Rechtbank Rotterdam
Parketnummer: 10/256965-20
Datum uitspraak: 11 maart 2021
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,
niet ingeschreven in de basisregistratie personen,
zonder bekende feitelijke woon- of verblijfplaats in Nederland,
preventief gedetineerd in de P.I. Vught (PPC),
raadsman mr. R. Küçükünal, advocaat te Rotterdam.
5. Strafbaarheid feit
Het bewezen feit levert op:
.
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
Het feit is dus strafbaar.
6. Strafbaarheid verdachte
Psychiater [naam psychiater] heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd
17 december 2020. Dit rapport houdt - voor zover relevant voor de strafbaarheid van de verdachte - het volgende in.
De verdachte lijdt aan een psychische stoornis in de vorm van een ernstige psychose, veroorzaakt door schizofrenie. Ook ten tijde van het ten laste gelegde feit leed de verdachte aan die schizofrene psychose. Gezien de bevindingen van het onderzoek en gegevens in de
beschikbaar gestelde stukken is de verdachte tot de door hem bekende vernieling gekomen vanuit psychotische belevingen van ongestructureerde beïnvloedings- en betrekkingswanen en mogelijk ook gehoorhallucinaties. Aangezien de gedragingen van de verdachte blijkens de bevindingen van het onderzoek vrijwel volledig worden beheerst door psychotische belevingen die hem geen noemenswaardige vrijheid van gedragskeuzen laten, wordt geadviseerd hem het ten laste gelegde bij bewezenverklaring niet toe te rekenen.
Gezien deze condities is zowel uit zorgoogpunt als uit het oogpunt van recidivepreventie klinische psychiatrische behandeling van de verdachte in een gesloten setting aangewezen.
Geadviseerd wordt het recidivegevaar te beperken door de mogelijkheden te laten onderzoeken voor een zorgmachtiging op grond van de Wet Forensische Zorg (WFZ).
De rechtbank is van oordeel dat de conclusies van de psychiater gedragen worden door zijn bevindingen en door hetgeen ook overigens op de terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt deze conclusies daarom over. Dit betekent dat wordt geoordeeld dat de bewezen feiten aan de verdachte wegens een psychische stoornis niet kunnen worden toegerekend.
Conform het advies van de psychiater en naar aanleiding van een daartoe strekkend verzoek van de officier van justitie, zal de rechtbank bij separate beschikking ten behoeve van de verdachte een zorgmachtiging verlenen op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de WFZ, voor de duur van zes maanden.
De verdachte is niet strafbaar en zal wegens ontoerekeningsvatbaarheid worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
10. Beslissing
De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte voor het bewezen verklaarde niet strafbaar en ontslaat de verdachte ten aanzien daarvan van alle rechtsvervolging.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. V.F. Milders, voorzitter,
en mrs. J.M.L. van Mulbregt en L. Stevens, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. van der Hoeff, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De jongste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 13 oktober 2020 te Rotterdam,
opzettelijk en wederrechtelijk:
- zestien, althans één of meerdere, ruiten van een metro en/of metrostation, en/of
- twee, althans één of meerdere, prullenbakken, en/of
- twee, althans één of meerdere, ruiten van reclamezuilen,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan een bedrijf en/of
persoon genaamd RET Rotterdam,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,
heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
( art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht )