Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBROT:2024:714

Rechtbank Rotterdam
31-01-2024
06-02-2024
C/10/663098 / HA ZA 23-665
Civiel recht
Eerste aanleg - enkelvoudig

Vordering wijkverpleegkundige en haar bureau tegen zorgverzekeraar, die haar en haar bureau onterecht beschuldigd zouden hebben van zorgfraude en verwaarlozing van het bejaarde echtpaar dat aan de wijkverpleegkundige en haar bureau was toevertrouwd. Ook zou de zorgverzekeraar verantwoordelijk zijn voor een artikel over deze zaak in een landelijk dagblad en zouden de wijkverpleegkundige en haar bureau ten onrechte door de verzekeraar zijn geregistreerd in het intern incidentenregister van de verzekeraar en in het Extern Verwijzingsregister van de Stichting CIS. Onrechtmatige daad.

Rechtspraak.nl

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven

zaaknummer / rolnummer: C/10/663098 / HA ZA 23-665

Vonnis van 31 januari 2024

in de zaak van

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiseres 1]

gevestigd te Vlaardingen,

2. [eiseres 2]

wonende te Vlaardingen,

eiseressen in conventie,

verweersters in reconventie,

advocaat mr. G.C.G. Metz te ‘s-Gravenhage,

tegen

de onderlinge waarborgmaatschappij

ONDERLINGE WAARBORGMAATSCHAPPIJ DSW ZORGVERZEKERAAR U.A.,

gevestigd te Schiedam,

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

advocaat mr. M.F. Lameris te Schiedam.

Eiseressen zullen hierna gezamenlijk [eiseressen] genoemd worden en afzonderlijk [eiseres1] en [eiseres 2], gedaagde DSW.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    de dagvaarding van 19 juli 2023, met producties 1 tot en met 31;

  • -

    de conclusie van antwoord in conventie tevens houdende conclusie van eis in reconventie, met producties 1 tot en met 38;

  • -

    de oproepingsbrief van 27 september 2023;

  • -

    de zittingsagenda van 8 december 2023;

  • -

    de conclusie van antwoord in reconventie;

  • -

    de mondelinge behandeling van 18 januari 2024, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt;

  • -

    de pleitaantekeningen van [eiseeresen];

  • -

    de pleitaantekeningen van DSW.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1. [

EISERES 1] is een onderneming die zich richt op wijkverpleging. [eiseres 2] is (middellijk) enig aandeelhouder en bestuurder van [EISERES 1] en is ook als wijkverpleegkundige werkzaam bij [EISERES 1].

2.2.

Tussen maart en juli 2022 ontving DSW van [EISERES 1] declaraties van in totaal € 84.244,78 voor zorg die door [EISERES 1] zou zijn verleend aan de heer [bejaarde man] (hierna: [bejaarde man]), geboren [geboortedatum 1], en zijn echtgenote [bejaarde vrouw] (hierna: [bejaarde vrouw]), geboren op [geboortedatum 2] (en inmiddels overleden). Het echtpaar (hierna: het echtpaar) woonde in Vlaardingen en was verzekerd bij DSW.

2.3. [

eiseres 2] was ook in haar rol van wijkverpleegkundige bij deze zorgverlening aan het echtpaar betrokken.

2.4.

Op 20 juli 2022 heeft DSW een telefonische melding ontvangen van [X], de echtgenoot van een zuster van de [bejaarde man], die erop neerkwam dat het echtpaar zou zijn verwaarloosd door [EISERES 1].

2.5.

Naar aanleiding van deze melding heeft DSW onderzoek gedaan.

2.6.

Zo heeft DSW contact opgenomen met de politie in Vlaardingen. Dit contact heeft geresulteerd in een e-mail van 21 juli 2022 van [wijkagent] (hierna: [wijkagent]), wijkagent in Vlaardingen, aan een medewerker bijzonder onderzoek van DSW, [Y]. In deze e-mail stuurt [wijkagent] zijn e-mail van 8 juli 2022 aan het meldpunt van de Inspectie Veiligheid en Justitie met als onderwerp “[eiseres 1] Klacht” door. Die e-mail van 8 juli 2022 luidt als volgt:

“Geachte Heer/mevrouw,

Ik ben wijkagent in de gemeente Vlaardingen. Ik ben verantwoordelijk voor de wijk

[wijk].

Verleden week heb ik telefonisch contact gehad met een collega van u, betreffende een

casus met een thuiszorgorganisatie welke alle grenzen overschrijd. Hier heb ik melding van

gedaan, echter was het verzoek dit in een mail te zetten. Dus dat bij deze.

28 juni 2022 ben ik na aanleiding van een melding ter plaatse geweest op [adres]

. Hier wonen twee hoogbejaarde mensen, welke afhankelijk zijn van zorg.

Deze mensen vertelden mij een aantal zaken wat ik zeer verontrustend vind, uiteindelijk

gaven ze mij aan erg bang te zijn voor de thuiszorg maar dit eigenlijk niet kenbaar te durven

maken.

De thuiszorgorganisatie betreft:

[eiseres 1], gevestigd aan [adres].

De directrice en tevens thuiszorgmedewerkster betreft:

[eiseres 2].

Ze vertelden mij kort samengevat de volgende punten.

- [ [eiseres 2] is sinds begin van het jaar actief als thuiszorgmedewerkster, het grootste

gedeelte is [eiseres 2] er, heel soms iemand anders.

- Sinds [eiseres 2] er is wordt iedereen buiten de deur gehouden en mag er geen visite

meer komen. (dit wordt ook bevestigt door naaste van de mensen, deze vertelden dat de

deur gewoon dicht gegooid wordt of niet open gedaan)

- Toen [eiseres 2] kwam is ze een procedure gestart om de mensen onder

bewind te krijgen, dit terwijl er meer dan genoeg geld is. (heb ik gehoord en gezien bij

de ING bank) De rechter is hier mee akkoord gegaan, dus vermoedelijk onder valse

informatie.

- Er is een aparte rekening aangemaakt op naam van de bewoners, met medewerking

van het bewind kantoor. Echter hebben deze mensen nooit ergens voor getekend.

- [ eiseres 2] komt wanneer het haar uitkomt. Zelf vastgesteld 2 dagen na bezoek. Wij als politie kwamen toen om 11.30 uur bij de woning, mensen liepen nog in hun pyjama, hadden nog niet gegeten en geen medicijnen gehad. Dit kunnen ze nog niet zelf dus zijn echt afhankelijk.

- In huis hangt een soort van dictatuur (eigen woorden bewoners). Wanneer ze niet luisteren naar [eiseres 2], zegt [eiseres 2] bijvoorbeeld; "als jullie niet luisteren mogen jullie niet naast elkaar slapen" , als je jullie niet luisteren zorg ik dat jullie uit elkaar gehaald worden.

- Er komt visite van [eiseres 2] langs, die de mensen helemaal niet kennen.

- Visite staat erbij als [eiseres 2] meneer gaat wassen, en maakt dan grapjes.

- [ eiseres 2] houd geen logboek bij wat wel verplicht is.

- Werkt niet onder contract.

- Heeft meerdere malen aangedrongen bij bewoners om bankpassen af te geven, deze zouden verlopen zijn. Echter heb ik deze gecontroleerd en hier is absoluut geen sprake van.

- Het vermoeden is dat [eiseres 2] de auto van bewoners meegeeft aan bekenden van haar, echter is dit nog niet hard gemaakt. Maar regelmatig is de autosleutel weg.

Ik verbalisant heb telefonisch contact gehad met [eiseres 2], ze was er absoluut niet van gediend dat ik aanwezig was in de woning bij de mensen. Ze is dan alles behalve vriendelijk. Het gedrag wat de bewoners vertelden bevestigde dit duidelijk.

Ze is op hoge poten naar de woning gekomen en dit was geen gezellig gesprek, ze is er niet van gediend als er andere mensen zijn. Ze wilde zelf graag de touwtjes in handen hebben, dat bleek uit alles.

Ik ben samen met familie de volgende dag direct opzoek gegaan naar nieuwe thuiszorg, dit is dan ook gelukt. We hebben nieuwe sloten op het huis moeten plaatsen. [eiseres 2] is medegedeeld dat de zorg per direct gestopt is en ze niet meer bij de woning mag komen. Hier heeft ze zich niet aangehouden en is gewoon naar de woning gegaan. De smoes die ze had was dat er nog spullen lagen. Echter zijn alle spullen uit de woning gehaald in het bijzijn van politie.

Het is bizar en ongelooflijk wat een beleid deze vrouw voert. Het lijkt mij dan ook niet meer dan normaal dat er een onderzoek naar dit bedrijf/mevrouw komt voordat er nog meer slachtoffers komen.

Voor het strafrechtelijke gedeelte gaat een advocaat zich buigen.

Voor deze mensen is de thuiszorg geregeld alleen zou het fijn als het [eiseres 2] en het bedrijf onder de loep genomen gaan worden. Mijn inzicht mag deze vrouw nooit meer thuiszorg leveren.

Klein detail nog, ze gaf aan dat ze nog rekeningen vanaf februari had liggen, was nog niks betaald maar ze moest nog even uitzoeken wat er betaalt moest worden.

Administratie was duidelijk niet op orde. Onbekend hoe het betaalt zou worden want ze is niet gecontracteerd bij een zorgverzekering. Dit verklaard misschien ook waarom ze de mensen onder bewind heeft laten zetten.

Gaarne zou ik een reactie willen op deze mail met verdere vervolgstappen,

Met vriendelijke groet,

[wijkagent]”

2.7.

Op 21 juli 2022 heeft [Y] van DSW vervolgens telefonisch contact gehad met wijkagent [naam 1]. Het van dit telefoongesprek opgemaakte verslag luidt als volgt:

“[wijkagent] heeft maandag (nog onduidelijk wanneer precies) een melding ontvangen

over [eiseres 1]. Hij heeft een aantal dingen geconstateerd:

- [ [echtpaar] is via [eiseres 2] [eiseres 2] onder beschermingsbewind geplaatst. Dat

was totaal onnodig: er was meer dan voldoende geld en daar werd goed mee omgegaan.

- Politie heeft de bankpapieren kunnen verifiëren. Echtpaar werd ook door

wijkteam een beetje geholpen met de financiën en dat ging altijd goed. Echtpaar wil

onder beschermingsbewind uit, maar moeten daarvoor een advocaat in de arm

nemen. Politie heeft vastgesteld dat het echtpaar niet werd verzorgd. [eiseres 2] heeft aan de

politie verklaard dat ze er van 8:00 uur tot 19:00 uur bij het echtpaar thuis kwam en

dan ook eten verzorgde. De politie is een keer rond 12:00 uur `s middags langs geweest bij het echtpaar, maar toen zaten beiden nog in pyjama en hadden nog niet gegeten.

- [ [eiseres 2] [eiseres 2] nodigde vrienden en kennissen van haar uit bij het echtpaar thuis.

Daar zaten ze dan te drinken en misbruik te maken van de woning en de mensen.

Terwijl die mensen er waren, gingen ze dan de mensen wassen en er grapjes over

maken.

- Echtpaar werd geïsoleerd. Er kwamen eerst nog wel wat mensen over de vloer, ook

ivm een beetje sociale controle. Deze mensen moesten buiten de deur worden

gehouden.

- [ [eiseres 2] [eiseres 2] zou het echtpaar onder druk zetten en bijvoorbeeld zeggen dat als

ze niet luisteren, ze niet meer naast elkaar mogen slapen.

- Er zou 10.000 missen op de bankrekening. Dit was ook bekend bij de politie, maar

die hebben dit nog niet kunnen bevestigen. Er was een nieuwe ABN-rekening

geopend op naam van die mensen.

- Politie heeft nieuwe thuiszorg (Careyn) geregeld voor het echtpaar. Die zijn 20 juli

2022 voor het eerst geweest.

De politie heeft het voorgaande bij een overkoepelende wijkverpleging organisatie

(brancheorganisatie?) gemeld, maar die vonden het een lastig verhaal.

De politie stuurt nog een e-mail met hun bevindingen naar [Z]. Daarnaast is de

politie verzocht om bij dergelijke constateringen voortaan ook melding te doen bij DSW,

zodat wij daar zo nodig ook actie op kunnen ondernemen.”

2.8.

DSW heeft haar eerste bevindingen bij brief van 25 juli 2022 aan [EISERES 1], ter attentie van [eiseres 2], kenbaar gemaakt en [EISERES 1] in de gelegenheid gesteld hierop te reageren. Deze brief, die ook betrekking heeft op zorg die door [EISERES 1]/[eiseres 2] was verleend aan een andere vrouw op leeftijd, luidt – aangehaald voor zover relevant – als volgt:

“Geachte mevrouw [eiseres 2],

Wij hebben afgelopen week een zeer ernstige melding gekregen van zorgverwaarlozing

en geestelijke mishandeling door u en uw zorgbedrijf. Deze melding wordt ondersteund

door een verklaring van de politie.

De ontvangen melding duidt geen verder uitstel, zodat DSW Zorgverzekeraar en Stad

Holland Zorgverzekeraar u en uw zorgbedrijf per direct uitsluiten van vergoeding. Dit

betekent dat u geen vergoeding meer zult krijgen voor uw diensten. Op grond van art.

38 en 39 Wmg en de NZa beleidsregel Transparantie zorgaanbieders (TH/BR-012) bent u

verplicht om onze verzekerden voorafgaand aan de levering van enige dienst erop te

wijzen dat er geen vergoeding zal plaatsvinden. Indien u dit nalaat, rust eveneens geen

betalingsverplichting op onze verzekerden.

Thans is uw `zorg' aan de heer en [bejaarde vrouw] uit Vlaardingen gestopt, evenals de

zorg aan [A]. Momenteel heeft u volgens onze informatie geen verzekerden

van DSW Zorgverzekeraar of Stad Holland Zorgverzekeraar in zorg.

Hieronder lichten wij dit besluit toe.

Bevindingen t.a.v. de heer [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw]

Voor [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw] zijn declaraties ontvangen voor

wijkverpleging die [eiseres 1] vanaf 10 maart 2022 zou hebben

geleverd.

Bij de eerste declaratie voor [bejaarde heer], is een zorgplan gevoegd. Blijkens dit

zorgplan, die geldig is van 10 maart tot en met 10 juni, heeft [eiseres 2] [eiseres 2],

wijkverpleegkundige en tevens bestuurster van [eiseres 1], 17 uur

en 30 minuten persoonlijke verzorging en 1 uur en 10 minuten verpleging per week

geïndiceerd. Per e-mail d.d. 21 juni jl. heeft [eiseres 1] opnieuw een

zorgplan ten behoeve van [bejaarde heer] aangeleverd. Deze is inhoudelijk gelijk aan

het eerste zorgplan, echter is de geldigheidsduur gewijzigd naar 14 maart tot en met 13

september 2022 en daarnaast is het eerste zorgplan ondertekend door [bejaarde heer]

of een vertegenwoordiger en het tweede zorgplan niet. Beide documenten zouden zijn

opgesteld op 2 april 2022, zodat onduidelijk is of hier sprake is van een herindicatie.

Desondanks is DSW gezien de complexe zorgvraag akkoord gegaan met het vergoeden

van genoemde tijdseenheden voor de periode van 10 maart 2022 tot en met 13

september 2022.

Ook ten aanzien van [bejaarde vrouw] geldt dat bij de eerste declaratie een zorgplan is

gevoegd, met een geldigheidsduur van 10 maart tot en met 9 juni 2022. Desgevraagd is

ook een herindicatie aangeleverd door [eiseres 1]. DSW is akkoord

gegaan met het vergoeden van 10 uur en 30 minuten persoonlijke verzorging en 11 uur

en 20 minuten verpleging per week voor de periode van 10 maart 2022 tot en met 9 juni

2022.

[bejaarde heer] en [bejaarde vrouw] zijn per brief d.d. 11 juli jl. bericht over de beoordeling

van de door [eiseres 2] [eiseres 2] gestelde indicatie.

Een familielid van het echtpaar heeft in reactie op deze brieven op 20 juli jl. telefonisch

contact gezocht met DSW. Naar aanleiding van dit telefoongesprek en een schriftelijke

verklaring van een wijkagent van de gemeente Vlaardingen die bij de familie thuis is

geweest, heeft DSW het volgende geconstateerd:

- Namens [eiseres 1] kwam nagenoeg altijd de bestuurster

[eiseres 2] [eiseres 2] als thuiszorgmedewerkster bij [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw]. Zij

komt, anders dan uit de door [eiseres 1] aangeleverde

documentatie blijkt, niet op vaste momenten. De wijkagent heeft eind juni rond

het middaguur een bezoek gebracht aan de heer en [bejaarde vrouw]. Zij

hadden op dat moment nog niet ontbeten en liepen nog in hun pyjama. Ook

hadden zij op dat moment nog geen medicatie gehad. [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw]

zijn hiervoor afhankelijk van de thuiszorg. Deze bevinding van de

wijkagent strookt niet met de door [eiseres 1] aangeleverde

urenregistraties, waaruit is af te leiden dat [eiseres 2] [eiseres 2] altijd om 11:00 uur

of eerder bij het echtpaar aanwezig zou zijn. Overigens zien wij ook discrepanties

tussen de urenregistratie en de rapportages. Bijvoorbeeld: in de rapportage van

18 maart 2022 staat aangegeven dat u, mevrouw [eiseres 2], om 9.00 uur aanwezig

was om bij de familie zorg te leveren, terwijl in de urenregistratie op die dag

staat aangegeven dat u eerst om 11.00 uur met de zorg startte. Dit komt niet

overeen. De door u aangeleverde urenregistraties kunnen dan ook niet authentiek

zijn.

- Sinds [eiseres 2] [eiseres 2] bij de heer en [bejaarde vrouw] komt, wordt er door [eiseres 2] [eiseres 2] geen visite meer toegestaan bij het echtpaar. Naasten van het

echtpaar hebben dit ook bevestigd aan de wijkagent. In de rapportages wordt

daarentegen opgemerkt dat het de wens zou zijn van [bejaarde heer] om geen

visite meer binnen te laten.

- [ [eiseres 2] [eiseres 2] nodigt daarentegen wel eigen kennissen en/of vrienden uit bij

het echtpaar thuis. In hun bijzijn wordt [bejaarde heer] dan gewassen door

[eiseres 2] [eiseres 2], die daar dan grapjes over maakt. Deze 'zorg' voldoet uiteraard

niet aan de professionele standaard en wordt dan ook niet vergoed.

- De heer en [bejaarde vrouw] worden door [eiseres 2] [eiseres 2] onder druk gezet om

naar haar te luisteren. Zo zou [eiseres 2] [eiseres 2] bijvoorbeeld zeggen dat als ze dat

niet doen, ze uit elkaar zullen worden gehaald of niet naast elkaar mogen slapen.

De wijkagent heeft dit ook bevestigd en heeft zelf ook geconstateerd dat u het

echtpaar isoleerde van hun omgeving.

- Het echtpaar is via [eiseres 2] [eiseres 2] onder beschermingsbewind geplaatst, de

wijkagent vermoedt onder valse voorwendselen. De wijkagent heeft onderzocht

en geconcludeerd dat er voldoende geld bij het echtpaar aanwezig was en dat zij

met behulp van het wijkteam hun financiën voldoende onder controle hadden. Er

is vanwege het beschermingsbewind een aparte rekening aangemaakt op naam

van het echtpaar. Het echtpaar heeft hier nimmer voor getekend. [eiseres 2]

[eiseres 2] heeft volgens de wijkagent bovendien meerdere malen aangedrongen bij

het echtpaar om de bankpassen af te geven, omdat deze zouden zijn verlopen.

De wijkagent heeft echter geconstateerd dat hier geenszins sprake van is.

[…]

Conclusie en vervolg

Ten aanzien van [het echtpaar] geldt dat DSW niet kan vertrouwen op de

juistheid van de aangeleverde documenten, nu de documenten onderling niet met elkaar

stroken. Bovendien komen ze niet overeen met de verklaringen van het familielid van

het echtpaar en de constateringen van de politie. Bovenal is DSW geschokt door de ernst

van de bevindingen ten aanzien van de kwaliteit van zorg en de wijze waarop [eiserees1] - meer in het bijzonder [eiseres 2] [eiseres 2] - omgaat met cliënten die

afhankelijk zijn van zorg. Gelet op de ernst van de bevindingen zal DSW de ten behoeve

van de heer en [bejaarde vrouw] uitbetaalde bedragen bij [eiseres 1]

terugvorderen.

Gelet op het voorgaande kan DSW er niet op vertrouwen dat [eiseres 1]

een ander beleid hanteert ten aanzien van andere cliënten, zodat ook declaraties die

ten behoeve van andere verzekerden zijn - of worden - ingediend niet voor vergoeding in

aanmerking komen.

[…]

Tot slot beraden wij ons over overige te nemen maatregelen jegens [eiseres 1]

en meer in het bijzonder jegens [eiseres 2] [eiseres 2].

Wij stellen u tot uiterlijk 12 augustus a.s. in de gelegenheid schriftelijk op deze brief te

reageren. Indien wij binnen de gestelde termijn geen reactie van u ontvangen, zullen wij

de definitieve maatregelen gaan nemen op grond van het huidige dossier.”

2.9.

Vervolgens heeft DSW [EISERES 1] bericht dat zij de zorg van [EISERES 1] niet langer zou vergoeden.

2.10. [

EISERES 1] verleende op dat moment al geen zorg meer aan het echtpaar. Een vervangende zorgverlener, (uiteindelijk) de Stichting Careyn (hierna: Careyn), was door de politie ingeschakeld voor de voortzetting van de zorgverlening aan het echtpaar.

2.11.

DSW heeft op 27 juli 2022 een spoedmelding van de zaak gemaakt bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Zoals gebruikelijk liep deze melding via het Verzamelpunt Zorgfraude van Zorgverzekeraars Nederland.

2.12.

Op 12 augustus 2022 heeft DSW een reactie ontvangen van (de advocaat van) [EISERES 1] op haar bovengenoemde brief van 25 juli 2022. Naar aanleiding van deze brief heeft DSW aanvullende informatie opgevraagd bij de huisarts van het echtpaar en de psychiater die betrokken was bij de behandeling van [bejaarde heer].

2.13.

Op 23 augustus 2022 heeft een medewerker van DSW contact gehad met de huisarts van het echtpaar. Het verslag dat is opgemaakt van dit telefoongesprek luidt als volgt:

“Huisarts [A] gesproken op 23-08-2022.

Politie heeft geen contact opgenomen met huisarts, mogelijk in verband met zijn vakantie tot

31-07-2022. Hij weet ook niet wat de politie aan DSW heeft verklaard (en wil dit ook niet

weten), maar denkt wel te weten waar het over gaat, namelijk de declaraties die [eiseres 2]

[eiseres 2] heeft ingediend bij DSW ten behoeve van [echtpaar]. Hij is erg huiverig om

iets te verklaren over [eiseres 1], omdat hij meent zich niet 'lelijk' te mogen

uitlaten over zorgaanbieders.

Wel liet hij nog weten bezorgd te zijn over de manier waarop [eiseres 2] [eiseres 2] zich opstelt.

Hij is niet persoonlijk door haar bedreigd en laat dat ook niet gebeuren. Hij denkt wel dat ze

procedureel zoveel mogelijk haar hakken in het zand gaat zetten.

Hij meent dat [eiseres 2] [eiseres 2] niet meer in de gezondheidszorg moet werken en een

gevaar is voor de samenleving. Hij wil graag openheid van zaken geven, maar is wel

huiverig met wat hij wel en niet mag verklaren. Hij wil de juiste routes volgen en aan de juiste

instanties verklaren. Zo vraagt hij bijvoorbeeld of we weten of Veilig Thuis is ingeschakeld.

Aangegeven dat we daar niet van op de hoogte zijn.

Afgesproken dat we schriftelijk onze vragen aan hem stellen. Hij heeft een mailbericht

gestuurd naar documentenwijkverpleging@dsw.nl waar we de brief naar kunnen versturen.

Hij gaat dan advies inwinnen bij de beroepsgroep (KNMG) over waar hij wel en niet

antwoord op mag geven. Met het advies van de KNMG is hij als arts voldoende gedekt voor

bijna elke juridische kwestie waar hij mee te maken kan krijgen (in het bijzonder het medisch

tuchtrecht).”

2.14.

Ook is er op 23 augustus 2022 telefonisch contact geweest tussen een medewerker van DSW en de heer [B], een kleinkind van de oudste zuster van [bejaarde vrouw]. Het van dit telefoongesprek opgemaakte verslag luidt als volgt:

“De heer [B] vertelt dat hij vanaf juni weer intensiever contact heeft met [het echtpaar]

. [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw] zijn de oudoom en oudtante van dhr. [B]. Zijn oma is de

zus van [bejaarde vrouw]. We hebben ook contact gehad met [naam 2], die in Spanje woont. Dit is

de zwager van [bejaarde heer] (zijn echtgenote {C] is de zus van [bejaarde vrouw]).

We vertellen dat we een melding hebben gehad van de politie. Dhr. begrijpt dat wij bellen

vanwege de declaraties van [EISERES 1]. Dhr. [B] vertelt dat hij tegenwoordig wekelijks bij het

echtpaar thuis komt. Tijdens Corona is het contact wat verminderd. Hij heeft wel telefonisch

met [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw] gesproken. Het echtpaar was wat huiverig en terughoudend

geworden met contact uit angst om besmet te worden. Is weer intensiever betrokken nadat

hij was geïnformeerd over wat er was gebeurd door [X], die vanuit Spanje niet veel kan

doen. Dhr. [B] helpt [bejaarde heer[en [bejaarde vrouw] vooral met praktische dingen op dit moment,

zoals eten brengen. Er is nog een andere neef, maar daar heeft het echtpaar geen contact

mee.

Dhr. [B] kent het verhaal over [eiseres 2] van dhr. en mw. en van buren, maar merkt ook

dat het echtpaar ‘op hun laatste benen loopt' en dus dit mogelijk niet goed kan vertellen.

Hij is op de hoogte van de zorg door [eiseres 1] en vertelt dat het echtpaar

hem verteld heeft dat er sprake was van een schrikbewind. Zo zouden zij zijn opgesloten

zonder eten, waarop mw. [eiseres 2] pas dagen later terugkwam. Dhr. [B] weet niet wat

hier precies van klopt. Hij weet wel dat [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw] nog steeds bang zijn en daarom ook de gordijnen dicht houden. Dhr. [B] vertelt ook dat het echtpaar onder

bewindvoering is gezet, terwijl er geen aanleiding voor was omdat er genoeg geld is en geen

schulden. Heeft ook afschriften gezien van [EISERES 1]. Gaat om forse bedragen, tienduizenden

euro's. Het zou gaan om declaraties, maar dhr. [B] vraagt zich af hoe terecht dit is.

Want het echtpaar zou echt dagen zonder eten thuis hebben gezeten. De deur zou op slot

hebben gezeten en het echtpaar had geen sleutel. Dat verhaal gelooft dhr. [B] wel

want ze zijn beiden sterk vermagerd. Mw. weegt nog geen 30 kilo.

We vertellen dat er contact is geweest met de wijkverpleegkundige en op basis van dat

contact zijn er declaraties goedgekeurd. De vraag is nu wat daarvan werkelijk is geleverd, en

hoe we dat kunnen achterhalen. De neef vindt het ook moeilijk om dat te achterhalen.

We vragen hoe het echtpaar zou staan t.o.v. een huisbezoek. Dhr. vertelt dat dat misschien

wel moeilijk is, omdat er momenteel ook een traject loopt met het wijkteam en dat is ook

moeizaam. Het echtpaar is ook heel bang gemaakt door [eiseres 2] dat ze uit elkaar gehaald

zullen worden. Dhr. [B] weet niet in hoeverre het echtpaar cognitief nog voldoende in

orde is om te kunnen verklaren. Dat weet dhr. niet zeker.

We vragen of de buren iets weten. Daar is mee gesproken en die gaven wel aan dat er met

regelmaat iemand geweest is, maar die hebben dat ook niet vastgelegd. Ze is daar wel

geweest, maar hoe vaak en hoeveel.

We vragen of er camera's hangen. Er zouden wel camera's hangen in de hal. Kijkt

woensdag als hij er is en kan eventueel Waterweg Wonen benaderen. [eiseres 2] [eiseres 2] had

overigens een sleutel.

Vertelt dat [naam 2] had gezien dat er een groot bedrag was afgeboekt. Heeft toen de politie

ingeschakeld die is langsgegaan, die gelijk de sleutels heeft afgepakt en de toegang heeft

ontzegd. Dat is op een donderdag gebeurd en dhr. [B] is op zondag weer langs

geweest.

Dhr. [B] vertelt dat hij vaak op woensdag langs gaat, maar het wisselt en dhr. wil best

samen met ons langsgaan bij [bejaarde heer] en [bejaarde vrouw].

Er is nu een verzoek ingediend bij de Rechtbank Rotterdam om het bewind op te heffen,

maar er is nog geen uitspraak. We vragen of er afschriften zijn. Volgens dhr. [B] is dit

het geval. We vragen of er ook andere bedragen naar [eiseres 1] zijn

gegaan. Dhr. [B] weet dat wij bedragen hebben gestort en dat er dan direct hogere

bedragen worden overgeschreven naar de aanbieder. Er is 6 of 7 duizend meer

overgemaakt dan de vergoeding. We leggen uit dat we 75% van het tarief betalen. Sommige

aanbieders nemen daar genoegen mee. Andere willen dat de client het resterende bedrag

betaald. Het kan ook zijn dat er meer is betaald. We vragen of de afschriften gemaild kunnen

worden naar documentenwijkverpleging@dsw.nl. Ook andere documenten kunnen naar dit

mailadres gestuurd worden. En daarnaast vragen we of dhr. kan bespreken of wij met een

verpleegkundige langs kunnen komen.

Dhr. [B] vertelt ook dat hij heeft begrepen dat er iemand bij de deur moest gaan posten

om mensen weg te sturen. Het zou echt heel ver gegaan zijn. We leggen uit dat we

onderzoek doen, ook om te voorkomen dat deze persoon die ook bij andere mensen doen.”

2.15.

Op 25 augustus 2022 is er contact geweest tussen een medewerker van DSW en de hiervoor in 2.4 genoemde zuster en zwager van [bejaarde heer], die op 8 juli 2022 een melding van de zaak hadden gedaan bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Uit deze aan DSW doorgestuurde melding komt het beeld naar voren dat:

  • -

    [EISERES 1]/[eiseres 2] potentieel zorgwekkende zaken over het echtpaar (ontstekingen, wonden, blauwe tenen) niet bij de huisarts of andere artsen meldde,

  • -

    het echtpaar slecht gewassen, verzorgd en gevoed werd,

  • -

    het contact tussen [EISERES 1]/[eiseres 2] en overige medici/hulpverleners uitermate slecht was,

  • -

    waar mogelijk, hulpverleners, familie en vrienden van het echtpaar door [EISERES 1] buiten de deur werden gehouden,

  • -

    [EISERES 1] zich in een onrustbarend vergaande mate bemoeide met de financiën van het

echtpaar, en

- de situatie van het echtpaar substantieel verbeterde nadat een andere

thuiszorgorganisatie de zorg van [EISERES 1] had overgenomen.

2.16.

Op 30 augustus 2022 is door DSW aan de huisarts en de psychiater verzocht om aanvullende informatie en op 6 september 2022 aan (de WMO-uitvoerder voor) de gemeente Vlaardingen.

2.17.

Op 6 september 2022 was er ook telefonisch contact van een medewerker van DSW met de wijkverpleegkundige van Careyn. Het van dit telefoongesprek opgemaakte verslag luidt – aangehaald voor zover relevant – als volgt:

“Telefonisch contact met [C], wijkverpleegkundige Careyn, […] d.d.

6 september 2022

Vragen:

1. Volgens informatie wijkagent heeft Careyn de zorg overgenomen. Wanneer is

dit gestart? NB. Ik zie een declaratie vanaf 19 juli 2022 voor [bejaarde heer] voor 1,1

uur zorg per dag oftewel 7- 8 uur per week. [EISERES 1] declareerde in mei nog 2,66 per

dag oftewel 18,66 uur per week. Voor [bejaarde vrouw] ging het bij [EISERES 1] om ruim 3 uur

zorg per dag oftewel ongeveer 22 uur zorg per week.

Er is tijdelijk een andere aanbieder ingezet, Zorgfront. Daarna is Careyn via de POH

ingezet. Careyn is inderdaad vanaf 19 juli ingezet. De eerste intake is dooreen

collega gedaan.

2 Wat was de eerste indruk van Careyn na de start van de zorg? Wat hebben de

heer en [bejaarde vrouw] verteld over de vorige zorgaanbieder?

Het echtpaar was zwaar ondervoed. Beiden waren ook wat vervuild. Dhr. is wat

psychotisch en wanen en achterdocht. Niet duidelijk is of dat komt door [EISERES 1] of door

dhr. zelf. De GGZ is nauw betrokken. Wilde dhr. vorige week opnemen, maar dhr.

wilde dat niet. Zijn nu bezig met het wijzigen van de medicatie. Veel problematiek

rondom voeding. Willen niet zo veel, maar als je het klaar zet dan wel. Soms mag je

het niet maken, maar als je het dan toch doet eten ze het wel op. Zijn soms wat

claimend. Bieden wel hulp bij ADL, maar liggen groot van de dag op bed en blijven in

pyjama. Douchen twee keer per week op woensdag en zaterdag. Andere dagen

alleen korte wasbeurt onderkant. Dhr. laat niet alles toe, mw. wel. Mw. is niet bekend

bij psychiater, maar laat af en toe ook raar gedrag zien. Dhr. heeft baxterrol en mw.

heeft geen medicatie.

Voor mw. is Wlz indicatie aangevraagd door [EISERES 1]. Voor Careyn is dit niet nodig.

Het echtpaar heeft niets verteld over welke zorg [EISERES 1] heeft geboden. Zijn niet heel

helder volgens de wijkverpleegkundige. Dhr. fluistert veel en herhaalt heel vaak

dezelfde zinnen. Het gaat hier niet goed. Met mw. is een beter gesprek te voeren,

maar is ook bijzonder.

Careyn heeft alleen iets gehoord over [EISERES 1] via de POH en heeft een journaal van de

huisarts gekregen waar daar iets over staat.

3. Is er inmiddels een indicatie gesteld voor [bejaarde heer] en een zorgplan voor

mw. (= Wlz)? Zo ja, kunnen wij deze zorgplannen ontvangen?

Gaat de zorgplannen mailen naar documentenwijkverpleging@dsw.nl

4 Welke zorg wordt er nu geboden door Careyn?

In de ochtend en in de avond. Op woensdagen en zaterdagen 40 minuten per

persoon en overige dagen 20 minuten per persoon in de ochtend. In de avond gaat

het om 15 minuten per persoon.

5 Hoe schat Careyn nu de situatie in? Is er nog sprake van een verantwoorde

situatie?

Mw. is wel valgevaarlijk. Het is geen normale situatie en eigenlijk zou een opname

beter zijn, maar het echtpaar wil dat niet. Het is niet zinvol om meer zorgmomenten

in te zetten, volgens de wijkverpleegkundige.

6. Weet Careyn of het echtpaar nog in contact staat met [eiseres 2] [eiseres 2]?

Weet [E] niet. Er maandelijks overleg met de huisarts. Het [echtpaar]

is ook besproken. Er komt dagelijks een kennis, genaamd [D], voor

hand- en spandiensten.”

2.18.

Op 21 september 2021 heeft een medewerker van DSW telefonisch contact gehad met een medewerker van het wijkteam. Van dit telefoongesprek is een verslag gemaakt, dat als volgt luidt – aangehaald voor zover relevant:

Verslag telefonisch gesprek d.d. 22 september 2022 Wijkteam Vlaardingen – DSW

Op 22 september jl. heeft DSW telefonisch contact gehad met het Wijkteam Vlaardingen

inzake [eiseres 1] en de zorg die zou zijn geleverd aan de heer en

[bejaarde vrouw], cliënt bij het Wijkteam en tevens verzekerd bij DSW. Tijdens dit

telefoongesprek is door het Wijkteam het volgende verklaard.

Met betrekking de zorginzet

Het Wijkteam is bekend geworden dat mevrouw [eiseres 2] veel zorg leverde en ook

voornemens was te blijven leveren aan de heer en [bejaarde vrouw], het zou gaan om

circa 6 uur per dag. Tijdens de MDO's, waar naast diverse zorgverleners zowel mevrouw

[eiseres 2] namens [eiseres 1] als het Wijkteam aan deelnam, is

meermaals aan mevrouw [eiseres 2] gevraagd hoe zij dacht het aantal zorguren te kunnen

verantwoorden, aangezien de situatie al wel heel ernstig moet zijn om bijvoorbeeld vier

zorgmomenten per dag te kunnen inzetten. Hierop heeft mevrouw [eiseres 2] aangegeven

dat [bejaarde heer] psychotisch is en dat er ten aanzien van [bejaarde vrouw], die zwaar

ondervoed was, sprake was val- en verslikkingsgevaar, zodat beiden continu zorg nodig

zouden hebben. Volgens mevrouw [eiseres 2] zou de noodzaak voor het aantal uren zorg

voldoende uit het door haar opgestelde zorgplan blijken.

De huisarts heeft aan het wijkteam gemeld dat mevrouw [eiseres 2] heeft getracht een

palliatieve indicatie te verkrijgen ten behoeve van het echtpaar, hetgeen een mogelijkheid

zou bieden om veel uren zorg per dag te indiceren. De huisarts vond dit echter niet aan

de orde en heeft deze indicatie daarom ook niet afgegeven.

Mevrouw [eiseres 2] heeft voorts aan het Wijkteam verklaard dat zij ermee bekend was dat

DSW niet alle uren zorg zou vergoeden en dat een deel van de kosten derhalve zelf bij het

echtpaar in rekening zou worden gebracht. Dit zou met de familie van het echtpaar zijn

besproken, daar zij hier zelf niet toe in staat zouden zijn.

