RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 18/117765-23 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 1 december 2023
de als
[verdachte]
gedagvaarde verdachte
,
wiens persoonsgegevens zijn geverifieerd door de voorzitter en de griffier,
domicilie kiezende te [adres] , [woonplaats] ,
hierna te noemen: verdachte.
4 INLEIDING
De boerenprotesten
Op 10 juni 2022 werden door de minister voor Natuur en Stikstof de nieuwe stikstofplannen van het kabinet bekend gemaakt. In de periode daarna heeft een groot aantal boerenprotesten plaatsgevonden, onder meer op 2, 4 en 5 juli 2022 in het gebied waar verdachte werkzaam was. Op 5 juli 2022 vond er onder meer een demonstratie plaats in Heerenveen, op het industrieterrein De Kavels. Nadat de ME de aanwezige personen op het industrieterrein had meegedeeld dat de burgemeester een noodverordening had uitgevaardigd, is een stoet met tractoren en auto’s van het industrieterrein weggereden en op enig moment de snelweg A32 opgegaan.
Zes agenten, waaronder verdachte en twee collega’s van verdachte met dienstnummers [agent 5] (hierna te noemen: agent 05) en [agent 6] (hierna te noemen: agent 06), zijn naar de afrit van de snelweg gereden, hebben hun voertuigen dwars op het einde van de afrit en de naastgelegen oprit stilgezet en zijn uitgestapt om de tractoren tot stilstand te brengen. Verschillende personen in tractoren en personenauto’s negeerden de politieblokkade en reden links en rechts om de blokkade heen. Daarna bleef een aantal tractoren en auto’s voor de rotonde stilstaan. Agent 05 heeft vervolgens de bestuurder van de eerste tractor aangesproken. Omdat de tractor vervolgens een stukje doorreed, is de agent op de treeplank gestapt. Nadat de bestuurder van de eerste tractor werd aangehouden, is agent 05 naar de tweede tractor gelopen. Toen de persoon in de tweede tractor niet reageerde op de woorden ‘stoppen, stoppen’, heeft agent 05 zijn vuurwapen op de bestuurder van de tweede tractor gericht. Verdachte heeft toen via de portofoon om ‘assistentie collega’s’ geroepen. De tweede tractor is toen ook gestopt.
Het schietincident
De vierde tractor in de rij werd bestuurd door [slachtoffer] . Terwijl agent 05 zich met de inzittenden van de tractoren 1 en 2 bezig hield, is [slachtoffer] op enig moment uit de rij weggereden. Hij reed langs de stilstaande tractoren, dwars over de middengeleider de oprit op en toen via de oprit, tegen het verkeer in, naar de rotonde. Dwars op het begin van de oprit stond een politieauto geparkeerd en agent 06 stond daarnaast. Verdachte heeft zijn dienstwapen getrokken en een aantal stappen richting de rijdende tractor van [slachtoffer] gezet. Ook agent 06 heeft haar dienstwapen getrokken. Terwijl [slachtoffer] met zijn tractor op een afstand van enkele meters langsreed, loste agent 06 een waarschuwingsschot in de lucht en schoot verdachte op de cabine van de tractor. De kogel is terechtgekomen in de stijl aan de zijkant van de cabine van de tractor, ter hoogte van de stoel.
Beoordeling rechtbank
De rechtbank moet (in het kader van de waardering van het bewijs) eerst de vraag beantwoorden of verdachte zich door te schieten op de tractor van [slachtoffer] schuldig heeft gemaakt aan een poging tot doodslag of een poging tot het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. Als de rechtbank tot het oordeel komt dat een poging doodslag of een poging tot het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel bewezen kan worden, dan betekent dit nog niet meteen dat dit een strafbaar feit oplevert of dat verdachte strafbaar is. Daarvoor moet beoordeeld worden of het schieten wellicht gerechtvaardigd was en of verdachte een verwijt kan worden gemaakt (in juridische zin: of sprake is strafuitsluitingsgrond (strafbaarheid van het feit) of een schulduitsluitingsgrond (strafbaarheid van verdachte)).
6 BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
op 5 juli 2022 te Heerenveen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer] opzettelijk van het leven te beroven, met dat opzet op korte afstand met een vuurwapen op en in de richting van een rijdende tractor heeft geschoten, terwijl die [slachtoffer] zich in die tractor bevond, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.
Vervolgens moet worden beoordeeld of het schieten wellicht gerechtvaardigd was en of verdachte een verwijt kan worden gemaakt. Met andere woorden: of sprake is strafuitsluitingsgrond (strafbaarheid van het feit) of een schulduitsluitingsgrond (strafbaarheid van verdachte).
10 BESLISSING
- verklaart het primair ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het primair bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 7 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van een (1) maand;
- bepaalt dat de gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van een (1) jaar vast;
- als voorwaarde geldt dat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf van tachtig (80) uren;
- beveelt dat voor het geval verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren verricht de taakstraf wordt vervangen door veertig (40) dagen hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.F. Haeck, voorzitter, mrs. L.M. Reijnierse en
N.P.J. Janssens, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J. Broere, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 1 december 2023.
Bijlage I: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 5 juli 2022 te Heerenveen
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
[slachtoffer]
opzettelijk van het leven te beroven,
met dat opzet (op korte afstand) met een vuurwapen op en/of in de richting van een
(rijdende) tractor heeft geschoten, terwijl die [slachtoffer] zich in die tractor bevond,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
( art 287 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij op of omstreeks 5 juli 2022 te Heerenveen
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
aan [slachtoffer]
opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
met dat opzet (op korte afstand) met een vuurwapen op en/of in de richting van een
(rijdende) tractor heeft geschoten, terwijl die [slachtoffer] zich in die tractor bevond,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
( art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht )