2.2.
In de Nota Bomenbeleid staat onder meer:
“Afgesproken is dat de gemeente deze bomen periodiek zal (laten) inspecteren en
dat de daaruit voortvloeiende onderhoudsmaatregelen voor rekening van de gemeente komen. Op deze wijze wil de gemeente de eigenaren tegemoetkomen in het feit dat zij enigszins in hun vrijheden op eigen terrein worden beperkt.
Daarnaast zorgt deze werkwijze ervoor dat de gemeente zelf kan zorgen voor een optimale, vakkundige verzorging van deze waardevolle bomen. Ervaring heeft geleerd dat bovenstaande werkwijze voor beide partijen naar tevredenheid verloopt. Omdat in de loop der tijd toch wat beeldbepalende bomen zijn verdwenen (veelal ten gevolge van een slechte conditie van de boom) is het zaak om deze lijst periodiek "aan te vullen". In de module "Beschermwaardige bomen" wordt hierop nader in gegaan.”
“De gemeente Asten laat alle beschermwaardige bomen (incl. particulieren) minimaal 1x per 3 jaar controleren door een deskundig boominspecteur. Indien de toestand van de boom daar aanleiding toe geeft wordt de boom met een hogere frequentie gecontroleerd. De bevindingen uit de inspecties en de noodzakelijke maatregelen worden aan de eigenaren teruggekoppeld en een vervolgactie wordt door de gemeente uitgezet. De gemeente draagt de kosten voor deze inspecties en benodigde maatregelen.”.
2.4.
[eisers] hebben de gemeente op 12 mei 2020 een bericht gestuurd. Hierin staat onder meer:
“De overlast bestaat uit het volgende:
• De belangrijkste klacht is de zeer grote hoeveelheid luizen in de boom en de grote hoeveelheid lekkage die deze veroorzaken. Dit zorgt dagelijks voor zeer veel overlast door plak op de auto's (welke bij ons op de oprit staan) waardoor het zicht door de ruit gevaarlijk beperkt wordt.
Daarnaast ontstaat er schade aan ruitenwisserbladen en raamrubbers. Naast de overlast op de auto's veroorzaakt de plak van de luizen ook overlast in huis doordat deze mee naar binnen wordt gelopen. De oprit zit ook vol met de plak waardoor deze ook steeds gereinigd dient te worden. Op deze belangrijkste klacht zal ik onderstaand nog verder terug komen;
• Takken die uit de boom vallen;
• Bladeren en andere zaken die uit de boom vallen (zoals stuifmeel en vogelpoep) en wederom voor zeer vieze auto's zorgt.”.
2.7.
Op 4 mei 2021 heeft [B] (Hierna: [B] ) in opdracht van [eisers] een rapport uitgebracht. [B] heeft op 3 mei 2021 een onderzoek verricht en voor zover van belang het volgende geconstateerd:
“Boomgegevens
De bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea') staat in de voortuin van de woning met
huisnummer [huisnummer] , zie afbeelding 1.
[..]
De conditie van de bruine beuk is als goed beoordeeld. De levensverwachting is > 15
jaar.
De onderhoudstoestand is aanvaard.
Er zijn aan de stam- en stamvoet geen gebreken, aantastingen of symptomen die
daarop duiden aangetroffen. Helemaal boven in de kroon is een oude schade/holte
aanwezig. Meer dan 15-20 jaar geleden is een deel van de top uitgebroken.
[..]
Boomtechnisch onderzoek
In juli 2020 is een grote tak uitgebroken aan de zuidzijde van de stam. In de bijlage
worden foto's weergegeven van 16 juli 2020 en de foto's van 3 mei 2021.
Op 3 mei 2021 is de breuk aan de stam onderzocht. Daaruit blijkt het volgende:
O De breedte van het breukvlak is circa 50 cm.
O De dikte van het breukvlak is circa 25-30 cm.
O Er is een klein vruchtlichaam van een goudvliesbundelzwam (Pholiota
aurivello) aangetroffen onder in de scheur. Er is weinig tot geen rot hout
aanwezig.
O Circa 50% van de tak had een aanhechting met de stam. Het overige deel was
niet goed aangehecht.
O Aan de zijkanten van het breukvlak zijn verdikkingen van 3-5 cm aanwezig.
Op basis van bovengenoemde kan worden vastgesteld dat het hier gaat om een
uitgebroken 'plakoksel'.
Een plakoksel is een tak die (vaak parallel) aan de stam groeit, waarbij in de loop der
jaren door diktegroei de bast wordt ingesloten.
Als de boom en de tak steeds groter en dikker worden, groeit de bast tussen beiden
in, niet meer mee. Het proces is nagenoeg onomkeerbaar en uiteindelijk breekt de
zwakkere tak altijd af van de hoofdstam.
Een plakoksel kan in feite op elke soort boom voorkomen. De plakoksel is te
herkennen aan een instulping of een uitstulping (olifantsoren genoemd) op de plek
waar de takken of stammen elkaar raken, maar niet vergroeid zijn.
In beide gevallen bestaat de kans op inrotting doordat er vocht tussen kan komen en
het kernhout niet beschermd is door bast waardoor schimmels kunnen toetreden.
Het is erg moeilijk om een inschatting te maken in hoeverre of wanneer een plakoksel
een risico oplevert. Wel is een plakoksel relatief eenvoudig te constateren.
In het geval van de bruine beuk waren er voldoende symptomen aanwezig om de
plakoksel te constateren en/of te twijfelen aan de stevigheid van de tak. Deze
constatering dient te worden gedaan tijdens een BVC (boomveiligheidscontrole). De
boomveiligheidscontroleur dient bij constatering van een gebrek, aantasting of bij
twijfel hieraan (symptomen), de boom te registreren als risicoboom met de
aanbeveling om een nader onderzoek te laten uitvoeren.
Bij het nader onderzoek (mogelijk met behulp van een hoogwerker of klimmend) had
de plakoksel beter beoordeeld kunnen worden.
Reguliere maatregelen die bij een plakoksel kunnen worden genomen zijn:
O Innemen en/of uitlichten van de betreffende tak.
O Aanbrengen van verschillende type kroonankers.
O De ruimte onder de kroon afzetten, omvormen e.d.
Conclusie
De constatering van de plakoksel en/of de symptomen die daarop duiden is helaas
niet gedaan, met het uitbreken van de tak en schade tot gevolg. De symptomen zijn
voldoende zichtbaar vanaf de grond en hadden bij de laatste BVC geconstateerd
moeten worden. Hierdoor had de schade voorkomen kunnen worden.
[..]”.
2.8.
Ook de gemeente heeft een onderzoek laten uitvoeren. Zij hebben [A] (hierna: [A] ) ingeschakeld. In het op 1 maart 2022 uitgebrachte rapport staat – voor zover van belang – het volgende:
“Onderstaande aspecten zijn zo objectief mogelijk beoordeeld. Het is momenteel duidelijk dat de tak is
uitgebroken, waardoor kenmerken van een plakoksel overduidelijk worden. In dit rapport is rekening gehouden
met het feit dat tijdens de boomveiligheidscontrole de tak nog aan de boom zat. De vraag is dan ook of de
boomveiligheidscontroleur het gebrek als zodanig had kunnen/moeten registreren.
Stelling: de plakoksel was slecht waarneembaar
Op basis van de bij ons bekende gegevens te weten; fotomateriaal (Foto's boom.doc (21580292.1)), feitelijke
bevindingen van [B] ('50% van de tak had een aanhechting met de stam. Het overige deel
was niet goed aangehecht' en 'Aan de zijkanten van het breukvlak zijn verdikkingen van 3-5 cm aanwezig', p.4)
en onze eigen bevindingen d.d. 21 februari jl. in combinatie met opnames van de boom voor uitbreken van de
tak (bron Google Streetview — historie), achten wij dat er een grote kans is dat het gebrek (plakoksel) niet tot
nauwelijks zichtbaar was ten tijde van de boomveiligheidscontrole. Hiervoor dragen wij onderstaande
argumenten aan.