Uitspraken

[gedaagde] heeft een medische behandeling ondergaan bij Dante Tanden. De vordering van € 407,98 is overgedragen aan Infomedics. De rekening is niet betaald. Infomedics eist [gedaagde] te veroordelen tot betaling van dit bedrag vermeerderd met rente en kosten. Dit wordt door de kantonrechter gedeeltelijk toegewezen, hieronder wordt uitgelegd waarom.

[gedaagde] voert aan dat zij een bedrag van € 68,- heeft betaald dus dat de vordering lager is. Infomedics betwist dat, zij geeft aan dat de betaling niet is binnengekomen bij de deurwaarder of bij haar en dat er een hoofdsom van € 407,98 openstaat. Dit komt niet overeen met haar eigen productie 2. Dit betreft een herinnering van de factuur van Infomedics, waarin zij zelf aangeeft dat er een bedrag van € 68,01 is betaald en de openstaande vordering € 339,97 bedraagt. Daarom wordt dit bedrag toegewezen.

[gedaagde] heeft in het algemeen bezwaar gemaakt tegen de bijkomende kosten. Zij voert aan dat zij op 17 februari 2024 heeft geprobeerd om een betalingsregeling af te spreken, maar dat zij daar nooit antwoord op heeft ontvangen. Dit verweer gaat echter niet op. Vooropgesteld wordt dat Infomedics niet verplicht is om een betalingsregeling te treffen met [gedaagde] (artikel 6:29 BW). Hiernaast heeft zij op 2 oktober 2023 de factuur al ontvangen en ruimschoots de tijd gehad om het bedrag (eventueel in delen) aan Infomedics te betalen. Infomedics heeft de vordering immers pas na de laatste aanmaning op 15 februari 2024 overgedragen aan de deurwaarder. [gedaagde] had ook na ontvangst van de herinnering op 27 november 2023 en de aanmaning op 11 januari 2024 alsnog de factuur kunnen betalen, na de herinnering zelfs zonder bijkomende kosten. Dat heeft zij nagelaten. Dat [gedaagde] de herinnering niet via de mail heeft ontvangen is vervelend, maar dit zorgt er niet voor dat ze de kosten niet hoeft te betalen. Zeker niet omdat de latere aanmaning destijds per post is verstuurd en door haar ontvangen is. Hierdoor is [gedaagde] ook de bijkomende kosten verschuldigd.

De hoogte van de vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten moet worden beoordeeld aan de hand van artikel 6:96 BW en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. Het staat vast dat [gedaagde] naar aanleiding van de aanmaning niet tot betaling is overgegaan. In overeenstemming met het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten wordt een bedrag van € 51,-. toegewezen

De wettelijke rente wordt toegewezen omdat [gedaagde] met de betaling van de factuur in gebreke is gebleven na het verstrijken van de betalingstermijn, waardoor zij in verzuim geraakt. [gedaagde] is daarom op grond van artikel 6:119 BW wettelijke rente verschuldigd geworden. Aangezien de rente is berekend over een te hoog gevorderd bedrag, wordt de rente vanaf de datum van de aanmaning toegewezen.

Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat Infomedics dat eist en daarop niet is gereageerd (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.