Verzoeker niet-ontvankelijk in het wrakingsverzoek. Aan het verzoek zijn geen feiten of omstandigheden ten grondslag gelegd. Verzoeker heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om de gronden van het wrakings-verzoek alsnog schriftelijk in te dienen.
van de meervoudige wrakingskamer van de rechtbank op het verzoek van
[naam verzoeker]
,
wonende te [woonplaats] ,
hierna te noemen: verzoeker,
strekkende tot de wraking van
mr. K.J. Bezuijen,
rechter in deze rechtbank,
hierna te noemen: de rechter.
1 De procedure
1.1.
Het verzoek van verzoeker strekt tot wraking van de rechter in de civiele zaak met kenmerk 10401689 CV EXPL 23-7768. Die zaak betreft een geschil tussen verzoeker en Menzis Zorgverzekeraar N.V.. Het dossier van deze zaak is ter beschikking gesteld van de wrakingskamer.
1.2.
Het verloop van de procedure blijkt verder uit:
-
het schriftelijke wrakingsverzoek van verzoeker van 24 augustus 2023;
-
het e-mailbericht van 25 augustus 2023 van de secretaris van de wrakingskamer aan verzoeker.
2 De ontvankelijkheid van het verzoek
2.1.
Aan het verzoek tot wraking zijn geen feiten of omstandigheden ten grondslag gelegd. Door de secretaris van de wrakingskamer is bij bericht van 25 augustus 2023 gelegenheid gegeven om de gronden van het wrakingsverzoek alsnog schriftelijk in te dienen op uiterlijk 28 augustus 2023. Van die gelegenheid heeft verzoeker geen gebruik gemaakt.
2.2.
De wet schrijft voor dat het verzoek wordt gedaan zodra de feiten en omstandigheden die aanleiding gaven tot het wrakingsverzoek bekend zijn geworden en dat deze tegelijk moeten worden vermeld. Het wrakingsverzoek voldoet niet aan deze voorschriften. Om die reden kan verzoeker niet in het wrakingsverzoek worden ontvangen.
2.3.
Voor een behandeling van het verzoek ter terechtzitting bestaat geen reden. Het in de wet opgenomen recht op een mondelinge behandeling is door de wetgever bedoeld voor het debat over de gegrondheid van het verzoek. Gezien het voorgaande wordt aan dat debat niet toegekomen.
3 De beslissing
De rechtbank:
3.1.
verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in het verzoek tot wraking.
Deze beslissing is gegeven door mr. P.C. Santema, voorzitter, mr. L.E.M. Wilbers-Taselaar en mr. W.J. Roos-van Toor, rechters.
Bij afwezigheid van de voorzitter is deze beslissing door mr. L.E.M. Wilbers-Taselaar in het openbaar uitgesproken op 29 augustus 2023 in tegenwoordigheid van J.A. Faaij, griffier en door hen ondertekend.
de griffier de oudste rechter
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: