1 De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van AeroNed van 21 maart 2022 met producties EP01 t/m EP25;
- de conclusie van antwoord van AvioNed Aerospacemet producties GP01 t/m GP30;
- het tussenvonnis van 1 maart 2023 waarin een mondelinge behandeling is bevolen;
- de akte overlegging producties van AeroNed met productie EP26;
- het aanvullend proceskostenoverzicht van AeroNed van 3 april 2023 met bijlagen;
- het aanvullend proceskostenoverzicht van AvioNed Aerospace van 3 april 2023 met bijlagen;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 4 april 2023.
1.2.
Het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 4 april 2023 is buiten de aanwezigheid van partijen opgemaakt. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld opmerkingen te maken over het proces-verbaal voor zover het feitelijke onjuistheden betreft. Partijen hebben hier geen gebruik van gemaakt.
1.3.
Ten slotte is vonnis nader bepaald op heden.
2 De feiten
2.1.
AeroNed is een technisch handelsbedrijf in vliegtuig- en helikopteronderdelen. In 2011 zijn de handelsactiviteiten in vliegtuig- en helikopteronderdelen begonnen als nevenactiviteit van Lavastica International B.V. (een handelsbedrijf in onderdelen voor scheepvaart en offshore). In 2012 is AeroNed opgericht als zelfstandige vennootschap en is de handel in vliegtuig- en helikopteronderdelen in deze vennootschap ondergebracht. De aandeelhouders van AeroNed zijn [naam 1], [naam 2] en een investeringsfonds (MKB Fonds). [naam 2] is tevens aandeelhouder van zusterbedrijf Lavastica International B.V.
2.2.
Het door AeroNed gebruikte logo ziet er als volgt uit:
2.3.
[naam 3] (hierna: [naam 3]) was van 1 februari 2016 tot en met 31 december 2017 in dienst bij AeroNed, eerst als Commercieel Medewerker en per 1 september 2016 als Sales Manager. De arbeidsovereenkomst is bij vaststellingsovereenkomst van 14 december 2017 per 31 december 2017 beëindigd. In de vaststellingsovereenkomst zijn AeroNed en [naam 3] een concurrentie- en relatiebeding overeengekomen voor de duur van een jaar (van 31 december 2017 tot 31 december 2018).
2.4.
Op 2 januari 2019 heeft [naam 3] de eenmanszaak Ditsel Aerospace opgericht, gericht op groothandelsactiviteiten en handelsbemiddeling voor luchtvaart, scheepvaart en defensie.
2.5.
In een brief van 17 januari 2019 heeft AeroNed [naam 3] onder meer meegedeeld dat hij sinds 11 februari 2018 het concurrentie- en relatiebeding uit de vaststellingsovereenkomst overtreedt en dus de boete heeft verbeurd. De overtreding heeft volgens het schrijven van AeroNed bestaan uit het stelselmatig benaderen van bedrijven uit de bestaande klantenkring van Aeroned. Verder heeft AeroNed [naam 3] gesommeerd zijn bedrijfsactiviteiten te staken en gestaakt te houden, de website van Ditsel Aerospace, Ditsel.nl, offline te halen en schriftelijk te bevestigen dat hij geen relaties en personeel van AeroNed meer zal benaderen.
2.6.
Op 20 maart 2019 heeft [naam 3] zijn eenmanszaak ondergebracht in Ditsel Aerospace B.V.
2.7.
In een e-mail van 21 maart 2019 aan de advocaat van AeroNed heeft Univé namens [naam 3] betwist dat hij het concurrentie- en relatiebeding heeft overtreden en is verder namens [naam 3] meegedeeld dat hij niet gehouden is zijn bedrijfsactiviteiten te staken.
2.8.
Op 7 november 2019 is de bedrijfs- en handelsnaam van Ditsel Aerospace B.v. gewijzigd in Ditsel Medical Equipment B.V. en werd de omschrijving van de activiteiten in het handelsregister van de Kamer van Koophandel ‘handel in medische onderdelen’.
2.9.
Op 4 oktober 2020 heeft Ditsel B.V. de domeinnamen avioned.nl en avioned.com geregistreerd.
2.10.
Op 22 juli 2021 is de bedrijfs- en handelsnaam van Ditsel Medical Equipment B.V. gewijzigd in AvioNed Aerospace B.V en is de omschrijving van de activiteiten gewijzigd naar: ‘handelsbemiddeling in machines, technische benodigdheden, schepen en vliegtuigen; De technische (groot)handel en distributie, alsmede het (doen) verlenen van diensten op het gebied van reparaties, service en advisering’. Enig aandeelhouder van AvioNed Aerospace is TVLCMI Holding B.V. Van laatstgenoemde vennootschap is [naam 3] enig aandeelhouder en bestuurder. AvioNed Aerospace maakt gebruik van e-mailadressen die eindigen op @avioned.nl/com en gebruikt de domeinnamen avioned.nl/com.
2.11.
Het door AvioNed Aerospace gebruikte logo ziet er als volgt uit:
2.12.
In een brief van 4 november 2021 van AvioNed Aerospace aan AeroNed en Lavastica International B.V., verstuurd aan AeroNed en haar aandeelhouders Lavastica International B.V. en MKB Fonds, heeft AvioNed Aerospace onder meer geschreven:
“I hereby request and to the extent necessary - immediately order you within 48 hours of receipt of this letter that you conduct your business in a fair manner, no longer pay commissions to parties that you know are being used in an unfair manner, to stop the unfair trade practices, continued harassment and the various defamation and slander attempts confirmed.”
2.13.
In een brief van 30 november 2021 heeft de advocaat van AeroNed AvioNed Aerospace onder meer gesommeerd het voeren van de handelsnaam AvioNed en het gebruik van het hiervoor onder 2.11 afgebeelde logo te staken. Diezelfde dag heeft AvioNed Aerospace per e-mail gereageerd en betwist dat de door haar gevoerde handelsnaam en het logo inbreuk maken op de handelsnaam en het logo van AeroNed.
2.14.
In een brief van 14 december 2021 heeft de advocaat van AvioNed Aerospace en [naam 3], mr. R.C. Steenhoek, betwist dat [naam 3] het concurrentie- en relatiebeding heeft geschonden en verder betwist dat sprake is van inbreukmakend/onrechtmatig handelen door het voeren van de statutaire naam / handelsnaam AvioNed (Aerospace) en het gebruik van het hiervoor onder 2.11 afgebeelde logo. De advocaat heeft verder te kennen gegeven dat er geen gehoor zal worden gegeven aan de sommaties uit de brieven van 17 januari 2019 en 30 november 2021.
2.15.
In een e-mail van 4 januari 2022 heeft de advocaat van AeroNed AvioNed Aerospace nogmaals gesommeerd het gebruik van de handelsnaam AvioNed, de
e-mailadressen en domeinnamen waarin die naam voorkomt en het logo te staken. In reactie op deze e-mail heeft de advocaat van AvioNed Aerospace op 10 januari 2022 meegedeeld dat AvioNed Aerospace hieraan niet zal voldoen, aangezien zij niet handelt in strijd met het bepaalde in artikel 5 Hnw1.
4 De beoordeling
4.1.
Kern van het geschil tussen partijen is de vraag of AvioNed Aerospace met haar handelsnaam ‘AvioNed’ inbreuk maakt op het handelsnaamrecht van AeroNed als bedoeld in artikel 5 Hnw. AeroNed stelt dat dit het geval is. AvioNed Aerospace bestrijdt dit.
4.2.
