RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer: 10040039 / VZ VERZ 22-10484
uitspraak: 28 oktober 2022
Beschikking van de kantonrechter
Jumbo Supermarkten B.V.
,
gevestigd in Veghel,
verzoekster,
gemachtigde: mr. H.J.M. Strik te ’s-Hertogenbosch,
[verweerder01]
,
wonende in [woonplaats01] ,
verweerder,
die niet heeft gereageerd.
De partijen worden hierna ‘Jumbo Supermarkten’ en ‘ [verweerder01] ’ genoemd.
1
.
De procedure
1.1.
Jumbo Supermarkten heeft een verzoekschrift - met bijlagen - ingediend, dat op 8 augustus 2022 op de griffie is ontvangen.
1.2.
Bij brief van 8 september 2022, die op 9 september 2022 op de griffie is ontvangen, heeft Jumbo Supermarkten twee oproepingsexploten overgelegd.
1.3.
Op 6 oktober 2022 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Tijdens de mondelinge behandeling is de gemachtigde van Jumbo Supermarkten verschenen. [verweerder01] is niet verschenen.
2
.
De feiten
2.1.
[verweerder01] , geboren [geboortedatum01] 1984, is sinds 16 januari 1999 in dienst bij Jumbo Supermarkten. De functie van [verweerder01] is Specialist Proces met een loon van € 1.951,60 bruto per periode van vier weken.
2.2.
Op 30 juni 2020 is [verweerder01] door de politie aangehouden en in voorarrest geplaatst. Jumbo Supermarkten is door de echtgenote van [verweerder01] op de hoogte gebracht van het feit dat [verweerder01] in voorarrest is geplaatst. Jumbo Supermarkten is niet geïnformeerd omtrent de reden van aanhouding.
2.3.
Op enig moment is het voorarrest van [verweerder01] opgeheven. [verweerder01] heeft zijn werkzaamheden bij Jumbo Supermarkten vanaf 20 augustus 2021 hervat tot 10 juni 2022.
2.4.
Bij vonnis van 10 juni 2022 is [verweerder01] door de meervoudige kamer voor strafzaken in de rechtbank Rotterdam veroordeeld tot een gevangenisstraf van 54 maanden, met aftrek van voorarrest, vanwege - kort gezegd - deelname aan een criminele organisatie die zich bezig hield met de invoer van cocaïne en witwassen (meermalen gepleegd).
4
.
De beoordeling van het verzoek
4.1.
Het verzoekschrift én de oproepingsbrief van de rechtbank voor de mondelinge behandeling van 6 oktober 2022, waarin ook staat vermeld dat [verweerder01] tot tien kalenderdagen vóór de mondelinge behandeling een verweerschrift kan indienen, zijn per deurwaardersexploot aan het woonadres van [verweerder01] en het werkelijk verblijfadres van [verweerder01] betekend. Bij het uitbrengen van deze exploten zijn alle wettelijke termijnen en formaliteiten in acht genomen, zodat tegen [verweerder01] verstek wordt verleend.
4.2.
Het gaat in deze zaak om de vraag of de arbeidsovereenkomst tussen partijen moet worden ontbonden.
4.3.
Een arbeidsovereenkomst kan alleen worden ontbonden als daar een redelijke grond voor is. In het Burgerlijk Wetboek (hierna: ‘BW’) is bepaald wat een redelijke grond is (artikel 7:669 lid 3 BW). Ook is voor ontbinding vereist dat herplaatsing van de werknemer binnen een redelijke termijn niet mogelijk is of niet in de rede ligt (artikel 7:669 lid 1 BW).
4.4.
Naar het oordeel van de kantonrechter is er sprake van een redelijke grond voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen partijen. Daartoe wordt het volgende overwogen.
4.5.
De zogenaamde h-grond geldt als een zogenoemde ‘vangnetbepaling’ voor omstandigheden die niet vallen onder de andere ontslaggronden, maar die wel van dien aard zijn dat van de werkgever in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. In de parlementaire geschiedenis wordt - onder meer - detentie als voorbeeld genoemd (
Kamerstukken II
2013/14, 33818, nr. 3, p. 46).
4.6.
