Procesverloop
Bij besluit van 4 februari 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder een verkeersbesluit genomen inhoudende de vaststelling van de maximale snelheid op [locatie 1] tot 30 kilometer per uur en het in stand houden van de overige al geldende maatregelen.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft het beroep op 1 juli 2021 met behulp van een beeldverbinding op zitting behandeld. Eiser is verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Overwegingen
1. Het besluit is genomen met een uniforme openbare voorbereidingsprocedure.1 Dit betekent dat een besluit eerst als ontwerp ter inzage wordt gelegd en belanghebbenden dan een zienswijze daartegen kunnen indienen.
2. Eiser heeft op zitting verteld dat hij zich kan vinden in de maximale snelheid die in het besluit is vastgesteld. Zijn bezwaren zijn gericht tegen de maatregelen die verweerder heeft ingesteld naar aanleiding van het bestreden besluit, zoals de aanleg van verkeersdrempels en een verkeerseiland.
3. Het gaat in deze zaak over het antwoord op de vraag of het beroep van eiser ontvankelijk is, nu er geen zienswijze door hem is ingediend. Als aan iemand redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijze2 heeft ingediend kan3 geen beroep bij de bestuursrechter worden ingesteld door een belanghebbende. Het beroep is dan niet-ontvankelijk. Als het beroep niet-ontvankelijk is, zal de rechtbank niet naar de inhoud van de zaak kijken. De rechtbank moet dus beoordelen of eiser een goede reden had om geen zienswijze in te dienen.
4. De rechtbank overweegt dat de buurtbewoners bij brief van 12 oktober 2020 zijn geïnformeerd over het voornemen om een 30 kilometerzone te maken in de hofjes in [wijk] , waaronder [locatie 1] . Verweerder heeft verder in het online Gemeenteblad Hilversum een bericht geplaatst over het ontwerpbesluit.4 Het gaat dus om een bericht via het internet. Dit kan volgens vaste rechtspraak van de hoogste rechter in dit soort zaken5 een geschikte manier van kennisgeving zijn.6 In het ontwerpbesluit is verder de mogelijkheid tot het indienen van een zienswijze opgenomen. Door een brief naar de buurtbewoners te sturen en een bericht te plaatsen in het online Gemeenteblad, heeft verweerder op een goede manier bekend gemaakt dat er een voornemen was om een 30 kilometerzone te maken.
5. Eiser heeft geen zienswijze ingediend. De rechtbank is van oordeel dat daar geen goede reden voor is. Eiser heeft als reden voor het niet indienen van de zienswijze aangegeven dat hij niet aanwezig was op de bewonersavond en niet altijd de website van verweerder in de gaten heeft gehouden. De rechtbank heeft hier begrip voor, maar dat eiser niet op de hoogte was van het ontwerpbesluit komt wel voor eigen risico. Hierbij is van belang dat het ontwerpbesluit online is gepubliceerd conform de wettelijke vereisten. Ook heeft verweerder voorafgaand aan het ontwerpbesluit een bewonersbrief gestuurd over het voornemen om het besluit te nemen. De rechtbank is ook verder niet gebleken van omstandigheden op grond waarvan het eiser redelijkerwijs niet kan worden verweten dat hij geen zienswijze heeft ingediend.
6. De rechtbank overweegt tot slot dat er rechtspraak bestaat waaruit volgt dat er in sommige gevallen geen zienswijze hoeft te worden ingediend voordat een beroep kan worden ingesteld, maar dat gaat om een ander soort zaken dan deze zaak.7
7. Gelet op het voorgaande is het beroep niet-ontvankelijk. Dit betekent dat de rechtbank niet naar de inhoud van de zaak zal kijken.
8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.E.J. Sprakel, rechter, in aanwezigheid van mr. A.M. Zwijnenberg, griffier. De beslissing is uitgesproken op 10 augustus 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
De rechter is verhinderd de uitspraak
te ondertekenen
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.