Hoewel onder e-mails en brieven de statutaire naam van de vennootschap wordt vermeld, handelt AvioNed Aerospace in het economisch verkeer (logo, website, domeinnamen en e-mailadressen) overwegend onder de handelsnaam ‘AvioNed’. Tussen partijen is dit niet in geschil. De rechtbank zal, zoals het partijen ook voorstaat, bij de beoordeling in het kader van artikel 5 Hnw uitgaan van de handelsnaam ‘AvioNed’.
4.3.
Op grond van artikel 5 Hnw is het verboden een handelsnaam te voeren die, voordat de onderneming onder die naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig werd gevoerd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, indien dientengevolge, gelet op de aard en plaats van beide ondernemingen, bij het publiek verwarring tussen die ondernemingen te duchten is. Daarbij kan het gaan om directe verwarring (het publiek houdt de ene onderneming voor de andere) of indirecte verwarring (het publiek neemt aan dat de beide ondernemingen economisch met elkaar zijn verbonden). Of verwarring te duchten valt, moet worden beoordeeld met inachtneming van alle omstandigheden van het geval. Bij een en ander komt het aan op een globale beoordeling van de volledige handelsnamen wat betreft hun visuele, auditieve en begripsmatige kenmerken, in relatie tot de aard van de ondernemingen en alle overige omstandigheden van het geval. Tot de visuele kenmerken behoren ook gebruikte logo’s en eventuele andere visuele vormgeving. Verder dient de vraag of verwarring te duchten valt, te worden beoordeeld vanuit het perspectief van het normaal oplettende publiek en zijn eventuele (specialistische) kennis van het desbetreffende marktsegment. De behoefte tot vrijhouding van aanduidingen die beschrijvend zijn voor de aard van de onderneming of van de door haar geleverde waren of diensten, is een omstandigheid die bij de beoordeling van de vraag of verwarring te duchten is moet worden betrokken. Voor beschrijvende handelsnamen zonder onderscheidend vermogen zijn overigens geen bijkomende omstandigheden vereist.4
4.4.
AvioNed Aerospace heeft betoogd dat AeroNed beschrijvend is voor diensten in de markt van de luchtvaart, dus een handelsnaam zonder onderscheidend vermogen. AeroNed heeft dit betwist. De rechtbank is van oordeel dat AeroNed geen zuiver beschrijvende naam is. Uit de naam zelf valt niet direct of indirect af te leiden welke diensten AeroNed aanbiedt dan wel welke producten zij verkoopt. Dat het deel “aero” verwijst naar lucht, is hiervoor onvoldoende. Eveneens is onvoldoende dat het een veelgebruikt bestanddeel is in namen van bedrijven in de luchtvaartbranche. Het deel “ned” verwijst slechts naar Nederland en is reeds daarom niet beschrijvend voor de aard van de onderneming. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de naam AeroNed een handelsnaam is met onderscheidend vermogen. Voor zover er van moet worden uitgegaan dat deze handelsnaam aanvankelijk een gering onderscheidend vermogen had, neemt de rechtbank in aanmerking dat sinds 2012 onder die naam een onderneming wordt gedreven, die wereldwijd zaken doet. Aannemelijk is dat door dit jarenlange intensieve gebruik de bekendheid van de onderneming en daarmee het onderscheidend vermogen van de handelsnaam is toegenomen.
4.5.
De aard van de ondernemingen van AeroNed en AvioNed Aerospace komt in overwegende mate overeen. Tussen partijen is – zoals gebleken tijdens de mondelinge behandeling – niet in geschil dat de kernactiviteit van beide bedrijven het handelen in vliegtuigonderdelen is. Dat het ene bedrijf meer tweedehands vliegtuigonderdelen verkoopt en het andere bedrijf meer nieuwe vliegtuigonderdelen en dat het ene bedrijf meer op voorraad heeft dan het andere bedrijf, maakt – ook als dit juist is (AeroNed betwist dit deels) – voor de beoordeling van de aard van de ondernemingen in het kader van artikel 5 Hnw niet uit. Beide bedrijven bedienen in overwegende mate dezelfde markt (vliegtuigbranche) en klanten (vliegtuigmaatschappijen).
