Motivering van de beslissing
-
Deze zaak gaat over de beslissing van het Uwv om de arbeidsongeschiktheidsuitkering van eiseres te stoppen. Dat is gebeurd nadat haar oud-werkgever bezwaar had gemaakt tegen die uitkering en had gevraagd om een medische beoordeling.
-
Eiseres en haar gemachtigde waren niet aanwezig op het tijdstip waarop de zitting zou beginnen. De griffier heeft toen gebeld met de gemachtigde. De gemachtigde liet weten dat hij eiseres niet meer helpt in deze procedure en dat het kantoor van de rechtsbijstandsverzekeraar was vergeten om dat aan de rechtbank te laten weten. De gemachtigde zei aan de telefoon dat hij de uitnodiging voor de zitting wel had gekregen.
3. De rechtbank heeft erover nagedacht of de zitting moest worden uitgesteld, maar heeft besloten om de zaak door te laten gaan. Dat is nadelig voor eiseres, want het lijkt erop dat zij niet van de zitting afwist. Maar dat is niet de schuld van de rechtbank, maar van de rechtsbijstandsverzekeraar. Een plekje op een zitting is schaars. Als de rechtbank de zitting zou uitstellen, is dat niet goed voor de planning van de zaken en er liggen al veel zaken te wachten om behandeld te worden. De rechtbank zal dit proces-verbaal naar het kantoor van de rechtsbijstandsverzekeraar sturen en ook naar eiseres zelf. Als eiseres het niet eens is met de uitkomst, dan kan zij in hoger beroep gaan. Als zij het niet eens is met de kosten die zij daarvoor moet betalen, dan moet zij naar de rechtsbijstandsverzekeraar gaan en wijzen op de fout die daar is gemaakt. Dat kan zij doen door deze uitspraak te laten lezen.
4. De voormalige gemachtigde van eiseres had in het beroepschrift al wel opgeschreven wat er niet goed was aan het besluit van het Uwv. Hij schreef dat de medische klachten van eiseres zijn onderschat en dat de verzekeringsarts niet goed heeft gezien wat eiseres wel en niet kan. Daarbij is verwezen naar de zienswijze die eerder was opgestuurd en die “als herhaald en ingelast” zou moeten worden beschouwd.
5. De rechtbank vindt dit geen reden om te zeggen dat het besluit van het Uwv niet juist is. De verzekeringsarts van het Uwv heeft de eerdere zienswijze namelijk bekeken en heeft in haar rapport uitgelegd waarom die niet gevolgd wordt. Op dat rapport is het besluit van het Uwv gebaseerd. Als eiseres de uitkomst niet goed vindt, dan had zij moeten uitleggen wat er niet goed is aan het rapport van de verzekeringsarts. Alleen maar verwijzen naar de eerdere zienswijze is niet genoeg.
6. Het beroep is ongegrond. Dit betekent dat eiseres geen uitkering meer krijgt. Het Uwv hoeft geen kosten voor deze procedure bij de rechtbank te vergoeden.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K. de Meulder, rechter, in aanwezigheid van mr. R. van Manen, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 7 oktober 2024.
Een afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:
Informatie over hoger beroep
Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom hij of zij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop dit proces-verbaal is verzonden. Als de zaak spoed heeft, dan kan bij de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep worden gevraagd om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.