Aanwezigheid [eiseres 1] / mevrouw [eiseres 2] bij het echtpaar

Er was veelvuldig een medewerker van [eiseres 1] aanwezig bij het

echtpaar. In eerste instantie was er iemand van `s morgens circa 10:30 uur tot 's avonds

circa 20:00 uur.

Later was [eiseres 1] in mindere mate aanwezig bij het echtpaar.

Toen kwam er vaak een medewerker rond 11:00 / 11:30 uur en die bleef dan tot circa

14:00 uur. Rond 17:00 uur kwam er dan opnieuw een medewerker voor het geven van de

maaltijd en het toedienen van medicatie. Het is bij het Wijkteam niet bekend vanaf

wanneer [eiseres 1] niet meer aaneengesloten bij het echtpaar

aanwezig was.

Mevrouw [eiseres 2] heeft aangegeven dat ze zelf veel aanwezig was bij het echtpaar. Later

kwamen er ook andere medewerkers namens [eiseres 1] Zowel een

goede vriendin van het echtpaar als een medewerker van GGZ Delfland, die eveneens bij

de zorg voor het echtpaar was betrokken, hebben bij een bezoek aan het echtpaar een medewerker van [eiseres 1] aangetroffen. In beide gevallen werd door de medewerker aangegeven dat er niemand mocht worden binnengelaten vanwege strikte orders van mevrouw [eiseres 2].

Bejegening echtpaar door [eiseres 1] / mevrouw [eiseres 2]

Dat het echtpaar geen bezoek duldde, is volgens het Wijkteam voor een deel van de [bejaarde heer]

zelf afkomstig, vanwege zijn psychose. Bij het eerste bezoek van het Wijkteam

heeft hij hen namelijk ook verzocht te vertrekken. [bejaarde vrouw] vertelde het Wijkteam

dat mevrouw [eiseres 2] bij het echtpaar heeft aangegeven dat er bezoek kwam om een van

hen te laten opnemen, waardoor de ander alleen zou achterblijven.

Daarnaast heeft het Wijkteam ook eigen ervaringen met betrekking tot de wijze waarop

[eiseres 1] en meer in het bijzonder mevrouw [eiseres 2] het echtpaar

bejegende. Het Wijkteam gaf aan dat tijdens een gesprek dat het Wijkteam voerde met

het echtpaar, zij steeds angstig naar mevrouw [eiseres 2] keken, waarop het echtpaar

verklaarde dat het allemaal wel goed met ze ging. Een ander voorbeeld dat het Wijkteam

aanhaalde is dat [bejaarde heer] tijdens een gesprek zijn voeten op tafel wilde leggen,

waarna mevrouw [eiseres 2] hem op onvriendelijke toon sommeerde om zijn voeten weer

van tafel te halen.

De huisarts vertelde aan het wijkteam dat er naar aanleiding van een MDO een

opnameplek geregeld was voor [bejaarde vrouw], nadat zij hier zelf mee had ingestemd.

Mevrouw [eiseres 2] heeft daarna met het echtpaar gesproken. [bejaarde vrouw] verklaarde

vervolgens desgevraagd aan de huisarts herhaaldelijk het volgende: "ik ben wilsbekwaam

en ik mag zelf bepalen wat ik wil en ik wil niet worden opgenomen". Sindsdien werd er

ook geen enkel bezoek meer geduld door het echtpaar.

Toen de wijkagent mevrouw [eiseres 2] de toegang tot het echtpaar had ontzegd, heeft

[bejaarde vrouw] nog het een en ander verklaard aan zowel de wijkagent als het

Wijkteam. Mevrouw verklaarde heel bang te zijn geweest. Ze verklaarde zelf veel op bed

te hebben gelegen en dat als haar man er dan bij wilde komen, dat mevrouw [eiseres 2] dat

dan bijvoorbeeld niet zou toestaan omdat hij de afwas nog niet, of niet netjes genoeg,

heeft gedaan. [bejaarde heer] was verbaal agressief en zou dan als straf soms niet bij

zijn vrouw mogen slapen. [bejaarde vrouw] gaf ook aan bijvoorbeeld het volgende tegen

haar man te zeggen: "[voornaam bejaarde heer], houd je mond. Straks als ze weg is, dan mag je weer wat zeggen. We moeten stil zijn".

Met betrekking tot bewind

Het Wijkteam was voornemens om bewindvoering aan te vragen ten behoeve van het

echtpaar en had hiervoor ook al een bewindvoerder, een voor hen bekende en betrouwbare

partij, benaderd. Mevrouw [eiseres 2] gaf echter aan dit niet nodig te vinden. Later heeft het

Wijkteam vernomen dat mevrouw [eiseres 2] zélf een bewindvoerder heeft ingeschakeld voor

het echtpaar, een voor het Wijkteam onbekende partij.

Andere cliënten

Het Wijkteam heeft vernomen van de WMO dat mevrouw [eiseres 2] bij in ieder geval nog

één andere cliënt zorg levert vanuit de WMO. Voor zover het Wijkteam bekend zijn er daar

tot dusver echter geen opvallendheden geconstateerd.

Overig

Het Wijkteam heeft ervaren dat mevrouw [eiseres 2] wel zorgt voor de boodschappen en de

maaltijden bij het echtpaar, wat moeizamer ging voor het echtpaar toen [eiseres 1]met de zorg is gestopt. Mevrouw [eiseres 2] doet over iedereen die tegengas geeft een klacht in dienen; dit is bijvoorbeeld het geval geweest bij de psychiater, de huisarts en de praktijkverpleegkundige.

In aanvulling op het voorgaande heeft het Wijkteam nog van de politie vernomen dat

mevrouw [eiseres 2] zou hebben beschikt over de bankpassen van het echtpaar. Niet de

bankpassen van de bankrekening die via het bewind is geopend, maar de bankpassen van

het echtpaar zelf.”

2.19.

Op 27 september 2022 heeft een medewerker van DSW telefonisch contact gehad met [D], een vriendin van het echtpaar. Van dit telefoongesprek is een verslag opgemaakt, dat – aangehaald voor zover relevant – als volgt luidt:

“Gespreksverslag van telefoongesprek tussen DSW en [D], hierna SS (vriendin

fam.[van echtpaar]) […]

Wat zijn uw ervaringen met [EISERES 1]?

SS: ik heb ze van begin af aan meegemaakt, in het begin was ze heel aardig, dan is ze

innemend. Maar zodra ik naar huis toe ging, dan deed ze heel anders tegen het echtpaar.

Ze had geen geduld, als dhr. nee zei tegen het douchen dan kreeg hij een teiltje water

over zich heen. Ze zat in de laatjes, maakte foto's van dingen. Op een gegeven moment

had ik iemand laten komen voor de belasting, maar toen pakte ze het formulier en toen

dacht ik nog: wat moet zij er nou mee, met de bedragen die ze bezaten. Onder dwang

liet ze [bejaarde heer], die erg verward was, dingen tekenen. toen is het helemaal fout

gegaan. Ze heeft bijvoorbeeld een bewindvoerder ingeschakeld, ik denk een bekende

van haar. Op een gegeven moment mocht ik er niet meer in, dan had ze een vrouwtje

ingehuurd die een paar uurtjes kwam oppassen, maar die waren ook bang. [bejaarde vrouw]

vroeg me dan ook om weg te gaan omdat anders die mevrouw `op haar duvel'

zou krijgen. Ik heb gevraagd wie ze was, toen zei ze van Humanitas. Later zei ze: nee ik

wordt 100% vergoed door DSW, net als een huisarts. Toen dacht ik dat er iets niet

klopte. Alle moeite die ik voor ze deed werd afgewimpeld door [EISERES 1]. Van [bejaarde heer]

kan ik dat nog begrijpen, want die is in de war. Als ik er was, deed [eiseres 2] heel lief en

aardig.

Start thuiszorg

Ik was in het begin overal bij, bij het echtpaar. Ik was er bij als de psychiater kwam, ik

heb ze uit het ziekenhuis gehaald. Dat was rond 10:45. De volgende dag zou [eiseres 2]

komen. Ze gaven in het ziekenhuis aan dat ze van Humanitas was. Later bleek dat niet

zo, maar van DSW. De eerste dag ging het perfect en was ze heel aardig. [bejaarde vrouw]

had haar bedenkingen al, haar eerste indruk was goed. Ik weet niet waarom ze

haar bedenkingen had, dat was een voorgevoel. Toen ben ik een paar weken niet

geweest. Als ik er kwam, waren die mensen als de dood. Dat zei ze niet steeds. Als ik

[bejaarde vrouw] er naar vroeg, dan zei ze: je kent haar ([eiseres 2]) niet.

Aanwezigheid [EISERES 1] bij echtpaar

In het begin was ze er een paar uurtjes en dan ging ze tussen de middag weg. Tegen de

avond voor het avondeten kwam ze dan weer terug, om eten klaar te maken. Daarom

maakte ze een goede indruk. Maar ze was er niet heel de dag, dat was op het laatst pas.

Dan huurde ze dames in, die laten niks los, maar die waren ook bang. Ik denk dat ze in

het begin 4 of 5 uur kwam bij het echtpaar. Ik weet echt niet van wanneer tot wanneer.

Ik was vaak heel lang bij het echtpaar, ook omdat ze heel bang waren.

Op een gegeven moment mocht ik er niet meer naar binnen. Dat was juist op het moment

dat ik op vakantie ging, dus toen heb ik het maar even gelaten. Toen heb ik de draad

weer opgepakt, ik wilde me niet laten wegsturen. [eiseres 2] beweert dat dit niet zo is. We

hebben wel eens een gesprek gehad met een dokter. Dan was ik de contactpersoon,

maar dat is ze zelf geworden.

Was u wel eens aanwezig bij het echtpaar dat er niemand was van de thuiszorg?

SS: ja hoor, ook wel. Dat was ook verschillend. Dan ineens ging ze weer weg. Ze

kwamen rond 10:00 / 10:30. Als er iemand moest komen zoals de psychiater, dan was

ze er iets eerder. Dan ging ze tussen de middag weer weg. Dan kwam ze rond 16:00 uur

of 17:00 uur weer weg. Dat was verschillend. Ik was er zelf ook op verschillende tijden.

Maar ik weet wel dat ze er vaak niet was als ik er wel was.

Ik denk dat het vanaf 1 juni ongeveer is veranderd. Toen had ze die dames ingehuurd

om op ze te letten. Ik weet niet precies van wanneer tot wanneer. 's Avonds ging ik niet

naar het echtpaar, dan waag ik me niet op straat. De ene keer was ik er een uur of

11:00, daarna tussen de middag, zodat ik ze met eten kan helpen. Zij ([eiseres 2]) ging

ook vaak weg als ik kwam.

Hoeveel medewerkers heeft u gezien van [EISERES 1]?

Het zijn volgens mij oproepkrachten. Ik denk dat ik er een stuk of 4 of 5 heb gezien. De

andere kwamen dan niet meer terug omdat het allemaal niet meer goed ging. Ik denk

eerder 4 dan 5. Ik weet geen namen, ze hadden allemaal aparte namen.

Is u bekend dat echtpaar uit eigen middelen zorg zou hebben ingekocht?

Ik weet zeker dat ze dat niet gedaan hebben. [eiseres 2] heeft [bejaarde heer] steeds

gerustgesteld dat DSW alles zou betalen. [bejaarde heer] gaf aan dat hij het allemaal niet

kon betalen. Dan zei [eiseres 2]: [voornaam bejaarde heer], dat kost je niks, dat betaalt DSW allemaal. Ze dreigde ook met dingen als: anders moet je naar het tehuis en dan krijg je het niet zo

goed als je het hier hebt. Als de psychiater kwam dan deden ze allebei zo hun best om

normaal over te komen, meer dan ze waren. Dan zei [eiseres 2] na afloop: goed zo, anders

zit ik zonder werk. Dit heeft ze in bijzijn van [D] gezegd.

Echtpaar heeft dingen moeten ondertekenen, daar was ik dan niet bij. Dat ging niet

vriendelijk. Dat ging op een toon van: dat moet je zetten [voornaam behaarde heer], want dat heb ik nodig anders krijg ik geen geld.

Incident met huisarts

Toen [eiseres 2] bij echtpaar was, kwam de huisarts. Die kwam vragen of ze opgenomen

wilde worden. Dat wist ze dan, toen zei ze dat ze de huisarts er niet in moesten laten.

Huisarts is toch binnengelaten, maar [bejaarde heer] heeft huisarts toen weer buiten gezet.

[eiseres 2] vond dat prachtig. Wij hadden die dag met [eiseres 2] bij de huisarts, toen kwam

ze later aan en nam ze me apart. Toen zei ze: [voornaam bejaarde heer] heeft die huisarts eruit gezet. Ik vroeg hoe ze dat wist. Zegt ze: ja ik zat in het kamertje bij hen. Dus ze had alles

gehoord / afgeluisterd. Dus ik zei tegen haar: ik vind dat je dat tegen die arts moet

zeggen. Dat heeft ze toen gedaan. Assistent en de arts keken elkaar toen aan van hoe

weet jij dat nou.

Heeft u mw. [eiseres 2] wel eens aangesproken op dergelijke zaken?

Ik wil me er niet helemaal in verdiepen. Ik heb tegen haar wel gezegd dat het niet de

manier was, maar verder ga ik me er niet mee bemoeien. Dan maakte ze er een soort

geintje van. Tegen mij was [eiseres 2] heel aardig.

Contact met familie echtpaar?

Zwager regelt veel, maar zit in Spanje. Is overal van op de hoogte. Nu is er een neef

opgedoken, want die kreeg ook geen contact meer. Die staat me nou ook een beetje bij.

Andere opvallende zaken?

Er is te weinig hulp. Echtpaar ligt alleen op bed. Twee keer heel vlug verzorging, twee

keer per week onder de douche. [bejaarde heer] zegt ook steeds nee overal op, dan gaat

het ook niet goed. Huishoudelijke hulp heeft heel lang geduurd, waar hebben ze dat aan

verdiend. Ze krijgen nu zorg om medicijnen te geven en eten in de magnetron en dan

gaan ze weer weg. Begrijp het wel in verband met personeelstekort. Maar ik heb

overdag wel eens meegemaakt dat ze (echtpaar) elkaar moeten helpen, maar dat kan

eigenlijk niet meer. In een tehuis hadden ze het beter gehad, maar dat willen ze niet.

Aanvullende vragen is ze graag bereid te beantwoorden.

Ze is huiverig om gespreksverslag te ondertekenen, ze is bang voor problemen. Ze

vertrouwt [eiseres 2] voor geen cent en is bang dat ze ineens voor de deur staat.”

2.20.

In november 2022 heeft DSW haar onderzoek afgerond. Vervolgens heeft zij haar bevindingen bij brief van 30 november 2022 medegedeeld aan de advocaat van [EISERES 1]. Kort gezegd waren deze bevindingen:

- dat het niet aannemelijk is dat de door [EISERES 1] bij DSW gedeclareerde zorg in de volle omvang noodzakelijk was geweest en evenmin dat deze conform het zorgplan is

geleverd,

  • -

    dat de door [EISERES 1] aangeleverde documentatie niet authentiek kan zijn, met als voorbeeld daarvan dat vaststaat dat [EISERES 1] niet dagelijks onafgebroken van 11:00 tot 19:00 uur aanwezig was geweest bij het echtpaar,

  • -

    dat DSW onverminderd ernstige zorgen had over de kwaliteit van de door

[EISERES 1] gedeclareerde zorg, temeer omdat inmiddels diverse professionele partijen hadden geconstateerd dat er sprake was geweest van verwaarlozing van het echtpaar, met als voorbeelden de ongepast sturende rol van [EISERES 1] ten aanzien van de inrichting van de

behandeling van het echtpaar, het door [EISERES 1] op eigen initiatief aanpassen van de voorgeschreven medicatie en het feit dat [EISERES 1] meermaals een storende factor was gebleken in de doorgang van (poliklinische) behandelingen,

- dat [EISERES 1] heeft het echtpaar onbehoorlijk had bejegend door hen bijvoorbeeld te

isoleren en te dreigen met opname indien zij niet handelden conform de wens van

mevrouw [eiseres 2], en

- dat uit diverse omstandigheden was gebleken dat [EISERES 1], en meer in het bijzonder [eiseres 2], had gehandeld met als doel een financieel voordeel te behalen.

2.21.

Zoals aangekondigd in haar brief van 30 november 2022 heeft DSW de gegevens van [EISERES 1] en [eiseres 2] op die datum opgenomen in haar incidentenregister en in het Extern Verwijzingsregister (EVR), dat beheerd wordt door de Stichting Centraal Informatiesysteem (CIS).

2.22.

Op 10 januari 2023 heeft DSW een klacht ontvangen van [EISERES 1] naar aanleiding van vragen die door een verslaggever van dagblad [dagblad] waren gesteld aan [eiseres 2]. Volgens [EISERES 1] zou er sprake zijn van een datalek.

2.23.

Op [datum] is in [dagblad] een artikel verschenen over de zaak.

2.24.

De hiervoor in 2.21 genoemde registraties zijn als resultaat van overleg tussen partijen op 3 maart 2023 door DSW (voorlopig) ongedaan gemaakt.

3 Het geschil

in conventie

3.1. [

EISERES 1] c.s. vorderen dat de rechtbank, voor zover mogelijk bij uitvoerbaar bij voorraad:

I. voor recht verklaart dat DSW onrechtmatig jegens [EISERES 1] c.s. heeft gehandeld;

II. DSW veroordeelt tot betaling aan [EISERES 1] c.s. van € 142.603,12 wegens gederfde omzet, althans een in goede justitie te bepalen bedrag, althans een nader bij staat op te maken vergoeding van de eisers geleden schade, te vermeerderen met de wettelijke rente;

III. DSW veroordeelt tot betaling aan [EISERES 1] c.s. van € 511.718,40 wegens gederfde omzet, althans een in goede justitie te bepalen bedrag, althans een nader bij staat op te maken vergoeding van geleden schade aan misgelopen omzet, rekening houdend met de groei van de onderneming van [EISERES 1] c.s., te vermeerderen met de wettelijke rente;

IV. DSW veroordeelt tot betaling aan [EISERES 1] c.s. van € 30.000,-- wegens aantasting van de eer en goede naam van [EISERES 1] c.s. ieder voor de onverdeelde helft, althans een in goede justitie te bepalen bedrag, ter vergoeding van de door [EISERES 1] c.s. geleden schade, te vermeerderen met de wettelijke rente;

V. DSW gebiedt om binnen een week na betekening van het in dezen te wijzen vonnis over te gaan tot het volledig (doen laten) verwijderen van de (persoons)gegevens van [EISERES 1] c.s. uit het intern incidentenregister en eventuele andere (fraude)registers zonder zichtbare historische aantekening, dan wel DSW gebiedt medewerking te verlenen die harerzijds noodzakelijk is ter verwijdering van de bedoelde persoonsgegevens in het register, op straffe van een dwangsom van € 1.000,-- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat DSW daarmee in gebreke blijft;

VI. DSW gebiedt om direct medewerking te verlenen om de diensten van [EISERES 1] c.s. weer op de reguliere wijze te vergoeden, op straffe van een dwangsom van € 1.000,-- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat DSW daarmee in gebreke blijft;

VII. DSW gebiedt om een rectificatie te sturen aan alle (rechts)personen aan wie DSW een mededeling heeft gedaan waaruit afgeleid kan worden dat [EISERES 1] c.s. zich schuldig hebben gemaakt of betrokken zijn bij fraude en/of zorgverwaarlozing, onder gelijke toezending van een afschrift aan de advocaat van [EISERES 1] c.s., op straffe van een dwangsom van € 1.000,-- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat DSW daarmee in gebreke blijft;

VIII. DSW primair veroordeelt in de volledige proceskosten van [EISERES 1] c.s., zoals nader door [EISERES 1] c.s. gespecificeerd, dan wel DSW subsidiair veroordeelt in de forfaitaire kosten van deze procedure, met in beide gevallen bepaling dat, als deze kosten niet binnen veertien dagen na de dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis worden voldaan, daarover vanaf de vijftiende dag na dagtekening van het in deze te wijzen vonnis wettelijke rente is verschuldigd is;

IX. DSW veroordeelt in de nakosten, met bepaling dat, als deze kosten niet binnen veertien dagen na de dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis worden voldaan, daarover vanaf de vijftiende dag na dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis wettelijke rente is verschuldigd.

3.2.

DSW voert verweer en concludeert tot ontzegging aan [EISERES 1] c.s. van hun vorderingen, met veroordeling van eisers bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis in de proceskosten en de nakosten.

3.3.

Op de stellingen van partijen wordt hierna bij de beoordeling, voor zover van belang, nader ingegaan.

in reconventie

3.4.

DSW vordert dat de rechtbank, voor zover mogelijk bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:

I. voor recht verklaart dat DSW op grond van het Protocol lncidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen gerechtigd is [EISERES 1] c.s. te registeren in haar incidentenregister alsmede in het Extern Verwijzingsregister van de Stichting CIS;

II. [EISERES 1] veroordeelt tot betaling aan DSW van € 20.356,64, althans een bedrag door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;

III. [EISERES 1] c.s. hoofdelijk veroordeelt, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, in de proceskosten en de zogeheten nakosten, te voldoen binnen veertien dagen, dan wel binnen een door de rechtbank te bepalen termijn, na dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW.

3.5. [

EISERES 1] c.s. voeren verweer en concluderen tot afwijzing van de vorderingen van DSW, met veroordeling van DSW, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, in de volledige proceskosten en de nakosten van [EISERES 1] c.s.

3.6.

Op de stellingen van partijen wordt hierna bij de beoordeling, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling

in conventie

4.1.

Aan hun vorderingen leggen [EISERES 1] c.s. – samengevat – het volgende ten grondslag.

DSW heeft onrechtmatig gehandeld jegens [EISERES 1] c.s. Het onrechtmatig handelen van DSW is enerzijds gelegen in het opvoeren van [EISERES 1] c.s. in het Externe Verwijzingsregister zonder deugdelijke gronden, althans in de niet deugdelijk onderbouwde zware beschuldigingen die DSW ten grondslag legt aan die registratie. Anderzijds heeft DSW op onrechtmatige wijze actief bijgedragen aan het artikel in [dagblad] en heeft DSW daarbij op onrechtmatige wijze persoonsgegevens en bedrijfsgevoelige informatie over [EISERES 1] verschaft aan [dagblad]. Als gevolg van een en ander hebben [EISERES 1] c.s. materiële schade geleden in de vorm van gederfde inkomsten en immateriële schade.

4.2.

DSW betwist dat zij onrechtmatig heeft gehandeld jegens [EISERES 1] c.s. Daarnaast voert DSW op het punt van de registratie in het Externe Verwijzingsregister subsidiair het verweer dat het causaal verband ontbreekt tussen de gestelde schade en het onrechtmatig handelen van DSW en meer subsidiair het verweer dat de omvang van de gestelde schade niet vaststaat. Wat betreft het artikel in [dagblad] voert DSW subsidiair het verweer dat, voor zover sprake is van schending van de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming), niet voldaan is aan het relativiteitsvereiste van artikel 6:163 BW en meer subsidiair bovengenoemd verweer van het ontbreken van het causaal verband tussen de gestelde schade en het onrechtmatig handelen van DSW.

4.3.

De rechtbank oordeelt als volgt. Het is gerechtvaardigd om op basis van de hiervoor in 2.4-2.19 genoemde verklaringen die DSW heeft ingebracht en de verslagen van haar eigen bevindingen, alles in onderlinge samenhang bezien, te concluderen dat [EISERES 1], handelend via [eiseres 2], aan het echtpaar, verzekerden van DSW, niet de zorg heeft verleend die zij had behoren te verlenen. [eiseres 2] heeft het echtpaar niet correct behandeld. Haar handelen heeft tot gevolg gehad dat het echtpaar werd geïsoleerd. Vrij contact hebben met familieleden en een goede kennis/vriendin werd door [eiseres 2] vaak bemoeilijkt of onmogelijk gemaakt. Hetzelfde geldt voor toegang van andere professionele hulpverleners tot het echtpaar. [eiseres 2] maakte daarbij misbruik van de kwetsbare toestand waarin het echtpaar verkeerde. [eiseres 2] gebruikte de angst van het echtpaar om uit elkaar te worden gehaald om hen ertoe te bewegen te handelen zoals zij wenste. Professionals die trachtten om goede zorg te verlenen en om op te komen voor de belangen van het echtpaar werden door [eiseres 2] geïntimideerd, zowel verbaal als met brieven op hoge poten en ingediende klachten. Dat het echtpaar zelf de wens had om bij elkaar te blijven, vormt geen rechtvaardiging voor de wijze waarop [eiseres 2] invulling heeft gegeven aan haar professionele handelen.

4.4.

Ook de verantwoording van de hoeveelheid zorg die [EISERES 1] c.s. zou hebben verleend is ondeugdelijk. [EISERES 1] c.s. hebben zich erop beroepen dat het echtpaar steeds heeft getekend voor de aanwezigheid van de medewerkers van [EISERES 1] op de door [EISERES 1] c.s. opgegeven data en tijdvakken. DSW heeft dat gemotiveerd betwist. Zij heeft er ter zitting op gewezen dat de handtekeningen onder alle formulieren identiek zijn (productie 26 bij dagvaarding). De enige verklaring daarvoor is in de visie van DSW dat de handtekening niet onder ieder apart formulier is geplaatst, maar is vervalst, bijvoorbeeld door een formulier met handtekening te kopiëren en vervolgens in te vullen. DSW heeft hiervan ter mondelinge behandeling bewijs aangeboden door een deskundigenbericht van een schriftexpert. [EISERES 1] c.s. hebben hier niet op gereageerd. De rechtbank heeft geen behoefte aan deskundige voorlichting op dit punt. Eenvoudige vergelijking van de handtekeningen onder de formulieren leidt al tot de onontkoombare conclusie dat inderdaad sprake is van een identieke handtekening onder diverse formulieren. Ondenkbaar is dat die handtekening op verschillende momenten op de verschillende formulieren steeds op die identieke wijze is geplaatst. De rechtbank neemt op grond van het voorgaande dan ook als vaststaand aan dat de aanwezigheidslijsten door [EISERES 1] zijn voorzien van een valse handtekening.

4.5.

Voor het handelen van [EISERES 1] en [eiseres 2] ziet de rechtbank geen andere plausibele verklaring dan beoogd financieel gewin. Dat wordt ondersteund door verschillende feiten. [eiseres 2] heeft als verpleegkundige in haar zorgplannen met betrekking tot het echtpaar onverklaarbaar veel meer uren geïndiceerd dan andere verpleegkundigen. [EISERES 1] c.s. hebben uren voor verleende zorg geschreven op tijden dat noch zij noch door hen ingeschakelde derden bij het echtpaar aanwezig was/waren. [eiseres 2] heeft op diverse wijzen getracht de aantallen te declareren uren verder uit te breiden. Bijvoorbeeld door (tevergeefs) te trachten een palliatief-verklaring te verkrijgen en een PGB aan te (laten) vragen. Uiteindelijk heeft [EISERES 1] ook niet te rechtvaardigen aantallen uren tegen niet te rechtvaardigen tarieven als particulier verleende zorg aan het echtpaar in rekening gebracht, daar waar [eiseres 2] het echtpaar steeds heeft voorgehouden dat de te verlenen zorg volledig door DSW zou worden vergoed.

4.6.

Gelet op de ernstige signalen die DSW ontving en op de aard en ernst van de bevindingen naar aanleiding van terecht door haar verricht onderzoek heeft DSW correct gehandeld. Daarbij heeft DSW de proportionaliteit correct in acht genomen. Het handelen van [EISERES 1] c.s. jegens het echtpaar was uiterst onprofessioneel en maatschappelijk zeer ongewenst. Tegen die achtergrond was DSW gehouden om snel in te grijpen en hoefde zij niet terughoudender te reageren dan zij heeft gedaan. Dat [EISERES 1] c.s. aanzienlijke schade zouden kunnen lijden als gevolg van de reactie van DSW maakt dat niet anders.

4.7. [

EISERES 1] c.s. hebben niet (gemotiveerd) weersproken, zodat is vast komen te staan

  • -

    i) dat DSW pas is overgegaan tot het geven van inzage aan [dagblad] in gegevens met betrekking tot het echtpaar nadat zij het echtpaar daarvoor om toestemming had gevraagd en die toestemming had verkregen, en

  • -

    ii) dat de journalist van [dagblad] die het artikel heeft geschreven voor het schrijven van zijn artikel een groot aantal andere bronnen heeft geraadpleegd dan uitsluitend van DSW ontvangen informatie, zodat alleen al om die reden niet gezegd kan worden dat DSW de (gehele) inhoud van het artikel heeft bepaald.

4.8.

Voor de inhoud van het artikel zijn [dagblad] en de journalistverantwoordelijk, niet DSW. Ook op het punt van het in [dagblad] verschenen artikel is dus geen sprake van onrechtmatig handelen van DSW jegens [EISERES 1] c.s.

4.9.

De vorderingen van [EISERES 1] c.s. zullen dan ook worden afgewezen.

4.10.

Als de in het ongelijk gestelde partij zullen [EISERES 1] c.s. in de proceskosten worden veroordeeld.

4.11.

De kosten aan de zijde van DSW worden tot aan deze uitspraak begroot op:

griffierecht € 5.737,00

salaris advocaat € 6.826,00 (2 punten in liquidatietarief VII)

nakosten € 173,00 (plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)

Totaal € 12.736,00.

4.12.

De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten zal worden toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

in reconventie

4.13.

DSW heeft twee (hoofd)vorderingen ingesteld.

4.13.1.

Aan de door haar gevorderde verklaring voor recht inzake de opname van de gegevens van [EISERES 1] en [eiseres 2] in haar incidentenregister en in het Extern Verwijzingsregister (zie hierboven onder I. van 3.4) legt DSW het volgende ten grondslag. [EISERES 1] en (de facto) [eiseres 2] hebben declaraties aan DSW verzonden waarvan zij wisten, althans behoorden te weten, dat die niet voor vergoeding in aanmerking kwamen. Bovendien – nog belangrijker eigenlijk – hebben zij inadequate zorg verleend aan het echtpaar, verzekerden van DSW. Er is dan ook voldaan aan de voorwaarden van artikel 5.2.1 van het Protocol lncidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen

voor vastlegging van hun gegevens in het Extern verwijzingsregister. Het handelen van [EISERES 1] en [eiseres 2] vormt immers een risico voor zowel DSW als haar verzekerden (en tevens voor andere verzekeraars en hun verzekerden). Opname van de gegevens van [EISERES 1] en [eiseres 2] in het Extern verwijzingsregister is dan ook gerechtvaardigd.

4.13.2.

Voor de stellingen die DSW ten grondslag legt aan de door haar gevorderde betaling van (primair) € 20.356,64 (zie hierboven onder II. van 3.4) verwijst de rechtbank naar de beoordeling van deze vordering hieronder in r.o. 4.18-4.22.

4.14.

Ten aanzien van de gevorderde verklaring voor recht voeren [EISERES 1] c.s. als verweer dat – samengevat – niet is voldaan aan de voorwaarden van artikel 5.2.1 van het Protocol lncidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen voor vastlegging van hun gegevens in het Extern verwijzingsregister. Tegen de betalingsvordering voeren [EISERES 1] c.s. ook verweer.

4.15.

DSW, zo is niet in geschil, is (via de brancheorganisatie Zorgverzekeraars Nederland (ZN)) gebonden aan het Protocol lncidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen (hierna: PiFi).

4.15.1.

Het PiFi heeft betrekking op twee verschillende registers, het incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister (EVR).

4.15.2.

Het incidentenregister is als volgt omschreven in het PiFi:

de gegevensverzameling(en) van de Deelnemer, waarin gegevens zijn vastgelegd voor het in artikel 4.1.1 Protocol genoemde doel, naar aanleiding van of betrekking hebbend op een (mogelijk) Incident.

4.15.3.

Het Extern Verwijzingsregister is als volgt omschreven in het PiFi:

de deelverzameling van het Incidentenregister van de betreffende Deelnemer, welke uitsluitend Verwijzingsgegevens bevat met betrekking tot (rechts)personen en welke bestemd is voor gebruik door (de Organisaties van) alle Deelnemers.

4.15.4.

Met betrekking tot het incidentenregister is in artikel 4.1 PiFi het volgende bepaald:

4.16.

Met betrekking tot het Extern Verwijzingsregister is in de artikelen 5.1 en 5.2 PiFi het volgende bepaald:

4.17.

Gelet op hetgeen hiervoor in conventie in r.o. 4.3-4.6 is overwogen, is voldaan aan de voorwaarden die in deze artikelen van het PiFi worden gesteld aan de vastlegging van gegevens in het incidentenregister van DSW en in het Extern Verwijzingsregister. De gevorderde verklaring voor recht zal dan ook worden toegewezen.

4.18.

Haar betalingsvordering heeft DSW heel specifiek gegrond op onverschuldigde betaling. Aan die vordering heeft DSW – zonder aankondiging vooraf – ter zitting een andere feitelijke en juridische grondslag willen toevoegen. Zij heeft alsnog erkend dat de declaraties door de bewindvoerder van het echtpaar bij DSW zijn ingediend en door DSW aan de bewindvoerder zijn betaald, en dat dus niet, zoals zij eerder meende, op basis van cessie is betaald aan [EISERES 1]. DSW voert nu aan dat het echtpaar een vordering op [EISERES 1] heeft en dat de bewindvoerder bereid is om die aan DSW te cederen. Een dergelijke cessie had ten tijde van de zitting echter nog niet plaatsgevonden. DSW heeft aangeboden om later alsnog een nog te verwerven akte van cessie in het geding brengen. Van DSW mocht echter worden verwacht dat zij al eerder het nodige zou hebben gedaan om haar vorderingen in reconventie van een deugdelijke feitelijke en juridische onderbouwing te voorzien. [EISERES 1] c.s. hebben er een gerechtvaardigd belang bij dat de procedure (in deze instantie) niet nog langer moet duren omdat DSW zich ten aanzien van de door haar in reconventie ingestelde financiële vordering onvoldoende heeft verdiept in de feiten. Dat de facturen destijds bij DSW zijn ingediend door de bewindvoerder van het echtpaar en dat DSW destijds aan de bewindvoerder heeft betaald moet voor DSW eenvoudig kenbaar zijn geweest. Dat zou moeten blijken uit haar administratie.

4.19.

Ter zitting heeft DSW medegedeeld dat zij de vordering tot betaling van enig bedrag door [EISERES 1] c.s. aan haar alsnog subsidiair wil gronden op ongerechtvaardigde verrijking en/of onrechtmatige daad.

4.20.

De eisende partij is gerechtigd om de gronden van de eis schriftelijk, bij conclusie of akte ter rolle, te veranderen of te vermeerderen (artikel 130 lid 1 Rv). De verwerende partij is bevoegd hiertegen bezwaar te maken op grond dat de verandering of vermeerdering in strijd is met de eisen van een goede procesorde. Aan een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking en/of onrechtmatige daad dienen heel andere feitelijke gronden ten grondslag te worden gelegd dan wat DSW bij conclusie van eis in reconventie aan haar vordering uit onverschuldigde betaling ten gronde heeft gelegd. In feite is ten aanzien van deze vordering sprake van een door DSW gewenste ingrijpende wijziging van de gronden van dit onderdeel van de eis. Die wijziging, althans de wens daartoe, is – zonder vooraankondiging – pas ter mondelinge behandeling voor het eerst naar voren gebracht. De wederpartij, [EISERES 1] c.s., heeft daar direct bezwaar tegen gemaakt. Dat bezwaar is gegrond. Een dergelijke onaangekondigde wijziging van de gronden van de eis bij gelegenheid van de afsluitende mondelinge behandeling is in strijd met de eisen van een goede procesorde. [EISERES 1] c.s. hebben zich op een dergelijke wijziging van de gronden van de eis immers niet kunnen voorbereiden. Daarover alsnog nader schriftelijk debat in deze instantie mogelijk maken zou tot onwenselijke vertraging van het geding leiden.

4.21.

DSW heeft er – terecht – op gewezen dat de rechtbank ambtshalve de rechtsgronden moet aanvullen (artikel 25 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; hierna Rv). DSW miskent daarbij echter dat de rechter de zaak onderzoekt en beslist op de grondslag van hetgeen partijen aan hun vordering of verweer ten gronde hebben gelegd (artikel 24 Rv). Daarin is DSW ten aanzien van deze vordering processueel tekort geschoten.

4.22.

De vordering tot betaling door [EISERES 1] c.s. van een bedrag aan DSW zal derhalve bij gebreke van een deugdelijke onderbouwing worden afgewezen.

4.23.

Aangezien in reconventie beide partijen in aanzienlijke mate in het ongelijk zijn gesteld, zullen de proceskosten worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5 De beslissing

De rechtbank

in conventie

5.1.

wijst de vorderingen af;

5.2.

veroordeelt [EISERES 1] c.s. in de proceskosten van € 12.736,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met, als [EISERES 1] c.s. niet tijdig aan de veroordelingen voldoen en het vonnis daarna wordt betekend, € 90,00 plus de kosten van betekening;

5.3.

veroordeelt [EISERES 1] c.s. in de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn voldaan;

5.4.

verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;

in reconventie

5.5.

verklaart voor recht dat DSW op grond van het Protocol lncidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen gerechtigd is [EISERES 1] c.s. te registeren in haar incidentenregister alsmede in het Extern Verwijzingsregister van de Stichting CIS;

5.6.

wijst het meer of anders gevorderde af;

5.7.

compenseert de proceskosten, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

Dit vonnis is gewezen door mr. C. Bouwman en in het openbaar uitgesproken op 31 januari 2024.

[901/1729]

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.