4.1.
beveelt een onderzoek door een deskundige ter beantwoording van de volgende vragen:
1. Staat het u vrij om deze expertise te verrichten, in die zin dat u niet in een persoonlijke of zakelijke relatie staat tot de bij deze expertise betrokken patiënt, de zorgverleners en het ziekenhuis?
2. Beschikt u over voldoende gegevens om deze casus te kunnen beoordelen? Zo nee, wilt u
aangeven welke gegevens u graag nog zou ontvangen alvorens te rapporteren?
3. Welke zijn uw bevindingen na opname van de anamnese, bestudering van het medisch dossier en het lichamelijk onderzoek van betrokkene?
HOE HOORT HET IN HET ALGEMEEN TE GAAN?
4. Kunt u voor de verschillende stadia van de geneeskundige behandeling waar het hier over gaat (namelijk: het verkrijgen van informed consent, de uitvoering van de operaties op 21 februari en 23 maart 2017 en het gevoerde beleid ten aanzien van de klachten nadien) aangeven waaruit deze moet bestaan volgens de binnen de beroepsgroep bestaande professionele standaard? Wilt u daarbij zoveel mogelijk verwijzen naar richtlijnen, protocollen en literatuur, en de (digitale) vindplaats daarvan vermelden?
HOE IS HET IN DIT GEVAL GEGAAN EN WAS DAT CONFORM DE PROFESSIONELE STANDAARD?
5. Kunt u op basis van het medisch dossier een beschrijving geven van de in vraag 4
genoemde stadia van de geneeskundige behandeling zoals verricht bij betrokkene in Treant?
6. Is betrokkene voldoende geïnformeerd over de voorgestelde behandeling, de alternatieven en de risico’s en complicaties? Zo nee, waarover is betrokkene onvoldoende geïnformeerd en acht u het aannemelijk dat hij in geval van afdoende voorlichting niet voor de uitgevoerde behandeling zou hebben gekozen?
7. Is de operatie op 21 februari 2017 uitgevoerd in overeenstemming met de geldende professionele standaard, rekening houdend met de geldende richtlijnen op uw vakgebied? Zo nee, hoe had de operateur in de gegeven omstandigheden dan anders moeten handelen en op grond waarvan?
8. Is de operatie op 23 maart 2017 uitgevoerd in overeenstemming met de geldende professionele standaard, rekening houdend met de geldende richtlijnen op uw vakgebied? Zo nee, hoe had de operateur in de gegeven omstandigheden dan anders moeten handelen en op grond waarvan?
9. Heeft het beleid van orthopedisch chirurg [naam] na de operaties voldaan aan de professionele standaard? Zo nee, hoe had de diagnostiek in de gegeven omstandigheden dan wel moeten verlopen en in welk opzicht zou dat dan tot een andere uitkomst hebben geleid?
10. Kunt u gemotiveerd aangeven of er na de eerste operatie op 21 februari 2017 sprake was van undersizing van de steel? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
11. Kunt u gemotiveerd aangeven of het klinische beeld na de operatie op 21 februari 2017 indicatie is tot een revisie ingreep? Zo ja, op welk moment?
De vragen 12 tot en met 19 behoeven alleen beantwoord te worden indien het antwoord op één of meerdere van de vragen 5 tot en met 11 ontkennend is.
12. Kunt u aangeven wat het onzorgvuldig handelen voor gevolgen heeft gehad op het ziektebeloop, het behandelingsresultaat en de prognose? Wilt u uw overwegingen zo duidelijk en uitvoerig mogelijk weergeven?
13. Is er naar uw mening sprake van een medische eindtoestand? Zo neen, is er een toename te verwachten van het huidige functieverlies en beperkingen in het dagelijks leven? Indien er nog een behandeling kan plaatsvinden, wat kan dit betekenen voor de aanwezige klachten c.q. beperkingen?
14. Zijn de door u gevonden afwijkingen geheel, gedeeltelijk of geheel niet te zien als evolg van de niet-correcte behandeling? Kunt u dit toelichten?
15. Welke beperkingen ondervindt betrokkene in het dagelijks leven (desgewenst tijdens hobby’s en recreatie)?
16. Welke beperkingen zouden er zijn geweest bij een wél medisch zorgvuldige behandeling?
17. Hoe hoog schat u het percentage blijvende invaliditeit, rekening houdend met de AMA normen (laatste editie)?
18. Hoe hoog zou dit percentage zijn geweest bij een wél medisch zorgvuldige behandeling?
19. Heeft u nog therapeutische suggesties voor betrokkene of andere opmerkingen die voor deze casus van belang kunnen zijn?
4.3.
bepaalt met het oog op de vaststelling van het voorschot op de kosten van de deskundige het volgende:
- de deskundige dient binnen drie weken na de datum van deze beslissing een begroting van de kosten op te geven aan de griffie van de rechtbank, gespecificeerd naar het verwachte aantal te besteden uren, het uurtarief en de eventuele overige kosten;
- de griffie zal de opgave van de deskundige vervolgens toezenden aan partijen;
- partijen kunnen desgewenst binnen twee weken na dagtekening van de brief van de griffie schriftelijk bij de rechtbank bezwaar maken tegen de begroting;
- indien niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige reeds nu voor alsdan vastgesteld op het door de deskundige begrote bedrag;
- indien wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing.
4.11.
wijst de deskundige er op dat:
- de deskundige na aanvaarding van de benoeming verplicht is de opdracht onpartijdig en naar beste kunnen te volbrengen;
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd;
- de deskundige bij het onderzoek partijen in de gelegenheid moet stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen, dat uit het schriftelijk bericht moet blijken dat aan dit voorschrift is voldaan en dat ook van de inhoud van de opmerkingen en verzoeken in het schriftelijk bericht melding moet worden gemaakt;
- het rapport met redenen moet zijn omkleed en duidelijke conclusies moet bevatten.