Als onweersproken staat in deze procedure vast dat [verweerder01] voor ernstige misdrijven is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 54 maanden (met aftrek van voorarrest). Gedurende zijn detentie zal [verweerder01] zijn werkzaamheden voor Jumbo Supermarkten niet kunnen uitvoeren. Daarnaast staat als onweersproken vast dat [verweerder01] binnen de criminele organisatie waar hij deel van uitmaakte - onder meer - de bijnaam “Jumbo” heeft gebruikt. De kantonrechter kan zich voorstellen dat Jumbo Supermarkten, als werkgever van [verweerder01] , daar (op zijn zachtst gezegd) niet blij mee is.
4.7.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, is naar het oordeel van de kantonrechter sprake van omstandigheden die zodanig zijn dat van Jumbo Supermarkten niet kan worden gevergd te arbeidsovereenkomst met [verweerder01] te laten voortduren. In deze situatie speelt het al dan niet kunnen herplaatsen van [verweerder01] geen rol (
Kamerstukken II
2013/14, 33818, nr. 3, p. 46). Dit betekent dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen wordt ontbonden op de
primair
verzochte h-grond.
4.8.
Nu de ontbinding van de arbeidsovereenkomst op de h-grond wordt toegewezen, kan in het midden blijven of sprake is van een voldragen g-grond, zoals
subsidiair
door Jumbo Supermarkten is verzocht.
4.9.
Nu het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wordt ingewilligd, moet het einde van de arbeidsovereenkomst worden bepaald. Op grond van artikel 7:671b lid 9, onderdeel a BW moet voor de ontbindingsdatum in beginsel rekening worden gehouden met de geldende opzegtermijn, door het einde van de arbeidsovereenkomst te bepalen op het tijdstip waarop de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging zou zijn geëindigd, waarbij de duur van de ontbindingsprocedure in mindering wordt gebracht, met een minimum van een maand.
4.10.
Jumbo Supermarkten stelt dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen en nalaten van [verweerder01] , zodat de arbeidsovereenkomst zonder rekening te houden met de opzegtermijn zou moeten worden ontbonden.
4.11.
Uit de wetsgeschiedenis volgt dat het bij ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer gaat om bijvoorbeeld de situatie waarin de werknemer zich schuldig maakt aan diefstal, verduistering, bedrog of andere misdrijven, waardoor hij het vertrouwen van de werkgever onwaardig wordt (
Kamerstukken II
2013/14, 33818, nr. 3, p. 39-40). Hoewel deze situatie strikt genomen betrekking heeft op het geval waarin de werknemer bij de werkgever één van de genoemde misdrijven pleegt, ziet de kantonrechter in dit geval aanleiding om de genoemde situatie naar analogie toe te passen. [verweerder01] is immers veroordeeld voor (zeer) zware misdrijven en aan hem is een (zeer) lange gevangenisstraf opgelegd. [verweerder01] is hierdoor het vertrouwen van Jumbo Supermarkten onwaardig geworden. Daar komt nog bij dat [verweerder01] een ernstig verwijt valt te maken van de omstandigheid dat hij, door zijn veroordeling, gedurende een (zeer) lange periode zijn werkzaamheden voor Jumbo Supermarkten niet kan uitvoeren. Naar het oordeel van de kantonrechter is onder deze omstandigheden, in onderlinge samenhang bezien, sprake van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten door [verweerder01] .
4.12.
De arbeidsovereenkomst wordt gelet op het voorgaande met toepassing van artikel 7:671b lid 9 sub b BW ontbonden met ingang van 28 oktober 2022 (de datum van deze beschikking).
transitievergoeding en/of billijke vergoeding?
4.13.
Jumbo Supermarkten heeft verzocht om te bepalen dat zij aan [verweerder01] geen transitievergoeding en/of billijke vergoeding is verschuldigd. Nu [verweerder01] echter geen tegenverzoek - strekkende tot toekenning van een transitievergoeding en/of billijke vergoeding - heeft ingediend, is de kantonrechter van oordeel dat Jumbo Supermarkten geen belang heeft bij dit gedeelte van haar verzoek. Dit gedeelte van haar verzoek wordt daarom afgewezen.
4.14.
Jumbo Supermarkten heeft verzocht te bepalen dat iedere partij de eigen kosten draagt. Mede gelet op dat verzoek zal de kantonrechter bepalen dat iedere partij de eigen proceskosten betaalt.