[eiseres] vordert – samengevat – om bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis:
I. [gedaagde] te veroordelen om onmiddellijk na betekening van dit vonnis alle uitlatingen van lasterlijke, smadelijke of anderszins onrechtmatige aard over [eiseres] , waaronder in ieder geval begrepen de berichten/posts op LinkedIn en Instagram genoemd in de dagvaarding, volledig te verwijderen van het internet (inclusief social media-platforms) en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom,
II. [gedaagde] te verbieden om na betekening van dit vonnis opnieuw op enigerlei wijze soortgelijke onrechtmatige uitlatingen over of jegens [eiseres] openbaar te maken of te verspreiden, hetzij online (op social media, blogs, fora of websites) hetzij offline (in toespraken, media-optredens of anderszins in het openbaar), op straffe van een dwangsom,
III. [gedaagde] te veroordelen tot het plaatsen van een duidelijk zichtbare en publieke rectificatie, gedurende ten minste 30 dagen, op zowel [gedaagde] ’s Instagram-account als diens LinkedIn-profiel. Deze rectificatie dient in te houden dat [gedaagde] diens gedane beschuldigingen van o.a. “dehumaniseren van transmensen”, “verspreiden van desinformatie”, “racisme, xenofobie, transfobie en ableism” ongefundeerd en onjuist waren, en dat [gedaagde] deze uitspraken terugneemt, op straffe van een dwangsom,
IV. [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten.