Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBDHA:2023:11872

Rechtbank Den Haag
19-01-2023
10-08-2023
22_8157
Bestuursrecht
Voorlopige voorziening

Omgevingsvergunning voor uitweg (in- en uitrit). Geen sprake van onverwijlde spoed. Realiseren door verlagen stoep, welke een relatief eenvoudige ingreep betreft die gemakkelijk kan worden teruggedraaid.

Rechtspraak.nl

Uitspraak

Rechtbank DEN Haag

Bestuursrecht

zaaknummer: SGR 22/8157

uitspraak van de voorzieningenrechter van 19 januari 2023 in de zaak tussen

[verzoeker], te [woonplaats], verzoeker

(gemachtigde: mr. W.J. Brakenhoff),

en

het college van burgemeester en wethouders van Westland, verweerder

(gemachtigde: mr. S.D. van Reenen).

Procesverloop

In het besluit van 8 februari 2022 (het primaire besluit) heeft verweerder aan M. Meevers Scholte een omgevingsvergunning verleend voor het maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan veranderen (het aanleggen van een in-/uitrit) op het perceel [adres] [nummer] te [plaats], kadastraal bekend [code] sectie [X] nummer [kadastraal nummer].

Tegen dit besluit heeft verzoeker bezwaar gemaakt.

Bij besluit van 11 oktober 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van verzoeker ongegrond verklaard.

Tegen dit besluit heeft verzoeker beroep ingesteld (SGR 22/7425). Tevens heeft hij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Verzoeker heeft bij mail van 29 december 2022 een reactie ingezonden.

Overwegingen

1.1

Ingevolge artikel 8:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan, indien voorafgaand aan een mogelijk beroep bij de rechtbank, bezwaar is gemaakt, de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

1.2

Artikel 8:83, derde lid, van de Awb bepaalt dat de voorzieningenrechter uitspraak kan doen zonder dat partijen worden uitgenodigd om op een zitting te verschijnen, indien hij kennelijk onbevoegd is of het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is.

2. De voorzieningenrechter ziet aanleiding om van deze bevoegdheid gebruik te maken.

3. De voorzieningenrechter treft op grond van artikel 8:81, eerste lid, van de Awb alleen een voorlopige voorziening als onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. Gelet daarop is een voorlopige voorziening in beginsel een tijdelijke maatregel, waardoor wordt voorkomen dat onomkeerbare gevolgen van een bestreden besluit zich voordoen alvorens in de hoofdzaak is beslist of dat besluit in stand kan blijven. De voorzieningenrechter kan daarbij de verwachtingen inzake de uitkomst van de hoofdzaak alsmede het gewicht van de betrokken belangen betrekken. Voorop staat echter dat een spoedeisend belang vereist dat onverwijld een voorziening wordt getroffen. Is dat spoedeisend belang er niet, dan mag van de verzoeker worden verlangd dat hij de uitspraak van de rechtbank in de bodemprocedure afwacht.

4. De omgevingsvergunning die bij het bestreden besluit is gehandhaafd ziet op het maken, hebben of veranderen van een uitweg (het aanleggen van een in- en uitrit) ten behoeve van de woning aan de [adres] [nummer] te [plaats]. Verzoeker woont naast het perceel van vergunninghouder. Hij beschikt tevens over een garage aan de overzijde van de [adres]. Verzoeker stelt dat de in-/uitrit op korte termijn zal worden aangelegd en dat deze ter plaatse tot een onoverzichtelijke en verkeersgevaarlijke situatie zal leiden. Ook vreest hij overlast van het gebruik van de parkeerplaatsen op het perceel van vergunninghouder, onder meer omdat daar volgens hem een oude camper zal worden geparkeerd.

5. Op grond van de door verweerder in het verweerschrift verstrekte informatie, en gezien de inhoud van het dossier, is de voorzieningenrechter van oordeel dat geen sprake is van onverwijlde spoed die, gelet op de betrokken belangen, noopt tot het treffen van een voorlopige voorziening. Hierbij is het volgende in aanmerking genomen.

6.
Gelet op de overgelegde gedingstukken gaat de voorzieningenrechter er van uit dat de vergunde in- en uitrit, die toegang geeft tot de parkeerruimte op het perceel van vergunninghouder, wordt gerealiseerd door ter plaatse de stoep te verlagen. Dit betreft een relatief eenvoudige ingreep die gemakkelijk kan worden teruggedraaid indien zou blijken dat de situatie uit een oogpunt van verkeersveiligheid of vanwege overlast en hinder problemen oplevert, zoals verzoeker veronderstelt. Overigens blijkt uit de gedingstukken dat de (aangepaste) in- en uitrit wordt gesitueerd op een afstand van ten minste vijf meter vanaf het dichtst bijgelegen kruispunt, waarmee wordt voldaan aan de Beleidsregels Uitwegenvergunningen Westland 2014 (de beleidsregels). Ook is de aanvraag getoetst aan de regels van de Algemene Plaatselijke Verordening inzake de bruikbaarheid van de weg. Voorshands ziet de voorzieningenrechter geen aanwijzingen dat de door verweerder verrichte toetsing onjuist is.

7. Op grond van het vorenstaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat geen sprake is van onverwijlde spoed, die tot het treffen van een voorlopige voorziening noopt. Het verzoek om voorlopige voorziening wordt daarom afgewezen.

8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Deze uitspraak is gedaan door mr. C.J. Waterbolk, rechter, in aanwezigheid van A. Jansen, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 19 januari 2023.

griffier voorzieningenrechter

de griffier is verhinderd
om de uitspraak te ondertekenen

Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.