10 De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder 1 en 2 meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1
het misdrijf: Werkzaam in de gezondheidszorg, ontucht plegen met iemand die zich als patiënt aan zijn hulp en zorg heeft toevertrouwd.
feit 2
het misdrijf: Werkzaam in de gezondheidszorg, ontucht plegen met iemand die zich als patiënt aan zijn hulp en zorg heeft toevertrouwd.
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 en 2 bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van 178 dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later tenuitvoerlegging gelast omdat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd van 2 jaren schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van 240 (tweehonderdveertig) uren;
- beveelt, voor het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 dagen;
- beveelt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat per dag twee uren aftrek plaatsvindt;
- ontzet verdachte van het recht het beroep van sociotherapeut uit te oefenen voor de duur van 3 (drie) jaren.
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] van een bedrag van
€ 5.051,07, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 januari 2015;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat verdachte verplicht is ter zake van het onder 1 bewezenverklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 5.051,07, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2013 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 60 dagen zal worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] , voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] van een bedrag van € 5.059,92, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 december 2016;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat verdachte verplicht is ter zake van het onder 2 bewezenverklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 5.059,92, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 december 2016 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 60 dagen zal worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de
betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer 2] voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Taalman, voorzitter, mr. R.M. van Vuure en
mr. D.E. Schaap, rechters, in tegenwoordigheid van D.D. Drost, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 12 december 2017.
Buiten staat
Mr. Van Vuure is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie Eenheid Noord-Nederland, onderzoek [nummer] . Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina's van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Met betrekking tot feit 1
1. Een proces-verbaal van verhoor aangeefster [slachtoffer 1] d.d. 16 augustus 2016, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster, p.82-95:
V = vraag verbalisant.
A = antwoord aangeefster.
V: Probeer in een rustig tempo en zoveel mogelijk in chronologisch volgorde je verhaal te doen.
A: Vanaf 2012 kwam ik in behandeling bij afdeling eetstoornissen op het [instelling 2] te Leeuwarden. Toen ik daar begon vertelde men mij dat ik mogelijk recht had op een Wajong uitkering en dat ik dan contact op moest nemen met [verdachte] .
De eerste afspraak was toen augustus 2012.
(….)
In mei 2013 heb ik tegen een mede cliënt van “eetstoornissen” gezegd dat ik [verdachte] zag
als een vader figuur. Deze mede cliënt zei toen dat ik dit tegen [verdachte] moest zeggen.
Ik heb haar advies opgevolgd en het [verdachte] verteld dat ik hem als een vader figuur zag.
Ik heb [verdachte] toen op een gegeven moment apart genomen. Ik moest toen huilen en heb het
hem toen verteld. Ik huilde omdat ik bang was om het contact te verliezen met [verdachte] .
Ik vertelde hem toen huilend dat ik hem als een vader figuur zag. [verdachte] had toen ook
tranen in zijn ogen en hij vertelde mij dat het geen probleem was. Hij vertelde mij
dat hij, [verdachte] , mij ook als een dochter zag.
Toen in die tijd was er nog niets intiems, maar hij masseerde mijn schouders wel,
knuffelde mij. Als ik tranen had, na een therapie bijvoorbeeld, dan bleven wij even nazitten en knuffelde hij mij.
V: Waarom kwam je in behandeling bij het GGZ ?
A: Voor mijn anorexia. Ik kreeg een psychologisch onderzoek. Daaruit kwam naar voren
dat ik nogal twijfelde aan mijn persoonlijkheid. Ik werd gediagnosticeerd met PTSS en
ik had een zelfondermijnende persoonlijkheidsstoornis.
V: Wat gebeurt er daarna?
A: Ik zag hem dus heel vaak. Ik zat intern, dus ik kon vaak bij hem aankloppen. Andere
therapeuten zeiden wel eens tegen mij, waarom ik altijd naar [verdachte] ging en niet bij hen kwam.
Ongeveer in de maand augustus 2013 ging het niet goed met mij. [verdachte] zei dat hij zich
veel zorgen om mij maakte. Hij ging echter wel op vakantie. Hij zei tegen mij dat hij
op vakantie ging en heel vervelend om mij zo achter ten laten. Hij zei tegen mij dat
het goed zou, voor mij om er ook even tussen uit te gaan. Ik moest dat maar even
aanvragen. Hij ging een midweekje naar Terschelling met zijn vrouw. Zijn vrouw had al
tegen hem gezegd, zo vertelde hij in dat gesprek, dat hij meer afstand van mij moest
nemen. Hij ze tegen mij dat hij geen afstand van mij zou nemen. Hij zei tegen mij dat
Terschelling misschien wei wat voor mij zou zijn om naar toe te gaan. Ik vond dat een
leuk idee. Ik ben toen ook naar Terschelling gegaan.
Ik had het niet naar de zin en moest veel huilen.
Op dat moment stuurde hij mij een sms-bericht waarin hij vroeg hoe het met mij ging.
Ik schreef terug dat het niet goed ging. Hij belde mij en zei tegen mij dat ik wel
even bij ben op de camping kon komen. Ik ben daar toen naar toe gegaan. Toen ik daar kwam ging zijn vrouw weg. Ik heb toen met hem gesproken. Daarna ben ik weggegaan. Kort daarna kreeg ik een bericht of een telefoontje waarin in mij werd verteld dat ik wel terug mocht komen naar de caravan. Ik mocht daar wei wat tv kijken omdat hij en zijn vrouw uit eten gingen. Ik ben toen naar de caravan gegaan en heb daar tv gekeken, terwijl zij uit eten waren. Nadat zij terug waren gekomen heeft hij mij teruggebracht naar mijn tent. Bij het afscheid gaf hij mij een kus op de wang en knuffelde mij. De volgende ochtend heb ik een kaartje en fles wijn gekocht en die op de tafel bij de caravan neergezet.
(…)
Omstreeks september 2013 gingen wij ook regelmatig ergens heen om mij te praten. Ik had in het verleden wel eens vervelende dingen meegemaakt met jongens, geen seks of zo,
maar wel pijpen en vingeren en dat ik ze moest aftrekken. Deze jongens gingen dan
over mijn grenzen. [verdachte] wilde dan met mij daar over spreken, maar dat vond ik lastig.
Hij zei dan dat ik liet gewoon uit mijn mond moest gooien en moest zeggen dat ik hen gepijpt had. Dat was ook de periode dat hij mij begon te strelen en dergelijke. Vanuit daar werden hij steeds intiemer met mij. Hij zocht steeds meer toenadering naar mij. Ik vond dat ongemakkelijk, maar ik dacht bij mijzelf dat hij het goed bedoelde en ik wilde hem eigenlijk ook niet kwijt.
V: Wanneer is de laatste keer geweest dat jij seksueel contact had met [verdachte] ?
A: Volgens mij was dat eind 2014, begin 2015.
V: Welke seksuele handelingen hebben er plaatsgevonden tussen jou en [verdachte] ?
A: Seks, vingeren, aftrekken, pijpen, hij heeft mij één keer gebeft.
V: Wat versta jij onder seks?
A: Seks is voor mij een piemel in de vagina.
2. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 november 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
Ik werkte vanaf 1984 tot eind september 2016 bij de GGZ Friesland en voorlopers daarvan. De laatste 5 jaar werkte ik onder andere als sociotherapeut op de afdeling persoonlijkheidsstoornissen.
Ik heb [slachtoffer 1] in de herfst van 2012 ontmoet. Ik heb haar geholpen bij het aanvragen van een uitkering en bij het regelen van huisvesting. U vraagt mij of ik een soort maatschappelijk werker had die van alles voor haar regelde. Ik hielp haar met psychosociale vragen.
Het klopt dat ik een seksuele relatie met haar heb gehad. U houdt mij de in de tenlastelegging vermelde seksuele handelingen voor. Ik kan me niet herinneren of ik haar een keer gebeft heb, maar het klopt dat de overige handelingen hebben plaatsgevonden.
Met betrekking tot feit 2
1. Een proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 2] d.d. 13 januari 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster, p.225-234:
V = vraag verbalisant.
A = antwoord aangeefster.
V: Tegen wie doe je aangifte?
A: [verdachte] , een oud behandelaar van mij bij de GGZ. [verdachte] werkte op de locatie [locatie] te Leeuwarden. Ik had hier de dagbehandeling.
V: Vertel eens in je eigen woorden wat er is gebeurd met jou en [verdachte] ?
A: Vanaf het begin van de dagbehandeling ontmoette ik [verdachte] . Ik ging al vrij snel in één op één gesprekken. Het klikte niet echt met de behandelaren en mij, maar met [verdachte] klikte het wel. Naarmate de gesprekken met [verdachte] vorderden, raakte mijn relatie na 10 jaar uit. [verdachte] kwam toen vaker bij mij langs en er kwamen toespelingen. Op een gegeven moment kwam de eerste zoen.
