dag dat [gedaagde] de woning heeft verlaten of daaruit wordt ontruimd;

veroordeelt de bewindvoerder in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van De Key begroot op:
exploot € 135,97
salaris € 543,00
griffierecht € 130,00
-----------------
totaal € 808,97
voor zover van toepassing, inclusief btw;

veroordeelt de bewindvoerder in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 68,00 aan salaris gemachtigde, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw;

verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;

wijst af het meer of anders gevorderde.

Aldus gewezen door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 augustus 2024 in tegenwoordigheid van de griffier.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.