CityTec legt daaraan, zakelijk weergegeven, het volgende ten grondslag.
CityTec stelt zich primair op het standpunt dat de gemeente de inschrijving van CityTec ten onrechte ongeldig heeft verklaard. De door CityTec aangeboden alternatieve armaturen zijn namelijk wel gelijkwaardig aan de in het bestek voorgeschreven armaturen van Philips.
De Ekra 20 voldoet aan alle vereisten. Het heeft wel degelijk de voorgeschreven kegelvorm. Over de afmetingen van de lichtkap zijn door de gemeente geen bijzondere eisen gesteld.
In het aanbod van CityTec zijn de LED’s afgeschermd met een filter waardoor het armatuur semi-transparant is zoals voorgeschreven.
De verlichtingsklasse (de zogenaamde P-klasse) van de Ekra 20 is gelijk aan die van de TownGuide.
Ten aanzien van de D-klasse zijn door de gemeente geen eisen gesteld in het bestek of de Inschrijvingsleidraad.
De uitleg die de gemeente nu geeft aan paragraaf 2.2. van de Inschrijvingsleidraad had een redelijk geïnformeerd en normaal oplettende inschrijver niet hoeven te verwachten.
Ook de Micro Martin Eco is gelijkwaardig aan de voorgeschreven [C] .
De verlichtingsklasse is voor beide P4.
De Micro Martin Eco heeft een hogere en dus betere G-klasse, namelijk G5 in plaats van G4.
Met betrekking tot de D-klasse zijn door de gemeente geen eisen gesteld.
Subsidiair stelt CityTec zich op het standpunt dat de door de gemeente gestelde eisen met betrekking tot de gelijkwaardigheid onvoldoende transparant zijn en daarmee in strijd met artikel 1.9 Aw. De gemeente heeft in de aanbestedingstukken onvoldoende duidelijk gemaakt welke eisen zij stelt aan de vormgeving, de afmetingen, het materiaalgebruik, de rekenkundige uitkomsten lichtbreking en de verblindingsklasse (D-klasse).
Meer subsidiair stelt CityTec zich op het standpunt dat de door de gemeente gestelde eisen in strijd zijn met artikel 2.76 Aw. De gemeente heeft namelijk zonder dat dit gerechtvaardigd was, verwezen naar een merk en type armatuur. De gemeente had ook in plaats daarvan de criteria kunnen omschrijven waaraan de aangeboden armaturen moeten voldoen.
Het meest subsidiair stelt CityTec dat de door de gemeente gestelde eisen ten aanzien van de gelijkwaardigheid niet objectief gerechtvaardigd zijn en daarmee in strijd met de artikelen 1.8, 1.10 en 1.10a Aw.