Op dat moment vroeg hij of we naar boven konden gaan, omdat [verdachte] zich niet prettig voelde. [verdachte] wilde toen wel meer, maar ik niet. Ik voelde mij niet goed en [verdachte] is toen naar huis gegaan. Ik was toen totaal in de war.
Enkele dagen hierna belde ik een vriend van mij waar ik ook mee in therapie had
gezeten. Blijkbaar voelde hij iets en vroeg wat er aan de hand was. Ik vertelde het
hem, waarop hij vertelde er niet blij mee te zijn. Haar als ik er wel blij mee was,
dat dit hem ook goed was.
We hebben toen via de email berichten naar elkaar verzonden en hebben er over
geschreven over hoe nu verder. [verdachte] gaf aan dat hij verliefd was, dat hij mij leuk
vond. Ik voelde mij toen wel vereerd. Het was een man waar ik tegenop keek. Die nog
steeds niet weg was gelopen en in mijn ogen heel sterk was. Ik voelde mij veilig bij
[verdachte] ! Kort na het zoenen kwam het “hand en span diensten”, ik bedoel hier aftrekken en
pijpen mee. [verdachte] gaf aan verder geen seks te willen, want dan voelde hij zich
schuldig tegenover zijn vrouw. Ik vroeg mij wel af waarom dan de “hand en spandiensten” wel konden, voelde hij zich daar niet schuldig door?
In die tijd is er wel sprake geweest van seks, wanneer weet ik niet meer. Na dat moment leek het alsof we een relatie hadden. Hij deed diverse berichtjes, we belden,
etc.
V: Wanneer is er de eerste keer seks geweest
A: Dit was zeker te weten in de [adres 2] te Leeuwarden. Met seks bedoel ik
penetratie. Waar de hand en spandiensten vallen hier ook onder in mijn ogen. Het is
seks, dan wel seksuele handelingen. Ook een vorm van penetratie, pijpen en beffen.
V: Wat was de periode dat hij afscheid had genomen van jouw hulpverlener?
A: 24 oktober 2014 was in eerste instantie de bedoeling, maar dit werd niets. Is niet
gelukt. Op 12 december 2014 is er sprake van een daadwerkelijk afscheid. Daarna heeft
de GGZ Friesland gedacht dat dit ook het einde van het contact was tussen [verdachte] en mij.
V: Hoe lang hadden jullie toen een seksuele relatie
A: Geen idee, staat in de berichten die jullie hebben. Valt zoenen daar ook onder.
V: Ja zou kunnen. Wanneer was de eerste tongzoen
A: Dit was op 5 september 2014. Dit staat ook in mijn berichten naar jullie toe.
V: Wanneer was jouw behandeling gestopt bij de GGZ?
A: Dit was 22 mei 2015 volgens mijn rapportages.
V: Is jullie relatie beëindigd en zo ja, wanneer
A: Ja de relatie is beëindigd. Volgende mij begin december 2016.
2. Een proces-verbaal van verhoor aangeefster [slachtoffer 2] d.d. 24 februari 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster, p.247-250:
V = vraag verbalisant.
A = antwoord aangeefster.
O = opmerking verbalisant.
V: Je hebt ons een heleboel mails gestuurd, waarin je aangeeft hoe jouw relatie met [verdachte] was en dat jullie na verloop van tijd een seksuele relatie kregen toen jij nog in behandeling was van het GGZ en hij jouw hulpverlener was.
A: Ja.
V: Ik laat je een van deze mails zien, die jij naar [verdachte] verstuurd hebt, d.d. 7 september
2014, te 11.39 uur.
O: Verbalisant laat bijgevoegde mail, genummerd 1, zien.
A: Ik lees de mail voor:
Hoi, hoe is het met je? Al druk geweest met je huiswerk :P (als je wil zoek ik even die handleding van die module op) Ik wilde je alleen even laten weten dat er nu minimaal anderhalve dag voorbij is (smiley) het o.k. gaat. Ondanks dat ik mijn gedachten en gevoel amper kan volgen probeer ik erbij te blijven, mezelf terug te roepen etc. Het is chaos maar ik probeer er niet in vast te blijven
zitten.. Go with the flow ofzo :P Ben je nog in de problemen gekomen vrijdag? Tot snel!