4.6.
Zowel AeroNed als AvioNed Aerospace zijn voornamelijk actief op het internet en verrichten hun werkzaamheden in heel Nederland en ook daarbuiten. In het licht hiervan speelt de in artikel 5 Hnw als relevante omstandigheid genoemde plaats van vestiging van de betrokken ondernemingen geen rol. Ter zitting heeft de advocaat van AvioNed Aerospace desgevraagd bevestigd dat – anders dan gesteld in de conclusie van antwoord – de statutaire vestigingsplaats niet van belang is voor de beoordeling in het kader van artikel 5 Hnw, nu beide bedrijven wereldwijd actief zijn en vooral online handelen.
4.7.
Ten aanzien van de vergelijking van de handelsnaam AeroNed met de handelsnaam AvioNed overweegt de rechtbank als volgt. Beide handelsnamen bestaan uit twee samengestelde delen waarvan het laatste deel gelijk is, te weten ‘Ned’, in beide handelsnamen met een hoofdletter ‘N’ geschreven. Het eerste deel bestaat bij beide handelsnamen uit vier letters, beginnend met een hoofdletter ‘A’ en eindigend op een ‘o’. ‘Aero’ heeft twee lettergrepen; ‘Avio’ heeft drie lettergrepen. Alleen de klank van de laatste lettergreep komt geheel overeen. De verschillen in uitspraak zijn echter ondergeschikt aan de overeenstemmende elementen en in hun geheel bezien, komen de handelsnamen in grote mate auditief overeen. Visueel stemmen de handelsnamen in zeer grote mate overeen. Tussen partijen is niet in geschil dat de handelsnamen begripsmatig overeenstemmen, in die zin dat ‘aero’ en ‘avio’ verwijzen naar lucht en ‘ned’ naar Nederland In het licht van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de handelsnaam die AvioNed voert slechts in zeer geringe mate afwijkt van de handelsnaam van AeroNed.
4.8.
Van belang is verder dat AeroNed met stukken heeft onderbouwd (producties EP17 en EP26) dat zich ook al daadwerkelijk verwarring heeft voorgedaan. Uit die stukken volgt dat klanten de e-mailadressen van AvioNed en AeroNed door elkaar gebruiken. Zo worden in e-mails aan AvioNed medewerkers van AeroNed in de cc. Gezet. AvioNed heeft niet betwist dat sprake is van verwarring, maar zij stelt dat dit enkel voortkomt uit de omstandigheid dat [naam 3] eerder bij AeroNed heeft gewerkt en niet uit de omstandigheid dat de handelsnamen deels op elkaar lijken. Dit verweer verwerpt de rechtbank. De handelsnamen wijken, zoals hiervoor overwogen, slechts in zeer geringe mate af. Hierdoor is reeds gegeven dat verwarringsgevaar te duchten is. De omstandigheid dat [naam 3] eerder bij AeroNed heeft gewerkt, is juist een omstandigheid die het verwarringsgevaar tussen beide handelsnamen vergroot.
4.9.
AvioNed heeft nog aangevoerd dat in de luchtvaartbranche de bestanddelen ‘aero’ en ‘avio’ veelvuldig voorkomen in namen van ondernemingen. Dit neemt echter het verwarringsgevaar tussen de litigieuze handelsnamen niet weg. Bovendien is het publiek, getuige rechtsoverweging 4.8, al enkele keren in verwarring gebracht.
4.10.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat er verwarringsgevaar is te duchten bij het publiek en daarmee door AvioNed Aerospace inbreuk wordt gemaakt op het handelsnaamrecht van AeroNed.
4.11.
