2.2.
De rechtbank heeft geconstateerd dat de psychiater in de medische verklaring een
wijziging heeft aangebracht in de standaardformulering die ziet op de uitzonderingsgronden
van art 2:1 lid 6 onder b Wvggz. Waar in de standaardformulering onder rubriek ‘9. Wilsbekwaamheidsbeoordeling’, onder 2. staat: ‘Er is een aanzienlijk risico op ernstig nadeel voor een ander in de vorm van [… nader in te vullen]’, heeft de onafhankelijk psychiater ‘voor een ander’ doorgehaald en vervangen door ‘voor zichzelf’. Gelet op het door de psychiater aanwezig geachte ernstig nadeel dat alleen betrokkene zelf treft, zou in dit geval, gelet op de wet en de wetsgeschiedenis, het wilsbekwaam verzet van betrokkene moeten worden gehonoreerd.
De rechtbank is echter op basis van de stukken (met name de bevindingen van de geneesheer-directeur en het zorgplan) en de mondelinge behandeling van oordeel dat er tevens sprake is van ernstig nadeel dat bestaat uit agressief gedrag van betrokkene jegens anderen. Zo verklaart de geneesheer-directeur dat betrokkene bij psychotische decompensatie psychotische belevingen heeft die ervoor zorgen dat hij de veiligheid van zichzelf en anderen in gevaar brengt en dat betrokkene bij toename van middelengebruik agressief kan worden naar zijn omgeving. In het zorgplan staat onder meer dat betrokkene bij toenemend middelengebruik agressief kan worden naar zijn omgeving tijdens de zoektocht voor geld. Ter zitting heeft de behandelaar dit beeld bevestigd.
Dit maakt dat er sprake is van de uitzonderingsgrond genoemd in art. 2:1 lid 6 onder b Wvggz en dat voorbijgegaan kan worden aan het wilsbekwaam verzet van betrokkene.
2.3.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er door voornoemde stoornis ernstig nadeel voor of van betrokkene of een ander is, te weten:
- ernstig lichamelijk letsel;
oproept;
- de algemene veiligheid van personen of goederen is in gevaar.
2.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen of de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. Op grond van de medische verklaring, het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur, acht de rechtbank gedurende de hele looptijd van de zorgmachtiging de volgende vormen van verplichte zorg nodig:
- het toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen.
Uit de overgelegde stukken maakt de rechtbank op dat slechts in het geval dat betrokkene ernstig (psychotisch) ontregelt, wordt overgegaan tot opname en de daarbij behorende vormen van verplichte zorg. Indien dat het geval is en het ernstig nadeel niet langer kan worden afgewend door middel van de hiervoor vermelde vormen van verplichte zorg, worden gedurende de hele looptijd van de zorgmachtiging ook de volgende vormen van verplichte zorg nodig geacht:
- het beperken van bewegingsvrijheid, telkens maximaal drie maanden;
- opnemen in een accommodatie, telkens maximaal drie maanden.