Groetjes [slachtoffer 2] .
V: Dit is de mail die jij verstuurd hebt naar [verdachte] ?
A: Ja.
V: Wat bedoelde je met ‘dat er nu minimaal anderhalve dag voorbij is (smiley) het o.k. gaat.
Ondanks dat ik mijn gedachten en gevoel amper kan volgen probeer ik erbij te blijven,
mezelf terug te roepen etc. Het is chaos maar ik probeer er niet in vast te blijven zitten.. Go
with the flow ofzo :P?
A: Dat anderhalve dag daarvoor hij op huisbezoek tussen aanhalingstekens was, hij mij gezoend
heeft en we uiteindelijk op bed zijn beland.
V: In je vorige verklaring gaf je namelijk aan dat jullie eerste tongzoen is geweest op 5 september
2014?
A: Ja.
V: Ik heb hier een volgende mail; van [verdachte] . Deze is van dezelfde dag d.d. 7 september 2014 te
12.24
uur.
O: Verbalisant laat bijgevoegde mail, genummerd 2, zien.
Ik lees de mail voor;
Hoi [slachtoffer 2] , (….)
En w.b. vrijdag. Ja, ik kreeg de shit over mijn heen van collegae van het mobiele team. Kan ik niet meer maken hahaha. En ik denk hetzelfde te hebben als jij. Ik ben verward over mijn gedachten en gevoel en merk wel dat wij het daar samen over moeten hebben. Alleen het verschil is dat het geen chaos is in mijn hoofd. Ik probeer jou morgen of overmorgen even te bellen.
Groet,
Student [verdachte]
V: Is dit de mail die [verdachte] jou dezelfde dag heeft teruggestuurd?
A: Ja.
V: Wat bedoelde [verdachte] met: En ik denk hetzelfde te hebben als jij. Ik ben verward over mijn
gedachten en gevoel en merk wel dat wij het daar samen over moeten hebben. Alleen het
verschil is dat het geen chaos is in mijn hoofd.?
A: Ik denk dat hij misschien toen wel wat in de war was over wat hij had gedaan. Maar dat hij
hetzelfde voelde als ik denk ik niet. Want volgens mij was hij er best wel content mee wat er
gebeurd was.
V: Wat bedoel je met content?
A: Dat hij dat wel goed vond wat er gebeurde.
V: Heb je het er verder nog met hem over gehad?
A: Hm ja. Hij heeft me gebeld voor een afspraak en toen kwam hij bij mij thuis. En toen zei hij iets als dat het niet kon en bla bla en toen gebeurde het weer.
V: En wat bedoel je met het gebeurde weer?
A: Dat hij weer wilde zoenen en naar bed en daar dingen doen.
3. Een schriftelijk stuk, te weten een weergave van e-mailberichten van aangeefster [slachtoffer 2] naar verdachte en vice versa d.d. 16 september 2014, voor zover inhoudende:
Di 16/09/2014-16:00 [slachtoffer 2] mailt: Hoi, nog één dingetje;) Ik ben lid van iets waardoor ik iedere avond om 00.00 uur een mailtje krijg met een “gedachte” van dichters, filosofen, schrijvers, zangers etc. Nu zat deze er tussen en ik kon niet anders dan heel hard lachen! en misschien zit er wel een kern van waarheid in” “Wie zichzelf verliest in passie, verliest minder dan wie passie verliest.”
Di 16/09/2014-16:16 [verdachte] mailt: “Haha, hier doen wij iets mee!”
Di 16/09/2014-16:18 [slachtoffer 2] mailt: “Doen wij dat al of gaan wij dat doen”
Di 16/09/2014-16:18 [verdachte] mailt: “Wat wil jij””
Di 16/09/2014-16:20 [slachtoffer 2] mailt: “Beide” Wat vind/wil jij””
Di 16/09/2014-16:20 [verdachte] mailt: “Ik ook haha. Dus pas maar op”
Di 16/09/2014-16:22 [slachtoffer 2] mailt: “haha ;) gelukkig”
4. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 november 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
Ik kende [slachtoffer 2] vanuit mijn functie als hoofdbehandelaar. Begin december 2014 is de behandelrelatie met haar beëindigd. Ook op haar ben ik verliefd geworden, waarna een seksuele relatie is ontstaan. U houdt mij de in de tenlastelegging vermelde seksuele handelingen voor. Het klopt dat deze handelingen hebben plaatsgevonden.