Tegenover de betwisting door AvioNed Aerospace, heeft AeroNed onvoldoende onderbouwd waaruit het gestelde onrechtmatig handelen van AvioNed Aerospace zou bestaan. Ook nadat op de mondelinge behandeling hiernaar meerdere malen is gevraagd, is door AeroNed niet geconcretiseerd welk feitelijk verwijt aan AvioNed Aerospace wordt gemaakt. De evenmin onderbouwde verwijten die AeroNed maakt aan [naam 3], waaronder het overtreden van het concurrentie- en relatiebeding en het doen van misleidende en negatieve uitlatingen (hetgeen wordt betwist door [naam 3]), zijn geen onderdeel van deze procedure, nu [naam 3] geen partij is.
4.12.
De gevorderde veroordeling tot het staken en gestaakt houden van het gebruik van de handelsnaam AvioNed wordt, gelet op de conclusie van rechtsoverweging 4.10, toegewezen. Nu dit ieder gebruik van AvioNed als handelsnaam omvat (dus bijvoorbeeld ook in de vorm van een domeinnaam), zal de gevorderde verbijzondering – inhoudende welk gebruik niet meer is toegestaan – worden afgewezen.
4.13.
De gevorderde dwangsom zal worden beperkt en gemaximeerd als volgt.
4.14.
De termijn waarbinnen AvioNed Aerospace het gebruik van de handelsnaam ‘AvioNed’ moet staken, zal – om executiegeschillen te voorkomen – worden bepaald op vier weken na betekening van dit vonnis.
4.15.
Uit hetgeen hiervoor onder 4.11 is overwogen, volgt dat het gevorderde onder II. wordt afgewezen.
4.16.
AvioNed Aerospace is de partij die hoofdzakelijk ongelijk krijgt en zij zal daarom in de proceskosten van AeroNed worden veroordeeld. AeroNed vordert een kostenvergoeding op grond van artikel 1019h Rv en heeft daartoe facturen van in totaal € 6.776,56 (exclusief BTW) aan advocaatkosten overgelegd.
4.17.
AeroNed heeft aan haar vorderingen inbreuk op haar handelsnaamrecht en onrechtmatig handelen ten grondslag gelegd. Het deel van de zaak dat ziet op onrechtmatig handelen, is echter verwaarloosbaar te achten ten opzichte van het deel dat ziet op het handelsnaamrecht. De rechtbank merkt deze zaak daarom aan als een zaak die volledig betrekking heeft op handhaving van intellectuele eigendomsrechten in de zin van artikel 1019h Rv.
4.18.
Teneinde de redelijkheid en evenredigheid van de opgevoerde advocaatkosten te kunnen beoordelen, wordt aansluiting gezocht bij de Indicatietarieven in IE-zaken (versie april 2017). De daarin vermelde tarieven worden geacht redelijk en evenredig te zijn. Onderhavige zaak valt naar het oordeel van de rechtbank – zoals ook is betoogd door partijen – onder de categorie eenvoudige bodemzaak, waarvoor een indicatietarief geldt van maximaal € 8.000. Door de advocaat van AeroNed zijn enkel de facturen van de advocaatkosten overgelegd zonder de onder paragraaf 5 van voornoemde Indicatietarieven vereiste specificatie, hetgeen ingevolge paragraaf 7.a. in beginsel tot gevolg heeft dat ten hoogste het liquidatietarief wordt toegewezen. Aangezien dit ter zitting geen punt van discussie is geweest, uit de facturen volgt dat deze alleen op advocaatkosten zien, de wederpartij op dezelfde wijze zijn advocaatkosten ex artikel 1019h Rv heeft ingediend, de hoogte van de gevorderde advocaatkosten door AvioNed Aerospace niet is betwist en het bedrag lager is dan het maximumbedrag van voormelde categorie, zullen de advocaatkosten desalniettemin worden toegewezen als gevorderd.
4.19.
Het bedrag voor de advocaatkosten van € 6.776,56 wordt verhoogd met € 676 aan griffierecht en € 108,41 aan deurwaarderskosten, waarmee het totaalbedrag uitkomt op € 7.560,97.
4.20.
De wettelijke rente over de proceskosten is toewijsbaar als gevorderd.