Julianatoren vordert dat de kantonrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] veroordeelt:
I. om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Julianatoren te betalen de terzake vermelde verschuldigde som van:
primair
€ 11.850,00 terzake de gecompenseerde vouchers
€ 3.290,00 terzake de algehele tijdsbesteding
€ 2.000,00 terzake reputatieschade
€ 17.140,00
althans een in goede justitie te bepalen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van algehele voldoening;
subsidiair
€ 7.110,00 terzake de gecompenseerde vouchers
€ 3.290,00 terzake de algehele tijdsbesteding
€ 2.000,00 terzake reputatieschade
€ 12.400,00
althans een in goede justitie te bepalen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van algehele voldoening, alsmede [gedaagde] veroordeelt om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis rekening en verantwoording af te leggen omtrent de verkochte vouchers, de prijs daarvan en de NAW-gegevens dan wel elektronische gegevens van de desbetreffende personen, op verbeurte van een dwangsom van € 100,00 per dag met een maximum van € 4.740,00, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
II. tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van € 875,00;
III. in de kosten van de procedure waaronder te begrijpen een bedrag voor salaris en noodzakelijke verschotten, zoals vermeld in de kostenstaat van deze dagvaarding.