2.1.
Philips is houdster van octrooien die zij essentieel acht voor de technische standaarden UMTS1 (3G) en LTE2 (4G) voor mobiele communicatie. Philips heeft bij de standaardisatie-organisatie ETSI3 deze octrooien als essentieel aangemeld, en heeft zich er schriftelijk toe verbonden deze octrooien op eerlijke, redelijke en niet-discriminerende (FRAND) voorwaarden in licentie te geven, overeenkomstig ETSI’s IPR Policy.
2.2.
Bij brief van 13 oktober 2014 heeft Philips haar UMTS- en LTE-octrooiportfolio en licentieprogramma bij Wiko onder de aandacht gebracht, zich daarbij op het standpunt stellend dat Wiko diverse mobiele communicatie-apparaten fabriceert of verhandelt die inbreuk maken op één of meer van haar UMTS/LTE-octrooien. Een licentieovereenkomst is niet tot stand gekomen.
2.3.
Eind 2015 is Philips inbreukprocedures tegen Wiko gestart bij deze rechtbank ter zake haar octrooien EP 511 (deze zaak), EP 1 440 525 (EP 525) en EP 1 685 659 (EP 659). Deze octrooien zijn aangemeld als essentieel voor de zogenaamde HSDPA/HSUPA4-optie binnen de UMTS-standaard, waarmee een snelle dataoverdracht kan worden gerealiseerd (ook wel aangeduid met 3.5G of 3G+).
2.4.
EP 511 met de titel “Communication System”, is verleend op 7 maart 2007 op een aanvraag van 20 april 2004, met een beroep op prioriteitsdatum 3 mei 2003 van GB 0310289. Het octrooi kent 44 conclusies, waarvan de onafhankelijke conclusie 1 en de daarvan afhankelijke conclusies 2 tot en met 22 zien op een radio station, onafhankelijke conclusie 23 op een radio systeem en onafhankelijke conclusie 24 en de daarvan afhankelijke conclusies 25 tot en met 44 betrekking hebben op een werkwijze. Conclusies 1, 9, 10, 19, 23, 24, 32, 33 en 41 van EP 511 luiden in de oorspronkelijke Engelse taal:
1. A radio station (100) comprising transmitter means (110) for transmitting over a channel in a predetermined time period (0 to tF) a data block comprising information symbols (I) and parity check symbols (C) and control means (150) responsive to an indication of a reduction in channel quality according to a first criterion for decreasing the data transmit power and responsive to an indication within the predetermined time period of an increase in channel quality according to a second criterion for increasing the data transmit power.
9. A radio station as claimed in any of claims 1 to 8, wherein the indication of a reduction in channel quality according to the first criterion is an indication to increase transmit power above a predetermined threshold (P2).
10. A radio station as claimed in claim 9, wherein the indication to increase transmit power is a received command.
19. A radio station as claimed in any preceding claim, wherein the transmission of the data block takes place on a plurality of data signals simultaneously, and the decrease and increase in data transmit power takes place on at least one of the data signals.
23. A radio communication system comprising at least one radio station (100) as claimed in any of claims 1 to 21.
24. A method of operating a radio communication system (100, 200), comprising, at a first radio station (100), transmitting (500) over a channel in a predetermined time period (510, 550) to a second radio station (200) a data block comprising information symbols (I) and parity check symbols (C), and, in response to an indication of a reduction in channel quality according to a first criterion (520), decreasing the data transmit power (530) and, in response to an indication within the predetermined time period (550) of an increase in channel quality according to a second criterion (560), increasing the data transmit power (570).
32. A method as claimed in any of claims 24 to 31, wherein the indication of a reduction in channel quality according to the first criterion is an indication to increase transmit power above a predetermined threshold (P2).
33. A method as claimed in claim 32, wherein the indication to increase transmit power is a received command.
41. A method as claimed in any of claims 24 to 40, wherein the transmission of the data block takes place on a plurality of data signals simultaneously, and the decrease and increase in data transmit power takes place on at least one of the data signals.
2.5.
In de onbestreden Nederlandse vertaling luiden deze conclusies:
1. Radiostation (100) dat zendmiddelen (110) omvat voor het over een kanaal verzenden van een datablok in een vooraf vastgestelde tijdperiode (0 tot tF), welk datablok informatiesymbolen (I) omvat en pariteitchecksymbolen (C), en regelmiddelen (150) die reageren op een aanwijzing van een teruggang in kanaalkwaliteit volgens een eerste criterium voor het reduceren van het datazendvermogen en die reageren op een aanwijzing binnen de vooraf vastgestelde tijdperiode van een verhoging in kanaalkwaliteit volgens een tweede criterium voor het verhogen van het datazendvermogen.
