uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Overijssel in de zaak
tussen:
de vennootschap onder firma [naam 1], uit [plaats 1] , verzoekster, gemachtigde: mr. C.G. Mensink,
het college van burgemeester en wethouders van Wierden, verweerder, gemachtigde:
R. Brink.
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: [naam 2]. uit Enschede (verder te noemen: [naam 3] ), gemachtigde: [naam 4] .
Inleiding
Op 6 maart 2023 heeft [naam 3] een vergunning aangevraagd voor het houden van een muziekevenement tijdens de Wiezo Zomerfeesten op het Binnenhof te Wierden op:
- -
donderdag 20 juli 2023 van 18.00 tot vrijdags 01.30 uur,
- -
vrijdag 21 juli 2023 van 18.00 tot zaterdags 01.30 uur, en
- -
zaterdag 22 juli 2023 van 18.00 tot zondags 01.30 uur.
In de aanvraag voor de evenementenvergunning zijn inbegrepen:
- -
geluidsontheffing,
- -
nemen van verkeersmaatregelen,
- -
schenken van zwak-alcoholhoudende drank, en
- -
plaatsen van tijdelijke aankondigingsborden.
Op 23 juni 2023 heeft verweerder de gevraagde evenementenvergunning verleend.
Verzoekster heeft op 3 juli 2023 tegen de evenementenvergunning bezwaar gemaakt.
Op 5 juli 2023 heeft verzoekster een voorlopige voorziening gevraagd. Verweerder heeft op het verzoek gereageerd met een verweerschrift. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 13 juli 2023 op zitting behandeld.
Hieraan hebben deelgenomen:
- -
de gemachtigde van verzoekster, bijgestaan door [naam 5] ,
- -
de gemachtigde van verweerder, bijgestaan door F. Knoef, en
- -
de gemachtigde van [naam 3] , bijgestaan door [naam 6]
Beoordeling door de voorzieningenrechter
Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventueel) bodemgeding niet.
Gelet op het feit dat de vergunning ziet op een evenement dat plaats zal vinden vanaf donderdag 20 juli 2023 en verweerder voordien niet op het bezwaar van verzoekster zal hebben beslist, acht de voorzieningenrechter het spoedeisend belang bij het treffen van
een voorlopige voorziening gegeven.
Artikel 1:8, eerste lid van de Algemene Plaatselijke verordening Wierden 2021 (verder: de APV) bepaalt, dat een vergunning of ontheffing in ieder geval kan worden geweigerd in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid en de bescherming van het milieu.
De bevoegdheid van de burgemeester tot verlening van een evenementenvergunning is
van discretionaire aard, waarbij aan hem een ruime mate van beoordelingsvrijheid toekomt. De burgemeester kan en mag daarbij alleen rekening houden met rechtsbelangen die deze bepaling beoogt te beschermen. Andere belangen kunnen geen grond vormen voor weigering van de vergunningverlening.
Ter beoordeling ligt daarmee de vraag voor, of verweerder op goede gronden heeft gemeend dat de voornoemde belangen door het verlenen van de evenementenvergunning niet worden geschonden. De voorzieningenrechter oordeelt daartoe als volgt.
Bij de vergunningaanvraag is door [naam 3] een veiligheidsplan overgelegd. Dit plan, en
de daarbij gevoegde tekeningen en plattegronden met opstelpunten, is beoordeeld in het multidisciplinair overleg van de Veiligheidsregio Twente (VRT) d.d. 28 maart 2023, waaraan adviseurs van de Gemeentelijke Hulpverleningsorganisatie (GHOR), brandweer
en handhaving hebben deelgenomen. Op 4 april 2023 heeft [naam 7] , coördinator evenementen van de VRT verweerder in dit kader nog specifiek geadviseerd over het scenario Overcrowding.
[naam 3] heeft vervolgens een aangepaste versie van het veiligheidsplan aangeleverd bij
de vergunningaanvraag. Deze versie 2.0 is op 14 april 2023 nogmaals beoordeeld in
het multidisciplinair overleg. Op 2 mei 2023 heeft de VRT het evenement vervolgens gekwalificeerd als een klasse C (risico) evenement en verweerder positief geadviseerd
over het daarvoor opgestelde veiligheidsplan.
Verzoekster verzoekt het evenement geen doorgang te laten vinden omdat de veiligheid
van bezoekers aan het evenement en ook van personeel en klanten van [naam 1] niet
is gegarandeerd. Ter onderbouwing van het verzoek heeft verzoekster een advies d.d. 3 juli 2023 van [naam 8] , adviseur evenementenveiligheid en crowdmanagement bij [naam 9] te [plaats 2] overgelegd, die constateert dat het veiligheidsplan van het evenement ernstige tekortkomingen kent bij overcrowding en noodsituaties.
Verweerder erkent in reactie dat het veiligheidsplan niet volledig is en dat verbeteringen mogelijk zijn, maar spreekt beargumenteerd tegen dat er sprake is van ernstige tekort-komingen. Overcrowding is nadrukkelijk een onderdeel van de beoordeling geweest.
De voorzieningenrechter is gelet op de stukken en de toelichting van [naam 3] ter zitting
van oordeel dat hoewel het veiligheidsplan op basis van het advies van [naam 8] mogelijk voor verbetering vatbaar is, er geen spoedeisende grond is om het evenement niet door te laten gaan. Het veiligheidsplan is immers door VRT en de hulpdiensten (waaronder een adviseur crowdmanagement) akkoord bevonden waarbij overcrowding punt van aandacht
is geweest. Verweerder mag daar op afgaan.
De andere belangen van verzoekster genoemd in het verzoekschrift, te weten het economisch belang van verzoekster en mogelijke schade aan het pand dat verzoekster
huurt en waarin zij het [naam 1] exploiteert, zijn ter zitting door eiser niet nader aan de orde gesteld en leveren naar het oordeel van de voorzieningenrechter ook geen spoedeisende grond op om het evenement niet door te laten gaan.
De visie van andere ondernemers – waar verzoekster wel naar heeft verwezen –
acht de voorzieningenrechter in dit verband niet relevant. Zij hebben immers niet zelf om een voorlopige voorziening gevraagd en hebben verzoekster daartoe ook niet gemachtigd.