De ontvangen vraagstelling(en) hadden het uitgangspunt dat de inmiddels ex-partner nog
inwonend was bij cliënt. Zoals omschreven is hij sinds enkele maanden vertrokken, daar de zorg te belastend voor hem was. U kunt tevens lezen dat met de 24-uurs aanwezigheid van de ex-partner in het verleden er een adequate, veilige en passende situatie was, daar hij zowel de directe als indirecte activiteiten op zich nam.
Door zijn vertrek is de situatie van cliënt volledig veranderd. Ze is nu noodgedwongen veel alleen en heeft een beroep gedaan op de verpleegdienst voor de persoonlijke verzorging en op huishoudelijke hulp. Dit wordt beide vergoed. Echter met deze zorg en de geboden mantelzorg door ouders, de buurvrouw en de ex-partner is er nog geen stabiele situatie ontstaan.
In dit kader wordt dan ook, gezien de nieuwe situatie, een vervolgtraject geadviseerd. In dit
traject wordt geadviseerd om al dan niet gezamenlijk met de heer [naam arbeidsdeskundige] , met een
taakverdeling, de zorgbehoefte, mantelzorgmogelijkheden en subsidiemogelijkheden nader in kaart te brengen. Hierbij wordt in ieder geval de volgende vervolgacties geadviseerd:
- Zorgbehoefte en noodzaak met cliënt bespreken; hoe ziet ze dit zelf toekomstgericht, welke mogelijkheden heeft haar netwerk structureel voor nu en in de toekomst rekening houdend met leeftijd. Uitgangspunt moet hierbij zijn dat de zorg op afroep beschikbaar is, waarbij afspraken gemaakt moeten worden over maximale wachttijd, zodat cliënt duidelijkheid krijgt op dit vlak.
- (…)
- Aanvraag doen voor langdurige zorg.
- Onderzoek doen naar diverse voorzieningen die kunnen ondersteunen in het kader van zelfstandigheid (…) Tevens subsidiemogelijkheden nader onderzoeken.
- (…)”
2.8.
In een (vervolg)rapportage van 14 december 2018 heeft [naam arbeidsdeskundige] voor zover van belang het volgende opgenomen:
“Oktober 2018
(…)
Dan komen de kosten uit op 7 x 3,5 uur x € 69,84 + 15 uur x € 25 = € 2.086,08 per week. Uitgaande van 30,42 dagen per maand is dat € 9.065,50 per maand / € 108.786 per jaar.
Overwegingen
(…)
Liggen de kosten voor een verpleeghuisbed in Nederland rond de € 130.000 is thuiswonen goedkoper en zie ik daar met enige regelmaat bedragen vanuit de WLZ van rond de € 100.000 per jaar voor zorg en hulp.
Betrokkene is zeer beperkt, heeft de wens thuis te blijven wonen en geeft voorkeur aan particuliere zorg. Kosten komen geheel in lijn der verwachting uit op / rond de € 100.000.
Echter het zorgsysteem in Duitsland is anders. In een verpleeghuis worden zorgkosten en woonkosten onderscheiden. (…) Het is niet gegarandeerd maar wel zeer zeer aannemelijk dat betrokkene uiteindelijk in aanmerking komt voor een vergoeding van haar zorgkosten van rond de 50%, maximaal 70%.
(…)
Omdat de exacte kosten van de zorg én de exacte vergoedingen niet precies aan te geven zijn is mijn voorstel een proefperiode van 2 jaar aan te gaan.
Voor die periode een bedrag van € 150.000 ter beschikking te stellen voor zowel enige investeringen als ook de noodzakelijke zorg.
In die periode betaalt betrokkene haar zorg en vraagt alle mogelijke vergoedingen aan. Met het bijhouden van een gedegen administratie en een archief van aanvragen, reacties, beschikkingen, toe- en afwijzingen wordt duidelijk hoe zaken georganiseerd en gefinancierd worden.
Op grond van een volledig jaar praktijk kan bezien worden wat de toekomst vraagt en kunnen op basis van realiteit besprekingen plaats vinden over dan een eind-regeling in dit dossier.
In mijn laatste rapport, d.d. 25 juli 2018, vertelde ik over de situatie die er nu is. Betrokkene woont alleen; haar ex-echtgenoot is vertrokken. Er moeten financiele zaken nu met de scheiding geregeld worden.
De ex-echtgenoot heeft betrokkene sinds ongeval in 2002 verzorgd en daarmee professionele zorg door thuiszorg dan wel particuliere organisaties buiten de deur gehouden. Hij heeft zijn baan hiervoor opgezegd en heeft 15 jaar lang, 7 dagen per week zich van deze taak gekweten.
Voor deze zorg is tot nu toe nog geen financiële regeling getroffen tussen partijen. In mijn genoemde laatste rapport gaf ik enige financiële uitgangspunten aan, waarop men een tussentijdse afwikkeling sinds ongeval tot voorjaar 2017 (vertrek ex-echtgenoot) kan baseren.
(…)
Tevens adviseer ik direct in 2019 te beginnen met een proefperiode zoals in het vorige hoofdstuk gedetailleerd. Daarmee ontstaat een duidelijk basis om over 2 jaar tot een algehele afwikkeling te komen.
2.9.
Tussen Allianz en [naam (ex)partner] is op 16 juli 2021 een vaststellingsovereenkomst gesloten. Hierin staat voor zover hier van belang:
“Feiten
(…)
- Benadeelde heeft door dit ongeval ernstig letsel opgelopen. Nadat benadeelde eerst in het Radboudumc was opgenomen en later in de Sint Maartenskliniek, heeft belanghebbende benadeelde thuis te Kleve verzorgd vanaf medio april 2003 tot en met 2017. Nadat de relatie tussen belanghebbende en benadeelde is beëindigd heeft belanghebbende een deel van de zorgtaken ten behoeve van benadeelde gecontinueerd.
- Belanghebbende heeft benadeelde gedurende 18 jaar verzorgd en heeft hiervoor in overleg met benadeelde bij verzekeraar aanspraak gemaakt op vergoeding van verplaatste schade overeenkomstig artikel 6:107 lid 1 sub a van het Burgerlijk Wetboek (BW) en/of artikel 6:162 BW.
- Belanghebbende, benadeelde en verzekeraar hebben op 22 juni 2021 onder leiding van mediator (…) afspraken gemaakt over de hoogte van de verplaatste schade zodat belanghebbende en benadeelde financieel ontvlecht raken.
Wat wordt overeengekomen?
Schadevergoeding
1. Belanghebbende en verzekeraar komen overeen dat de door belanghebbende geleden en te lijden schade wordt vastgesteld op een bedrag van € 600.000,-. (…)
2. Belanghebbende heeft van benadeelde in totaal € 400.000,- aan voorschotten ontvangen.
Deze betaalde voorschotten worden afgetrokken van de totale schadevergoeding.
(…)
slotuitkering € 200.000,-
(…)”
2.10.
Allianz heeft in de periode van 13 december 2002 tot en met 21 juli 2021 in totaal een bedrag van € 2.010.000,00 aan voorschotten op de schadevergoeding aan [verzoekster] voldaan, waaronder € 600.000,00 met betrekking tot de door [naam (ex)partner] verleende zorg. Daarnaast heeft Allianz tot 29 april 2022 in totaal een bedrag van € 108.484,15 aan buitengerechtelijke kosten voldaan. Ook heeft Allianz bedragen aan de Duitse ziektekostenverzekeraar voldaan en aan de Duitse instelling die maandelijks bedragen aan [verzoekster] betaalt vanwege haar arbeidsongeschiktheid.