gemachtigde: mr. M. van Lith, advocaat te ‘s-Hertogenbosch,
tegen:
[gedaagde] ,
zonder bekende woon- en/of verblijfplaats binnen of buiten Nederland,
gedaagde,
die niet in de procedure is verschenen.
De partijen worden hierna ‘ [eiser] ’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.
1. De procedure
1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
-
de dagvaarding van 4 juli 2022, met bijlagen;
-
de publicatie van een uittrekstel van het openbaar exploot in de Staatscourant d.d. 7 juli 2022.
1.2.
Op 19 juli 2022 is de zaak mondeling behandeld. Ter zitting is [eiser] in persoon verschenen, vergezeld door zijn echtgenote, mevrouw [echtgenote eiser] en bijgestaan door de gemachtigde mr. M. van Lith. [gedaagde] is zonder bericht van verhindering niet ter zitting verschenen.
2. Het geschil
2.1.
[eiser] eist samengevat:
-
[gedaagde] te veroordelen om het gehuurde aan de [adres] te Vlaardingen te ontruimen;
-
[gedaagde] te veroordelen in de proceskosten met rente;
-
het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
2.2.
[eiser] baseert de eis op het volgende. [gedaagde] huurt van [eiser] de woning gelegen aan de [adres] te Vlaardingen (hierna: ‘de woning’). Uit hoofde van de huurovereenkomst is [gedaagde] bij vooruitbetaling een bedrag van laatstelijk € 848,50 per maand aan huur verschuldigd. Hij is zijn betalingsverplichting echter niet volledig nagekomen, waardoor, berekend tot en met de maand juni 2022, een huurachterstand is ontstaan van € 3.394,-. [eiser] wil de woning daarom ontruimen.
2.3.
[eiser] stelt een spoedeisend belang te hebben bij zijn vordering. Hij kan de uitkomst van een bodemprocedure niet afwachten, omdat het redelijkerwijs voorzienbaar is dat [gedaagde] ook toekomstige huurtermijnen onbetaald zal laten, waardoor de huurachterstand enkel zal toenemen. Bovendien kan [eiser] de woning niet aan een andere huurder verhuren, zo lang [gedaagde] in de woning verblijft. Tot slot bestaat de vrees dat [gedaagde] de woning zal verwaarlozen, waardoor de schade voor [eiser] zal toenemen.
2.4.
[gedaagde] heeft geen verweer gevoerd.
3. De beoordeling
3.1.
[gedaagde] is op 19 juli 2022 niet op de mondelinge behandeling verschenen. Uit de dagvaarding en de publicatie in de Staatscourant is gebleken dat hij correct voor de zitting is opgeroepen, temeer nu een afschrift van een dagvaarding ook is achtergelaten op het adres van het gehuurde. Tegen [gedaagde] wordt daarom verstek verleend.
3.2.
Voldoende is gebleken dat [eiser] een spoedeisend belang heeft bij de gevorderde voorzieningen, zodat hij in zoverre ontvankelijk is in zijn vordering.
3.3.
Op grond van de door [eiser] ingenomen stellingen - die hij met stukken heeft onderbouwd - en bij gebreke van verweer daartegen gaat de kantonrechter uit van de juistheid van de stellingen van [eiser] . De vordering komt de kantonrechter niet ongegrond of onrechtmatig voor en zal dan ook worden toegewezen, met dien verstande dat de ontruimingstermijn op 14 dagen na de betekening van dit vonnis wordt bepaald.
3.4.
[gedaagde] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [eiser] tot vandaag vast op € 252,45 aan dagvaardingskosten, € 86,- aan griffierecht en € 498,- aan salaris voor de gemachtigde. Dit is totaal € 836,45. De over dit bedrag gevorderde wettelijke rente wordt toegewezen.
3.5.
Dit vonnis wordt, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
4. De beslissing
De kantonrechter:
4.1.
veroordeelt [gedaagde] om binnen 14 dagen na de betekening van dit vonnis de woning gelegen te Vlaardingen aan de [adres] te ontruimen en te verlaten met alle zich daarin bevindende personen en zaken aldus ontruimd en verlaten te houden en door afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van [eiser] te stellen;
4.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de kant van [eiser] tot vandaag vastgesteld op € 836,45 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
4.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.
43416
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: