RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling Privaatrecht
zaak-/rolnummer: 4742008/16-9 en 4808691/16-26
Herstelbeschikking van de kantonrechter d.d. 29 maart 2016
de besloten vennootschap [naam] B.V., kantoorhoudende te [plaatsnaam],
verzoekster in conventie, tevens verweerster in reconventie, hierna te noemen [werkgever],
gemachtigde mr. T.J. Hidding, advocaat te Groningen,
[naam],
wonende te [woonplaats] aan de [adres]
verweerder in conventie, tevens verzoeker in reconventie, hierna [werknemer] te noemen,
gemachtigde mrs. S. Bijl en A. Baas, respectievelijk jurist en advocaat te Groningen.
PROCESGANG
Bij schrijven van de gemachtigde van [werkgever] van 18 maart 2016 is verzocht een fout te herstellen in de op 17 maart 2016 tussen partijen gegeven beschikking. Het betreft de datum waarop de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden. Volgens [werkgever] moet dat 1 mei 2016 zijn in plaats van 1 juni 2016.
[werknemer] is in de gelegenheid gesteld om zich daarover uit te laten. Van die gelegenheid is evenwel geen gebruik gemaakt.
Beschikking is bepaald op heden.
BESLISSING
De kantonrechter:
1. bepaalt dat de minuut van de beschikking van 17 maart 2016 als volgt wordt gewijzigd:
a) in overweging 10 dient voor
Nu [werkgever] onweersproken heeft gesteld dat voor [werknemer] een opzegtermijn van twee maanden geldt, zal de arbeidsovereenkomst met toepassing van artikel 7:671b lid 8, onderdeel a, BW worden ontbonden met ingang van 1 juni 2016.
Nu [werkgever] onweersproken heeft gesteld dat voor [werknemer] een opzegtermijn van twee maanden geldt, zal de arbeidsovereenkomst met toepassing van artikel 7:671b lid 8, onderdeel a, BW worden ontbonden met ingang van 1 mei 2016.
b) bij de beslissing dient onder 1 voor
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 juni 2016;
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 mei 2016;
2. bepaalt dat een afschrift van deze herstelbeschikking wordt gehecht aan de minuut van de beschikking van 17 maart 2016;
3. bepaalt dat aan ieder van partijen een grosse/afschrift van de beschikking van 17 maart 2016 en een grosse/afschrift van deze herstelbeschikking wordt verstrekt;
4. bepaalt dat de partij die in het bezit is van een grosse/afschrift van de oorspronkelijke beschikking deze dient te retourneren - voor zover dat nog niet is gebeurd - aan de griffier van deze rechtbank, afdeling privaatrecht, locatie Groningen.
Aldus gewezen door mr. E.J. Oostdijk, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 29 maart 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.