9. Radiostation volgens een van de conclusies 1 tot en met 8, waarin de aanwijzing van een teruggang in kanaalkwaliteit volgens het eerste criterium een aanwijzing is om het zendvermogen boven een vooraf vastgestelde drempel (P2) te verhogen.
10. Radiostation volgens conclusie 9, waarin de aanwijzing om het zendvermogen te verhogen een ontvangen commando is.
19. Radiostation volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de verzending van het datablok tegelijk plaatsvindt op een aantal datasignalen, en de verlaging en verhoging in datazendvermogen plaatsvindt van ten minste een van de datasignalen.
23. Radiocommunicatiesysteem omvattende ten minste een radiostation (100) volgens een van de conclusies 1 tot en met 21.
24. Methode voor het werken met een radiocommunicatiesysteem (100, 200), omvattende in een eerste radiostation (100) het verzenden (500) over een kanaal in een vooraf vastgestelde tijdperiode (510, 550) aan een tweede radiostation (200) een datablok dat informatiesymbolen (I) en pariteitchecksymbolen (C) bevat en, in reactie op een aanwijzing van een teruggang in kanaalkwaliteit volgens een eerste criterium (520), het verminderen van het datazendvermogen (530) en, in reactie op een aanwijzing binnen de vooraf vastgestelde tijdperiode (550) van een verhoging van kanaalkwaliteit volgens een tweede criterium (560), het verhogen van het datazendvermogen (570).
32. Methode volgens een van de conclusies 24 tot en met 31, waarin de aanwijzing van een teruggang in kanaalkwaliteit volgens het eerste criterium een aanwijzing is om het zendvermogen tot boven een vooraf vastgestelde drempel (P2) te verhogen.
33. Methode volgens conclusie 32, waarin de aanwijzing om het zendvermogen te verhogen een ontvangen commando is.
41. Methode volgens een van de conclusies 24 tot en met 40, waarin de verzending van het datablok tegelijk plaatsvindt op een aantal datasignalen, en het verhogen en verlagen van het zendvermogen plaatsvindt op ten minste een van de datasignalen.
2.6.
De CDMA2000 Standaard is een mobiele telefonie standaard die met name in Amerika en delen van Azië en Afrika wordt toegepast en die wordt gepubliceerd door de standaardisatie organisatie 3GPP2. In het tot deze standaard behorende en door Wiko overgelegde document 3GGP2 C.S0002 versie 3.0 van 15 juni 2001 (hierna: de 3GPP2 standaard) is onder meer het navolgende opgenomen.
Paragraaf 2.1.2.3.2 “Closed Loop Output Power”, blz 2-47:
26 For the Reverse Traffic Channel with Radio Configuration 3 through 6, if the mobile station
27 is unable to transmit at the requested output power level, it shall reduce the data rate on
28 the Reverse Fundamental Channel, or reduce the transmission power or terminate
29 transmission on at least one of the following code channels that are active: the Reverse
30 Fundamental Channel, the Reverse Supplemental Channels, or the Reverse Dedicated
31 Control Channel. The mobile station shall perform this action not later than the 20 ms
32 frame boundary occurring no later than 40 ms after determining that the mobile station is
33 unable to transmit at the requested output power level. The mobile station should attempt
34 to reduce the transmission power, the data rate, or terminate transmission first on the code
35 channel with the lowest priority. The mobile station shall transmit at the commanded
36 output power level on the Reverse Pilot Channel.
2.7.
Philips heeft ten behoeve van de onderhavige procedure een hulpverzoek geformuleerd waarop zij in conventie en reconventie een beroep doet. In het hulpverzoek is aan de laatste zin van conclusie 1 van EP 511 het volgende kenmerk toegevoegd:
“wherein, during operation, after decreasing the transmit power following the first criterion being met and before the second criterion is met, the radio station continues to transmit a control signal with varying power to continue to track changes in channel quality to some extent.”
In de Nederlandse vertaling:
“waarin, tijdens de werking, nadat het zendvermogen is verlaagd nadat voldaan is aan het eerste criterium en voordat wordt voldaan aan het tweede criterium, het radiostation voortgaat met het uitzenden van een regelsignaal met variërend vermogen om de veranderingen in kanaalkwaliteit enigszins te blijven volgen.”
Aan conclusie 24 is een nagenoeg gelijkluidend kenmerk toegevoegd. De overige conclusies zijn ongewijzigd gebleven.